Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt T.J.Smit als gezagvoerder gedurende:

• * 1818 t/m 1820 van de smak “Goede Hoop”, bouwgegevens niet vermeld, varend als kapitein/eigenaar(?) vanuit Veendam. Het schip werd 2 maal te Harlingen geregistreerd komend van Londen.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Tebbe Jans Smit als gezagvoerder van de:

“Twee Gebroeders”, dd 24 maart 1804 (vlag Hamburg);

“Waakzaamheid”, dd 25 seeptember 1821.

 

Overige bijzonderheden

Leeuwarder Courant 24 maart 1818¹¹⁴

Harlingen, 21 maart. Heden zijn uitgezeild: het kofschip ANNA EN CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, het kofschip ALIDA CLASINA, kapt. Egbert L. Tiktak, het smakschip de GOEDE HOOP, kapt. Tibbe Smit, het smakschip de VROUW MARTHA, kapt. Dirk C. de Groot, het smakschip de VROUW LAMMEGINA, kapt. Otto P. Smith, het smakschip de VROUW GESINA, kapt. Thole P. Veen, het smakschip de WAAKZAAMHEID, kapt. Cort W. Stoet, het kofschip de GOEDE VERWAGTING, kapt. Jurjen T. Schuuring, alle met ballast naar Noorwegen; het smakschip de GOEDE HOOP, kapt. Berend J. de Jong, met ballast op avontuur naar de Oostzee, het kofschip de JONGE YPEUS, kapt. Harm de Weerd, het kofschip de VROUW ELISABETH, kapt. Frans B. Nipperus, beide met pannen naar de Oostzee, het tjalkschip METTA, kapt. Berend Martens Prins, met pannen, vloeren en muursteentjes naar Itzehoe, het tjalkschip de VROUW ZWAANTJE, kapt. Andries Joseph Kramer, met stukgoederen van Amsterdam naar Bremen, den 19 als bijlegger alhier binnen gelopen, na gedane reparatie het tjalkschip de 2 GEBROEDERS, kapt. Berend J. Korfker, met gerst van Hamburg naar Schiedam, zullende de reis verder binnendoor voortzetten, en is alhier binnen gekomen het smakschip de JONGE MARTHA, kapt. Jan Foekes Zijlstra, ledig van Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 04 juli 1822¹¹⁴

Amsterdam, 2 juli. Den 24 juni zijn weder verscheiden schepen, welke sedert den 20 dito in de Sond gelegen hadden, van daar naar de Noordzee gezeild, waaronder de volgende Nederlandse, als: de GOEDE HOOP, kapt. R. Wijbrands, van Nerva; JACOBA HENRIETTE, J.G. Bart, van Petersburg, en de VROUW ALIDA, kapt. T. Swiers, van Dantzig (opm: Gdansk), alledrie naar Amsterdam; de JONGE ADRIANA, kapt. H.J. Bon, van Koppenhagen naar Rotterdam; ALIDA, kapt. H.J. Benes, van Koppenhagen naar Jersey, en de WAAKZAAMHEID, T.J. Smit, van Dantzig naar Duinkerken.

 

 

Familiegegevens en opleiding

Jacob Klaassens de Weerd was gehuwd met Antje Renter Huisman. ^{allegroningers}

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.K.de Weerd (adres F.Smit) werd met vlagnummer 433 per 11 september 1838 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein B.J.Smeengh. Als zijn schip is genoemd de “Waakzaamheid”. Toegevoegd is “bedankt” ⁰⁰². Ten tijde van de inschrijving waren de man en vrouw 32 resp. 27 jaar. Ingeschreven staan drie dochters, geboren in 1835, 1837 en 1839^002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 04/11 september 1838 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jacob Klaassens de Weerd, oud 32 jaar, voerend de kof “Waakzaamheid”, wonend te PekelA en met adres de heer F.Smit te Amsterdam, op voordracht van kapitein B.J.Smeengh. Hij kreeg vlagnummer 433⁰²³.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 februari 1862 wordt een maand gage wegens schipbreuk toegekend aan kapitein J.K. de Weerd.⁰⁴².

