Inloggen
Gezagvoerder

Groen, Wolt(H)Erus F.

Naam: Groen, Wolt(H)Erus F.
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 1
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
CLAUDIUS CIVILIS 1836 Fregat Sailing Vessel 10325 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Wolterus Groen werd geboren te Amsterdam op 15 januari 1795 als zoon van de scheepstimmerman Hermanus Groen en Catharina Gunneman.

Wolterus  huwde op 13 oktober 1819 te Amsterdam  met Johanna Elisabet Neuwlant (sic), geboren te Amsterdam op 06 maart 1793 als dochter van Dirk Neuwlant en Jannetje Rondeau. Johanna overleed op 11 oktober 1826.

Wolterus Groen hertrouwde op 02 mei 1828 als “kapitein om de West” met Bernhardine Josephine Winkler, geboren te Burgsteinfurt, Pruisen op 16 februari 1809 als dochter van Friederich August Winkler en Johanne Bernhardina Melzer. Bernhardine overleed op 26 juni 1863 te Amsterdam.

Woltherus overleed op 11 februari 1842 te Amsterdam.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.Groen was lid van het Amsterdamse zeemanscollege "De Blaauwe Vlag" en wel van 1827 t/m 1830 met vlagnummer 122 en van 1832 t/m 1840 met nummer 31008.

 

  1. Groen werd met nr.86 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Geen verdere gegevens vermeld002.

In de Algemene Ledenvergadering van het college op 02 november 1824 werd Woltherus Groen, oud 35 jaar, wonende op de Wittenburgergracht, met vlagnummer 86 aangenomen als effectief lid op voordracht van kapitein Stachouwer023.

W.Groen was van 1832-1840 bestuurslid van College Zeemanshoop019.

Hij werd per 05 november 1825 deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.003

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 mei 1830 staat de mededeling dat kapitein F.P.Hoed beweert zijn storting te hebben voldaan via kapitein W.Groen. De penningmeester beweert van niets te weten en het Bestuur stelt: “dat kapt. Groen van zijn betaling moet doen blijken.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 maart 1833 wordt geciteerde een: “Brief van den Heer W.Groen ddo 12 Maart berigtende eene reis als Super Carga naar Suriname te zullen doen en alzoo zijne post als Commissaris gedurende zijn afwezigheid neder leggende.”042.In deze dezelfde vergadering is sprake van een: “Brief van den Heer W.Groen ddato 15 Maart verzoekende gedurende zijne afwezigheid als Effectief Lid te worden aangemerkt tegen storting van f 70,- per maand aanbiedende die storting vooruit te voldoen. En wordt dit verzoek toegestaan.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 november 1834 staat een mededeling van kapitein W.Groen, plaatsvervangend commissaris, dat hij binnenkort een reis naar Suriname zal gaan maken. In dezelfde vergadering krijgt hij toestemming van het Bestuur  lid en deelnemer te blijven ondanks dat hij als super carga deze  Suriname reis gaat maken  “mits het schip voor Hollandscche Rekening en uit eenen Hollandsche haven varende en stortende in den rang van Kapitein en met inachtneming van Art. 58.”  042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van 01 deccember 1836 staat een brief van kapitein W.Groen “kennisgevende van zijn vertrek naar Oost Indien en afscheid nemende.”042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 31 maart 1842 staat een verzoek om uitkering van de wed. W.Groen-Winkler. In de vergadering dd 26 mei 1842 gaat het Bestuur accoord  ingaande 01 mei 1842.042.

 

In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van  december 1836 kondigt W.Groen zijn vertrek aan naar Oost-Indië. Tevens is vermeld dat hij commissaris is van het College023. (ik denk dat dit een gewone reis met zijn schip betreft en niet een definitieve vestiging. Het commissariaat van Zeemanshoop zou dan de reden voor de melding geweest kunnen zijn).I

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 14 juni 1842 staat dat ingaande 06 mei 1842 een uitkering wordt verstrekt aan de weduwe van kapitein W.Groen.023.

Artikel 55 van het reglement van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop staat deelname in het Weldadig Zeemans Fonds toe als men met of onder vreemde vlag vaart mits men de verplichte storingen tijdig voldoet. In de Notulen van de Algemene Vergadering van het College dd. 02 april 1833 wordt vermeld dat dit artikel van toepassing is op de kapiteins W.Groen, J.C.Willems, D.J.Visser, H. Brandt, G.R.Engelsman en J.J.Prange.

