Inloggen
BELLONA - ID 16953


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1816-11-26 / 1844-03-00 | Reden uitgevlagd: Sloop, afgekeurd

Identification Data

Bouwjaar: 1812
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Brik
Masten: Two masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Sweden
Werfnummer:
Delivery Date: 1812-00-00
Technical Data

Gross Tonnage: 81.00 lasts
Gross Tonnage 2: 154.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 23.60 Meters Registered
Beam: 4.41 Meters Registered
Depth: 3.33 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Turksche Pas
Zeebrief jaar: 1816
Datum agenda: 1816-11-26
Register nr: 18160039
Scheepsnaam: BELLONA
Type:
Lasten: 0
Gebouwd in binnen- of buitenland: Buitenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Portner, H.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Lange, Pieter de
Opmerkingen: Turksche pas
Gedestineerd naar = niet vermeldt

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1812-00-00 OSKAR
Manager: Sweden
Eigenaar: Sweden
Shareholder:
Homeport / Flag: Onbekend / Sweden

Date/Name Ship 1816-11-26 BELLONA
Manager: Bunge, Metger & Pörtener (Gotlieb Bunge e.a.), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Bunge, Metger & Pörtener (Gotlieb Bunge e.a.), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1818-03-25 MARIA JACOBA
Manager: Firma Buys, De Bordes & Jordan, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Buys, De Bordes & Jordan, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1820-09-09 MARIA EN JACOBA
Manager: Firma Buys, De Bordes & Jordan, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Buys, De Bordes & Jordan, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Ship Events Data

1822-03-07: Damaged
Amsterdam, 10 maart 1822. Het schip (opm: brik) MARIA EN JACOBA, kapt. J.J. Bart, van Curaçao in Texel binnen is in de nacht tussen den 6 en 7 maart, met verlies van ankers en touwen en enige schade, door adsistentie van een schuit en sloep in het Nieuwe Diep gebragt.
1822-07-31: Collision
Amsterdam, 15 september 1822. Kapt. J.J. Bart, voerende het schip MARIA EN JAKOBA (opm: brik MARIA EN JACOBA), van Curaçao in Texel binnen, meldt van de rede van Texel van den 11 september, dat hij, den 31 juli, des morgens, van Curaçao vertrokken zijnde, tegen de avond aangezeild is geworden door het schip MARTA EN ELIZABET (opm: MARTHA EN ELISABETH), kapt. G. Swart, mede van Curaçao naar Amsterdam bestemd; beide de schepen hadden schade bekomen
1824-02-00: Damaged
Kapt. J.J. Bart, voerende de brik MARIA JAKOBA (opm: MARIA EN JACOBA), meldt, dat hij, na den 14 februari Curaçao verlaten te hebben tegelijk met het schip de SNELHEID, kapt. E. Claussen, onder convooi van Zr.Ms. brik de EENDRAGT, den 24 februari de Mona-passage bereikt hebbende, het convooi verliet en den 24 maart op de hoogte van Bevezier (opm: Beachy Head) was. Hij meldt verder veel stormweder gehad te hebben, waardoor een marszeil geheel weggevlogen en één opgescheurd en de bramsteng over boord en in stukken geslagen was. Het schip had zich echter goed gehouden en weinig gelekt, alhoewel het de gehele reis onder water geweest was.
1829-01-07: Damaged
Amsterdam, 3 maart 1829. Kapt. J.J. Bart, voerende het schip MARIA EN JACOBA, van Amsterdam te Curaçao gearriveerd, meldt van daar in dato de 7e januari, dat hij een woedende orkaan doorgestaan, daardoor het voortuig, de boegspriet en verscheiden zeilen verloren en andere schade aan het schip bekomen heeft.
1841-11-27: Damaged
Scheepstijdingen. Volgens brief van Laguayra dd. 31 december jl., was het schip MARIA EN JACOBA, kapt. Bart, aldaar van Amsterdam gearriveerd, na gedurende het eerste gedeelte der reis, door aanhoudende zware stormen, veel schade aan tuig, zeilen, enz., te hebben geleden, zijnde het schip op 27 november bevorens door een hoos overvallen, waardoor onder meerdere schade, de fok, het grootzeil en de schanskleding (opm: verschansing) weg en de onder-ra’s aan stuk sloegen, bij welke gelegenheid het schip veel water inkreeg.
1844-03-04: Final Fate: Broken up