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 mei 1868 vraagt J.K. de Weerd om de onderstand. Op 30 juni 1868 vraagt het Bestuur om de scheepsverklaring want “niet genoegzaam gebleken dat de ziekte op de reis is opgekomen.” In de vergadering dd 30 juli 1868 wordt de verklaring uit het Journaal behandeld en de aanvraag wordt afgewezen “als zijnde niet bewezen dat de ongesteldheid is ten gevolge van ziekte op de laatste reis bekomen.” In de vergaderingen van 29 april 1869, 27 mei 1869, en 25 november 1869, 27 januari 1870 verzoeken om herziening van het Bestuursbesluit maar zonder resultaat. In de notulen levert de echtgenote van de kapitein i.c. Huisman een nieuw certificaat van een geneeskundige maar ook kan het Bestuur niet vermurwen. Een herhaald verzoek door de J.K.de Weerd-geb. Huisman maar weer afgewezen.⁰⁴²

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 september 1870 vraagt kapitein J.K. de Weerd om een tegemoetkoming wegens schipbreuk. In de vergadering dd 27 oktober 1870 wordt hem een maand gage toegekend. In de vergadering dd 27 december 1870 bedankt kapitein J.K. de Weerd voor de gratificatie wegens schipbreuk. Tevens bedankt hij voor het effectieve lidmaatschap en vraagt tevens nog om een gratificatie. Hij krijgt f 15,- ⁰⁴²

Op 30 november 1871 staat er weer een verzoek om onderstand door A. Huisman voor haar echtgenoot J.K. de Weerd, welk verzoek wordt afgewezen. In de notulen dd 27 maart 1873 wordt aan de wed. J.K. de Weerd een gratificatie ad f 15,- uit de bussen toegekend. Idem per 27 januari 1876. Idem per 25 januari 1877 aan de wed. A. de Weerd-Huisman. Idem per 31 januari 1878. Idem per 30 januari 1879. Idem per 29 januari 1880.⁰⁴²

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 11 maart 1862 staat een verzoek van J.K. de Weerd om een ondersteuning vanwege geleden schipbreuk. Hem werd een maand gage toegekend.⁰²³.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 21 juli 1868 staat een aanvrage om een uitkering door J.K. de Weerd. Hem werd gevraagd “nadere berigten tot staving van zijn regt.”^. In de notulen dd 04 augustus 1868 staat een brief vermeld met “toezendende extract uit het scheepsjournaal van zijne laatste reis tot staving van zijn verzoek om onderstand. Waarop is besloten het verzoek te wijzen van de hand als zijnde niet bewezen dat de ziekte is ontstaan op de reis waarvoor hij had deelgenomen. Herhaald verzoek op 11 mei 1869 maar weer afgewezen. Idem 22 juni 1869. In de notulen dd 03 augustus 1869 doet A. de Weerd-Huisman weer een verzoek om ondersteuning voor haar man J.K.de Weerd maar weer afgewezen. Idem per 21 december 1869, 08 februari 1870, 26 april 1870, 16 augustus 1870 maar weer afgewezen. Idem in de vergadering dd 19 december 1871.⁰²³.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 22 november 1870 staat vermeld dat het Bestuur een maand gage heeft toegekend aan kapitein J.K. de Weerd vanwege een schipbreuk.⁰²³ (Moet ik hieruit concluderen dat hij weer is gaan varen?)

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 24 januari 1871 staat vermeld een: “Brief van J.K. de Weerd dankzeggende voor de toegestane maand Gagie bedankende voor zijn Effectief Lidmaatschap en zich aanbevelende voor eene Gratificatie aan welke een Gratificatie van f 15,- uit de bussen is toegestaan.⁰²³.

