Inloggen
VROUW MARGARETHA (DE) - ID 11599


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1814-03-07 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 18??
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Material Hull: Wood
Construction Data

Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1814
Datum agenda: 1814-03-07
Register nr: 18140227
Scheepsnaam: VROUW MARGARETHA (DE)
Type: Kof
Lasten: 61
Gebouwd in plaats: Oude Pekela
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Tiktak, Lammert K.
Plaats: Pekela
Kapitein op moment van verzoek: Mooij, Hendrik Jeltes
Opmerkingen: Eerste zeebrief
80 rogge-lasten

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1814-03-07 DE VROUW MARGARETHA
Manager: Lammert Klaassens Tiktak, Nieuwe Pekela, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Lammert Klaassens Tiktak, Nieuwe Pekela, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Nieuwe Pekela / Netherlands

Date/Name Ship 1820-03-23 JONGE CORNELIS
Manager: Lammert Klaassens Tiktak, Nieuwe Pekela, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Lammert Klaassens Tiktak, Nieuwe Pekela, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Nieuwe Pekela / Netherlands

Ship Events Data


Gezagvoerders

Datum vanaf: 1814
Kapitein: Mooij, Hendrik Jeltes
Overige informatie: 1814-03-07

Datum vanaf: 1819
Kapitein: Koster, Harm H.
Overige informatie: 1819-06-08

Datum vanaf: 1824
Kapitein: Koster de zoon, H.H.
Overige informatie: 1824-02-27

Monsterrollen

Opgemaakt Delfzijl
Datum: 1815-02-24
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: VROUW MARGARETHA
Schipper: Mooij, Hindrik Jeltes
Scheepstype:
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Algemene informatie

Kronieken

1814

Op 07-03-1814 wordt voor de VROUW MARGARETHA door Lammert Klaas Tiktak uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Hendrik Jeltes Mooij

1815

RC 080615
Den 6 zeilden uit de Maas de Vrouw Harmina, J. J. Kuyjer, en de Zeelust, J. C. Lucas, naar ; de jonge Elizabeth , J. S. van der Mey naar Hamburg; de Vrouw Margaretha, H. J. Mooy, naar Riga
RC 140915
Heden zeilden uit de Maas de Schepen de Zeemeeuw, J. Talles, naar Mogador; de vrouw Margaretha, H. J. Mooij , naar Rouaan.

1816

MCO 200216
Vlissingen
Binnengekomen
Den 16, the Herman, kapt. H. B. Bakker, van St. Übes, en de Vrouw Margaretha, kapt. H. J. Mooy, van Oleron, beide naar Antwerpen, met zout.

Op 23-03-1816 wordt voor de VROUW MARGARETHA door kapt. Hendrik Jeltes Mooij uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor hemzelf.
LCO 260716
’T Vlie
Uitgezeild
H. Jans de Goede Harmonie, en H. J. Mooij Vrouw Margreta , beide na de Oostzee.

1817

Geen scheepvaart berichten gevonden.

1818

Op 06-03-1818 wordt voor de VROUW MARGARETHA door kapt. Hendrik Jeltes Mooij uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor hemzelf.
RC 101118
’t Vlie
Uitgezeild
H.J. Mooij naar Hamberg

1819

Op 22-05-1819 wordt voor de VROUW MARGARETHA door Lammert Klaas Tiktak uit Pekela een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Hendrik Jeltes Mooij
Op 08-06-1819 wordt voor de VROUW MARGARETHA door Lammert Klaas Tiktak uit Pekela een Turkse pas aangevraagd voor kapt. Harm H. Koster
Geen scheepvaart berichten gevonden.

1820

Op 23-03-1820 wordt voor de JONGE CORNELIS door Lammert Klaas Tiktak uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Harm H. Koster
LC 080820
Harlingen.
Den 31 dito binnengekomen het smakschip DE GOEDE INTENTIE, kapt. Teeke J. van der Veer, met rogge van Memel (opm: Klaipeda), de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen.

LC 260920
Harlingen.
Den 16 dito binnengekomen het smakschip de VROUW MARGARETHA, kapt. E. Pot, met hout van Dantzig (opm: Gdansk), het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen
LC 061020
Harlingen.
Den 28 dito uitgezeild de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, JOHANNES, kapt. R.H. Jonker, beide met ballast op avontuur.