In dezelfde Vergadering is een brief binnengekomen van kapitein W.Groen “kennisgeving inhoudende van zijn voorgenomen vertrek naar Suriname als Super Carga onder Hannoversche Vlag … “023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop in Amsterdam001

vlagnummer                    jaren                       type                  scheepsnaam                naam reder/boekhouder

         86                             1825                       pink                  Concordia                     A.L.van Harpen & Zn

                                      1826-1831                 fregat               Concordia                     idem

                                      1832-1834                 geen vermelding van schip en boekhouder

                                           1835                       fregat               Claudius Civilis            A.L.van Harpen & Zn

          47                       1836-1841                 fregat               Claudius Civilis            idem

 

Bouma025 vermeldt W.F.Groen als gezagvoerder gedurende:

*    1820 t/m 1832 van het fregat/pink “Concordia”, gebouwd in 1813 te Amsterdam, 300 ton o.m., varend voor A.L.van Harpen & Zn te Amsterdam. Het schip werd in 1835 verkocht aan reder J.ter Wal te Amsterdam;

*    1836-1842 van het fregat “Claudius Civilus”, gebouwd in 1836 te Amsterdam, 701 ton o.m., varend voor A.L.van Harpen & Zn te Amsterdam.

 

In het Archief van de Waterschout in het Stadsarchief van Amsterdam (inventaris 38)  zijn de volgende monsterrollen (verschillende spelling van de kapiteinsnaam!):

  • 22 mei 1816, brik “Maria”, kapitein Foeke Hiddes Zeijlstra, bestemming Suriname, correspondent v. den Broeke. 14 bemanningsleden waaronder opperstuurman Jan Hartog uit Amsterdam, onderstuurman Wolterus Groen uit Amsterdam, timmerman, bootsman, kok, 5 matrozen, koksmaat, kajuitwachter en 2 jongens.
  • 29 april 1817, brik “Maria”, kapitein Foeke H.Zijlstra, bestemming Suriname, correspondent P. van den Broeke & Zn. 15 bemanningsleden waaronder opperstuurman Sietje S.Honema uit Amsterdam, onderstuurman Wolterus Groen, bootsman, timmerman, kok, 7 marrozen, 2 ligtmatrozen en een kajuitwachter.
  • 13 oktober 1817, fregat “Maria”, kapitein Foeke H.Zeijlstra, bestemming Suriname, correspondent van den Broeke. 14 bemanningsleden waaronder opperstuurman Wietje M.Swart van Ameland, onderstuurman Wolterus Groen van Amsterdam, bootsman, timmerman, kok, zeilmaker, 6 matrozen en 2 kajuitwachters.

38-107   13 mei 1818, fregat “Maria”, kapitein Foeke H.Zielstra, besteming Suriname, correspondent van den Broeke & Zn. 17 bemanningsleden waaronder opperstuurman Wietje M.Swart uit Ameland, onderstuurman Wolterus Groen uit Amsterdam, timmerman, kok, zeilmaker, bootsman, 7 matrozen, 3 ligtmatrozen, cajuitwagter.

38-109   21 oktober 1818, fregat “Maria”, kapitein Foeke H.Zielstra, bestemming Suriname, correspondent van den Broeke & Zoon. 14 bemanningsleden waaronder opperstuurman Wolterus Groen uit Amsterdam, onderstuurman Sikke R. de Jong uit Nieuwendam, bootsman, kok, zeilmaker, 7 matrozen, ligtmatroos en kajuitwachter.

38-112   06 oktober 1819, fregat “Maria”, kapitein Foeke H.Zielstra, bestemming Suriname, correspondent van den Broeke & Zoonen. 16 bemanningsleden waaronder opperstuurman Wolterus Groen uit Amsterdam, onderstuurman Auke Trip uit Stavoren, bootsman, timmerman, kok, zeilmaker, 5 matrozen, 3 ligtmatrozen en kajuitwachter. Voorts wordt genoemd een hofmeester Augustus Dolphus zonder vermelding van gage en met de toevoeging “vrije neger”.

Voorts zijn er monsterrollen op naam van Wolterus/Walterus Groen als gezagvoerder van de:

“Concordia”, dd 12 mei 1820; 08 november 1820; 17 augustus 1821; 30 maart 1822; 17 oktober 1822; 22 augustus 1823 ; 06 april 1824; 08 november 1824; 01 december 1825; 17 oktober 1826; 19 juni 1827; 10 juni 1828; 11 maart 1829; 29 september 1829; 24 april 1830; 13 november 1830;

“Cladius Civilis; dd 09 november 1836; 07 december 1837 en 03 december 1838

 

Overige bijzonderheden

W.Groen verzorgde per 06 januari 1838 vanuit Nieuwediep met de “Claudius Civilus” een troepentransport van 3 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 17 april 1838 na 101 dagen 065.

