Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.Wemmerus was met vlagnummer R99 in de periode 1826 t/m 1831 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Uit de periode 1820 t/m 1825 ontbreken de ledenlijsten. Hij kan dus in één van de jaren uit deze periode tot het College zijn toegetreden058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In het Jaarverslag 1831 van het College (Gemeentearchief van Rotterdam, J/126) staat dat hij het College in 1831 heeft verlaten058.
Bouma025 vermeldt P.Wemmerus als gezagvoerder gedurende:
* 1854 t/m 1855 op de hoeker “Vrouw Johanna”, gebouwd in 1815 te Vlaardingen, 109 ton o.m., varend voor T. van Holst te Vlaardingen.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Luc Heijboer in een e-mail dd 10 april 2005 vermeldtin een overzicht van kapiteins op Vlaardinger schepen:
C.van Helderen Jr 1854 ALIDA
Bouma025 vermeldt C.van Gelderen Jr als gezagvoerder gedurende:
* 1842 t/m 1855 van de hoeker “Boreas”, gebouwd in 1839 te Vlaardingen, 114 ton o.m., varend voor M.van Rossen Hoogedijk te Vlaardingen;
* 1858 t/m 1860 van de schbrik “Sirene”, gebouwd in 1857 te Krimpen aan de IJssel, 187 ton o.m., varend voor Moens & Kolff te Rotterdam;
- van Gelderen, zonder de toevoeging “junior”, wordt vermeld van/in:
* 1832 t/m 1838 van de hoeker “Eendragt”, gebouwd in 1815, bouwlocatie niet vermeld, 96 ton o.m., varend voor Hoogendijk te Vlaardingen. (ik heb hem hier vermeld omdat bij de vorige C.van Gelderen -zie aldaar - de periode 1820 t/m 1840 bezet is door de hoeker “Vrouw Elisabeth”).
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Luc Heijboer in een e-mail dd 10 april 2005 vermeldtin een overzicht van kapiteins op Vlaardinger schepen:
B.C.Lambach 1839-1840 EENDRAGT
Bouma025 vermeldt B.G.Lambach als gezagvoerder gedurende:
* 1839 t/m 1840 van de hoeker “Eendragt”, gebouwd in 1815, bouwlocatie niet vermeld, 96 ton o.m., varend voor Hoogendijk te Vlaardingen. Het schip is verongelukt op de Maasvlakte door het verlies van het roer. Het kwam met zout van Cadix;
* 1842 t/m 1845 van de hoeker “Schiedamsche Visscher”, gebouwd in 1839, bouwplaats niet vermeld, 92 ton o.m., varend voor de Groot, Roelants & Co te Schiedam;
* 1849 op de hoeker “Vrouw Johanna”, gebouwd in 1815 te Vlaardingen, 109 ton o.m., varend voor T. van Holst te Vlaardingen;
* 1850 t/m 1852 van de bark “Houthandel” ex Maria Jacoba Cornelia, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 390 ton o.m., varend voor T. van Holst te Delfshaven. Het hol werd in 1852 geveild;
* 1856 van de kof “Hermanus” ex Geziena, gebouwd in 1839 te Sappemeer, 76 ton o.m., varend voor P.van Rossem & Zn te Rotterdam;
* 1857 van de sch.brik “Gier” ex Elisa, ex Anjien, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam;
* 1858 t/m 1860 van de 2/msch “Sperwer”, gebouwd in 1856 te Vlaardingen, 127 ton o.m., varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam. Het schip is in April 1860 op de Spaanse kust verongelukt;
In een overzicht uit 2006 meldt Heijboer:
24 april 1860 verongelukt op de Spaanse kust op de rede van Adra op weg van Malaga naar Liverpool. Geladen met lood, zijde, wijn en chemicaliën.
* 1862 t/m 1862 van de kof “Vlinder” ex Elsiena, gebouwd in 1852 te Sappemeer, 60 ton o.m., varend voor P.van Rossem & Zn te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen