Familiegegevens en opleiding
Dirk Tjeerds Visser werd geboren/gedoopt te Hollum op 22 juni 1778/17 februari 1802 als zoon van Tjeerd Dirks Visser en Gelske Jobs. Hij was doopsgezind.
Hij trouwde op 18 januari 1805 te Nieuwendam met Tanneke van der Gouwe, geboren te Philippine p 02 april 1786. Zij werd op 06 maart 1807 lidmaat van de gereformeerde kerk te Hollum met een attest van Vlissingen en weer naar Amsterdam op 01 december 1819. Zij overleed op 19 januari 1847 namiddags 2 uur in de Kleine Kattenburgerstraat 39 te Amsterdam, 60 jaar. Zoon Job werd geboren op 27 mei 1812 op zijn schip de “Neptunus”, gelegen aan de Gelderse Kade te Amsterdam. Tanneke overleed op 18 januari 1847.118
Dirk overleed op 25 september 1835 10 uur ’s morgens in de Kleine Kattenburgerstraat 39 te Amsterdam., 57 jaar. De aangifte werd gedaan door zijn zoon Jacobus Visser003 + Stadsarchief Amsterdam
Ook informatie dd augustus 2008 van fam. Borsch te Ameland.
In een brochure bij een wisselexpositie van de Stichting “de Ouwe Pôlle” te Hollum, 1984 staan brieven van Tanneke Visseer, dd 04 mei 1824 aan haar man en van Dirk Tjeerds Visser dd 27 april 1831 aan zijn vrouw Tanneke. De brief van Tanneke is een lange lofrede op de Heer en bevat weinig belangwekkende informatie.
De brief van Dirk Tjeerds is gedateerd “In zee zeilend tusscchen Wigt en Bevancier met Zuidewind waiend ’s morgens 6 ure 27 apl 1831.” Hij is kennelijk op weg naar huis. Verwijzingen naar andere personen, maar dan met vóórnamen, die ik niet kan traceren.. In de marge van de brief staat een aantekening, kennelijk al in Amsterdam gemaakt met als adres Kleine Kattenburgerstraat Amsterdam.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
Dk.Tj.Visser werd met vlagnummer 108 per 08 maart 1825 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein D.Kraijer. Toegevoegd is “overleden” 002.
In de notulen van de Algemene Ledenvergadering van Zeemanshoop van 22 februari/01 maart 1825 wordt melding gemaakt van de voordracht/benoeming tot effectief lid van Dirk Tjeerds Visser, oud 46 jaar, wonende in de Kleine Kattenburgerstraat 39. De voordracht was door Dk.Krayer en zijn vlagnummer werd 108023.
Dirk werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop op 11 november 1825. 003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 maart 1833 staat vermeld een: “Brief van Kapit. D.J(?) Visser do 21 Maart berigtende als Supercarga eene reis naar de Havana onder Hannoveraansche vlag te zullen doen”. Met zijn verzoek om Effectief Lid te mogen blijven wordt ingestemd mits hij vooruit betaald.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 oktober 1835 staat een verzoek om uitkering door de wed. D.T.Visser. welke in de vergadering van 08 december 1835 werd toegestaan aan T.van der Gouwe, de weduwe van kapitein Dk.Tj.Visser.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 juni 1836 staat een lijst van kapiteins die zijn overleden of die hebben bedankt voor het lidmaatschap. Jaartallen van overlijden of bedanken zijn niet vermeld. Overleden is D.T.Visser042.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
108 1825-1826 brik de Havana Packet J.J.Poncelet
1827-1834 brik de Havana Packet J.J.Poncelet & Zn
Bouma025 vermeldt D.T. Visser als gezagvoerder gedurende:
1821 t/m 1835 van de brik “Havana Packet”, gebouwd in 1820, bouwplaats niet vermeld, 140 ton o.m., varend voor J.J.Poncelet & Zn te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Dirk Tjeerds Visser op de:
“Aurora”, dd 21 maart 1805 (Pruisische vlag); 07 november 1805 (Pr.); 19 februari 1806 (Pr.);
“Vigilantie”, dd 26 juli 1809 (Papenburger vlag); 31 maart 1810 (Pap.);
“Nepthunis”, dd 21 december 1813;
“Vrouw Dieuwertje”, dd 18 mei 1814; 04 oktober 1814; 26 september 1815; 18 oktober 1816; 12 september 1817; 18 augustus 1818; 31 juli 1819; 23 septmber 1820;
“Havana Packet”, dd 27 november 1821; 19 juni 1822; 15 maart 1823; 29 december 1823; 10 juli 1824; 05 april 1825’; 09 november 1825; 21 juni 1826; 21 juni 1827; 08 maart 1828; 16 maart 1829; 15 juni 1829; 11 maart 1830; 03 december 1830; 10 november 1831; 16 oktober 1833; 08 maart 1834 en 04 februari 1835.
In het Stadsarchief van Amsterdam bevindt zich in inventaris 5081-7148-149 een eigendomsbewijs/rederij-cedule van de smak “Vigilantie, voordien genaamd de “Vrouw Trijntje” (zie bij kapitein Dirk Cornelis de Groot). In dit document wordt gemeld dat dit schip (als “Vrouw Trijntje”?) op 30 juni 1809 door Dirk Tjeerd Visser voor f 2.200,- werd verkocht aan Seemann & Co, reders te Amsterdam. De notaris was E.M.Draper te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Op 30 november 1812 wordt het overdekte kaagschip (bélandre) “Neptune” (64-78/94 ton) voor 1200 Nederlandse zilveren guldens of Frs. 2520 onderhands verkocht door kapitein Dirk Tjeerd Visser te Ameland aan Lourens Veer, koopman te Alkmaar. Kiellegging en tewaterlating van het schip vond plaats te Hasselt. De verkoop passeerd bij notaris Reinier Meijjes te Amsterdam113
In dossier 38-90 een monsterrol dd 21 december 1813 met het kaagschip “Nepthunus”, varend onder Hollandse vlag onder kapitein Dirk Tjeerds Visser. Boekhouder Louwerens Veen te Alkmaar. Bestemming Londen. 4 bemanningsleden de kapitein, stuurman Engel D.Dekker, matroos Klaas H. de Boer en kok Douwe T.Visser, allen van Ameland.011a
Volgens informatie van Tineke Borsch te Ameland (september 2007) blijken Tjeerd en Engel zwagers te zijn en Tjeerd en Douwe broers.
In dossier 38-92 een monsterrol dd 18 mei 1814 van de brik “De Vrouw Dieuwertje”, varend onder Hollandse vlag onder kapitein Dirk T.Visser. Boekhouder: O.de Vries. Bestemming Archangel. 9 bemanningsleden en wel de kapitein, stuurman Arend Oosterbaan van Amsterdam, timmerman, bootsman, kok, 3 matrozen, twee ligtmatrozen (Cornelis K. de Jong en Douwe T.Visser.) 011a
In het Sorgdragermuseum te Hollum, Ameland, is een zwart-wit prent van een kof met in de mast een wimpel waarin de vermelding Reijna Catharina. Dit schip wordt door conservator Pieter Jan Borsch toegeschreven aan Dirk Tjeerds Visser, (1788-1835). Op de prent is geen verdere aanduiding van schilder of kapitein.
Rotterdamsche Courant 07 oktober 1819114
Amsterdam, 5 oktober. Den 31 augustus was op 38 graden 26 minuten N.B. 30 graden 30 minuten west van Greenwich, in de beste staat zeilende het schip de VROUW DIEWERTJE, kaptein D.T. Visser, van Amsterdam naar Havana.
Rotterdamsche Courant 17 januari 1822114
Amsterdam, 15 januari. Volgens brief van kapt. J.R. Bonning, voerende het schip de ZEEMEEUW, van Amsterdam naar Curaçao, in dato 3 januari, was hij toen in goede staat zeilende in het Kanaal bij Dungeness, bij zich hebbende het schip de HAVANA PAKET (opm: brik HAVANNAS PACKET), kapt. D.T. Visser, van Amsterdam naar Havana.