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 08 april 1873 staat vermeld dat aan de wed. J.K. de Weerd te Nieuwe Pekela een gratificatie is toegekend ad f 15,- Idem in de notulen van 01 februari 1876 aan de weduwe J.K. de Weerd geb. Huysman. Per 20 februari 1877 is gemeld dat een gratificatie ad f 15,- is toegekend aan de wed. A. de Weerd geb. Huisman. Idem per 26 februari 1878. Idem per 11 februari 1879. Idem per 17 februari 1880 “zoomede nog vijf gulden extra ten gevolge van den strengen winter.”⁰²³.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam⁰⁰¹

vlagnummer       jaren        type           scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      433             1838-1840   kof             De Waakzaamheid                             F.Smit

                           1841-1846   kof             De Waakzaamheid                             geen opgave

                              1848        kof             De Hoop                                               idem

                           1849-1850   geen vermelding van schip en boekhouder

                           1851-1853   brik            Vice Admiraal Lucas                         Prins & C^o te Schiedam

      164             1854-1855   brik            Vice Admiraal Lucas                         idem

                              1856        geen vermelding van schip en boekhouder

                              1857        brik            Pauline Constance Eleonora             F.R.P.Victor

                           1858-1859   bark           Ferdinand en Louis                             idem

                              1860        geen vermelding van schip en boekhouder

                              1861        schoner     Pelikaan                                               E.H.Roggenkamp te Delfzijl

                              1862        sch.galj.    Geertruida Antina                               geen opgave

                           1863-1867   sch.galj.    Geertruida Antina                               G.H.H.Holman te N.Pekela

                           1868-1870   geen vermelding van schip en boekhouder

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam⁰⁹³

Naam kapitein                 Naam schip                                          Vertrek                              Terugkomst

J.K. de Weerd                  Pelikaan                                               04 mei 1861                    verongelukt

                                           Geertruida Antina                               10 augustus 1862           26 januari 1863

                                           Geertruida Antina                               25 februari 1863            niet vermeld

                                           Geertruida Antina                               03 maart 1863                06 mei 1864

                                           Geertruida Antina                               23 juni 1864                    01 augustus 1865

                                           Geertruida Antina                               04 september 1865         geen melding

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.K. de Weerd als gezagvoerder gedurende:

*   1828 t/m 1851 van de kof “Waakzaamheid”, gebouwd in 1807 te Pekela, 121 ton o.m., varend voor F.Smit te Amsterdam. Het schip voer in 1852 voor L.E.Tiktak te Pekela en was herdoopt in “Thea”;

*   1849 van de kof “de Hoop”, gebouwd in 1845 te Groningen, 220 ton o.m., varend voor A.Prins & C^o te Schiedam. Het schip is in mei 1849 verongelukt bij Liverpool;

*   1852 t/m 1856 van de brik “Vice Admiraal Lucas”, gebouwd in 1851 te Groningen, 302 ton o.m., varend voor Prins & C^o te Schiedam. Het schip is in 1856 gestrand bij de Bosporus;

*   1858 van de brik “Pauline Constance Eleonore”, ex Eppo Hendrik, gebouwd in 1855 te Groningen, 243 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam;

*   1858 t/m 1860 van de ijzeren (clipper)bark “Ferdinand en Louis”, 12 juni 1853 op stapel gezet te Amsterdam door de Gebr. Schutte en aldaar op 15 april 1858 te water gelaten, 491 ton o.m., varend voor F.R.P.Victor te Amsterdam (zie ook ⁰¹³);

*   1862 van de 2/msch “Pelikaan”, gebouwd in 1856 te Appingedam, 163 ton o.m., varend voor E.H.Roggekamp te Delfzijl. Het schip is in januari 1862 gezonken bij Dover;

*   1863 t/m 1867 van de galjoot “Geertruida Antina”, gebouwd in 1862 te Pekela, 148 ton o.m., varend voor G.J.Holtman te Pekela. Het schip is in 1867 gestrand.

 

Overige bijzonderheden

J.K.de Weerd verzorgde per 29 september 1858 vanuit Nieuwediep met de “Ferdinand & Louis” een troepentransport van 3 officieren en 100 manschappen naar Nederlands Oost-Indië. Hij arriveerde te Batavia op 05 januari 1859 na een reis van 106 dagen⁰⁶⁵.

 

De brik “Vice Admiraal Lucas” onder kapitein J.K. de Weerd werd geregistreerd in 1852 te Cardiff en vervolgens op 21 januari 1853 te Panama, zodat het schip Kaap Hoorn zal hebben gerond. Het keerde via dezelfde route op 30 september 1853 te Swansea terug.¹²¹

 

 

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.H.Jonker was met vlagnummer R401 in de periode 1854 t/m 1876 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart⁰⁵⁸.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 03 februari 1852 wordt aandacht geschonken aan het verongelukken van het schip “Sallandt”, waarbij drie zeelieden zijn omgekomen. Er wordt een bus geplaatst om giften in te zamelen voor de nabestaanden.