Verkoping van schepen op maandag de 4e maart in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ:
- een welbezeild gekoperd brikschip, MARIA EN JACOBA, kapt. D.J. Bart: NLG 6.250, in slag NLG 250, opgehouden. (opm: in juni 1816 aangekocht als de Zweedse OSKAR; vermoedelijk is de brik verkocht voor de sloop)

Gezagvoerders

Familiegegevens

Geen overrlijdens gegevens te Amsterdam van 1813-1872.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt G. Abels als gezagvoerder gedurende:

*    1818 t/m 1821 op de brik “Maria en Jacoba”, gebouwd in 1812, 150 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam;

 

Het Archief van de Amsterdamse Waterschout op het Stadsarchief te Amsterdam bevat monsterrollen op naam van Gerbrand Abels op de:

“Jonge Neletta”, dd 29 maart 1788; 29 oktober 1788;

“Cornelia”, dd 24 juni 1796 (Pruisische vlag); 21 oktober 1796 (Pruisische vlag); 07 mei 1801 (Pruisische vlag) ; 08 december 1803 ( Oldenburger vlag); 24 april 1804 (Pruisische vlag); 19 april 1805 (Pruisische vlag);

“Jufvrouw Cornelia”, dd 08 april 1814; 11 november 1814; 28 juni 1816 en 16 november 1816;

“Maria & Jacoba”, dd 30 maart 1818; 19 november 1818.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche  Courant 01 februari 1817114

Amsterdam, 30 januari. Kaptein G. Abels, voerende het schip de JUFFROUW CORNELIA, van Amsterdam naar Genua en Livorno gedestineerd, te Dartmouth binnengelopen, meldt van daar, van den 22 januari, dat hij den 19 dito, des morgens, ten 5 uren, een vliegende storm uitgestaan en een stortzee over gekregen heeft, die het schip met de mast op het water sloeg, en al wat op het dek was, benevens drie man van de equipagie medenam, waarvan echter twee behouden werden; vervolgens was het schip, na masten, sloep, boot, zeilen, compas, enz. verloren te hebben, door een visser te Dartmouth binnen gesleept; de kaptein en zijn volk waren door de uitgestane vermoeijenissen geheel ongesteld

 

Rotterdamsche Courant 23 oktober 1817114

Amsterdam, 21 oktober. Den 11 oktober is van Plymouth vertrokken de aldaar binnengelopen JUFVROUW CORNELIA, kapt. G. Abels, van Livorno naar Amsterdam.

 

 

Datum vanaf: 1818
Kapitein: Abels, Gerbrand

Familiegegevens en opleiding

J.J.Bart werd geboren te Groningen op 11 februari 1784.

Hij huwde met Engeltje Kraay, geboren te Zandvoort op 01 december 1784. Zij kregen een zoon geboren op 20 december 1830 en een dochter op 22 oktober 1815.003

J.J.Bart overleed in 1839. Zie hierna

 

Provinciale Groninger Courant 04 juni 1839

Amsterdam 30 mei. De volgende berichten heeft men ontvangen uit Batavia. Te Batavia zijn op 20 december j.l verongelukt de gezagvoerder J.J. Bart, voerende het op die rede aangekomen zijnde schip WALCHEREN, benevens de scheepsdoctor, een der stuurlieden en een matroos, bij het met de sloep naar de wal varen. Hun lijken heeft men later opgevist, met een zak postpaketten en een 45 tal brieven.

 

Uit. JACOB OLIE Jbz (1834-1905). Monografieën van Nederlandse fotografen nr. 10

Anneke van Veen. Focus Publishing Amsterdam. 2000, 268 pp.

p.200

Barts vader, Jacob Jans Bart was ook koopvaardijkapitein geweest. Op een dramatische reis met het fregat Walcheren in 1838-1839 verloor Johan Jacob Bart, die als eerste stuurman op het schip voer, op de rede van Batavia zijn vader. Ook elf leden van de oorspronkelijk 35 koppen tellende bemanning van het schip kwamen om. De 24 jarige Bart moest het schip naar huis varen. …”

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.J.Bart werd met vlagnummer 73 effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop”. Zijn schip was de “Walcheren”. Aangiftedatum en referentie zijn niet vermeld002.

In de Algemene Ledenvergadering van het college op 21 september 1824 werd Jacob Jansz Bart (vóórnamen juist overgenomen!), 40 jaar, wonende op de Bikkersgracht, aangenomen als effectief lid van het college met vlagnummer 73 op voordracht van Pieter Kraay023.

J.J.Bart was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1824 t/m (wellicht) 1840 met de vlagnummers 73 (1824 t/m 1836) en 40 (1836 t/m 1840).

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 11 oktober 1825003.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 januari 1826 wordt een opmerking vermeld van de heer Kooy, dat naast de kapiteins Krayer, Sipkes, Zeijlstra, Pakes en Heyde, ook andere kapiteins zich bij de hulpverlening aan de slachtoffers van de watersnoodramp in 1825, zich “door onverschrokkenheid, moed en zelfsopoffering hadden onderscheiden” zoals de kapiteins J.J.Bart, J.Ingerman, Gribbert de Jong e.a.042

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 juni 1826 is vermeldt dat het Bestuur machtiging tot aanwinning van buitenlandse honoraire leden in de “koloniën Suriname, Demerarij, Curacao & Batavia” heeft verstrekt aan Th.Pietersz, J.J.Bart, P.S.Matzen en L.F.Heyde.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 30 augustus 1827 staat berichten van zowel B7W van Amsterdam als de Staatsraad Gouverneur van Noord-Holland, waarin de ontvangst wordt gemeld van “4 bewijzen van Z.M. hoge tevredenheid over het gedrag van de kapiteinen Gt de Jong, J.Ingerman, P.Bakker en J.J.Bart geduurende de watervloed van 1825.” 042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 09 januari 1840 vraagt Johan J.Bart een uitkering voor zijn broer Simon Bart, zoon van wijlen kapitein Jaccob Jan Bart en Engeltje S.Kraaij. Deze wordt toegestaan in de vergadering van 27 februari 1840042

In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 04 september 1827 werden missiven ingebracht van Burgemeesters en Wethouders van Amsterdam dd 16 en 21 augustus 1827 “wegens de uitkeering van bewijzen van Zijne Majesteits tevredenheid over het gehouden gedrag bij de watersnood in 1825 aan de kapiteinen G.de Jong, J.Ingerman, P.Bakker en J.J.Bart”.023

In de notulen van de Algemene Vergadering vn Zeemanshoop dd. 21 april 1840 staat het verzoek van Simon Bart, zoon van wijlen kapitein Jacob Jans Bart en E.S.Kraay om een uitkering welke werd toegekend ingaande 01 februari 1840.023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer            jaren                type        scheepsnaam                      naam reder/boekhouder

         73                1825-1828            brik         Maria en Jacoba                Buys, de Bordes en Jordan

                               1829-1834            fregat     Wilhelmina en Maria         Insinger en Co

                               1835    geen opgave van schip en boekhouder

         40                1836-1838            fregat     Walcheren                           Buys, de Bordes en Jordan

 

Bouma025 vermeldt J.J.Bart als gezagvoerder gedurende:

*    1822 t/m 1829 op de brik “Maria en Jacoba”, gebouwd in 1812, 150 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam;

*    1830 t/m 1835 op het 3/m schip “Wilhelmina Maria”, gebouwd in 1826, 275 ton o.m., varend voor Insinger & Co te Amsterdam;

*    1835 t/m 1839 op het 3/m schip de “Walcheren”, gebouwd in 1829 te Middelburg, 717 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam. Het schip werd in 1839 verkocht.

      Van Sluijs013 vermeldt omtrent J.J.Bart een advertentie in de Amsterdamsche Courant van 17 april 1816, waarin de mededeling: ”29 April 1816 te A’dam in veiling het galjasschip Natalia, kapt. J.J.Bart  lang 80 vt, wijd 25 vt  hol 12½ vt”.

 

Het Archief van de Amsterdamse Waterschout11a bevat monsterrollen op naam van Jacob Jansen Bart op de:

“Natalia”, dd 21 februari 1815 (Russische vlag);

“Nadeschada”, ddd 16 juni 1817”

“Maria & Jacoba”, dd 15 november 1819; 22 september 1820; 16 augustus 1821; 09 april 1822; 18 november 1822; 25 september 1823; 26 april 1824; 08 april 1825; 13 oktober 1825; 08 juni 1826; 26 maart 1827; 28 september 1827, 01 april 1828; 20 oktober 1828 en 23 juli 1829;

“Wilhelmina & Maria”, dd 22 december 1829; 23 juni 1830; 05 april 1831; 17 oktober 1831; 11 mei 1832; 31 oktober 1832; 04 november 1833, 31 mei 1834 en 11 november 1834.

“Walcheren”, dd 01 maart 1836 en 30 maart 1837.

Tevens wordt de “Walcheren” op 17 juli 1838 vermeld met als kapitein Jan Jacob Bart.

 

Overige bijzonderheden

Op 15 december 1834 overleed te Curacao  de soldaat Dirk van Wijk, een voorvader van de voetballer Coen Moulijn. Dirk vertrok op 21 november op de “Wilhelmina en Maria” als soldaat naar Suriname,

Uit: Gens Nostra, 66, p. 321, 2011.

 

In het begin van de 19e eeuw, na de Franse tijd, zocht de Nederlandse koopvaardij naar nieuwe afzetmarkten o.a. in Zuid-Amerika vanwege het ontstaan van Zuidamerikaanse staten. Daarbij werd gebruik gemaakt van de route via Kaap Hoorn naar de Zuidamerikaanse westkust. In 1826/27 maakte een Amsterdamse koopvaarder, de “Wilhelmina en Maria” van het huis Insinger een reis met Nederlandse en Duitse “fabrijksgoederen”. “Ook dit schip maakte de ronding van Kaap Hoorn in de zuidelijke zomer. Het lag daarbij niettemin 21 dagen onder dubbel- en dichtgereefde marszeilen. Na een bezoek aan de westkust van Zuid-Amerika onderzocht het ook de afzetmogelijkheden van produkten uit dat gebeid in China. De “Wilhelmina en Maria” keerde in Nederland terug met lijsten van gevraagde artikelen en gangbare prijzen, doch met een negatief saldo voor wat betreft de meegevoerde lading.”007

Uit de vaargegevens hiervoor ontleend aan 001 blijkt dat de gezagvoerder op deze reis kapitein Johan Jacob Bart is geweest.

J.J.Bart verzorgde per 01 mei 1836 vanuit Veere met de “Walcheren” een troepentransport van 4 officieren en 100 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 12 augustus 1836 na 103 dagen065*.

 

Voorstelling der door-ijzing van eenige koopvaardijschepen, door het Groot Noord-Hollands Kanaal nabij Purmerend op den 9 Januarij 1830 opgedragen aan de gezamenlijke reeders dier schepen.” van J.H.Koekkoek en H.W.Hoogkamer

In de Provinciale Atlas van Noord-Holland, Collectie Prenten en Tekeningen, Purmerend 082a.

Ansicht uit het Rijksarchief van Noord-Holland

In Onderschrift staat:

namen der schepen                             namen der heeren reeders

De Louisa Agatha                             

De Maria en Jacoba                          De Heer J.van Beeck Vollenhoven  De Heeren Buys, de Bordes & Jordan   -

    Willem Ernst                  

 -  Welvaart                                         De Nederl.Scheepsreederij                De Heer L.Schumacher

Jonge Lodewijk Antonie –

 Diana                                                  De Heren L.Bienfait & Zoon           De Heeren J.A.Westerloo & Comp.

Wilhelmina en Maria         -

 Twee Gebroeders                                   Insinger & Comp.                              H.& C van de Stadt

 

Uit een bezoek aan de nog steeds bestaande sluis in het Noordhollands kanaal in Purmerend op 05 augustus 1997 kon ik afleiden dat de schepen met de boeg in de richting van Alkmaar-Den Helder liggen. Zij waren dus op 09 januari 1830 op weg naar hun buitenlandse bestemming.

Monsterrol in Archief van de Amsterdamse Waterschout dd 22 december 1829, kapitein Jacob Jansen Bart, 17 bemanningsleden, bestemming Suriname, boekhouder Insinger & Co. Stuurman is Jan Cornelis Atkens, die later kapitein van hetzelfde schip zal worden

 

Rotterdamsche Courant 27 april 1816114

Advertentie. J. van Olivier en F. der Kinderen, makelaars, zullen, op maandag den 29 april 1816, des avonds ten 6 uren, te Amsterdam, in het Nieuwezijds Heeren-Logement, op de Haarlemmerdijk, verkopen: een extra-ordinair welbezeild Galjasschip, genaamd NATALIA, kapt. J.J. Bart, lang over steven 80 voet, wijd, bij de eerste balk voor het grote luik binnen zijn huid, 25 voet, hol, in het ruim bij de uitwatering, 12 en 1 half voet, alles Amsterdamse maat, liggende ten einde van de Bikkerstraat. Breder bij de inventaris omschreven. Nader onderrigting bij voornoemde makelaars.

 

Rotterdamsche Courant 16 december 1819114

Amsterdam, 14 december. Den 29 november lag onder Noord-Voorland (opm: North Foreland), bij Margate, ten anker het schip MARIA EN JACOBA, kapt. J.J. Bart, van Amsterdam naar Curaçao, met nog wel 50 anderen.

 

Rotterdamsche Courant 10 oktober 1820114

Amsterdam, 8 oktober. Van Texel uitgezeild J.J. Bart, aan boord hebbend Zijne Exell. de Heer Cantzelaar, nieuw benoemde Gouverneur van Curaçao en onderhorige eilanden; is den 5 dezer uit Den Helder derwaarts gezeild (opm: zie RC 270121).

 

Rotterdamsche Courant 27 januari 1821114

Amsterdam, 25 januari. Te Curaçao zijn gearriveerd R. Smit en J.J. Bart (opm: zie RC 101020) van Amsterdam; te Kadix (opm: Cadiz) J.R. Kuiper van Amsterdam; nog was een Hollands schip bij zware storm zonder loods in de Baai gekomen, zijnde waarschijnlijk J.C. Jansen van Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 31 januari 1822114

Amsterdam, 29 januari. Het schip MARIA EN JACOBA, kapt. J.J. Bart, zou, volgens de laatste berigten van Curaçao, media januari de reis van daar naar Amsterdam aannemen.

 

Rotterdamsche Courant 09 maart 1822114

Amsterdam, 7 maart. Kapt. J.J. Bart, voerende het schip MARIA JACOBA, in 36 dagen van Curaçao in Texel binnen, heeft den 2 februari laatstleden in de Monapassa  in goede staat gepraaid het schip ALBERTA JACOBA, kapt. D.J. de Groot, van Curaçao naar Amsterdam; den 4 dezer, in het Kanaal bij Wight, kapt. P. Muntendam en een brik en een driemastschip, voerende Antwerpse nummervlag 77; ook passeerde hij daar nog een pink; alle deze schepen zeilden onder Nederlandse vlag voor Z.Z.W. om de West met mooi weer.

 

Rotterdamsche Courant 12 maart 1822114

Amsterdam, 10 maart. Het schip (opm: brik) MARIA EN JACOBA, kapt. J.J. Bart, van Curaçao in Texel binnen is in de nacht tussen den 6 en 7 maart, met verlies van ankers en touwen en enige schade, door adsistentie van een schuit en sloep in het Nieuwe Diep gebragt.

 

Rotterdamsche Courant 10 september 1822114

Amsterdam, 7 september. Volgens berigt van kapt. P. Bostijn, te Texel binnen, waren den 31 juli tegelijk met hem van Curaçao gezeild Zr.Ms. oorlogsbrik MERKUUR, kapitein De Kwartel, benevens de schepen de ZEEMEEUW, kapt. R.J. Bönning, ALMELO, kapt. R. Smit, MARIA ELISABETH, kapt. W. Swart, en MARIA JAKOBA (opm: brik MARIA EN JACOBA), kapt. J.J. Bart, allen naar Amsterdam.

 

Rotterdamsche Courant 17 september 1822114

Amsterdam, 15 september. Kapt. J.J. Bart, voerende het schip MARIA EN JAKOBA (opm: brik MARIA EN JACOBA), van Curaçao in Texel binnen, meldt van de rede van Texel van den 11 september, dat hij, den 31 juli, des morgens, van Curaçao vertrokken zijnde, tegen de avond aangezeild is geworden door het schip MARTA EN ELIZABET (opm: MARTHA EN ELISABETH), kapt. G. Swart, mede van Curaçao naar Amsterdam bestemd; beide de schepen hadden schade bekomen; kapitein Bart had de zijne, welke aan het schip en tuig was, zo goed mogelijk hersteld, doch zou dezelve bezigtigd moeten worden; het schip was echter volkomen digt.