Rotterdamsche Courant 12 september 1822114
Amsterdam, 10 september. Volgens brief van kapt. D.T. Visser, voerende het schip de HAVANA PACKET (opm: brik, de naam in diverse zeebrieven afwijkend geschreven; in de koopakte als HAVANNAS PACKET), van Amsterdam naar Havana, in dato den 13 augustus, was hij toen, na vier weken westelijke winden gehad te hebben, in goede staat zeilende op 27 graden breedte 55 grade lengte west van Greenwich.
Rotterdamsche Courant 02 november 1822114
Amsterdam, 31 oktober. Kapt. D.T. Visser, voerende het schip de HAVANA-PAKET (opm: brik HAVANNAS PACKET), meldt van Havana van den 7 september, dat hij dacht in het laatst dier maand de terugreis naar Amsterdam aan te nemen; aan boord was alles wel.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Het Archief van de Amsterdamse Waterschout bevat monsterrollen op naam van kapitein Andreas Thomsen op de:
“Aurora”, dd 07 maart 1803 (Deense vlag);
“Hageniern”, dd 25 mei 1805
“Minerva”, dd 14 september 1815; 05 november 1816;
“Vrouw Dieuwertje”, dd 19 september 1821; 01 oktober 1822; 06 mei 1823; 03 oktober 1823 en 25 mei 1824;
“Aurora”, dd 15 oktober 1824; 02 september 1825; 17 mei 1826; 17 oktober 1826; 07 juni 1827; 19 oktober 1827; 09 juni 1828 en 15 september 1828.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 01 april 1817114
Amsterdam, 30 maart. Kapt. A. Thomsen, voerende het schip MINERVA, van Amsterdam te Havana gearriveerd, meldt van daar, in dato 8 februari, zich gedragende aan diverse vorige brieven (die echter tot heden niet te regt gekomen zijn), dat hij op zijn reis twee maal rovers aan boord had gehad, die een gedeelte zijner lading geroofd hadden; hebbende de meeste fustagiën (opm: vaten) opengebroken en uit elk fust wat genomen, van welk een en ander hij nader rapport zou doen.
Rotterdamsche Courant 10 juni 1817114
Amsterdam, 8 juni 1817. Het schip MINERVA, kapt. A. Thomsen, van Havana den 3 juni in Texel binnen, heeft 56 dagen reis.
Rotterdamsche Courant 25 juni 1818114
Rotterdam, 24 juni. Kaptein A. Thomsen, voerende het schip schooner-brikschip AURORA, den 12 mei van Havanna vertrokken en den 22 dezer te Helvoetsluis gearriveerd, rapporteert dat hij den 9 der lopende maand, op 42º11’ noorderbreedte en 33º36’ westerlengte van Greenwich, heeft gepraaid de Engelse brik WELLINGTON OF CORK, komende van Amerika en naar Engeland gedestineerd, welke enige dagen te voren door een klein vaartuig was gejaagd, hetgeen echter, na bespeurd te hebben dat voornoemd schip sterk bemand was en er zich diverse officieren aan boord bevonden, dadelijk afhield.
Voorts rapporteert dezelve, dat er te Havanna een Hollandse brik, ’t huis behorende te Groningen, was gearriveerd, welke, van Curaçao komende, gedurende de overtogt door een Cartageense (opm: uit Cartagena, Colombia) kaper van deszelfs victualie, touwwerk, zeildoek, enz. was beroofd, zo mede de passagiers en equipagie van hunne klederen en contanten.
Een Deense brik, te Altona ’t huis behorende en naar Hamburg gedestineerd, was, twee dagen na zijn vertrek van Havanna, door een rover genomen, welke de equipagie op het eiland Cuba aan de wal gezet heeft, na hun bijna alles ontnomen te hebben; de equipagie van de kaper bestond, voor zo ver men had kunnen bespeuren, geheel uit Engelsen.
Rotterdamsche Courant 01 november 1821114
Amsterdam, 30 oktober. Het schip de VROUW DIEUWERTJE, kapt. A. Thompson, den 9 oktober uit Texel gezeild naar Havana, was den 13 dito bij Goudstaart (opm: Start Point) in goede staat zeilende.
