Inloggen
Gezagvoerder

Bruhn/Brühn, H.

Naam: Bruhn/Brühn, H.
Schepen waarop deze gezagvoerder heeft gevaren

Aantal gevonden schepen: 2
Naam Bouwjaar Type Voortstuwing Ship id
BATAVIA 1829 Fregat Sailing Vessel 7595 Bekijk schip
FREDERIC DE ZESDE 1815 Fregat Sailing Vessel 12954 Bekijk schip

Overige informatie van deze gezagvoerder:

Familiegegevens en opleiding

Geen

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.Bruhn was met vlagnummer R67 in de periode 1827 t/m 1839 lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart-58.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1839 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) is vermeld dat hij in 1839 als effectief lid heeft bedankt “echter met volkomene aanzuivering zijner achterstallige contributie”058.

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt H.Bruhn/Brühn als gezagvoerder gedurende:

  • 1829 t/m 1830 van de brik “Jonge Elisabeth”, gebouwd in 1814, bouwlocatie niet vermeld, 274 ton o.m., varend voor Hoboken te Rotterdam;
  • 1831 van het 3/m schip “Jonge Adriana”, gebouwd in 1818, bouwlocatie niet vermeld, 400 ton o.m., varend voor A. van Hoboken & Zn te Rotterdam;
  • 1831 t/m 1833 van het fregat “Anthony”, gebouwd in 1827 te Rotterdam, 470 ton o.m., varend voor A.van Hoboken te Rotterdam.
  • 1834 van het fregat “Batavia”, gebouwd in 1829 op de werf “Rotterdams Welvaren: van de Hoog te Rotterdam , 710 ton o.m., varend door A. van Hoboken te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

De Schotse zakenman Gillian Maclaine boekte einde december 1831 passage op het Hobokenfregat “Anthony” onder kapitein H.Bruhn. “Kapitein H.Bruhn leek hem een uitstekend geaard iemand die negen reizen naar Java achter de rug had en dus zeer ervaren kon worden genoemd. … Aan boord hield Maclaine zijn wederwaardigheden bij, in een reisverslag dat hij na aankomst in Batavia aan zijn in Schotland wonende broer Angus zond.” De brieven zijn opgenomen in de collectie “Ardtornish Papers” die bewaard worden in het Strathclyde Regional Council Office in Loch Gilphead (Schotland). 069 – p. 251-252.

Javasche Courant 11 juni 1833114

Uit berichten van St. Helena, lopende van de 1e januari tot de 18e maart j.l. blijkt, dat aldaar waren aangeweest de onderstaande Nederlandse schepen:

De 23. januari het schip ANTHONY, kapt. H. Bruhn, van Canton naar Rotterdam.

De 26. januari het schip GEZUSTERS, kapt. J. Ingerman, van Batavia naar Amsterdam.

De 27. januari het schip TWEE CORNELISSEN, kapt. J. Reinhardt, van Batavia naar Amsterdam, en het schip WILLEM, kapt. A. Plug, van Batavia naar Rotterdam.

De 28. januari het schip ASIA, kapt. J. Boot, van Batavia naar Middelburg.

De 30. januari het schip VASCO DA GAMA, kapt. P. de Boer, van Batavia naar Rotterdam.

De 16. februari het schip DORTENAAR, kapt. P. Kraaij, van Batavia naar Dordrecht.

De 28. februari het schip MARCO BOZZARIS, kapt. J.G. Adriaan, van Batavia naar Amsterdam.

De DORTENAAR en de MARCO BOZZARIS waren ten gevolge van orders uit Engeland onder embargo gelegd. Kapt. P.Kraaij van de DORTENAAR was ten gevolge van een val van zijn paard op de 23 februari, 11 dagen later overleden