Familiegegevens en opleiding
Jacob Jacobsz Parlevliet werd te Rotterdam gedoopt op 04 september 1804 als zoon van Jacob Jacobsz Parlevliet en Jaapje van der Kolf. Hij trouwde te Noordwijk met Jaapje Plug en voor de tweede maal te Katwijk in 1828 met Ariaantje Teunisd. van Duijbenbooden. Hij overleed te Katwijk op 27 maart 1866.
In de Burgerlijke Stand van Katwijk uit 1824 wordt hij vermeld als kapitein van de kof De Jonge Willem. In het Notarieel Archief van Katwijk van 1829 is hij genoemd als koopvaardij-schipper van de Elisabeth Cornelia. Voorts is bekend dat hij van 1838-1845 kapitein was op de bark Padang. Volgens familiegegevens was hij op zijn 17e jaar al kapitein054-123.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.Parlevliet als gezagvoerder gedurende:
* 1828 t/m 1832 op de kof “Jonge Willem”, gebouwd in 1815, 78 ton o.m., varend voor Parlevliet & Co (te Rotterdam?);
(in 1824 stond dit schip onder gezag van kapitein P.Jansen);
* 1823 t/m 1836 op de hoeker “Elisabeth & Cornelia”, gebouwd in 1820, 111 ton o.m., als kapitein/eigenaar te Hellevoetsluis;
* 1838 t/m 1845 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar maar wellicht varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Rotterdamsche Courant 09 juli 1816
In Rotterdam liggen in lading, naar: …
Liverpool: het Koffschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet, om spoedig te vertrekken. …
Rotterdamsche Courant 21 maart 1818114
Te Rotterdam liggen in lading naar: …
Liverpool: het Kofschip de JONGE WILLEM, kaptein Jacob Parlevliet. …
Rotterdamsche Courant 18 maart 1819114
Te Rotterdam in lading liggend naar:
Liverpool, het Kofschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet.
Rotterdamsche Courant 20 januari 1820114
Londen, 14 januari. Te Plymouth is den 12 dezer ontramponeerd binnen gelopen de JONGE WILLEM (opm: kofschip), J. Parlevliet, van Liverpool naar Rotterdam.
Rotterdamsche Courant 05 december 1820114
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:….
….Liverpool: het Kofschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet Jr.
Adres ten Kantore van Hudig en Blokhuyzen…..
Rotterdamsche Courant 11 oktober 1821114
Rotterdam, 10 oktober…..
….Den 10 arriveerde de VROUW JANTJE, A.G. Jonkhoff, van Fécamp, en zeilden het FORTUIN, W. van der Kolf, naar Rochelle; de VIER GEBROEDERS, P.J. Zeven, naar Londen; de WELVAARD, H.J. Walken, de MERCURIUS, H.J. Jongebloet, en de ZEELUST, G.A. Wieringa, naar Brest; de JONGE WILLEM, J.J. Schelts, naar Bordeaux; de CATHARINA, W. Curd, naar Portsmouth; de ZEEGEWIN, J. van Teijlingen, naar Bilbao; de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, naar Liverpool; de CHARLOTTA LOUIZA, J. Wilmow, naar Stralsund; de LIJKENS PRÖVE, N. Bang, naar Koppenhage (opm: Kopenhagen); de ADOLPH FREDRIK, J.C. Bartens, naar de Oostzee; de FLORA, J.W. Beurford (opm: Berisford), naar Rochelle, en de GOEDE HOOP, F. de Best, naar Sandwich; de wind O.
Rotterdamsche Courant 29 november 1821114
Rotterdam, 28 november. Den 27 arriveerden in de Maas de schepen de LISE, A. Richard, van Duinkerken; de JOHN AND MARY, G. Watson, van Leith; de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, van Liverpool…..
