Familiegegevens en opleiding
“Degenen, welke iets te pretenderen hebben van, dan wel verschuldigd zijn aan den boede van wijlen Goedschalk Isaac van Walré, in leven gezaghebber van het Nederlandsche schip CATHARINA THEODORA, gelieven daarvan opgave en betaling te doen aan
van RIJCK, PREDIGER & CO
Batavia, den 29sten december 1821
Bataviasche Courant, 29 december 1821.
Geen BS-gegevens te Amsterdam
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.J.van Walree als gezagvoerder gedurende:
* 1817 t/m 1821 van de brik “Catharina Theodora”, bouwgegevens ontbreken, varend voor de Vries & Co te Amsterdam.
In het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a zijn monsterrollen op naam van Goschalk Isack van Walree op de:
Archiefnr, 38-100, brik “Aurora”, dd 12 juni 1816; kapitein G.J. van Walree, bestemming “Riogeneiro”, boekhouder O. de Vries, 10 bemanningsleden i.c. stuurman, klamphouder, kok/jongen, 3 matrozen, 3 ligtmatrozen, kajuitwachter.
“Catarina Teodora”, dd 15 november 1817; 02 augustus 1819 en 21 februari 1821.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 22 juni 1815114
Advertenties Te Rotterdam liggen in lading: ….
Naar Suriname: het schip AURORA, kaptein Goedschalk Isaac van Walré, ….
Rotterdamsche Courant 09 januari 1816114
Amsterdam, 6 januari. Den 21 oktober is te Texeira, met verlies van staande en lopend want, binnengelopen het schip AURORA, kapt. G.J. van Walree, van Rotterdam naar Philadelphia.
Rotterdamsche Courant 27 juli 1816114
Amsterdam, 25 juli. Volgens berigt van kapt. G.J. van Walree, voerende het schip AURORA, van Amsterdam naar Rio de Janeiro, was hij met zware lekkagie in het Vriessche Gat binnengelopen en zou naar Groningen moeten zeilen om te lossen en te repareren.
Rotterdamsche Courant 10 augustus 1816114
Amsterdam, 8 augustus. Kapt. G.J. van Walree, voerende het schip AURORA, van Amsterdam naar Rio gedestineerd, meldt van Groningen, van den 3 augustus, dat hij, na door adsistentie van een vissnik in het Friessche Gat te zijn binnengebragt, vervolgens tot reparatie van geledene schade te Groningen was aangekomen, en de lading gedeeltelijk beschadigd gelost had; hij dagt in agt dagen gereed te zullen zijn om de lading weder te kunnen innemen.
Rotterdaamsche Courant 28 juni 1817114
Advertentie. J.H. de Witt, R. Hoyman, J. van Ouwerkerk de Vries, J.E. Lublink, T. van Olivier, J. Boelen, H.J. Rietveld en G.W. Sesink Clee, makelaars, zullen op maandag 7 juli, des avonds ten 6 uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, op de Haarlemmerdijk, verkopen: een extraordinair, welbezeild Brikschip, genaamd AURORA, gevoerd door kapt. G.J. van Walree, lang 86 voet, wijd 21 en 1 half voet, hol 12 voet, alles Amsterdamse maat. Breder bij de inventaris en bericht bij de makelaars.
Rotterdamsche Courant 24 maart 1818114
Amsterdam, 22 maart. Kaptein G.J. van Walré, voerende het Fregatschip CATHARINA THEODORA, van Amsterdam naar Surinamen gedestineerd, laatst van Falmouth, van waar hij den 15 februari vertrokken is, meldt uit Dovernesbaai (opm: waarschijnlijk de baai bij Douarnenez) bij Brest, in dato 10 maart, dat hij door zijn volk genoodzaakt zijnde een haven te zoeken, aldaar den 7 dito was binnengelopen, na reeds tot even beneden Kaap Ortegal (opm: noordwestkust Spanje) te zijn geweest en onophoudelijk de vreeslijkste stormen en orkanen te hebben doorgestaan; had stengen, touwwerk, enz. gekapt en veel rondhout en zeilen verloren en andere schade bekomen; het schip had zwaar gewerkt, doch was vrij digt gebleven; hij zou van de eerste gunstige gelegenheid gebruik maken om naar Brest te zeilen, ten einde de geleden schade te repareren.
