1802
BBC 100802
Te Helvoet is den 4 uitgezeild de TRITON, kapt. Spigt, op avontuur.
RC 230204
Amsterdam, 21 februari. Een quartier uur van Delfzijl zaten tegen de dijk op strand, doch zo lang er geen hevige Noord-Westen wind kwam, buiten gevaar, het schip DIE GUTE ERWARTING, kapt. J. Sterenberg, van Leer naar Suriname; MERCURIUS, kapt. H. Hendriks, en AURORA, kapt. M.F. Selmer, beide van Emden naar Bordeaux; VISURGIS, kapt. Vennekohl, van Emden naar Charleston; de VROUW ELISABETH, kapt. S. Sybolts, van Leer, en het galjasschip TRITON, kapt. H. Spigt, van Emden, beide naar Londen, en het schip JULIANA, kapt. O.L. Rudig, van Petersburg naar Oostende; alle deze schepen hadden ankers en touwen en enigen het roer verloren; die van de kapiteins Sterenberg, Siebolts en Budig waren lek.
CAM 210704
Advertentie. Ligt in lading naar Emden de Pruisische galjoot TRITON, van Papenburg, kapt. Hendrik Spigt, 165 ton laadvermogen.
De TRITON is nu gereed om de lading te ontvangen. Aangezien reeds meer dan 2/3e van haar lading is geboekt en gereed is om te worden verscheept zal het schip definitief op z’n laatst binnen veertien dagen vertrekken, en eerder indien lading wordt aangeboden.
Informatie wordt verstrekt door William & Robert Mowbray.
Leith, 19 juli 1804
1805
PLDA 010405
Advertentie. Publieke verkoop op No. 10, Mincing-Lane, Tower-Street, op 4 dezer, om een precies, van 100 vaten en 250 zakken koffie.
Deel uitmakende van de lading van de galjas TRITON, kapt. Spigt, gezonken in de rivier Thames.
Monsters hiervan te zijn bekijken op No. 10, Mincing-Lane, Tower-Street, en de goederen te bekijken in de Galley Quay, alwaar een catalogus is te verkrijgen, en op de verkoop plaats.
Blache and Kemble, and James and Mark Woodhouse, brokers.
OHC 130405
Amsterdam, 13 april. Op de rivier van Londen is overzeild het schip TRITON (opm: kof, Papenburg vlag, later Nederlands), kapt. H. Spigt, van daar naar Emden gedestineerd; hetzelve heeft veel water ingekregen en is aan de stad terug gekomen, alwaar een gedeelte der lading gelost is, om te repareren.
PLDA 270505
Gravesend, 24 mei. Uitgezeild de TRITON, kapt. Spigt, naar Emden.
1807
PLDA 140507
Woensdag, 13 mei. Vandaag is de Wel. Edel. Sir Wm. Scott, begonnen met de behandeling van de volgende zaken:
TRITON, Kapitein Spigt. Dai was een in Zweden gebouwd schip, welke was gekocht door de gedaagden, ingezetenen van Papenburg, en onder deze vlag was opgebracht.
Schip en lading vrijgeven.
(opm: bekort)
KOC 261007
Den 17 oktober is de Schelde opgevaren, naar Antwerpen, de Papenburger galjas TRITON, kapt. H. Spigt, van Tremblade, met zout; rapporterende de kapitein den 4 september, W.Z.W., 8 mijlen van Hysant (opm: Ouessant), door een Engelse kotter genomen, te Plymouth opgebracht, en den 9 oktober weder vrijgegeven te zijn.
1808
KC 210908
Helvoet, 18 oktober. Uitgezeild de TRITON, kapt. Hendrik Spigt, naar Bergen.
1814
DC 300414
Advertentie. Cornelis van der Werff Bzn, notaris te Dordrecht, is voornemens na gedane aangifte bij de ontvanger van het recht van enregistratie ingevolge de wet, op dinsdag 10 mei 1814, ’s morgens ten elf uren, in ’t Venduhuis de Gouden Molen, op de Hoge Nieuwstraat te Dordrecht, in ’t openbaar te veilen, en aanstonds na gedane veiling op te hangen, afslaan en te verkopen: een welbezeild Galjasschip genaamd: de TRITON, lang over steven 80½ voet, wijd, tegen de buitenhuid aan de voorste balk van het grote luik, 25 voeten 4 duim, alle Amsterdamse voeten, met alle deszelfs rondhout, opstaande en lopend want, ankers, touwen, zeilen en andere scheepsgereedschappen, zo als hetzelve is liggende in de Nieuwe Haven bij de lange houten brug te Dordrecht voornoemd; breder bij inventaris en nader onderrigting te bekomen bij bovengemelde notaris van der Werff, in de Wijnstraat bij het Groothoofd B. 130, en bij de makelaar Gerard Mauritz, op het Maartensgat A. 109 te Dordrecht.