Rotterdamsche Courant 31 januari 1822114
Amsterdam, 29 januari. Kapt. A. Thomsen, voerende het brikschip de VROUW DIEUWERTJE (opm: kapt. A. Thompson, VROUW DIEWERTJE), meldt van Havana, in dato 3 december 1821, dat hij aldaar de vorige ochtend, en enige uren na hem ook de ACTIVE, kapt. G.H. Bergveld, was gearriveerd, na den 26 november in het gezigt van het eiland St. Domingo, door een grote schoonerbrik, bemand met circa 90 koppen, een halve dag te zijn opgehouden, gedurende welke tijd alle brieven geopend en gelezen en enige provisiën en kelders (opm: kistje met 15 flessen) jenever uit de lading, mitsgaders touwwerk en blokken, gelost waren, van welke goederen een rekening gemaakt en voor het beloop daarvan, door de kapitein van de schooner, een aanwijzing op het Gouvernement te Havana gegeven was, welke echter niet te Havana zoude erkend worden; zijnde de tekenaar aldaar onbekend.
Dezelve kapitein meldt nog, dat de Antwerpse brik MERCUUR, kapt. Smit, van Marseille te Havana gearriveerd, bij Kaap Antonio van een groot der lading, scheepsgereedschappen enz. beroofd en de equipagie mishandeld was.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Het Archief van de Amsterdamse Waterschout bevat monsterrollen op naam van kapitein Andreas Thomsen op de:
“Aurora”, dd 07 maart 1803 (Deense vlag);
“Hageniern”, dd 25 mei 1805
“Minerva”, dd 14 september 1815; 05 november 1816;
“Vrouw Dieuwertje”, dd 19 september 1821; 01 oktober 1822; 06 mei 1823; 03 oktober 1823 en 25 mei 1824;
“Aurora”, dd 15 oktober 1824; 02 september 1825; 17 mei 1826; 17 oktober 1826; 07 juni 1827; 19 oktober 1827; 09 juni 1828 en 15 september 1828.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 01 april 1817114
Amsterdam, 30 maart. Kapt. A. Thomsen, voerende het schip MINERVA, van Amsterdam te Havana gearriveerd, meldt van daar, in dato 8 februari, zich gedragende aan diverse vorige brieven (die echter tot heden niet te regt gekomen zijn), dat hij op zijn reis twee maal rovers aan boord had gehad, die een gedeelte zijner lading geroofd hadden; hebbende de meeste fustagiën (opm: vaten) opengebroken en uit elk fust wat genomen, van welk een en ander hij nader rapport zou doen.
Rotterdamsche Courant 10 juni 1817114
Amsterdam, 8 juni 1817. Het schip MINERVA, kapt. A. Thomsen, van Havana den 3 juni in Texel binnen, heeft 56 dagen reis.
Rotterdamsche Courant 25 juni 1818114
Rotterdam, 24 juni. Kaptein A. Thomsen, voerende het schip schooner-brikschip AURORA, den 12 mei van Havanna vertrokken en den 22 dezer te Helvoetsluis gearriveerd, rapporteert dat hij den 9 der lopende maand, op 42º11’ noorderbreedte en 33º36’ westerlengte van Greenwich, heeft gepraaid de Engelse brik WELLINGTON OF CORK, komende van Amerika en naar Engeland gedestineerd, welke enige dagen te voren door een klein vaartuig was gejaagd, hetgeen echter, na bespeurd te hebben dat voornoemd schip sterk bemand was en er zich diverse officieren aan boord bevonden, dadelijk afhield.
Voorts rapporteert dezelve, dat er te Havanna een Hollandse brik, ’t huis behorende te Groningen, was gearriveerd, welke, van Curaçao komende, gedurende de overtogt door een Cartageense (opm: uit Cartagena, Colombia) kaper van deszelfs victualie, touwwerk, zeildoek, enz. was beroofd, zo mede de passagiers en equipagie van hunne klederen en contanten.
Een Deense brik, te Altona ’t huis behorende en naar Hamburg gedestineerd, was, twee dagen na zijn vertrek van Havanna, door een rover genomen, welke de equipagie op het eiland Cuba aan de wal gezet heeft, na hun bijna alles ontnomen te hebben; de equipagie van de kaper bestond, voor zo ver men had kunnen bespeuren, geheel uit Engelsen.
Rotterdamsche Courant 01 november 1821114
Amsterdam, 30 oktober. Het schip de VROUW DIEUWERTJE, kapt. A. Thompson, den 9 oktober uit Texel gezeild naar Havana, was den 13 dito bij Goudstaart (opm: Start Point) in goede staat zeilende.
Rotterdamsche Courant 31 januari 1822114
Amsterdam, 29 januari. Kapt. A. Thomsen, voerende het brikschip de VROUW DIEUWERTJE (opm: kapt. A. Thompson, VROUW DIEWERTJE), meldt van Havana, in dato 3 december 1821, dat hij aldaar de vorige ochtend, en enige uren na hem ook de ACTIVE, kapt. G.H. Bergveld, was gearriveerd, na den 26 november in het gezigt van het eiland St. Domingo, door een grote schoonerbrik, bemand met circa 90 koppen, een halve dag te zijn opgehouden, gedurende welke tijd alle brieven geopend en gelezen en enige provisiën en kelders (opm: kistje met 15 flessen) jenever uit de lading, mitsgaders touwwerk en blokken, gelost waren, van welke goederen een rekening gemaakt en voor het beloop daarvan, door de kapitein van de schooner, een aanwijzing op het Gouvernement te Havana gegeven was, welke echter niet te Havana zoude erkend worden; zijnde de tekenaar aldaar onbekend.
Dezelve kapitein meldt nog, dat de Antwerpse brik MERCUUR, kapt. Smit, van Marseille te Havana gearriveerd, bij Kaap Antonio van een groot der lading, scheepsgereedschappen enz. beroofd en de equipagie mishandeld was.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt P.Kuekens als gezagvoerder gedurende:
* 1831 van de brik “Aurora”, gebouwd in 1801, bouwlocatie niet vermeld, 220 ton o.m., eigenaar en thuishaven niet vermeld.
Overige bijzonderheden
Geen
Datum vanaf: |
1831 |
Kapitein: |
Kuekens, P. |
Overige informatie: |
1831-06-17 |
Familiegegevens en opleiding
Christian Jäger werd geboren te Amsterdam op 02 oktober 1798 als zoon van Godlieb Jäger en Maria Cornelisz..
Hij trouwde op 28 augustus 1823 te Amsterdam als zeeman met Alida Wetting (sic), geboren te Amsterdam op 08 september 1800 als dochter van de kleermaker Jan Peter Wetting en Maria Elisabeth Brouwer.
De naam ook gespeld als Wittig.
Alida zou zijn overleden in 1860.118
Christian overleed op 04 juli 1844.
In de huwelijksakte is er de duidelijke vermelding van Christian Jäger, (dus met een umlaut), ook in de ondertekening van hemzelf. Voorts tekent de bruid als A.Wittig, en niet als Wetting zoals in de de huwelijksakte staat
Algemeen Handelsblad 23 oktober 1844
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
C.Jäger werd per 28 augustus 1832 met vlagnummer 356 op voordracht van P.van Vliet ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Zijn schip ten tijde van de inschrijving was de "Anna Paulowna". Toegevoegd is "overleden"002.
In de Algemene Vergaderingen van 21/28 augustus 1832 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd tot effectief lid voorgedragen/benoemd Christiaan Jager, oud 33 jaar, voerend de brik “Aurora”, wonende op de Nieuwe Zijds Achterburgwal bij de Spaarpotsteeg 292, op verzoek van J.Kroon op verzoek van kapitein P.van Vliet. Hij kreeg volgnummer 356023.
Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 19 januari 1835003.