Rotterdamsche Courant 08 januari 1822114
Rotterdam, 7 januari. Den 5 zeilden van Helvoetsluis Zr.Ms. corvetschip van oorlog DOLPHIJN, kapt-luitenant Mommendaal, JORINA, T. van Duivenboden, en de JONGE JACOBUS, J.J. Bonn, naar Batavia; VREDE EN VRIENDSCHAP, K. Nieveen, naar Surinamen; SARA, P. Landberg, naar Rio-Janeiro; RESOLUTION, J. Stroobuur, naar Lissabon; ELIZABETH, H.E. Hendriks, naar Marseille; LOUISA, D. Guijt, naar Jersey; ELIZABETH EN CORNELIA, J. Parlevliet, naar Bordeaux; de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, naar Newry; VENILLIA, W. van der Kolff, naar Liverpool; GRAAF BERNSTORFF, N.J. Rahlff, naar Brest; dezelve is onder de Goereese haven ten anker gekomen,
en arriveerden CHRIST. JANS, M. Ohlsen, van Corsoer; TRITON, J.P. Engeltan, van Stokholm, laatst van Texel; de JONGE HEEREN, W.B. Bakker, van Riga, en ELIS, P.H. Stokkelge, van Faaborg, als bijlegger, naar Marseille; de wind N.O. en O.N.O.
Den 6 zeilde EDUARD, J. Mouat, naar St. Ubes (opm: Setubal)
Rotterdamsche Courant 16 april 1822114
Rotterdam, 15 april. Van Den Briel wordt van den 15 gemeld:
Den 14 arriveerde de JONGE JAN SCHOON, M. Schoon, van Bordeaux.
Den 15 arriveerde de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, van Liverpool
Rotterdamsche Courant 11 mei 1822114
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:….
…Liverpool: het Kofschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet Junior
Idem: het Hoekerschip ELIZABETH EN CORNELIA, kapt. J. Parlevliet Senior….
Rotterdamsche Courant 28 mei 1822114
Rotterdam, 27 mei…..
….Den 25 arriveerde de LEMMER, J. Tammes, van Bandohl, en zeilden de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, naar Liverpool, en de VRIENDSCHAP, F. Plokker, naar Hull…..
Rotterdamsche Courant 11 juli 1822114
Rotterdam, 10 juli. Den 9 dezer arriveerde te Helvoetsluis de JONGE WILLEM, J. Parlevliet Jr, van Liverpool.
Rotterdamsche Couranten 25 juli 1822114
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar: ….
Liverpool: het Kofschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet Jr. …
Rotterdamsche Courant 17 augustus 1822114
Rotterdam, 16 augustus. Den 15 zeilden van Den Briel de JONGE HENDRIK, P.G. Lofvers, naar Hull; CATHARINA MARGARETHA, C. Permien, naar Rostock; de LOUISA, D. Guijt, naar Jersey; de JONGE WILLEM, J. Parlevliet, naar Liverpool, en arriveerde de GOEDE VERWACHTING, R. Hansen, van Bergen.
Rotterdamsche Courant 20 augustus 1822114
Rotterdam, 19 augustus. Den 18 arriveerde in de Maas de schepen de JUFVR. JANNETTE, J.H. Limburg, van St. Ubes (opm: Setubal), en zeilden de LOUISA, D. Guijt, naar Jersey; de JONGE WILLEM, D. Parlevliet, naar Liverpool; de GOEDE HOOP, C. de Vink, en de INDUSTRIE, L. Spaanderman, naar Dublin; de JONGE HENDRIK, P.G. Lofvers, naar Hull; de GOEDE VERWACHTING, T.J. Nuisker, naar Bordeaux; de ADRIANUS KATS, D.S. Manje, naar Glasgow; NEDERLANDS KROONPRINS, A. van der Weyden, naar Cherburg; de VERWACHTING, H. Gerdes, naar …(opm: niet vermeld), de SPICKOLATIE (opm: SPECULATIE), J.H. Puister, en de VROUW GEZINA, P.H. Hazewinkel, naar Bergen; de DAGERAAD, J.A. Smith (opm: J.A. Smit), naar Droogbak, en de JOHANNA ALIJDA (opm: kof JOHANNA EN ANNA ALIDA), J. Kortrijk, naar Groningen.
Rotterdamsche Courant 08 oktober 1822114
Rotterdam, 7 oktober. Den 5 dezer arriveerde te Helvoetsluis ’s LANDS WELVAREN, K. Storm, van St. Ubes (opm: Setubal).
Den 6 arriveerden HERSTELD HOLLAND, A.F. Noorman, van Liverpool; HESPERUS, W. Rijnbende, en de JONGE WILLEM, J. Parlevliet van Liverpool; NEPTUNUS, M.A. Plomhoft, van Gottenburg en CHRISTINA, G.A. Bongaard, van Kiel.
Rotterdamsche Courant 02 november 1822114
Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:
Surinamen: het Nederlands Brikschip REGENT, kapt. J. Morris.
