Inloggen
ROLF - ID 5571


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:0000-00-00 / 0000-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1940
Classification Register: Lloyd's Register of Shipping (LR)
IMO nummer: 5073179
Nat. Official Number: 6331 Z ROTT 1940
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Motor Vessel
Type: General Cargo schip
Type Dek: Shelterdeck open
Masten: Two masts
Rig: 2 winches, 2 derricks
Lift Capacity: 2 ton each
Material Hull: Steel
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: N.V. Scheepswerven Gebr. van Diepen, Waterhuizen, Groningen, Netherlands
Werfnummer: 848
Launch Date: 1940-03-06
Delivery Date: 1940-05-09
Technical Data

Engine Manufacturer: Klöckner-Humboldt-Deutz A.G., Cologne (Köln), Germany
Motor Type: Motor, Oil, 4-stroke single-acting
Number of Cylinders: 8
Power: 400
Power Unit: BHP (APK, RPK)
Eng. additional info: Deutz diesel, 11-17 11/16
Speed in knots: 10.50
Number of screws: 1
 
Gross Tonnage: 400.00 Gross tonnage
Net Tonnage: 112.00 Net tonnage
Deadweight: 565.00 tonnes deadweight (1000 kg)
Grain: 43530 Cubic Feet
Bale: 41550 Cubic Feet
 
Length 1: 57.31 Meters Length overall (Loa)
Length 2: 53.90 Meters Length between perpendiculars (Lbp)
Beam: 8.49 Meters Breadth, moulded
Depth: 2.40 Meters Depth, moulded
Draught: 2.85 Meters Draught, maximum
Configuration Changes

Datum 00-00-1954
Type: Propulsion/engine changed
Omschrijving: Nieuwe hoofdmotor: 4tew 6cil 500 Pk Deutz nr. 1496691-96 Type RV6M545 (320x450) 380 rpm - 11 Kn.

Ship History Data

Date/Name Ship 1940-05-09 ROLF
Manager: Cornelder's Scheepvaart Maatschappij N.V., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Stoomvaart Maatschappij 'Westpolder', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Callsign: PHDD

Date/Name Ship 1950-10-16 WESTPOLDER
Manager: Cornelder's Scheepvaart Maatschappij N.V., Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: N.V. Stoomvaart Maatschappij 'Westpolder', Rotterdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Rotterdam / Netherlands
Callsign: PIOE

Date/Name Ship 1960-06-10 CITO
Manager: N.V. Scheepvaartbedrijf 'Gruno', Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Rederij 'Cito', Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder: Hendrik Paap (sluismeester) & Writser Jannes van Wijk
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands
Callsign: PDKO
Additional info: Hfl. 400.000,--

Date/Name Ship 1967-09-18 CITO
Manager: N.V. Scheepvaartbedrijf 'Gruno', Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Rederij 'Cito', Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder: Hendrik Paap (sluismeester) & Writser Jannes van Wijk
Homeport / Flag: Panama / Panama R.P.
Callsign: HO2627

Ship Events Data

1940-00-00: Op stapel gezet voor N.V. Motorschip 'Rolf' (Jan Westers, Roelof Buisman en Scheepswerf Gebr. van Diepen). Het werd voor de proefvaart verkocht aan Mr. H. Willemse, reeder te Voorburg, namens Cornelder.
1940-04-27: Als ROLF, zijnde een stalen motorvrachtschip, metende 1132.80 m3 bruto inhoud, volgens zeemeetbrief afgegeven te 's Gravenhage no. 6189 d.d. 26-03-1940, liggende te Delfzijl, door H. Christerus, scheepsmeter te Groningen, van haar brandmerk voorzien door het inbeitelen van 6331 Z ROTT 1940 op het achterschip aan S.B. zijde in achterkant achterste dekhuis, 4.10 m. van de hekplaat, 0.50 m. uit lengteas en 1.48 m. boven het dek.
1940-05-07: Rotterdamsch Nieuwsblad 07-05-1940: Scheepsbouw. Bij de scheepswerf van Gebr. van Diepen te Waterhulzen ligt ter aflevering gereed het motorschip ROLF (400 br. tons) in aanbouw voor de N.V. Cornelder's Scheepvaart Mij. te Rotterdam.
1940-05-09: Rotterdamsch Nieuwsblad 09-05-1940: Scheepsbouw. Het bij Gebr. Van Diepen te Waterhulzen, voor de Stoomv. Mij. Westpolder te Rotterdam gebouwde ms. ROLF, groot bruto 400 ton, heeft een goed geslaagden proeftocht gehouden en is inmiddels voor de eerste reis van IJmuiden vertrokken naar Dakar.
1940-06-13: Reeds op zijn tweede reis kreeg de Rolf met een enerverend avontuur te maken. In het Algemeen Rijksarchief, 2e Afdeling, in 's-Gravenhage is hierover een lijvig dossier teruggevon­den, waaruit het volgende is gedestilleerd: Op 13 juni 1940 vertrok het schip - op timecharter bij de Franse rederij Chargeurs Réunis - met een volle lading van 519,335 ton gepelde grondnoten in 100kg zakken van Kaolack (op de rivier Saloum in Sénégal, West-Afrika) naar de oorspronkelijke bestemming Bordeaux. De reis zou gaan via Dakar voor het innemen van bunkers, water en proviand, en het ontvangen van route-orders. Op 14 juni arriveerde de Rolf op de rede van Dakar. Omdat sinds 10 mei ook Nederland in oorlog was waren de Nederlandse schepen inmiddels onder bevel geplaatst van het Britse Ministerie voor Scheepvaart, dat de Rolf had toegewezen aan het Franse Ministère de la Marine Marchande. Na enige vertraging werden op instructie vanuit Londen op 20 juni drinkwater en 21 ton gasolie gebunkerd, maar toestemming tot vertrek - nu naar Casablanca - werd niet verleend. Dakar ligt in Sénégal, toentertijd nog een kolonie van Frankrijk. Het Franse leger had zich in Europa inmiddels aan de Duitsers overgegeven. De in Frankrijk gevormde Vichy-regering, die heulde met de vijand, had de autoriteiten in Dakar opdracht gegeven geen enkel geallieerd schip meer te laten uitvaren. Kapitein Z.J. Reyers kreeg van de havendienst opdracht 's nachts geen uitstralend licht te tonen. Op 3 juli werd de kapitein door de Nederlandse consul opgedragen naar het nabijgelegen Bathurst in Gambia te varen. Ook nu weigerden de autoriteiten toestemming om Dakar te verlaten. Op 5 juli werd door de Britse consul aan alle geallieerde schepen, waaronder de Nederlandse, geïnstrueerd Dakar te verlaten en naar Freetown in Sierra Leone te stomen, desnoods zonder permissie en tegen de orders van de Franse autoriteiten. De haven en rede van Dakar werden door militairen en Franse oorlogschepen echter te goed bewaakt om bij een vluchtpoging enig kans van slagen te maken. Om het vertrek van de schepen te beletten was onder water zelfs een tweetal netversperringen dwars over de uitgang naar zee gespannen. Op 12 juli werd de eerste machinist onder bedreiging van vuurwapens gedwongen om de aanzetluchtpijp van de hoofdmotor te demonteren en af te geven. Nu hiermede de hoofdmotor in het ongerede was werd een verblijf op de rede tussen zo'n vijftigtal andere schepen ook nog eens gevaarlijk, temeer daar het seizoen van de wervelstormen voor de deur stond. Op 21 juli kreeg kapitein Reyers van de consul een opnieuw gewijzigde bestemming op; hij moest nu zien uit te wijken naar Monrovia in Liberia. Op 30 juli kwam van de Fransen de opdracht de volgende ochtend de verstuivers van de hoofd- en hulpmotoren in te leveren. Dit zou elke eventuele vluchtpoging verder onmogelijk maken. Het machinekamerpersoneel had inmiddels een nood-aanzetluchtpijp geconstrueerd die die zelfde dag nog werd gemonteerd. Toen eenmaal de duisternis was ingevallen werd om 20.00 uur het anker gelicht, waarna langzaam tussen de op de rede liggende schepen werd gemanoe­uvreerd. Tot 24 maal toe geraakte de Rolf in de zoeklichtbundels van de havenbewaking, zodat telkenmale de motor gestopt moest worden om ontdekking te voorkomen. Tenslotte slaagde de bemanning er in over beide versperringen te komen en om 21.32 uur werd de open zee bereikt. Kapitein Reyers' volgende probleem dat moest worden opgelost was het ontbreken van zeekaarten naar Monrovia. Hij had eerder collega’s van andere schepen om kaarten gevraagd, maar men was niet bereid geweest deze aan hem af te staan. Op 3 augustus werd op zee een Engels stoomschip gepraaid, dat echter evenmin bereid bleek zeekaarten af te geven. Omdat de stroom het schip naar de kust zette bleef hij flink uit de wal. Door aangroei van de huid onder de waterlijn als gevolg van het langdurig stilliggen in warm water en door de minder goede kwaliteit der geleverde brandstof liep de Rolf nog maar 5½ mijl. Desalniettemin slaagde de kapitein er in op 5 augustus te 09.00 uur op de rede van Monrovia ten anker te komen. De kapitein maakte zeeprotest op, waarin hij melding maakte dat hij geen Franse uitklaringpa­pieren of een gezondheidpas aan boord had. Verder meldde hij vanaf einde belading goed voor de lading te hebben gezorgd, deze te hebben geventileerd en dat eventuele schade uitsluitend aan bovenomschreven omstandigheden te wijten zou zijn. Voor dit staaltje vindingrijkheid, durf en zeemanschap kreeg kapitein Z.J. Reyers een Britse onderscheiding, the Order of the British Empire. H.M. Koningin Wilhelmina kende hem op 27 maart 1941 het Kruis van Verdienste met Eervolle Vermelding toe 'wegens moedig en beleidvol optreden, alsmede bekwaam genavigeerd, .... en ondanks gevaarvolle en moeilijke omstandigheden wist te ontsnappen uit de streng bewaakte haven .... zodat zijn schip daarna aan de geallieerde oorlogsvoering dienstbaar gemaakt kon worden.' Aan stuurman J. Wierda en eerste machinist J.M. van Breemen werden het Kruis van Verdienste uitgereikt. De Rolf heeft verder aan geallieerde zijde op de rede van Monrovia haar steentje aan de oorlog bijgedragen. Het schip werd als waterboot ingezet om passerende schepen van zoet water - behalve als drinkwater vooral nodig voor de ketels van de stoommachines - te voorzien. Alhoewel ver van de oorlogshandelingen te land lag ook Monrovia in de gevarenzone. Duitse U-boten probeerden hier een prooi te pakken te krijgen, terwijl Vichy-vliegtuigen vanuit Dakar ook met enige regelmaat trachtten de voor anker liggende schepen aan te vallen. Op de rede van Monrovia kwamen de schepen vanuit Zuid-Afrika en Zuid-Amerika bij elkaar en werden de konvooien naar de Noord-Atlantische Oceaan samengesteld. Zo'n konvooi kon uit 50 tot soms wel 100 schepen bestaan. Onder bescherming van oorlogsschepen en soms van vliegtuigen voeren de vrachtschepen in kolommen tot circa 10 schepen breed en circa 10 schepen in linie. Deze kolommen voeren evenwijdig aan elkaar op een afstand van een halve zeemijl, terwijl de afstand tussen de schepen binnen de linies ongeveer 2 kabels (2 x 180 meter) bedroeg. Bij mist werd een vat of boei op twee kabellengtes achter het schip gesleept; het volgende schip in linie moest dan zorgen met de boeg bij dit merkteken te blijven. De scheeps­radio mocht uiteraard niet worden gebruikt; de onderlinge communicatie werd door vlaggen­seinen of door morseseinen met de seinlamp onderhouden. Wanneer het konvooi in de buurt van haar bestemming kwam scheidden de buitenste kolom­men zich successievelijk af, afhankelijk van de uiteindelijke loshavens, zoals het Bristol Kanaal, Liverpool en havens aan de oostkust van Schotland.
 