C.Jäger was effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” met vlagnummer 356 in de periode 1832 t/m 1836 en met vlagnummer 244 in de periode 1836 t/m 1844.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 november 1844 vraagt de wed. C.Jäger geb. Wetting om een uitkering. Deze wordt haar in de vergadering van 30 januari 1845 toegekend met ingang van 01 augustus 1844.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 juni 1860 doet mevr. C.Jäger geb. Wittig afstand van haar recht op uitkering.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 04 februari 1845 wordt per 01 augustus 1844 onderstand toegekend aan A.Wetting, de wed. C.Jager.023.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 10 juli 1860 staat een: “Brief van de Wed. C.Jäger geb. Wittig bedankende voor de uitkeering.”023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
356 1832-1833 brik Aurora H.J.Rahé
1834 geen opgave van schip en boekhouder
1835 fregat Christina Bernardina geen opgave
244 1836 fregat Christina Bernardina J.H.Fraissinet
1837 geen opgave van schip en boekhouder
1838-1840 fregat Anna Paulowna W.P.Pook van Baggen
1841-1844 fregat Pieter Florisz idem
Bouma025 vermeldt C.Jäger als gezagvoerder gedurende:
* 1832 t/m 1834 van de brik “Aurora”, gebouwd in 1801, bouwlocatie niet vermeld, 220 ton, varend voor H.J.Rahé te Amsterdam;
* 1836 t/m 1837 van het fregat “Christina Bernardina”, gebouwd in 1790 in Engeland, 225 ton o.m., varend voor J.H.Fraissinet te Amsterdam. Het schip werd te Amsterdam geveild;
* 1839 van het 3-mastschip “Anna Paulowna”, van stapel gelopen op 02 oktober 1838 te Amsterdam (volgens notulen Zeemanshoop023), 615 ton o.m., varend voor W.P.Pook van Baggen te Amsterdam;
* 1842 t/m 1844 op het 3-mastschip “Pieter Florisz”, ex Dortenaar, gebouwd in 1830 te Dordrecht, 780 ton o.m., varend voor W.P.Pook van Baggen te Amsterdam
In het Archief van de Amsterdamse Waterschout komen de volgende monsterrollen voor:
38-140 12 juni 1833, brik “Aurora”, kapitein Christiaan Jager, bestemming Archangel, correspondent J.Rahee & Cie, 8 bemanningsleden, maar de equipage vanwege sterke beschadiging van de rol niet leesbaar.
38-142 25 april 1834, brik “Aurora”, kapitein Christiaan Jager, bestemming Buenos Aires, correspondent Rahee & Co, 11 bemanningsleden i.c. stuurman, bootsman, timmerman, kok, 4 matrozen, ligtmatroos, jongen en een schrijver.
38-144 09 april 1835, bark “Christina Bernardina”, kapitein Christiaan Jäger, correspondent Fraissinet, 18 bemanningsleden i.c. opperstuurman, onderstuurman, 3de stuurman, bootsman, timmerman, kok, hofmeester, 7 matrozen, 2 ligtmatrozen en 2 jongens.
Overige bijzonderheden
Op 31 december 1841 zeilde Hendrik Sweys van Nieuwediep met de “Pieter Florisz”, onder kapitein Jager (moet zijn Jäger) als 2e stuurman en arriveerde op 05 mei 1842 in Batavia. Vandaar vertrok hij op 08 juni 1842 naar Soerabaja en kwam aan op 22 juni. Vervolgens vertrok het schip op 16 juli naar Passaroeang met aankomst een dag later. Toen op 25 juli over Soerabaja terug naar Semarang met aan aankomst op 28 juli. Op 10 augustus werd afgezeild voor Batavia met aankomst op 14 augustus. Op 19 augustus werd de terugreis naar Nederland aangevangen met aankomst in Nieuwediep op 17 december 1842.090
Handelsblad 14 november 1836
G.J.ROLAND HOLST, F.DER KINDEREN, A.VAN DER SLUYS, H.SALM, B.D.BOSS CHER en J.J.KORTHALS, Makelaars, zullen op Maandag den 14den November 1836, des Avonds ten Zes Ure, in de Nieuwe Stads-Herberrg aan het Y, verkoopen: Het extra ordinair welbezeild Nederlandsch Gekoperd Tweedeks BARKSCHIP, genaamd Christina Bernardina, gevoerd door Kapitein C.Jäger, volgens meetbrief lang 26 ellen 70 duimen, wijd 5 ellen 77 duimen, hol 4 ellen 47 duimen; breeder bij inventaris vermeld; berigt bij bovengenoemde Makelaars.