Dublin: het Smakschip de VROUW CHRISTINA, kapt. R.J. Dood.
Liverpool: het Kofschip de JONGE WILLEM, kapt. Jacob Parlevliet Junior.
Dublin: het Kofschip WINDLUST, kapt. G.R. Engelsman.
Adres ten Kantore van Hudig en Blokhuijzen
Rotterdamsche Courant 14 december 1822114
Rotterdam, 13 december. Den 12 dezer zeilde uit de Maas de JONGE WILLEM (opm: kof), J. Parlevliet, naar Liverpool…..
Familiegegevens en opleiding
Minne Wietjes Zwart werd geboren te Nes, Ameland op 23 juli 1810 als zoon van Wietje Minnes Zwart en Rimkje Gerrits Burga.
Hij trouwde op 01 juni 1834 te Nes met Iemkje Jans Sipkes, geboren ca. 1808 te Nes, Ameland als dochter van Jan Sipkes en Antje Jacobs Bakker. Zij overleed op 30 april 1844 op Ameland, 36 jaar.
Hij hertrouwde op 01 mei 1851 te Ameland met Sophia Wilhelmina Joanna Glazener, geboren te Rotterdam op 29 juli 1823, Nederl. Hervormd, als dochter van Hessel Glazener en Adriana Catharina Maasdijk. (Hessel Andriesz Glazener was eveneens koopvaardijkapitein – zie aldaar) tresoar en 058
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
M.W.Zwart (met adres E.H.Masdorp) werd met vlagnummer 590 per 13 juli 1841 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” op voordracht van kapitein J.Sipkes Fz. Als zijn schip is genoemd de “Facorij”. Toegevoegd is “bedankt”. Ten tijde van de inschrijving waren Zwart en zijn vrouw 31 resp 33 jaar. Hij hertrouwde kennelijk want later zijn toegevoegd 41 resp 27 jaar, Hieruit kan geconcludeerd worden dat hij ca 1851 hertrouwde. Uit zijn eerste huwelijk stammen 2 kinderen nl Rimkje uit 1837 en Jan uit 1839oo2a.
In de Algemene Vergaderingen van Zeemanshoop dd 06/13 juli 1841 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Minne Wietjes Zwart, oud 31 jaar, voerend de bark “Factorij”, wonend op Ameland, adres bij E.H.Masdorp te Amsterdam, op voordracht van J.Sipkes Fz. Hij kreeg vlagnummer 5900233.
M.W. Zwart was met vlagnummer R66 in de periode 1842 t/m 1869 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatscchappij tot Nut der Zeevaart”.
Hij was in 1849 “afwisselend commissaris” van de Maatschappij.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam
vlag periode type scheepsnaam reder/boekhouder
590 ` 1841 bark Factorij geen opgave
1842-1844 bark Factorij Minderop & van Heel, R’dam
1845-1849 bark Padang idem
1850-1853 bark Vice Admiraal Gobius idem
254 1854-1855 bark idem idem
1856-1859 bark Padang idem
In de Jaarverslagen van het Rotterdamse College staat M.W.Zwart als gezagvoerder met vlagnummer R66 vermeld:
* 1849, 1851 bark “Vice Admiraal Gobius” 311 last Minderop & van Heel, R”dam
1855 geen schip vermeld
1858,1859 bark “Padang” 313 last idem
1862 t/m 1867 bark “Souburg” 361 last F.H. von Lindern, Alblasserdam
Bouma025 vermeld M.W.Zwart als gezagvoerder gedurende:
* 1842 t/m 1845 van de bark “Factorij”, gebouwd in 1834 te Alblasserdam, 359 ton, varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1846 t/m 1851 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton, varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1851 t/m 1856 van de bark “Vice Admiraal Gobius”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam, 595 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1857 t/m 1860 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam. Het schip werd in 1860 verkocht naar Noorwegen en herdoopt in “Anden August”.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
A.A.van der Linden werd geboren in 1820 te Krimpen aan de Lek. Hij monsterde als 17-jarige op 05 april 1837 te Dordrecht aan als 3e stuurman voor een gage van f28,- per maand voor een reis naar Batavia aan boord van het fregat “De Dordtenaar” onder kapitein J.F.P.A.Abbema. (monsterrol Gemeentearchief Dordrecht, nr 817) 064.
Hij overleed in 1864 (zie hierna).