1950-00-00: In het Wester(s)-boek heb ik (Ger Mulder) hierover geschreven:

Na afloop van de oorlog kwam de Rolf schadevrij in Nederland terug. Omdat de rederij Cornelder, de feitelijke eigenaar, inmiddels meerdere schepen had met het achtervoegsel -polder in de naam werd de Rolf in 1950 omgedoopt in Westpolder. (Het Vrije Volk 18-10-1950: Schip heeft naam veranderd: Het 400 brt metende m.s. „Rolf", dat eigendom is van de N.V. Cornelder's Scheepvaart Maatschappij, is omgedoopt in m.s. „Westpolder".)

Op 9 juni 1960 werd het schip voor 400.000 verkocht aan de heren H. Paap (de latere schoonvader van Jan Westers' kleinzoon Mees Cremer) en W.J. van Wijk uit Groningen die het de naam Cito gaven. (NvhN 08-04-1960: Kustvaarder CITO verkocht naar Denemarken. Het motorkustvaartuig Cito, groot ca 410 ton dw., eigendom van de rederij Cito (H. Paap en W. J. van Wijk te Groningen), werd verkocht aan kapitein N. Riis Christensen te Svendborg, Denemarken door bemiddeling van de N.V. Geska te Groningen. Het schip behoort tot het raisedquarterdektype. Het werd in 1938 gebouwd bij de scheepswerf Foxhol. De N.V. Geska bemiddelde tevens voor de rederij Cito de aankoop van het shelterdekmotorkustvaartuig Westpolder, behorende aan de Stoomvaartmij. Westpolder te Rotterdam. Dit schip, groot 565 ton dw., werd in 1940 gebouwd bij de N.V. Scheepswerven Gebrs. Van Diepen te Waterhuizen. Beide schepen zullen in de loop van mei aan de nieuwe eigenaars worden overgedragen, waarbij de Westpolder zal worden omgedoopt in „Cito".)

1950-10-18: Het Vrije Volk 18-10-1950: Schip heeft naam veranderd: Het 400 brt metende m.s. „ROLF", dat eigendom is van de N.V. Cornelder's Scheepvaart Maatschappij, is omgedoopt in m.s. „WESTPOLDER".
1955-02-06: S.O.S.signalen uitgegeven in positie 46.35 N,06.43 W met verzoek om sleepboothulp. Op 08-02-1955 gesleept te Lissabon aangekomen.
1957-01-15: Bij vertrek uit Rotterdam is de stuurketting gebroken.
1960-01-10: Tijdens de reis van Lissabon naar Antwerpen met een deellading wijn en andere goederen in zeer slecht weer deel van de deklast verloren en voorts aanzienlijke schade opgelopen.
1967-09-00: Het schip ging in september 1967 varen onder Panamese vlag en werd daarmee een van de eerste uitgevlagde Nederlandse coasters.
1969-00-00: In 1969 verkochten Paap en Van Wijk de Cito aan de Shalom Peace Foundation, gevestigd te Panama. De man achter de schermen was de Israelier Abi Nathan, die de Peace liet ombouwen tot een zendschip dat bij Cyprus voor de kust werd gestationeerd. Hij probeerde door middel van radiouitzendingengericht op het Nabije- en Midden-Oosten de vrede te bevorderen. Dat de surveydatum van het schip in 1970 was verstreken, waardoor het geen lading meermocht innemen, zal voor de eigenaren dan ook van geen enkel belang zijn geweest.
Abi Nathan had de Cito kunnen kopen dankzij fondsen van idealistische Joden uit de gehele wereld. Het benodigde geld werd bij de overdracht in Amsterdam door Nathan in contanten in kleine en grote coupures aan de heren Paap en Van Wijk overhandigd. Deze vonden het raadzaam niet zelf met dit grote kapitaal naar Groningen terug te gaan. Dochter Margien Cremer-Paap was met haar baby Jan Meeszoon aan boord en het meeste geld werd in de reiswieg verstopt. Daarna droeg opa Paap kleinzoon en geld voorzichtig over de loopplank, waarop Margien in het holst van de nacht naar Haren reed. Zij had opdracht gekregen naar een hotel te gaan, waar het geld werd nageteld. Het bedrag klopte.