Rotterdamsche Courant 30 mei 1818114
Amsterdam, 28 mei. Tussen den 8 en 12 mei is van Brest vertrokken het wegens schade aldaar binnengelopen schip CATHARINA THEODORA, kaptein G.J. van Walree, van Amsterdam naar Surinamen.
Rotterdamsche Courant 05 februari 1820114
Amsterdam, 3 februari. Het schip CATHARINA THEODORA, kapt. G.J. van Walré, van Amsterdam, was den 18 november (opm: 1919) in het opzeilen van de Tafelbaai.
Rotterdamsche Courant 22 februari 1820114
Londen, 15 februari. Den 19 november 1819 is aan de Kaap de Goede Hoop gearriveerd het schip (opm: fregat) CATHARINA THEODORA, G.I. van Walré, uit Texel naar Batavia, en den 21 dito het schip (opm: fregat) ONDERNEMING, M. Lelz, van Batavia naar Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 08 april 1820114
Londen, 4 april. Den 14 januari is van Kaap de Goede Hoop vertrokken het schip (opm: fregat) CATHARINA THEODORA, G.J. van Walree, van Batavia naar Amsterda.
Rotterdamsche Courant 05 april 1821114
Amsterdam, 3 april. Kapt. G.J. van Walré, voerende het schip (opm: brik) CATHARINA THEODORA, van Amsterdam naar Batavia, meldt in een brief van den 26 maart, op de hoogte van Portland, dat hij sedert vier dagen door tegenwind daar kruiste; het schip, de equipage en de passagiers waren alle in de beste staat.
Rotterdamsche Courant 14 april 1821114
Amsterdam, 12 april. Volgens brief van kapt. G.J. van Walré, voerende het schip CATHARINA THEODORA, van Amsterdam naar Batavia gedestineerd, in dato 30 maart, was hij toen op de hoogte van Heisant (opm: Ouessant) In goede staat zeilende; de equipage en passagiers waren volmaakt wel.
Bataviasche Courant 04 augustus 1821114
Advertentie. Uit de hand te koop het onlangs van Amsterdam alhier gearriveerde gekoperde Nederlandse schip CATHARINA THEODORA, gevoerd door kapt. G.J. van Walree, te leveren voor Amsterdam of ter dezer rede, op zeer voordelige conditiën. Hetzelve is groot 140 lasten, snelzeilend, van een ruime inventaris voorzien en in staat dadelijk zee te kiezen.
Te bevragen bij de agenten Van Rijck, Prediger & Co en Colville, Jutting & Co.
Batavia, 1 augustus 1821.
Rotterdamscche Courant 04 december 1821114
Amsterdam, 2 december. Te Batavia is den 26 juli binnengelopen G.J. van Walré (opm: fregat CATHARINA THEODORA); te Bordeaux den 21 november H.A. Bol van Amsterdam; de laatste heeft gedurende de reis zeer zwaar weer gehad en vreest voor schade aan de lading.
Familiegegevens en opleiding
At.Oosterbaan werd geboren te Amsterdam per 17 april 1786 en overleed in 1863.
Hij huwde met Maria Elisabeth Nederberg, geboren te Cabauw op 09 juni 1794 en overleden op 01 februari 1857. Het echtpaar had drie dochters: geb.31 mei 1818; geb.17 maart 1820; geb.04 februari 1823.
Arent overleed in 1863.-00003
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.Oosterbaan werd met vlagnummer 054 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop. Er zijn bij de inschrijving geen verdere bijzonderheden vermeld. Toegevoegd is “overleden”002.