Op 4 augustus 1814 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Adriaan van der Werff van Zuidland, Dordrecht, voor Hendrik Spigt als kapitein.
RC 270814
Rotterdam, 26 augustus. Den 24, namiddags, zeilden van Helvoetsluis in zee, H. Spigt (opm: galjas TRITON) en G. Gleistein, naar Bordeaux.
1815
RC 290815
Advertentie. Gerardus Telders, notaris te Dordrecht residerende, als daartoe gelast, is voornemens op dinsdag den 19 september 1815 des morgens ten elf uren, in het Venduhuis, de Gouden Molen, op de Hooge Nieuwstraat aldaar, in het openbaar te veilen en aanstonds na de veiling op te hangen, af te slaan en te verkopen:
- Eerstelijk: een ongemeen welbezeild Galjasschip, genaamd TRITON, laatst gevoerd door de schipper J.H. Specht (opm: Hendrik Spigt), lang over steven 80 en 1 half voeten; wijd, tegen de buitenhuid van de voorste balk van het grote luik, 25 voeten 4 duimen; hol, onder de balk van het grote luik en de bovenkant van de kiel, 12 voeten 2 duimen; alle Amsterdamse voeten, en dat verder met alle zijn rondhout, opstaande en lopende wand, sloep, ankers, touwen, zeilen en andere scheepsbehoeften, zoals hetzelve thans is liggende in de Kalkhaven, bij den Draai, te Dordrecht voornoemd.
1816
Op 6 oktober 1816 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Van Meeteren, Brand & Vijgh (Nijgh?), Dordrecht, voor Hendrik Spigt als kapitein.
1817
OHC 080217
Amsterdam, 3 februari. Kapt. H. Spigt, voerende het schip TRITON, naar Dordrecht gedestineerd, wegens schade op de rede van St. Martin terug gekomen, meldt van daar van den 18 januari, dat hij den 15 dito op de rede weder een zwaar orkaan voor twee ankers had afgereden, en, na enig zout gelost te hebben, den 17 in de haven gekomen was, doch had tegen den muur enige schade bekomen en had het schip aldaar vastgemaakt zijnde, ’s nachts weder enige schade geleden.
Op 10 november 1817 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Van Meeteren & Brand, Dordrecht, voor Hendrik Spigt als kapitein.
1818
RC 190218
Amsterdam, 17 februari. Kaptein H. Spigt, voerende het schip TRITON, van Rotterdam naar Belfast, meldt van Dartmouth, van den 5 februari, dat hij den 24 januari van de rede van Weymouth vertrokken zijnde, kort daarna, op de hoogte van Goudstaart (opm: Start Point), door westen wind met storm was overvallen geworden, waarom hij, ten einde niet terug te drijven, de rede van Torbay aandeed, en den 31 weder van daar zee koos, doch een uur of drie daarna weder door een westelijke storm, met donder, weerlicht, hagel en sneeuw overvallen werd; bij die gelegenheid werd des nachts het daags anker uit de sjorrings geslagen, kwam hier op den 3 februari weder ter rede van Torbay om zijn tuig te repareren, kreeg ’s nachts alweder storm uit den Z.Z.O, liet een tweede anker vallen en bekwam een loods aan boord; moest vervolgens de touwen kappen en kwam sedert te Dartmouth binnen.
Op 23 juli 1818 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Van Meeteren & Brand, Dordrecht, voor Jan Schotman Keijser als kapitein.
1819
Op 19 april 1819 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Fidel de Timmerman, Gent, voor Jan S. Backer als kapitein. (overgang van eigendom ex-Jan Schotman Keijzer) Tevens werd voor deze combinatie een Turkse Pas verstrekt voor een reis naar Lissabon, en op 20 november voor een reis naar de Middellandse Zee.
OHC 021019
Amsterdam, 30 september. In een brief van Elseneur van den 21 september wordt gemeld, dat verscheidene schepen van daar naar de Noordzee vertrokken, den 19 dito wegens contraire wind en storm terug gekomen waren, waaronder de JONGE TJETSKE TROMP, kapt. R.S. de Jong, van Riga naar Amsterdam, en TRITON, kapt. J.S. Backer, van Libau naar Bergen, welke beide een anker en touw verloren hadden.