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.A. van der Linden was met vlagnummer R140 in de periode 1845 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
A.A.van der Linden was in 1862-1863 “afwisselend commissaris” van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart.058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1864 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat hij in 1864 is overleden058.
In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij staat vermeld dat de weduwe van A.A. van der Linde is hertrouwd zodat haar uitkering beeindigd wordt058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat kapitein A.A. van der Linden met vlagnummer R140 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Factory” 194 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1851 van de bark “Padang” 318 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1855, 1858 van de bark “Vice Admiraal Gobius” 311 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1859, 1862 , 1863 geen schip en rederij vermeld
Bouma025 vermeldt kapitein v/d Linden (geen initialen) als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1848 van de hoeker “Marie & Adriana”, gebouwd in 1826 te Maassluis, 145 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam.
Volgens scheepscorrespondentie van A.A. van der Linden, in bezit van Douwe Keizer te Amsterdam (info april 2007) was deze kapitein op de “Maria & Adriana” in 1845
* 1847 t/m 1850 van de bark “Factorij”, gebouwd in 1834 te Alblasserdam, 359 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
Volgens scheepscorrespondentie van A.A. van der Linden o.a. uit New York, in bezit van Douwe Keizer te Amsterdam (info april 2007) was deze kapitein al in 1846 gezagvoerder op de “Factorij”.
en A.A. van der Linden als gezagvoerder gedurende:
* 1851 t/m 1853 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam, Volgens Keizer, zie hiervoor, al in 1850 gezagvoerder;
* 1855 t/m 1856 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1857 t/m 1859 van de bark “Vice Admiraal Gobius”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam, 595 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam. Volgens Keizer, zie hiervoor, al in 1855 gezagvoerder van de “Vice Admiraal Gobius”. Hoe dan de periode 1855-1856 op de “Padang” te verklaren?
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
- Kwakkelstein was met vlagnummer R115 in de periode 1855 t/m 1862 lid van het Rotterdamse zeemanwscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Hij wordt wèl in het Jaarverslag 1855 in de ledenlijst genoemd, maar niet in de lijst van nieuw benoemde leden058
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1862 van het College (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in dat jaar is overleden058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van het College staat kapitein D.Quakkelstein/Kwakkelstein met vlagnummer R115 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1855 van de bark “Nederwaard” 299 last varend voor Bonke & Co te Rotterdam
* 1858, 1859 van de bark “Nederwaard” 304 last varend voor Bonke & Co te Rotterdam
Bouma025 vermeldt D.Kwakkelstein als gezagvoerder gedurende:
* 1856 t/m 1861 van de bark “Nederwaard”, gebouwd in 1836 te Alblasserdam, 576 ton o.m., varend voor Bonke & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
A.A.van der Linden werd geboren in 1820 te Krimpen aan de Lek. Hij monsterde als 17-jarige op 05 april 1837 te Dordrecht aan als 3e stuurman voor een gage van f28,- per maand voor een reis naar Batavia aan boord van het fregat “De Dordtenaar” onder kapitein J.F.P.A.Abbema. (monsterrol Gemeentearchief Dordrecht, nr 817) 064.
Hij overleed in 1864 (zie hierna).
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
A.A. van der Linden was met vlagnummer R140 in de periode 1845 t/m 1864 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
A.A.van der Linden was in 1862-1863 “afwisselend commissaris” van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart.058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1864 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) wordt vermeld dat hij in 1864 is overleden058.
In het Jaarverslag 1865 van de Maatschappij staat vermeld dat de weduwe van A.A. van der Linde is hertrouwd zodat haar uitkering beeindigd wordt058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart staat kapitein A.A. van der Linden met vlagnummer R140 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849 van de bark “Factory” 194 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1851 van de bark “Padang” 318 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1855, 1858 van de bark “Vice Admiraal Gobius” 311 last voor Minderop & van Heel te Rotterdam
* 1859, 1862 , 1863 geen schip en rederij vermeld
Bouma025 vermeldt kapitein v/d Linden (geen initialen) als gezagvoerder gedurende:
* 1847 t/m 1848 van de hoeker “Marie & Adriana”, gebouwd in 1826 te Maassluis, 145 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam.