Uit Bouma⁰²⁵ blijkt, dat er maar 1 schip met de naam “Salland” is geregistreerd, dat van 1850 t/m 1853 (dus in 1851/52) onder gezag stond van kapitein H.J.Jonker, dus ik heb voormelde mededeling op deze plek gememoreerd. In de notulen dd 17 februari 1852 staat vermeld dat er in total f 14,23 is opgehaald.⁰²³

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein J.H.Jonker met vlagnummer R401 als gezagvoerder in de ledenlijsten van⁰⁵⁸:

*    1855                                         van de kof “Thea”                        64 last   voor L.E.Tiktak te Pekel-A

*    1858, 1859, 1862 t/m 1864  van de galj. “Themis”                  53 last   als kapitein/eigenaar vanuit Veendam

*    1865                                         van de brik “Pekela”                    107 last  kapitein/eigenaar vanuit Pekela

*    1866, 1867                              van de brik “Pekela”                    107 last  voor D.Muller & Zoon te Winschoten

*    1874                                         van de sch.br.”Nieuw Beerta”    116 last  voor D.Muller & Zoon te Winschoten

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.H.Jonker als gezagvoerder gedurende:

*    1831 t/m 1845 van de kof “Geziena Harmina”, gebouwd in 1830 te Veendam, 150 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar;

*    1850 t/m 1853 van de 2-mastschoener “Salland”, gebouwd in 1850 te Zwolle, 170 ton o.m., varend voor Doyer & Kalff te Zwolle;

*    1851 t/m 1855 van de kof “Thea” ex Waakzaamheid, gebouwd in 1807 te Pekela, 121 ton o.m., varend voor L.E.Tiktak te Pekela;

*    1857 t/m 1865 op de kof “Themis” ex Hendrika, gebouwd in 1851 te Veendam, 101 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;

*    1866 van de brik “Pekela” ex Joan Jacob, gebouwd in 1854 te Groningen, 202 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela;

*    1867 t/m 1868 van hetzelfde schip maar nu varend voor D.Mulder & Zⁿ te Winschoten. Het schip is in 1868 gestrand en wrak geraakt;

*    1869 t/m 1876 van de schoenerbrik “Nieuw Beerta”, gebouwd in 1866 te Veendam, 220 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zⁿ te Winschoten;

*    1876 t/m 1879 van de brik “Johanna Margaretha (Margrietha)” ex The Brothers, gebouwd in 1863 te Sunderland, 296 ton o.m., varend voor D.Mulder & Zⁿ te Winschoten.

 

POZC (krant?) 23 maart 1849 Voor rekening van (volgen 21 namen) … zal een schoenerschip worden gebouwd en uitgerust, tot wat einde gisteren avond, op de bovenzaal der harmonie, de notariele akte van de Reedderij is gepasseerd. Dit schip dat de naam zal dragen van Salland, en ongeveer 115 lasten meten, is de derde schoener, die op de werf van Goor alhier wordt gebouwd, en wordt klaar gemaakt. Het is bestemd voor de buitenlandsche vaart, zal gevoerd worden door kapt. J.H.Jonker, en is nu de firma Doijer & Kalff tot boekhouders der Reederij benoemd.

Ontleend aan “ZEEVAART ZWOLLE e.o.. Chronologieperiode 1731-1880”, door G. van Heel

Typoscript 158 pp (p.44)

In de bibliotheek van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn, Nr 546.

 

30 Aug. 1848. Jan Hendrik Jonker, koopvaardijkapitein , wonende te Zwolle, heeft verkocht in vollen en waren eigendom aan Klaas Geerts de Vries, mede van beroep koopvaardijkapitein, wonende te Veendam, de helft of 2/30 portiën in et kofschip Gezina Harmina “met geheel deszelfs optuig en inventarris als zeilen, rondhout, staan den loopend want, ankers kettingen”. Verkocht aan  volgen13 namen

Dit schip werd herdoopt in “Vrouw Alida”. Kapt. Visser was afkomstig uit Veendam.