1821

LC 250521
Harlingen. Den 14 mei binnen gekomen de kofschepen LAAT HEM ZO, kapt. E. Peters, ledig van Amsterdam; de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen.
LC 120621
Harlingen. Den 28 mei binnen gekomen de sloepschepen WILLIAM, kapt. William Nazeby, ATTALANTHA, kapt. James Byrne, WALTER MATTHYS, kapt. A. Gallaway en het schonerschip LIVELY, kapt. William Bayes, alle met ballast van London. Uitgezeild de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong, de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de kofschepen de VROUW ZWAANTJE, kapt. Jan J. Kortrijk, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle met ballast op avontuur
LC 100721
Harlingen. Den 26 dito binnen gekomen het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen.
LC 200721
Harlingen.
Den 14 dito uitgezeild de kofschepen de VROUW TRIJNTJE, kapt. A.B. Visser, ANNEGINA, kapt. J.P. Hervens, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle drie met ballast naar Noorwegen
LC 210821
Harlingen.  Den 14 dito binnen gekomen het kofschip de WAAKZAAMHEID, kapt. H.S. Hofthuis, met tarwe en rogge van Weimar, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen.
LC 280821
Harlingen.
Den 24 dito uitgezeild het pinkschip PROVIDENTIA, kapt. S.A. Geertsen, de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW TRYNTJE, kapt. A.P. Visser, alle 3 met ballast naar Noorwegen.
LC 280921
Harlingen.
Den 23 dito binnen gekomen het kofschip HARLINGEN, kapt. Thomas J. Smith, met hout en hennep van Riga, de smakschepen de VROUW ALIDA, kapt. D.G. Schuur, de JUFFER FOCKOLINA, kapt. H. L. Docker (opm: JUFFER FOKKELINA, kapt. Hendrik Leewes Dokter), de TWEE VRIENDEN, kapt. Reinder Jans Boeling, de VROUW FOKJE, kapt. Jan Bruins, de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW ANNEGINA, kapt. J.P. Hergers, de tjalkschepen de VROUW SOPHIA, kapt. S.O. Visser, de VROUW FENNEGINA, kapt. A.C. Ruiten, alle met hout van Noorwegen.

1822

LC 260322
Harlingen.
Den 13 dito uitgezeild de kofschepen VERWACHTING, kapt. Steven de Vries, met stukgoederen naar Engeland, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, ALIDA CLAZINA (opm: kof), kapt. K.L. Tiktak, de VROUW ENGELINA, kapt. IJ.H. de Jong, HOOP EN VREES, kapt. Y.P. Piebes, NOORDSTER, kapt. K.G. Boekhorst, alles met ballast op avontuur.

Op 10-04-1822 wordt voor de JONGE CORNELIS door Lammert Klaas Tiktak uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Harm H. Koster
LC 310522
Harlingen
Den 14 dito binnen gekomen het schonerschip CORONATION, kapt. W. Wotton, de sloepschepen ATTALANTE, kapt. James Byrne, the UNION, kapt. John Davey, alle met ballast van Londen; het smakschip EENDRACHT, kapt. Klaas J. Doijes (opm: kapt. K.J. Dooijes), het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. Harm H. Koster, en het tjalkschip HILLEGINA, kapt. Harm Kloeve, alle met hout van Noorwegen.
LC 070622
Harlingen.
Den 27 dito binnen gekomen het schonerschip VICTORY, kapt. Robert Cubit, met ballast van Londen. Uitgezeild de smakschepen de VIJF GEZUSTERS, kapt. Popke E. de Jonge, de VROUW HILLEGINA, kapt. Harm Kleeve, en het kofschip de VROUW ELISABETH, kapt. Jan J. Arends, alle met ballast naar Noorwegen; de tjalkschepen de VROUW ALIDA, kapt. H.J. Kruse, en WILHELMINA, kapt. Dirk J. de Jong, beide met pannen en steen naar Hamburg; de kofschepen ANNA CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, en de JONGE CORNELIS, kapt. Harm H. Koster, beide met ballast naar Noorwegen.
LC 020722
Harlingen.
Den 19 dito binnen gekomen het schonerschip VIOLET, kapt. Charresin, met ballast van Londen; de smakschepen ALLEGONDA HILLEGINA, kapt. E.K. Kuilema (opm: kapt. Egge Everts Kuilema), DIANA, kapt. W.J. Stuit, de JONGE DANIEL, kapt. H.J. Oortjes, de VROUW MARGINA, kapt. Daniel J. Oortjes; de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW ELISABETH, kapt. J.J. Arends jr, alle met hout uit Noorwegen.