Overeenkomstige advertentie stond in het Algemeen Handelsblad dd 06 maart 1837 maar dan als verkoopdatum 20 maart 1837
NRC 22 maart 1837
Verkooping van Schepen. In de Nieuwe Stadsherberg aan het Y. Maandag 20 Maart 1837. No 1. Een welbezeild gekoperd tweedeks Barkschip Christina Bernardia (sic), kapt. Christiaan Jáger, f 12000,-. In slag f 1500. A. van der Sluys.
Rotterdamsche Courant 30 maart 1837
Rotterdam, 29 maart. Den 27 dezer arriveerde te Helvoetsluis (opm: onder meer) het schip ANTHONY, J.F. Mathysen, van Batavia, welke rapporteert den 24 november 1836 in Straat Sunda gepraaid te hebben de schepen HENDRIKA, kapt. Admiraal, en STAD SCHIEDAM, kapt. De Boer, naar Batavia; het schip ABEL TASMAN, van Amsterdam en een dito, tonende collegie-vlag met no. 356, aan boord was alles wel.
Familiegegevens en opleiding
Overleden in april 1838.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.Blok als gezagvoerder gedurende:
* 1833 t/m 1835 van de kof “Anna Maria”, gebouwd in 1814, bouwlocatie niet vermeld, 118 ton o.m., varend voor Boolen & Co te Amsterdam;
* 1834 van de kof “Volharding”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar;
Twee verschillende personen?
* 1835 t/m 1838 op de brik “Aurora”, gebouwd in 1801, bouwlocatie niet vermeld, 220 ton, varend voor H.J.Rahé te Amsterdam.
Het Stadsarchief te Amsterdam bevat monsterrollen op naam van gezagvoerder Leendert Blok op de brik “Aurora”:
Archiefnr. 38-143. dd 14 november 1834, bestemming Havanna, boekhouder J.H.Rahé, 9 bemanningsleden i.c. stuurman, bootsman, onderstuurman, timmerman, kok, 4 matrozen.
Archiefnr. 38-145, 29 juli 1835, bestemming Cuba, boekhouder J.H.Rahe, 9 bemanningsleden i.c. stuurman onderstuurman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmatroos en een jongen.
Archiefnr. 38-146, 14 maart 1836, bestemming Havana, boekhouder J.H.Rahe, 9 bemanningsleden, stuurman, bootsman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmattroos en een jongen.
Archiefnr. 38-147, dd 19 september 1836, bestemming Havanna, boekhouder J.H. Rahe, 9 bemanningsleden i.c. stuurman, bootsman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmatrozen en een jongen.
Archiefnr. 38-148, 13 maart 1837, bestemming Havanna, boekhouder J.H. Rahe, 9 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman/bootsman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmatroos en een jongen.
Archiefnr. 38-149, 23 oktober 1837, bestemming Havana, boekhouder J.H. Rahe, 9 bemanningsleden i.c. stuurman, onderstuurman/bootsman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmatroos, jongen.
Overige bijzonderheden
Provinciale Groninger Courant 03 april 1838114
De brik AURORA, kapt. L. Blok, van Havanna naar Amsterdam, is den 4 maart gepraaid op 42º N.B. 37º W.L, hebbende de vorige dag bij stormweer op zijde gelegen en de masten verloren, waarbij ook de kapitein over boord geslagen en verdronken is; dezelve zette koers naar Lissabon.
Datum vanaf: |
1834 |
Kapitein: |
Blok, Leendert |
Overige informatie: |
1834-11-12 |
Familiegegevens en opleiding
Jacon Leendertsz Zuiderduin werd geboren te Katwijk op 18 juli 1798 als zoon van Leendert Jacobsz Zuyderduyn en Liesbeth Guyt.
Hij trouwde te Katwijk met Jannetje van Delft.