Op 06 januari 1838 vertrok Hendrik Sweijs als ligtmatroos met het fregat “Claudius Civilis” onder kapitein W.Groen vanuit Nieuwediep naar Batavia met 100 man troepen en 13 passagiers. Op 02 februari werd de evenaar gepasseerd en op 16 april 1838 arriveerde men te Batavia. Op 09 mei voer het schip door naar Soerabaja, waar het op de 21ste aankwam. Vandaar op de 16de juni weer terug naar Batavia waar het schip op de 23ste arriveerde. Op 28 juni 1838 vertrok men vanuit Batavia om op 16 oktober 1838 te Texel aan te komen.090.

 

Rotterdamsche Courant 01 juli 1820114

Amsterdam, 29 juni. Het schip CONCORDIA, kapt. W. Groen, den 6 juni uit Texel gezeild naar Surinamen, was, volgens een aan deszelfs boord geschreven brief, in dato 11 dito, destijds Wight 3 mijlen N. van zich hebbende; hetzelve was in goede staat en de passagiers en equipagie gezond, hebbende toen reeds drie dagen met tegenwind en des nachts somtijds storm gekruist. Ter zelfder tijd waren mede op die hoogte de schepen de VROUW CATHARINA, kapt. J. van Dijk, en MARIA, kapt. F.H. Zeijlstra, insgelijks den 6 juni uit Texel naar Surinamen gezeild.

 

Rotterdamsche Courant 21 oktober 1820114

Amsterdam, 19 oktober. Het schip CONCORDIA, kapt. W. Groen, zou den 30 augustus van Surinamen naar Amsterdam vertrekken.

 

Rotterdamsche Courant 16 juni 1821114

Amsterdam, 14 juni. Kapt. A. Hansen, voerende het schip AMICITIA, den 12 juni in Texel binnen van Surinamen, is den 12 april van daar vertrokken; dezelve berigt, dat voor hem gezeild is het schip (opm: pink) SIMONETTA MARIA, kapt. G.H. Ahlers; dat het fregat PAULINA, kapt. J. Johannessen, den 15 dito zou vertrekken, en gevolg worden door de schepen CONCORDIA, kapt. W. Groen, en MARIA, kapt. E.D. Dekker, allen naar Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 16 oktober 1821114

Rotterdam, 15 oktober. Uittreksel uit de Lloyd’s List van den 9 oktober:

Te Cowes is den 6 binnengekomen het schip CONCORDIA, Groen, van Amsterdam naar Surinamen.

Het schip NORDLOH, Breukemeijer, van Batavia, is den 9 juli te Mauritius binnengelopen.

Te Malaga is gearriveerd NEERLANDSCH KROONPRINS, van Rotterdam.

 

Rotterdamsche Courant 25 juli 1822114

Amsterdam, 23 juli. Van Surinamen zoude half juni vertrekken het schip INDUSTRIE, A. Brons, naar Rotterdam; den 15 juli het schip HENRIETTE, J.E. Schneebeke, naar Amsterdam, en ultimo juli de schepen MARIA, F.H. Zeijlstra, HARLINGEN, L. Buisman; IPENRODE, A.F. Oosterlo, GODEFRIDA, H. Hansen; de STREVER, M. Spreeuw, MARIA FREDRIKA (opm: brik MARIA FREDERICA), W. Swart; CONCORDIA, W. Groen en l’AUGUSTE, J. Hulsen Jr, alle mede naar Amsterdam, en HYPERION, H.S. Bruinsma, naar Rotterdam.

 

Rotterdamsche Courant 27 juli 1822114

Amsterdam, 25 juli. Het schip CONCORDIA, kapt. W. Groen, zoude, volgens nader berigt, niet gelijk in de vorige courant verkeerdelijk is opgegeven ultimo, maar primo juli van Surinamen naar Amsterdam vertrekken.

 

Rotterdamsche  Courant 12 september 1822114

Amsterdam, 10 september. Het schip CONCORDIA, kapt. W. Groen, zoude, volgens brief van Surinamen van den 17 juli, den 31 dito van daar naar Amsterdam vertrekken.