In de Algemene Ledenvergadering van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 02 juni 1824 werd Arent Oosterbaan, oud 38 jaar, wonende op de Kadijk als effectief lid aangenomen op voordracht van kapitein van den Abeele. Hij kreeg vlagnummer 54023.
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 02 november 1825. “betaald als ongehuwd sedert 1e Mei 1843, later volgs besluit van weder op de gewone contr. gebragt”003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 september 1842 staat een verzoek van A.Oosterbaan om als deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds te worden geroyeerd “als zijnde van zijn vrouw gesepareerd, zich voorbehoudende om indien hij mogt hertrouwen weder deelnemer te worden.”. Het Bestuur gaat accoord maar maakt hem er op attent dat hij na zijn 40ste jaar niet alsnog deelnemer kan worden en dat hij ook bij behoeftige ouderdom zijn aanspraak zal verliezen. Het Bestuur vraagt of hij bij zijn besluit wil blijven.042
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 27 oktober 1842 vraagt kapitein A.Oosterbaan ontslag uit het Weldadig Zeemans Fonds “om later eventueel te worden toegelaten.”. In de notulen dd 15 december 1842 stelt het Bestuur dat “als hij zijn contributie van ongehuwd deelhebber ad f 20,- wil betalen hij zijn lidmaatschap kan behouden.” In de notulen dd 27 juli 1843 vraagt A.Oosterbaan uit Heerde welk bedrag hij moet storten na de scheiding tissen tafel en bed van zijn vrouw.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd. 25 november 1847 vraagt kapitein Arend Oosterdaan een uitkering “uit hoofde van meer dan 60 jarigen ouderdom”. In de notulen dd 30 december 1847 wordt hem f 50,- per jaar toegekend “mits overleggende bewijs van zijne behoeftige omstandigheden.”. In de notulen dd 27 januari 1848 is een “Brief van kapitein A.Oosterbaan, wegens de van hem verlangd wordende verklaring van minvermogendheid. Het verzoek toegestaan, zooals dat is liggende, en alzoo eene Som van f 417 per maand ingaande 1 November 1847.”042 (de opmerking over de f 417,- staat er duidelijk maar kan niet goed zijn!!)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 december 1858 bericht A.Oosterbaan onvermogend te zijn om de contributie te betalen en hij bedankt voor het fonds. In de notulen dd 31 mei 1859 staat weer het bericht dat hij onvermogend is om contributie te betalen en hij bedankt derhalve voor het Fonds. Het Bestuur wijst hem op de konsekwentie dat hij dan alle rechten zal verliezen. In de vergadering dd 30 juni 1859 reclameert kapitein Oosterbaan tegen de beslissing, maar het Bestuur blijft bij het genomen besluit.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van 28 juni 1859 wordt vermeld een: “Brief van A.Oosterbaan berigtende onvermogend te zijn, om zijn contributie te betalen, zijnde hem geantwoord, dat, zo hij trekkende wil blijven, hij voor zich contributie moet voldoen, doch het regt voor zijne nablijvenden vervalt, wanneer hij niet meer voldoet.”. In de notulen dd 02 augustus 1859 staat een verzoek om herziening van het Bestuursbesluit, maar deze blijft bij zijn standpunt.023.
De schepen van de kapitein
lid van het zeemanscollege “Zeemanshoop” te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
54 1825 kof Christina J.H.Bodeman
1826 kof Christina F.Smit
1827-1831 kof Christina J.Bodeman
1832-1835 geen opgave van schip en boekhouder
31 1836-1853 geen opgave van schip en boekhouder
14 1854-1863 geen opgave van schip en boekhouder
“overleden”
Bouma025 vermeldt A.Oosterbaan als gezagvoerder gedurende:
* 1826 t/m 1832 van de kof “Christina”, gebouwd in 1816, bouwlocatie niet vermeld, 180 ton o.m., varend voor J.H.Bodeman te Amsterdam
* 1829 t/m 1830 van de brik “Antonia Ulrika”, gebouwd in 1813, bouwlocatie niet vermeld, 126 ton o.m., varend voor G.Meyer te Amsterdam.
er is kennelijk sprake van 2 personen met dezelfde naam en initialen.