Het radiostation is door bijdragen van de Joodse gemeenschap vele jaren in de lucht gebleven, totdat men de Peace in 1995 in de Middellandse Zee in het bijzijn van de media heeft laten zinken. Een waardig einde van een schip dat zeker een bijdrage heeft geleverd aan het bereiken van enige vrede in de regio.
1969-00-00: De man achter de schermen was de Israelier Abi Nathan, die de Peace liet ombouwen tot een zendschip dat bij Cyprus voor de kust werd gestationeerd. Hij probeerde door middel van radiouitzendingengericht op het Nabije- en Midden-Oosten de vrede te bevorderen. Dat de surveydatum van het schip in 1970 was verstreken, waardoor het geen lading meermocht innemen, zal voor de eigenaren dan ook van geen enkel belang zijn geweest. Abi Nathan had de Cito kunnen kopen dankzij fondsen van idealistische Joden uit de gehele wereld. Het benodigde geld werd bij de overdracht in Amsterdam door Nathan in contanten in kleine en grote coupures aan de heren Paap en Van Wijk overhandigd. Deze vonden het raadzaam niet zelf met dit grote kapitaal naar Groningen terug te gaan. Dochter Margien Cremer-Paap was met haar baby Jan Meeszoon aan boord en het meeste geld werd in de reiswieg verstopt. Daarna droeg opa Paap kleinzoon en geld voorzichtig over de loopplank, waarop Margien in het holst van de nacht naar Haren reed. Zij had opdracht gekregen naar een hotel te gaan, waar het geld werd nageteld. Het bedrag klopte. m.s.”Peace” 16-03-1973.Vertrokken uit New York via Bermuda en Marseille, nadat het is omgebouwd tot Radiozendschip, om voor de kust van Israel ingezet te worden voor de vrede middels uitzendingen vanaf het schip in opdracht van de vredesactivist Abi Nathan. 26-05-1973 Eerste uitzendingen vanaf het schip met als slogan “Voice of Peace” voor het Midden Oosten. 10-1973 Tijdens de oorlog tussen Israel en Egypte is de radiozendschip naar het Suez kanaal gevaren en aldaar ten anker gegaan om anti oorlogssentimenten uit te zenden.Door de regering van Israel is de uitzending tot stoppen gedwongen en het schip naar Famagusta op Cyprus gevaren. 02-01-1977 Onder Panamese vlag zuidwaarts door het Suez kanaal gevaren. (schip stond officieel als een Israelische schip te boek.) 10-08-1978 Geprobeerd om de haven van Beirut in te varen,nadat het schip machineproblemen had gekregen, Van de plaatselijke autoriteiten geen toestemming gekregen om de haven aan te doen,waarna men koers zette naar Larnaca en aldaar dezelfde dag aangekomen met medicamenten een ambulance en andere giften waaronder veel kleding. 01-10-1993 Buiten dienst gesteld. 29-11-1993 T ot zinken gebracht bij Ashdod,Israel als status symbool na opheffen van de Radio uitzendingen.Voice of Peace. De Voice of Peace was een radiostation, dat uitzond “ergens” vanaf de Middellandse Zee en dat met haar programma’s een positieve invloed probeerde te hebben op de situatie in het Midden-Oosten. Men wilde vooral de vrede stimuleren. Vanaf het begin werd dagelijks 1 minuut stilte ter bezinning gehouden, telkens na zonsondergang. Oprichter Abe Nathan trachtte ook met zijn zgn. ‘peacetalks”, gesprekken over de vrede, tot een betere verstandhouding te komen. De VoP is altijd geaccepteerd door de diverse instanties en leek dus meer op een legaal station dan op een piraat. Ook staatsomroep Kol Israël vond het geen probleem dat de VoP het nieuws “leende”. Belasting en auteursrechten werden regelmatig betaald. Bijna dagelijks werd er getenderd. Een luxe in vergelijking met de zendschepen op de Noordzee!En als er olie gebunkerd moest worden, dan kon het schip ongemoeid de haven van Ashdod binnenvaren. Bij zware stormen ‘schuilde’ het schip ook vaak in de haven. Zelfs kleine stormen hadden al veel effect op het onbelaste en niet gestabiliseerde schip.Zendschip van de Voice of Peace. Abe Nathan. Oprichter van de Voice of Peace is Abe Nathan. Ondanks tegenslagen en onderbrekingen wist hij the VOP tot 1994 in de lucht te houden. Abe is geboren in Iran (toen nog Perzië) en vertrok later naar India om daar een opleiding tot piloot te volgen. In Israël begon hij een restaurant. In 1966 en 1967 vloog hij met een klein vliegtuigje naar (verboden) Egyptisch grondgebied om in gesprek te komen met de Egyptische regering. Na een tweede vlucht kreeg Abe een gevangenisstraf van 40 dagen. In 1967 komt Abe naar Nederland om naar een schip te zoeken. Abe had nl. het plan om vanaf een schip radio-uitzendingen te beginnen met als doel: het tegengaan van de eenzijdige radioberichtgeving van zowel Israël als Egypte en het stimuleren van de vrede. Het lukt Abe echter niet om genoeg geld voor een schip bijeen te krijgen. In 1969 vliegt hij voor de derde maal naar Egypte. In dit zelfde jaar, als Abe weer in Nederland is, valt zijn oog op een geschikt schip. Het is de CITO, die gebouwd is in 1940, net voor de oorlog. Het schip is 54 m. lang. Het prille begin. In Amsterdam wordt het schip door Nederlandse vrijwilligers wit geschilderd en omgedoopt tot “PEACE”.Ook wordt een flink geldbedrag in ons land ingezameld, waardoor het schip naar New York kan varen om daar te worden omgebouwd tot een radiozendschip. In Amerika vlot het niet om geld in te zamelen voor de uitrusting van het schip. Wel schenken de heren Meister en Bollier een zend-mast. Deze was eigenlijk bestemd voor hun eigen zeezenderproject, RNI, dat in 1970 van start zou gaan. De mast die ze schenken is exact dezelfde als die op de latere MEBO 2. Abe weet voor weinig geld aan zenders te komen. Maar er is nog veel meer geld nodig voor verdere uitrusting. Na een