1820
Op 9 oktober 1820 werd een Turkse Pas verstrekt voor de TRITON voor een reis naar Middellandse Zee, aangevraagd door Fidel de Timmerman, Gent, voor Jan S. Backer als kapitein.
1821
MCO 130321
Vlissingen, 10 maart. Van hier naar Antwerpen is de Schelde opgevaren de TRITON, kapt. J.S. Backer, van Messina, met fruit en zwavel.
Op 4 juli 1821 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Fidel de Timmerman, Gent, voor Jan S. Backer als kapitein.
1822
GVB 180322
Oostende, 14 maart. Binnengekomen ‘s avonds, de Nederlandse galjas TRITON, kapt. Backer, van Messina, met fruit en wijn, aan F. Hertoghe, 156 tonnen.
Op 14 oktober 1822 werd een Turkse Pas verstrekt voor de TRITON voor een reis naar Middellandse Zee, aangevraagd door Fidel de Timmerman, Gent, voor Jan S. Backer als kapitein.
1823
RC 120423
Amsterdam, 10 april. Het Hollands galjas TRITON, kapitein Backer, van Messina naar Oostende, is volgens brief van Malaga van den 19 maart, na een reis van 10 weken, dien namiddag aldaar in de Moelje (opm: ankerplaats) geankerd; volgens bericht van de kapitein was de lading citroenen en china’s-appelen in zeer slechte staat; het schip had een kleine averij aan de voorsteven bekomen, hetwelk echter geen lek veroorzaakt had.
GVB 030923
Oostende, 1 september. Binnengekomen de Nederlandse galjas TRITON, kapt. Backer, van Bergen, stokvis, aan Hertoghe, 156 tonnen.
1824
RC 041224
Uittreksel uit de Lloyd’slijst van den 30 november:
De TRITON, kapt. Backer (opm: galjas, Gent), van Villanova naar Ostende, is den 27 november te Dartmouth binnengelopen, lek en met verlies van steng, zeilen, boot, enz, hebbende een gedeelte van de lading in de storm van den 22 november over boord moeten werpen.
AC 061224
Amsterdam, 4 december. Den 27 november is het schip TRITON, kapt. Backer, van Villanova naar Oostende, zeer lek en met verlies van steng, zeilen, want, boot, enz. te Dartmouth binnengelopen na bevorens in de storm van den 22 genoodzaakt geweest te zijn, de kajuit (round house) open te hakken, en een gedeelte van de lading over boord te werpen.
RC 141224
Lloyd’s List, 10 december. De TRITON, kapt. J.S. Backer, van Vilanova naar Oostende, en de JONGE TJETSKE TROMP, kapt. de Jonge (opm: kapt. R.D. de Jong, zie ook AC 061224), van Lissabon naar Amsterdam, zullen te Dartmouth moeten lossen. Een gedeelte der lading van de TRITON is beschadigd.
1825
Op 15 september 1825 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de TRITON, aangevraagd door Fidel de Timmerman, Gent, voor Jan S. Backer als kapitein. Tevens werd voor deze combinatie een Turkse Pas verstrekt.
RC 060925
Rotterdam, 5 september. Te Oostende is gearriveerd de TRITON, kapt. Backer, van Bergen.
1826
Op 25 september 1826 werd de eerste, bedoeld wordt nieuwe, zeebrief verstrekt voor de SOPHIE, aangevraagd door A. de Laere van Damme, Roesselaere, voor J.S. Backer als kapitein. (aangekocht, ex-TRITON,zie ingetrokken zeebrief 250926)
1827
Op 12 september werd een Turkse Pas voor de SOPHIE aangevraagd door Van Inschoot, Oostende, voor J.S. Backer als kapitein. Deze werd geweigerd: moet requestrant of solliciteur zijn. Op 18 september werd de aanvraag alsnog verstrekt na te zijn ingediend door A. de Laere van Damme, Roesselaere.
1828
Op 26 november 1828 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de SOPHIE, aangevraagd door A. de Laere van Damme, Roesselaere, voor J.S. Backer als kapitein.
1829
Op 7 september 1829 werd een Turkse Pas verstrekt voor de SOPHIE, aangevraagd door A. de Laere van Damme, Roesselaere, voor J.S. Backer als kapitein.
1830
Op 18 september 1830 werd een Turkse Pas verstrekt voor de SOPHIE, aangevraagd door A. de Laere van Damme, Roesselaere, voor J.S. Backer als kapitein.