1823

DC 170723
Vlissingen, 28 juni. Van den 25 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen ELISA, kapt. J.O. Lijngass, van Havre-de-Grace, met rijst; de PELIKAAN (opm: pleit PELICAAN, thuishaven Brussel), kapt. P.J. Thienpond, van London, met stukgoederen; ZELDENRUST (opm: kof), kapt. G.A. Jonkhoff met klipzout, en ANNA KRANENBURG (opm: kof ANNA KRANENBORG), kapt, H. Smit met klipzout en stukgoederen beide van Liverpool; JOSEPH AND ELISABETH, kapt. A. Hewis, van New York met katoen en thee; de JONGE NIKOLAAS (opm: kof JONGE NICOLAAS, thuishaven Gent), kapt. H. Peters, van Liverpool met klipzout; the ELISE, kapt. A. Puttnam van Batavia met koffij; de VROUW ANNA, kapt. K.A. Bos, en de JUFFROUW TITSIA (opm: kof JUFFER TITIA), kapt. L.J. Besseling, beide van Liverpool met klipzout; DELPHINE (opm: fregat DELPHINA), kapt. J. Boelen van Batavia met koffij; MARGARETHA, kapt. J.J. Albertz van Bordeaux met wijn; JANNA HAZINA (opm: kof), kapt. D.T. de Jonge; ANNAGINA GEZINA (opm: kof VROUW ANNEGINA), kapt. H.J. Potjer, en de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle drie van Liverpool met klipzout.
DC 161023
Vlissingen, 7 oktober.
Voorts zijn gisteren en heden voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen de JUFFROUW HENDRIKA (opm: kof), kapt. H.H. Scholtens, van Liverpool met klipzout; de JONGE JURRINA (opm: smak DE JONGE JURJEN), kapt. E.J. Bakker, van Havre-de-Grace, met suiker enz; de VROUW ALBERDINA, kapt. H.C. Hazewinkel en GRONINGER WELVAART (opm: kof), kapt. E.K. Lugies, beide van Liverpool met klipzout; de JONGE CORNELIS (opm: smak), kapt. H. Koster van Londen met stukgoederen.

1824

Op 27-02-1824 wordt voor de JONGE CORNELIS door J.H. de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Harm H. Koster
DC 060424
Vlissingen, 30 maart
Voorts zijn van den 22 dezer tot heden, van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild SIRENE, kapt. J.B. Johansen, naar Lissabon, met stukgoederen; AURORA, kapt. S.J. Brouwer, en GROOT LANKUM, kapt. H.A. de Weerd, beide naar Liverpool; de JONGE CORNELIS, kapt. H. Koster, naar Londen, alle drie met boomschors.

1825

AC 310525
Texel, 29 mei.
Uitgezeild: LE GRAND NAVIGATEUR, kapt. F. Guisenet, naar St. Malo; JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, naar Port-à-Port
DC 110825
Hellevoetsluis, 5 augustus.
Den 8 dito. De kof gisteren gemeld is JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster van Port à Port, dezelve is na visitatie uit de quarantaine ontslagen
RC 031125
Amsterdam, 1 november. Kapitein O.P. Blom, voerende het Nederlands kofschip ANTHONIUS EN CORNELIA, met zout en katoen beladen voor Amsterdam, meldt van Liverpool, in dato den 27 oktober, dat hij sedert den 18 dito door tegenwind aldaar werd teruggehouden. Enkele schepen, die het gewaagd hadden te vertrekken, waren met schade teruggekomen. Met hem wachten aldaar op gunstige wind de schepen de VIGILANTIE, kapt. H.C. Smit, BUITENWERF, kapt. J.E. Gast, de VROUW MARTHA, kapt. D.R. van Wijk, CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de JUFFROUW TITIA, kapt. L.J. Besseling, de VROUW ANNA, kapt. H.J. Korter, VRIESLANDS WELVAREN, kapt. F.D. van Veen, kapt. Deddes en De Jong.
DC 291125
Vlissingen, 22 november.
Van den 19 dezer tot heden zijn voor Antwerpen bestemd op onze rede aangekomen: BETHELL, kapt. Th. Hall, van Hull met koopmansgoederen; LE CHARLES, kapt. J.E. Beekman en CHRISTINA VOS, kapt. N.A. Smaal, beide van Liverpool met klipzout; DE VROUW ALBERDINA, kapt. H.K. Rentes, van Havre-de-Grace met suiker; THE HIND, kapt. A. Boutelair, van Jersey met koffie enz.; de JONGE NICOLAAS, kapt. H. Peters, van Liverpool met klipzout en katoen; THE WILLIAM, kapt. S. Martin, van Boston en Salome met suiker en koffie; de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met klipzout.