hongerstaking lukt het hem om $ 40.000 bijeen te brengen. In oktober 1971 is Abe even in Nederland en bedankt hij de Nederlandse bevolking voor de f 200.000 die ze in totaal heeft geschonken. Ondanks de Nederlandse en Amerikaanse giften is er nog niet voldoende geld om te kunnen beginnen. In de zomer van 1972 gaat Abe daarom weer in hongerstaking. Dankzij een TV-uitzending in Amerika komt het ontbrekende geld uiteindelijk binnen. De eerste deejay die wordt aangetrokken is Tony Allan, die al een ruime zeezender-ervaring heeft (Radio Scotland, RNI, Radio Caroline). Onderweg naar de Middellandse Zee. Begin 1973 is het schip klaar. Aan boord zijn vier kleine studioruimten, uitgerust met vrij moderne apparatuur. Op 15 maart 1973 wordt de zender voor het eerst (illegaal) getest in New York. De volgende dag vertrekt het schip dan eindelijk. De bemanning bestaat uit vele nationaliteiten. Om 19.00 uur beginnen de uitzendingen. Na enkele uren varen komt het schip in een storm met windkracht 11 terecht. Er slaat een gat in de voorzijde en later raakt de wand tussen de olie- en watertank ook lek. Aan het vasteland wordt vier dagen niets gehoord van het schip. Totdat het in Bermuda opduikt. Via diverse tussenstops, ondermeer in Marseille, bereikt het Peace-ship op 8 mei 1973 de Israëlische kust. ony Allan en Abe openen de uitzendingen. De eerste maanden zullen ze zonder onderbreking op het schip blijven zitten. Eerste olie-bunkering. Als er voor de eerste keer olie ingeslagen moet worden in Ashdod is Abe bang om te worden opgeroepen voor het leger. Daarom blijft hij voor alle zekerheid alleen achter op de Middellandse Zee, in een klein bootje. Iemand vergeet de klaargemaakte mand met proviand aan Abe mee te geven, zodat hij pas bij terugkeer van het schip weer wat kan eten. Abe, die vele malen heeft gevast, zal hier echter niet te veel problemen mee hebben gehad. YOM-Kippoer oorlog.Tijdens de Zesdaagse oorlog tussen Egypte en Israël, doet Abe een oproep aan soldaten om niet te vechten. Daarop komt een Israëlische kanonneerboot langszij en beveelt om de uitzendingen te staken. De VOP gaat uit de lucht met de tune van het station, Give Peace a Chance van John Lennon. (In dit lied wordt overigens de naam ‘Abi Nathan’ genoemd.) Enkele dagen later worden de uitzendingen weer hervat. Financiële problemen.Niet veel later raakt het station in financiële problemen. Het schip zwerft over de zeeën en in december 1973 gaat men voor anker ter hoogte van Rome. Sommige berichten beweren dat het schip hier een dag (19 dec.) heeft uitgezonden. Vervolgens vaart men met het schip naar de haven van Marseille. In deze plaats weet Abe het zo ver te krijgen dat prostituees de inkomsten van één avond aan de VOP afstaan. In Den Haag heeft Abe contact met Ronan O’Rahilly van Radio Caroline. Samen bekijken ze de mogelijkheid om van de VOP een commercieel station te maken. Abe laat dit plan uiteindelijk varen en verder gebeurt er weinig. Een jaar later, in januari 1975, is de complete bemanning inmiddels vertrokken. Abe verkoopt zijn aanzienlijke collectie schilderijen en gaat om aan geld te komen in hongerstaking. Het gevolg van de hongerstaking is dat Abe in coma raakt en zijn staking moet opgeven. In mei 1975 komt Bob Noakes, een bekende zeezender-technicus, aan boord van het schip, dat nog steeds in Marseille ligt. Eind mei vertrekt men weer naar de Middellandse Zee. Terug in Middellandse Zee. De VOP verzoekt de Egyptische regering om deel uit te mogen maken van het konvooi schepen dat het Suez-kanaal zal gaan heropenen. In afwachting van een antwoord begint men weer met uitzenden. Begin juni wordt het schip onderschept door een Egyptisch oorlogsschip en moet men voor anker gaan liggen bij de haveningang van Port Said. Na hier 19 dagen te hebben gelegen, mag het schip weer naar internationale wateren. De uitzendingen worden hervat (met ‘You’ve Got A Friend’ van Carole King). Er wordt slechts drie dagen lang uitgezonden; dan vaart het schip naar Haifa en blijft daar. Er zijn plannen voor verkoop van het schip. Maar zover komt het niet, want uiteindelijk zwicht Abe voor zijn principe om geen reclame uit te zenden. Diverse adverteerders gaan daarop in zee met de VOP. Dankzij de adverteerders als nieuwe bron van inkomsten komt de VOP weer terug op 1 augustus 1975. De antenne was versterkt, zodat ‘s avonds ontvangst in ondermeer Nederland mogelijk was. Abe weer gearresteerd. In september wil Abe bloemen, die hij heeft gekregen van sympathiserende Israëlieten, uit gaan delen in de haven van Port Said. Daarom wordt nogmaals toestemming verzocht om het Suezkanaal te bevaren. Het Peaceschip wordt echter door marineschepen verwelkomd en de toegang wordt geweigerd. Na 10 dagen bij de haveningang te hebben gelegen, vertrekt Abe met een tender naar de haven. Hij wordt meteen gearresteerd en de tender wordt in beslag genomen. Het Peaceschip vaart daarop terug naar haar oude ankerplaats en Abe wordt Egypte uitgezet. Eindelijk toestemming…Op 2 januari 1977 krijgt de m.v. PEACE eindelijk toestemming om vanuit Port Said het Suezkanaal af te varen in zuidelijke richting. In Suez wordt snoep en speelgoed uitgedeeld aan de plaatselijke kinderen. Uitzenden was verboden tijdens de tocht. Een nieuw dieptepunt. Eind december ‘77 zijn alleen Crispian St. John, Tony Allen, een Israëliër en een Arabier aan boord. De stemming is laag. Dan breekt in januari 1978 na vele stormen ook nog eens het topje van de mast af. Toch is de zender na enkele dagen al weer te beluisteren.De VOP maakt bekend op 