Ontleend aan “ZEEVAART ZWOLLE e.o.. Chronologieperiode 1731-1880”, door G. van Heel

Typoscript 158 pp (p.47)

In de bibliotheek van de Stichting Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn, Nr 546.

 

Overige bijzonderheden

J.H.Jonker maakte in 1858 met de Themis een reis van Riga naar Schiedam met een lading rogge⁰⁰⁵

 

Melding uit een extract van het journaal van de kof “Themis”, kapitein J.H.Jonker, op een reis van Riga naar Schiedam van het verdrinken van de stuurman D.H. de Grooth op 08 oktober 1858 ongeveer 2½ mijl.ten O.Z.O. van Falsterboe.¹¹⁵.

 

De schoenerbrik “Nieuwe Beerta” onder kapitein J.H.Jonker vertrok van Montevideo met fruit op 18 december 1869 en arriveerde, via Kaap Hoorn, op 25 februari 1870 te Valparaiso. Een latere meldong zonder datum is van Amapala in Honduras.¹²¹

 

 

Familiegegevens en opleiding

Derk Pothues/Pothuis werd geboren op 27 oktober 1839  te Nieuwe Pekela als zoon van de zeeman Derk Derks Pothuis en Lubbechien Jans Smit.

Hij trouwde op 30 januari 1868 te Nieuwe Pekela als schipper met Reina Brons, geboren op 20 augustus 1845 te Nieuwe Pekela als dochter van de schipper Pieter Jans Brons en Saaktje Klaassens de Boer. In de huwelijksakte staat vader Pieter Jans Brons vermeld als zeilmaker.

Na het overlijden van Derk Pothuis hertrouwde Reina op 22 oktober 1886 te Onstwedde met de “verwer” Albert Verwer. Deze was op zijn beurt de weduwnaar van Evertje Wilhelmina Drenth.

Reina overleed op 29 april 1932 te Wildervank, 86 jaar.

Derrk Pothuis overleed op 15 december 1874 te Nieuwe Pekela, 35 jaar. schipper

 

In akten van de Burgerlijke Stand in de provincie  Groningen wordt Derk vermeld als schipper in 1868, 1871. 1872, 1874.

 

Lidmaatschap van zeemanscollege(s)

D.D^z. Pothuis was effectief lid van het zeemanscollege”Voorzorg” te Nieuwe Pekela met vlagnummer 161 in de periode 1857 t/m 1874

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt D.Pothuis als gezagvoerder gedurende:

*    1856 t/m 1859 van de kof “Thea” ex Waakzaamheid, gebouwd in 1807 te Pekela, 121 ton o.m., varend voor L.E.Tiktak te Pekela;

*    1860 t/m 1861 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.H.Wever te Pekela. Het schip is in november 1861 gezonken bij Flamborough Head;

*    1863 t/m 1874 van de kof “Grietje de Weerd” ex Albertina, gebouwd in 1840 te Veendam, 136 ton o.m., varend voor J.H.Wever te Pekela. Het schip voer in 1875 voor B.J.Scherpbier te Pekela en was herdoopt in “Vriendentrouw”;.

 

Bouma vermeldt 2 schepen onder gezag van een kapitein D.D.Pothuis en wel de kof “Thea”. Dit schip is in november 1861 gezonken bij Flamborough Head; en de kof “Grietje de Weerd”.

Volgens de monsterrollen voer de “Grietje de Weerd” onder Derk Derkz Pothuis Junior. Onder welke kapitein D.D.Pothuis (Junior of Senior) de kof “Thea” heeft gevaren is mij niet bekend

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

05 februari 1869, kof “Grietje de Weerd”, kapitein D.D. Pothuis, 29 jaar uit Nieuwe Pekela.

28 februari 1870, kof “Grietje de Weerd”, kapitein Derk Derks Pothuis, 30 jaar uit Nieuwe Pekela.

08 mei 1873, kof “Grietje de Weerd”, kapitein Derk Pothuis, 32 jaar uit Nieuwe Pekela.

 

Overige bijzonderheden

Geen