1826

Op 01-03-1826 wordt voor de JONGE CORNELIS door J.H. de Weerd uit Pekela een zeebrief aangevraagd voor kapt. Harm H. Koster
DC 210326
Vlissingen, 14 maart.
Voorts zijn, van den 11 dezer tot heden, van onze rede naar zee gezeild de volgende schepen, daartoe van Antwerpen de Schelde afgekomen: DE JONGE CAMILLE, kapt. J. Wolters, naar Londen met boomschors; DE VERANDERING, kapt. J.H. Uiling, op avontuur met ballast; LOVELY AND ANN, kapt. P.P. Blyrt, naar New Orleans met stukgoederen; DE AREND, kapt. H. Elbring, DE COMMERCIE, kapt. H.A. de Vries, MEDUSA, kapt. J. Lubbing, KING GEORGE-PACKET, kapt. J. Mechelt en THE LYRA, kapt. C. Burdon, alle vijf naar Londen met boomschors; HENRIETTA JOHANNA, kapt. C.J. Kluin en L’AUGUSTE, kapt. J.G. Sap, beide naar Bordeaux met ballast; LA JEUNE LOUISE, kapt. P. le Vasseur, naar Havre-de-Grace met geweren; DE HERSTELLING, kapt. B.H. Smit, naar de Marennes met ballast; THE MARINER, kapt. J. Douglas, naar Leith met vlas; SUZANNA, kapt. F. Knoop en STANISLAUS, kapt. M. Bougés, beide naar Bordeaux; DE GOEDE VERWACHTING, kapt. J.H. Fijn en DE VROUW GEZINA, kapt. N.H. Baas, beide naar Oléron; DE VROUW ANNEGINA, kapt. J.J. Oltmans en MARIA JOHANNA ELISABETH, kapt. H.G. Boekhout, beide op avontuur; CONCORDIA, kapt. B.J. de Boer, DE JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster en ANNA KRANENBORG, kapt. H. Smit, alle drie naar Oléron, en alle negen met ballast.
DC 090526
Vlissingen, 2 mei.
Ook zijn den 30 april ll., voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: DE VROUW ANNEGINA, kapt. E.R. Huisman, van Liverpool met klipzout; ST. MICHEL, kapt. Th. Smithson, van Hull met stukgoederen; DE TWEE GEBROEDERS, kapt. S.J. Brouwer, van Oléron met zout; CLARA, kapt. J.H. Kraeft, van Dantzig met weedasch; JANVRIN, kapt. J. Ballaine, van Bahia met suiker en katoen; HENDRIK, kapt. E. Terkelsen, van Norge met stukgoederen; ANNA KRANENBURG, kapt. H. Smit, DE JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster en WEMELINA KRANENBURG, kapt. J.J. Prange, alle drie van Oléron met zout

DC 030626

Vlissingen, 27 mei.

Voorts zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en van den 24 dezer tot heden van onze rede naar zee gezeild: CAROLINE, kapt. E.J. Melchers, naar Buenos Aires met stukgoederen; DIE HOFFNUNG, kapt. J. Topp naar de Oostzee; DE DRIE GEBROEDERS, kapt. E.G. Jonker naar Riga; DE HERSTELLING, kapt. B.H. Smit; OSIRIS, kapt. T. Heyes en DE VROUW JANTINA, kapt. G.G. Smit, alle drie op avontuur; WEMELINA KRANENBURG, kapt. J.J. Prange en ANNA KRANENBURG, kapt. H. Smit, beide naar Tremblade en alle zeven met ballast; DE LEEUW, kapt. J. Verbruggen, naar Londen met boomschors; DE JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster op avontuur.

1827

RC 170727
Rotterdam, 16 juli.
De 13e, des namiddags, arriveerde te Den Briel DE JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, van Riga.
RC 210827
Rotterdam, 20 augustus.
De 18e, des namiddags, arriveerde te Brielle LOUISA, kapt. D. Guijt, van Jersey; de 19e, des morgens zeilden MERCURIUS, kapt. C. Bakker, naar Hull; GEERTRUIDA, kapt. R.R. Tinteker, naar Dartmouth; DE JONGE CORNELIS, kapt. H. Koster, naar Yarmouth
RC 161027
Rotterdam, 15 oktober.
De 14e, des namiddags, arriveerde CONCORDIA, kapt. A.E. Pot, van St. Ubes; de 15e, des morgens, ’S LANDS WELVAREN, kapt. A. Rietdijk, van St. Ubes; DE VROUW ENGELINA, kapt. H.T. de Jong en DE JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, van Marennes
DC 181027
Dordrecht, 17 oktober. Aan deze stad zijn gearriveerd de schepen de VROUW JACOBA, kapt. J.J. Rink van Bergen met stokvis en traan; de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, en de VROUW ENGELINA, kapt. H.T. de Jong, beiden van Marennes met zout.

1828

De nieuwe aanvraag of inlevering van de oude zeebrief is niet gevonden

Bronnen

Jaar: 1814
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Bronnen
Nationaal archief Den Haag, diverse zeebrieven
AC = Amsterdamsche Courant
DC = Dordtsche Courant
LC = Leeuwarder Courant
LCO = Leydsche Courant
MCO = Middelburgsche Courant
RC = Rotterdamsche Courant