28 februari 1978 te zullen stoppen, daar alle adverteerders zich hebben teruggetrokken na een schriftelijke oproep van de Israëlische staatsomroep. Drie dagen voor de geplande einddatum kunnen de luisteraars naar een afscheidsfeest komen. Liefst 60.000 man komt opdagen om met spandoeken te demonstreren tegen de verdwijning van de VOP. Dankzij de aandacht in de media voor deze actie komen niet alleen veel adverteerders toch weer terug, maar dienen er zich ook vele nieuwe adverteerders aan. Hongerstaking. Op 14 mei 1978 gaat Abe in hongerstaking om de regering Begin te dwingen door te gaan met besprekingen, die inmiddels waren vastgelopen. Ook wil Abe dat er geen nederzettingen meer gebouwd worden in het bezette gebied. Als de hongerstaking zijn 40ste dag heeft bereikt, staakt de VOP haar uitzendingen. Na 45 dagen, als de toestand van Abe kritiek is, geeft hij de staking op onder druk van parlementsleden, ministers en vrienden. Medicamenten en ambulance. In de zomer van ‘78 wil men met het schip goederen af leveren in Libanon, waar een burgeroorlog heerst. Deze goederen bestaan uit medicamenten en een ambulance. Op 9 augustus gaat het schip voor Beiroet voor anker. Men krijgt echter geen bericht waarin toestemming wordt gegeven om de goederen af te leveren. Na enkele dagen vergeefs wachten besluit men de goederen dan maar op Cyprus af te leveren. Mastbreuk. Op 21 januari 1981 breekt de 54 m. hoge zendmast (uit 1969)af. Eerst wordt snel een nood-T-antenne gemaakt. Daarna wordt deze vervangen door een hoger geplaatste en betere T-antenne. De ontvangst blijft echter slechter dan voorheen en de adverteerders lopen weg. Weer plannen om te stoppen. In augustus ‘81 doet men een aanvraag voor een zendlicentie vanaf land of vanuit een haven. In december breekt een deel van de dat jaar herstelde mast af. Op 31 december ‘81 kondigtde VOP haar laatste uitzending aan. Men gaat stoppen omdat er geen licentie wordt gegeven en het gevaar tijdens de vele stormen vrij groot is. In februari 1982 zijn er plannen om het schip naar Noord-Ierland te verplaatsen. Deze plannen gaan niet door en op 9 maart worden de uitzendingen weer gewoon hervat. Vrijwel direct zijn er problemen met zowel de generator, de zender, als de antennedraden. Als gevolg hiervan is de VOP een periode afwisselend op alleen de FM of de AM te beluisteren. Op 15 mei is alles weer in orde; net op tijd voor de inzamelingsactie die in juni ‘82 wordt gehouden, wanneer het Israëlische leger Libanon binnenvalt. Buren voor de VoP. In oktober ’82 komt het grootste zendschip uit de zeezendergeschiedenis het Peaceschip vergezellen op de Middellandse Zee. Odelia TV, dat vanaf dit schip wilde gaan uitzenden, kwam echter niet goed van de grond. Voor de VOP was dat maar goed ook, want de regering van Israël wilde absoluut geen Tvuitzendingen vanaf zee. De wetswijziging die er zeker gekomen zou zijn als ODELIA door was gegaan, had dan ook de VOP in gevaar kunnen brengen. Het zendschip van Odelia Televisie. Twee primeurs. In 1984 heeft de VOP twee zeezender-primeurs: op 2 maart wordt een (tweeminuten durend) computerprogramma uitgezonden en in de zomer schaft men twee Cd-spelers aan. In deze periode kampt men overigens weer met problemen met de zenders en met een personeelstekort. Via AM, FM en SW. Vanaf juni 1985 worden de uitzendingen via AM en FM om 16.00 uur gesplitst. Op de middengolf start dan een infoprogramma en op de FM een muziekprogramma. Onregelmatig is men ook via de kortegolf te beluisteren. Diverse malen breken de antennedraden van de middengolfzender. In maart 1987 zinkt tijdens zeer zware stormen de tender van de VOP in de haven. In mei 1987 wordt een nieuwe AM-zender gekocht, die op 9 juni voor de eerste keer wordt getest. Wanneer blijkt dat deze zender goed functioneert, wordt ook de frequentie 1540 weer vermeld naast de FM frequentie. Acht maanden lang was dit niet gebeurd. De nieuwe zender heeft tot aan het einde nauwelijks voor problemen gezorgd. 1987-1988 In dezelfde zomer (augustus ’87) wordt een drie uur durend uitwisselingsprogramma met de legerzender Galei Zahal uitgezonden. In oktober en november 1987 staakt de Israëlische staatsradio. M.b.v. de B.B.C. brengt de VOP toch nieuws. Dit levert zeer veel nieuwe adverteerders en dus inkomsten op. In juni 1988 verlaat de dan 71-jarige kapitein Aaldijk voorgoed het Peaceschip. Al vanaf 1973 stond de Nederlander aan het hoofd van de bemanning. In Nederland gaat hij zijn 50-jarige huwelijk vieren. Nog een zeezender. In 1988 wordt Abe benaderd door een religieuze groep die zendtijd wil huren. Na enige twijfel besluit Abe om niet met hen in zee te gaan. Daarop koopt deze organisatie een eigen schip en zender. Onder de naam Arutz Sheva (kanaal 7) gaan ze vanaf eind oktober Hebreeuwse muziek en ultrarechtse boodschappen uitzenden. Men is zo extreem orthodox dat alleen liedjes die door mannen gezongen worden, mogen worden uitgezonden. In de zomer van 1995 neemt de Israëlische regering alle apparatuur van Arutz Sheva in beslag en arresteert de topman van de organisatie. Dit gebeurde terwijl het schip in een haven lag om te bevoorraden, zoals de VOP ook zo vaak heeft gedaan. De Israëlische regering heeft duidelijk meer moeite met deze extreme zender. Arutz Sheva zendt overigens weer uit nadat het van diverse kanten apparatuur heeft gekregen. Naast dit station heeft ook de zender Radio One kortstondig vanaf een schip uitgezonden ten tijde van de VOP. Gevangenisstraf. Op 13 september 1988 vliegt Abe naar Tunis om daar Arafat te ontmoeten. In