Hij overleed na 1862 maar een exacte datum en plaats is niet vermeld.054-191
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Zuiderduin werd met vlagnummer 434 per 11 september 1838 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege | Zeemanshoop” op voordracht van K.Hoek. Als zijn schip is genoemd de “Aurora”. Toegevoegd is “overleden”. Ten tijde van de inschrijving waren kapitein Zuidema en zijn vrouw beiden 40 jaar. Ingeschreven staan tevens drie zonen, geboren in 1828, 1831 en 1836, en een dochter uit 1823.002a
In de Algemene Vergadeingen van Zeemanshoop van 02/11 september 1838 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jacob Zuiderduin, oud 40 jaar, voerend de brik “Aurora”, wonend in de Groote Oosterburgerstraat te Amsterdam op voordracht van kapitein Krijn Hoek. Zij vlagnummer was 434.023
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 maart 1840 staat de mededeling dat aan bemanningsleden van de “Aurora” onder kapitein J.Zuiderduin een maand gage is toegekend wegens schipbreuk.042
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 juni 1840 wordt aan kapitein J.Zuiderduin een gratificatie van f 70,- uitgekeerd wegens het verlies van zijn schip op Bermuda.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 08 oktober 1861 staat een verzoek om onderstand van kapitein Jb Zuiderduin. Dit verzoek werd afgewezen. Het verzoek werd herhaald op 17 december 1861 en 28 januari 1862, maar in beide gevallen weer afgewezen met verwijzing naar artikel 86 van het Reglement (dit artikel verwijst naar bepaalde financiële verplichtingen die kennelijk niet zijn nagekomen.)
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College “Zeemanshoop”te Amsterdam
vlag jaren type scheepsnaam reder/boekhouder
434 1838-1839 brik Aurora H.J.Rahé & Co, Amsterdam
1840-1850 sch.kof Emilie Sophie idem
1851 sch.kof Anna Maria idem
1852 sch.kof Anna Maria geen opgave
1853 sch.kof Anna Maria Hedeman, Timmer & Co, Amsterdam
165 1854 sch.kof Anna Maria idem
1855-1860 schoener Clara Wilhelmina Schrijver & van Rossem
1861-1868 geen vermelding van schip en boekhouder
Hij wordt vermeld in 1858 als gezagvoerder van de schoener “Clara Wilhelmina”en in 1854 op de kof “Anna Maria” van de rederij Rimmer & Co.054-191
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
kapitein scheepsnaam vertrek terugkomst
J.Zuiderduin Clara Wilhelmina 02 juni 1858 19 augustus 1861
idem 14 oktober 1861 08 maart 1862
idem 01 mei 1862 26 februari 1863
Bouma025 vermeldt J.Zuiderduin als gezagvoerder gedurende:
* 1838 t/m 1840 op de brik “Aurora”, gebouwd in 1801, 220 ton o.m., varend voor H.J.Rahé te Amsterdam. Het schip is in 1840 verongelukt op de Bermuda’s;
* 1841 t/m 1851 op de schoenerkof “Emilie Sophie”, gebouwd in 1841 te Harlingen, 175 ton o.m., varend voor H.J.Rahé & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1852 verkocht aan Hedeman Timmer & Co te Amsterdam en herdoopt tot “Anna Maria”, wederom onder gezag van J.Zuiderduin;
* 1852 t/m 1856 op de schoenerkof “Anna Maria”, ex Emilie Sophie, gebouwd in 1841 te Harlingen, 180 ton o.m., varend voor Hederman, Timme & Co te Amsterdam. Het schip werd in 1856 verkocht aan Zeilmaker & Co te Harlingen en herdoopt in “Jonge Rieka”;
* 1856 t/m 1864 op de 2-mastschoener “Clara Wilhelmina”, gebouwd in 1856 te Groningen, 169 ton o.m., varend voor Schrijver & van Rossem te Amsterdam. Het schip werd in 1864 verkocht aan W.J.Langeveld te Amsterdam en herdoopt in “Lida”.
Het Archief van de Amsterdamse Waterrschout,in het Stadsarchief bevat een monsterrol dd 06 september 1838 , nop naam van Jacob Zuiderduin, gezagvoerder van de brik “Aurora”, bestemming Havana, boekhouder H.J.Rahee & Comp., 9 bemanningsledden i.c. stuurma, onderstuurman/bootsman, timmerman, kok, 3 matrozen, ligtmatroos en een kajuitwachter.
Overige bijzonderheden
Algemeen Handelsblad 28 februari 1859
“Het schip Clara Wilhelmina, Kapt. Zuiderduin van Hamburg naar Rio de la Plata vertrokken, is 23 dezer met schade, wegens aanzeiling, in eerrstgenoemde haven teruggekomen.”
|