België
Gedurende 25-27 augustus 1830 waren er in Brussel onlusten geweest welke de opmaat vormden tot de revolutie die resulteerde in de afscheiding van België. Op 4 oktober 1830 werd eenzijdig de onafhankelijkheid van België geproclameerd. In reactie hierop decreteerde de koning bij Koninklijk Besluit van 28 oktober 1830 (Staatsblad No. 73) dat van de schepen welke in de Zuidelijke Provinciën van het Rijk tehuis behoorden de Nederlandse zeebrieven moesten worden ingetrokken. Dit betrof 196 schepen, waaronder de galjas SOPHIE, kapitein J.S. Backer, eigenaar A. de Laere van Damme, Roesselaere.
Op 20 december werd de scheiding der Nederlanden door de grote mogendheden (Groot Brittannië, Frankrijk, Pruisen, Oostenrijk en Rusland) erkend.
1832
LL 190732
Liverpool, 5 juli. Binnengekomen de SOPHIE, kapt. Rooms, van Oostende.
1833
LL 230833
Oostende, 19 augustus. Binnengekomen de SOPHIE, kapt. Rooms, van Liverpool.
1835
LL 130135
Oostende, 4 januari. Binnengekomen de SOPHIE, kapt. Rooms, van Liverpool.
1836
MV
In 1836 enige reperaties verricht in Oostende.
LL 140636
Antwerpen, 10 juni. Binnengekomen de SOPHIE, kapt. Rooms, van Liverpool.
1837
RC 190937
Rotterdam, 18 september. Uittreksel uit de Lloydslijst tot den 15 september.
Men schrijft van Ramsgate, van den 13, dat de SOPHIE, Rooms (opm: galjas, kapt. Jef Rooms), van Ostende naar Faro, na op Goodwin Sand gestoten te hebben, aldaar met zeeschade was binnengebragt.
LL 291237
Oostende, 23 december. Binnengekomen de SOPHIE, kapt. Rooms, van Faro.
1838
GVB 240438
Oostende, 23 april. Uitgezeild de Belgische galjas SOPHIE, kapt. P. Garling, naar Memel, in ballast, aan van Imschoot Thuys, 156 vat.
GVB 200738
Oostende, 18 juli. Uitgezeild de Belgische galjas SOPHIE, kapt. Garling, naar Liverpool, in ballast, aan van Imschoot Thuys, 154 vat.
GVB 310838
Oostende, 29 auustus. Binnengekomen de Belgische galjas SOPHIE, kapt. Garling, van Liverpool, met zout, aan van Imschoot – Thuys, 154 vat.
1839
GVB 250339
Brugge 23 maart. Uitgezeild de Belgische galjas SOPHIE, kapt. P. Garling, naar Liverpool, met schors, voor rekening van Belleroche aan hem zelf,120 vat.
GVB 020439
Oostende, 29 en 30 maart. Uitgezeild de Belgische galjas SOPHIE, kapt. P. Garling, naar Liverpool, met schors, aan Van Imschoot – Thuys, 172 ton.
GVB 190939
Oostende, 17 september. De Belgische galjas SOPHIE, kapt. P. Garling, naar Faro in ballast, aan Van Imschoot – Thuys, 172 vat.
GVB 191039
In de maand oktober, werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor het schip (galjas) ROSALIA, een dek en twee masten, bevorens genaamd LA SOPHIE. Dit schip meet 172 ton, wordt momenteel gevoerd door de heer W. Deryck, en behoort toe aan den heer Segaert, reder te Brugge.
SMG 161139
Holyhead, 14 november. H.M. stoomschip DOTTRELL, commandant John Gray, van Kingstown naar Holyhead, met de post. Vandaag om 12 uur, ongeveer zeven leagues (opm: ongeveer 21 zeemijlen) W.N.W. van Holyhead, trof de Belgische galjas ROSALIE, kapt. De Ryk van Brugge, in zinkende staat aan. Kapitein Gray stuurde zijn boot, redde de bemanning en landde ze hier deze namiddag om 4 uur ‘s middags. De ROSALIE was van Liverpool onderweg naar Oostende, met een lading steenzout en katoen.
(opm: eerste reis onder de naam ROSALIE, ex-SOPHIE; als TRITON circa 1795 in Zweden gebouwd, 1814-1830 onder Nederlandse vlag, sindsdien Belgische)
SMG 181139
Holyhead, 16 november. De Belgische galjas ROSALIE reeds gemeld op 14 november dat het in een zinkende staat was en verlaten door de bemanning, was dezelfde dag om vier uur 's middags gepasseerd door de H.M. pakket MENDUZA, van Liverpool naar Kingston. De bemanning van het MENDUZA rapporteerde dat het schip zinkende was en niet veel langer zou blijven drijven.