Volgens scheepscorrespondentie van A.A. van der Linden, in bezit van Douwe Keizer te Amsterdam (info april 2007) was deze kapitein op de “Maria & Adriana” in 1845
* 1847 t/m 1850 van de bark “Factorij”, gebouwd in 1834 te Alblasserdam, 359 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
Volgens scheepscorrespondentie van A.A. van der Linden o.a. uit New York, in bezit van Douwe Keizer te Amsterdam (info april 2007) was deze kapitein al in 1846 gezagvoerder op de “Factorij”.
en A.A. van der Linden als gezagvoerder gedurende:
* 1851 t/m 1853 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam, Volgens Keizer, zie hiervoor, al in 1850 gezagvoerder;
* 1855 t/m 1856 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1857 t/m 1859 van de bark “Vice Admiraal Gobius”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam, 595 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam. Volgens Keizer, zie hiervoor, al in 1855 gezagvoerder van de “Vice Admiraal Gobius”. Hoe dan de periode 1855-1856 op de “Padang” te verklaren?
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Minne Wietjes Zwart werd geboren te Nes, Ameland op 23 juli 1810 als zoon van Wietje Minnes Zwart en Rimkje Gerrits Burga.
Hij trouwde op 01 juni 1834 te Nes met Iemkje Jans Sipkes, geboren ca. 1808 te Nes, Ameland als dochter van Jan Sipkes en Antje Jacobs Bakker. Zij overleed op 30 april 1844 op Ameland, 36 jaar.
Hij hertrouwde op 01 mei 1851 te Ameland met Sophia Wilhelmina Joanna Glazener, geboren te Rotterdam op 29 juli 1823, Nederl. Hervormd, als dochter van Hessel Glazener en Adriana Catharina Maasdijk. (Hessel Andriesz Glazener was eveneens koopvaardijkapitein – zie aldaar) tresoar en 058
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
M.W.Zwart (met adres E.H.Masdorp) werd met vlagnummer 590 per 13 juli 1841 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” op voordracht van kapitein J.Sipkes Fz. Als zijn schip is genoemd de “Facorij”. Toegevoegd is “bedankt”. Ten tijde van de inschrijving waren Zwart en zijn vrouw 31 resp 33 jaar. Hij hertrouwde kennelijk want later zijn toegevoegd 41 resp 27 jaar, Hieruit kan geconcludeerd worden dat hij ca 1851 hertrouwde. Uit zijn eerste huwelijk stammen 2 kinderen nl Rimkje uit 1837 en Jan uit 1839oo2a.
In de Algemene Vergaderingen van Zeemanshoop dd 06/13 juli 1841 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Minne Wietjes Zwart, oud 31 jaar, voerend de bark “Factorij”, wonend op Ameland, adres bij E.H.Masdorp te Amsterdam, op voordracht van J.Sipkes Fz. Hij kreeg vlagnummer 5900233.
M.W. Zwart was met vlagnummer R66 in de periode 1842 t/m 1869 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatscchappij tot Nut der Zeevaart”.
Hij was in 1849 “afwisselend commissaris” van de Maatschappij.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam
vlag periode type scheepsnaam reder/boekhouder
590 ` 1841 bark Factorij geen opgave
1842-1844 bark Factorij Minderop & van Heel, R’dam
1845-1849 bark Padang idem
1850-1853 bark Vice Admiraal Gobius idem
254 1854-1855 bark idem idem
1856-1859 bark Padang idem
In de Jaarverslagen van het Rotterdamse College staat M.W.Zwart als gezagvoerder met vlagnummer R66 vermeld:
* 1849, 1851 bark “Vice Admiraal Gobius” 311 last Minderop & van Heel, R”dam
1855 geen schip vermeld
1858,1859 bark “Padang” 313 last idem
1862 t/m 1867 bark “Souburg” 361 last F.H. von Lindern, Alblasserdam
Bouma025 vermeld M.W.Zwart als gezagvoerder gedurende:
* 1842 t/m 1845 van de bark “Factorij”, gebouwd in 1834 te Alblasserdam, 359 ton, varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1846 t/m 1851 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton, varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1851 t/m 1856 van de bark “Vice Admiraal Gobius”, gebouwd in 1840 te Alblasserdam, 595 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam;
* 1857 t/m 1860 van de bark “Padang”, gebouwd in 1838 te Alblasserdam, 592 ton o.m., varend voor Minderop & van Heel te Rotterdam. Het schip werd in 1860 verkocht naar Noorwegen en herdoopt in “Anden August”.
Overige bijzonderheden
Geen
|