1816
097 - 27 maart 1816.
Inventarisatie van de nalatenschap van wijlen Harm Harms Kok en Esse Okkes, in leven echtgenoten alsmede die van hun kinderen Harm, Okke en Afijn Harms Kok, allen in leven wonende te Oude Pekela en zich samen aan boord bevindende van het door eerstgenoemde gevoerde kofschip "de DOGTER AFIJNA"(opm: DOCHTER AFFINA) genoemd, op hun terugreis van Newcastle vermoedelijk in de maand april 1815 verongelukt en overleden.
Deze inventarisatie is gedaan op verzoek van:
1. Pieter Jans Oosterend, schipper, namens zijn echtgenote Fennechien Okkes;
2. Berend van Dijk, schoolonderwijzer, namens zijn echtgenote Wiske Okkes;
3. Anna Harms Kok, koopvrouw;
4. Jannes Tjebbes de Jonge, namens zijn echtgenote Afijn Johannes Kok, varenspersoon, allen wonende te Oude Pekela;
5. Andries Kroon, commies op het Bureau van Registratie te Winschoten;
6. Gerrit Gerrits Ebeling, oliemolenaar, wonende te Oude Pekela, namens zijn echtgenote Afijn Klaassens;
7. Israel Uiling en zijn echtgenote Aike Okkes;
8. Mr. Rudolf de Sitter, notaris te Winschoten, benoemd om de afwezige erfgenamen Jan Reints Brons, Harm Leenderts Kok, Hindrik Leenderts Kok, Boelo Okkes, allen wonende te Oude Pekela, Haike Harms Kok, weduwe van Harm Klaassens Mulder, wonende te Harlingen te representeren.
Deze inventarisatie is geschiedt en opgemaakt te Oude Pekela in het huis van de overleden Harm Harms Kok en vrouw Esse Okkes.
Gedaan en opgemaakt in aanwezigheid van Klaas Franken en Reinder Barghuis, beiden wonende te Oude Pekela