Bouma025 vermeldt een kof “Christine” onder gezag van kapitein A.Oosterbaan. Het is in zijn overzicht de enige kof met deze naam gebouwd vóór 1830. Ik neem derhalve aan dat het bericht in het Handelsblad op kapitein Oosterdaan betrekking heeft.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Arend Oosterbaan op de:
“Anthonia Ulrica”, dd 26 mei 1818; 25 juni 1819; 06 juli 1820; 19 september 1822 en 28 juni 1824;
“Christina”, dd 07 november 1825; 20 mei 1826; 28 november 1826; 12 november 1827; 31 oktober 1828; 23 april 1830; 14 september 1830 en 20 juli 1831.
Overige bijzonderheden
In dossier 38-92 een monsterrol dd 18 mei 1814 van de brik “De Vrouw Dieuwertje”, varend onder Hollandse vlag onder kapitein Dirk T.Visser. Boekhouder: O.de Vries. Bestemming Archangel. 9 bemanningsleden en wel de kapitein, stuurman Arend Oosterbaan van Amsterdam, timmerman, bootsman, kok, 3 matrozen, twee ligtmatrozen (Cornelis K. de Jong en Douwe T.Visser.) 011a
Op 24 september 1822 werd Willem Bek als ligtmatroos geplaatst op de “Anthonia Rika” onder kapitein A.Oosterbaan voor een reis naar Kaap de Goede Hoop004(531/1353)(zie ook bij Willem Bek). De “Anthonia Rika” wordt niet genoemd in Bouma025.
Rotterdamsche Courant 29 juli 1819114
Amsterdam, 27 juli. Kapitein A. Oosterbaan, voerende het schip ANTONIA ULRICA, van Amsterdam naar Smirna (opm: Izmir) gedestineerd, meldt, in dato 15 juli, dat hij toen bij Goudstaart (opm: Start Point) in goede staat zeilende was, met een oostelijke wind, hebbende kapitein J. ten Boekel, van Amsterdam naar Rio-Janeiro, en kapt. J.F. Spiegelberg, van Amsterdam naar Genua en Livorno, in het gezigt.
Handelsblad 24 juni 1829
“In de laatste dagen van April heeft de Nederlandsche kof Christina, bestemd naar de Levant, en hebbende eene aanzienlijke partij geweren aan boord, van Z.M. zeemagt in de Middellandsche Zee geen konvooi kunnen bekomen dan na dezelve de geweren ontscheept had; hetgeen te Maltha plaats heeft gehad. Wij vestigen de aandacht van den handel op deze omstandigheid, op dat zij, die speculatiën in oorlogsbehoeften of andere verbodene voorwerpen van toevoer in de geblokeerde (sic) havens mogten willen doen, weten zullen, dat de kommandanten van Z.M. schepen instructiën hebben, om geene schepen, met contrabande goederen beladen, te konvoijeren”.
Rotterdamsche Courant 20 november 1819114
Amsterdam, 18 november. Te Demerarij is gearriveerd D.C. Martens, te Smirna (opm: Izmir) A. Oosterbaan en op de rede van Bordeaux H. Korf van Amsterdam; te Rouaan A. Berneval van Rotterdam; te Bremen H. Hansen en te Riga B.C. Doijen van Amsterdam.
Rotterdamsche Courant 29 januari 1820114
Londen, 25 januari. Te Douvres (opm: Dover) is den 23 dezer, lek en met verlies van een anker en kabel, binnengelopen het schip ANTHONIA ULRICA, Osterband, van Smirna (opm: Izmir) naar Amsterdam.