december praat hij wederom met hem, nu in Zwitserland. Op 10 oktober 1989 gaat Abe de gevangenis in wegens schending van de antiterrorismewet van 1989. Deze wet verbiedt contacten met terroristen en ook PLO -leider Arafat viel onder deze noemer. Abe is de eerste die aan de hand van deze nieuwe wet een gevangenisstraf krijgt. De straf is 6 maanden cel en 12 maanden voorwaardelijk. Vanwege een verslechterde gezondheid moet Abe van de cel naar het ziekenhuis worden overgeplaatst. Daar wordt hij al snel vervroegd vrij gelaten. Op 27 april 1991 start Abe een vastenactie tegen de wet die contact met de PLO verbiedt. Na 40 dagen geeft hij zijn actie op. Op 29 juni heeft hij weer contact met Arafat. Het gevolg is dat hij nogmaals wordt veroordeeld. Deze keer krijgt hij 18 maanden celstraf. Na een half jaar komt Abe vervroegd op vrije voeten. Golfoorlog. Begin 1991 breekt de Golfoorlog uit nadat Koeweit is bezet door het Irakese leger. Twee deejays nemen een risico door aan boord te blijven in het onrustige gebied. Het zijn John McDonald uit Schotland en Daryl Richel uit Canada. Zij houden het station dagelijks draaiende van 06.00 tot 21.00 uur. In februari komt ook Kenny Page erbij. Aftellen. Vanaf juni meldt men dat de VOP een zendvergunning aan land kan krijgen. Plotseling begint de VOP op 13 augustus 1993 met het aftellen van de dagen in haar uitzendingen. Er wordt begonnen bij dag 50. Op dat moment is het niet alleen voor de luisteraars, maar zelfs voor de deejays onbekend waarom men nu precies aan het aftellen is. In september meldt Abe in een interview dat het station gaat sluiten; deels vanwege gemaakte schulden, maar vooral vanwege het vredesakkoord tussen Rabin en Arafat, dat in Washington werd getekend. Hierdoor is het hoofddoel van de VOP, het stimuleren van de vrede, in Abe’s ogen min of meer bereikt. De laatste dagen van de VOP staan in het teken van een bepaald thema. Op 28 september is er een Elvis-dag, gevolgd door Twilight-dag op 29 september en een Beatles-dag op 30 september. Op 1 oktoktober 1993 begint Abe met zijn laatste programma. Hij vertelt hierin dat hij een vergunning heeft gekregen om het schip te laten zinken. De zender zal om 13.00 uur uit de lucht gaan. Voor die tijd verwacht men een tender met aan boord de burgemeester van Tel Aviv en de minister van milieu. De tender is om 13.00 u nog niet gearriveerd en daarom wordt het tijdstip van de zendersluiting nog wat verlengd. Als de minister en burgemeester uiteindelijk om 13.30 uur arriveren, verzoeken ze het schip niet tot zinken te brengen. Ze vertellen dat het schip een ligplaats in de haven van Tel Aviv kan krijgen. Daar kan het dan worden ingericht als een vredesmuseum. Abe gaat met dit voorstel akkoord. De laatste plaat die (meermalen achter elkaar) gedraaid wordt, is ‘We Shall Overcome’ van Pete Seeger. Om 13.57 uur wordt het dan werkelijk stil op 1540 KHz. Het schip vaart zoals afgesproken naar Tel Aviv en Abe vertoont zich aan boord met een wit overhemd. Dit is opmerkelijk, daar hij al 12 jaar lang alleen zwarte kleding heeft gedragen uit protest tegen de koppigheid van de PLO en Israël. Geen vredesmuseum. Nadat het schip de haven is binnen gelopen, zit er niet veel schot in de plannen om er een een vredesmuseum van te maken. Dit heeft o.a. te maken met het feit dat de burgemeester van Tel Aviv inmiddels is opgevolgd door een minder enthousiast iemand voor een vredesmuseum. Ook de zendmachtiging vanaf land blijkt voorlopig nog op zich te laten wachten. Bovendien begint het havengeld flink op te lopen. Daarom besluit Abe om uiteindelijk weer uit te varen met zijn schip. Hij vindt namelijk dat het schip meer recht heeft op een zeegraf, dan dat het ergens in een haven wegroest, ook al heeft het een schrootwaarde van $ 12.500. Net voordat Abe met zijn schip op 28 november 1993 wil uitvaren, biedt een Rabbijn hem nog $ 14.000 aan als hij in ruil hiervoor weer zou willen beginnen met uitzenden. Abe vindt het echter te laat om op zijn beslissing terug te komen. Op volle zee worden gaten in het Peaceschip gemaakt. De gaten blijken echter te klein te zijn om het schip werkelijk te laten zinken. Daarom worden ook de pompen aangezet: ditmaal om water ìn het schip te pompen, in plaats van eruit. Zelfs met de pompen aan duurt het nog tot de volgende morgen voor het schip zinkt. Het is inmiddels vier mijl afgedreven van de beoogde laatste rustplaats. Bijna alle boten met persmensen zijn op dat moment allang teruggekeerd naar de haven. Abe is er nog wel en hij ziet zijn schip met de voorsteven omhoog langzaam in de golven verdwijnen.
1994-feb Het gezonken vredesschip komt nog eenmaal in het nieuws. Het schip zou olie lekken en vissers klagen omdat ze hun netten aan het wrak stuk trekken. In 1997 tijdens een verblijf in Amerika, krijgt Abe een beroerte, waardoor hij gedeeltelijk verlamd raakt. Daarna wordt hij opgenomen in een verzorgingstehuis. In 2005 komt in Israël de film “As the sun sets” uit, waarin het leven van Abe belicht wordt. In 2006 krijgt Abe andermaal te kampen met een ernstigeberoerte. (†27 August 2008).
(Bron: Schriel, tekst: Jan van Heeren. Bron: De boeken “The Voice of Peace”, deel 1 en 2,
1973-05-26: Final Fate:
Omgebouwd tot radiozendschip en in gebruik voor de kust van Israel en de Arabische buurlanden. Het heeft jarenlang radio-uitzendingen van de vredesactivist Abi Nathan onder de naam 'Voice of Peace' verzorgd. Op 1 oktober 1993 buiten gebruik gesteld en op 2 december voor de kust van Israel bij Ashdod vrijwillig tot zinken gebracht.

Afbeeldingen


Omschrijving: De nieuw opgeleverde Rolf in het Groninger Verbindingskanaal - april 1940
Collectie: Martens, R.G. (Rob)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: ROLF - RevA-Archief Gebr van Diepen-coll M. Esman
Collectie: Esman, Marius T.J.A.
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: WESTPOLDER
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Skyfotos Ltd.
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: WESTPOLDER
Collectie: Scholten, B.W. (Ben)
Vervaardiger: Skyfotos Ltd.
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: WESTPOLDER at Jersey, 15-07-1957
Collectie: Scholten, B.W. (Ben)
Vervaardiger: Hocquard, D.P. (Dave)

Omschrijving: WESTPOLDER
Collectie: Broere, R. (Roel)
Vervaardiger: Foto-Mar, Leixoes, Portugal

Omschrijving: CITO onder Panamese vlag.
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: CITO
Collectie: Tuil, J. (Jan)
Vervaardiger: Skyfotos Ltd.
Onderwerp: Luchtfoto

Omschrijving: CITO
Collectie: Bolhuis, R.J. van (Riemer)
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: CITO
Collectie: Reineking, Klaas
Vervaardiger: Onbekend **
Onderwerp: Kade

Omschrijving: CITO
Collectie: -
Vervaardiger: Hill, Charlie A.
Onderwerp: Havenopname

Omschrijving: Het radio-zendschip PEACE van de Israelier Abi Nathan
Collectie: Johannes, Leo M.
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: Radiozendschip PEACE voor de kust van Israel.
Collectie: Mulder, G.J.
Vervaardiger: Unknown

Omschrijving: Radiozendschip PEACE voor de kust van Israel
Collectie: Mulder, G.J.
Vervaardiger: Unknown