 

Zeepost 23 april 1839 – 372114

Volgens brief van kapt. S. van Delden (opm: bark JAVA’S WELVAREN) in dato Batavia 22 december, is een sloep, waarmede kapt. J.J. Bart, voerende het schip (opm: fregat) WALCHEREN, zich naar de wal wilde begeven, en waarin zich buiten hem, de dokter, de 3e stuurman en een matroos bevonden, in een hevige branding omgeslagen en waarbij gemelde vier personen zijn verdronken. De lijken zijn gedeeltelijk opgevist en aangespoeld en op het kerkhof aldaar bijgezet. (opm: zie ook ZP 240439 en ZZC 300439)

 

Zierikzeesche Courant 30 april 1839114

In een brief van Batavia van de 22e december, wordt het volgende gemeld: kapt. Jacob Jansz. Bart, voerende het schip WALCHEREN, in de namiddag van de 20e dezer, van Amsterdam ter rede alhier binnengekomen, en dadelijk met de grote sloep, bemand met de 2e stuurman, de scheepsheelmeester en zes matrozen naar de wal wilde begeven, en bereids bij het Zeehoofd genaderd zijnde, is door het omslaan derzelve ten gevolge van een hevige stortzee, met alle de aan boord zijnde manschappen, uitgezonderd vijf matrozen, in weerwil van alle van de wal aangewende pogingen tot redding verdronken; de lijken derzelven waren nog die zelfde namiddag opgevist en de volgende dag te Batavia begraven, als ook de medegenomen scheepspapieren en brievenzak, ofschoon geheel nat, aangespoeld. (opm: zie ook ZP 230439)

 

 

Datum vanaf: 1819
Kapitein: Bart, Jacob Jansz

Familiegegevens en opleiding

Simon van Duyn werd geboren te Zandvoort op 27 februari 1804 en overleed op 27 juni 1869.

Hij huwde voor de eerste maal met Jansje Bart, geboren te Amsterdam 17 september 1802 en voor de tweede maal met Henrika Jacoba Schaade, geboren te Amsterdam 06 maart 1805.

In het Bevolkingsregister 1851-53 (-64) van Amsterdam staat Simon van Duijn, geboren op 27 februari 1804 te Zandvoort, gehuwd, nederlands Hervormd, wonend in de Haarlemmerstraat 291 te Amsterdam en in 1852 vertrekkend naar Zaandam.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

S.van Duyn werd met vlagnummer 306 effectief lid van Zeemanshoop per 24 oktober 1829 op voorspraak van J.J.Bart, Zijn schip was de "Javaan"002.

Simon van Duijn, wonendeop de Bikkersgracht 52 te Amsterdam, oud 25 jaar, voerende de brik Maria Jacoba, werd op 17/24 november 1829 met vlagnummer 306 voorgedragen/benoemd als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein J.Bart023.

Lid van Weldadig Zeemansfonds Fonds van Zeemanshoop per 18 september 1832. Met mei 1853 van beroep veranderd003.

 

  1. van Duyn was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1829 t/m (minstens) 1866 met de vlagnummers 306 (1829 t/m 1836), 210 (1836 t/m 1854) en 57 (1854 t/m minstens 1866.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 april 1852 van Zeemanshoop staat een verzoek van S. van Duijn om ontslagen te worden uit de Commissie ter Beoordeling der ingekomen antwoorden op de Prijsvraag tot zelfredding op Zee “als zullende met het laatste der maand naar Zandvoort vertrekken.”042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 29 september 1853 staat een verzoek van kapitein S. van Duyn om deelnemer te mogen blijven ondanks het feit dat hij een reis naar West Indië over Engeland gaat doen.042

De diepere betekenis van dit verzoek is me onduidelijk. Gaat hij wellicht een reisje onder vreemde vlag maken?

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 22 februari 1855 staat een verslag n.a.v. een verzoek van kapitein S. van Duyn. Daarin staat dat hij “niet als zeeemans maar als Parkelier (passagier?) op reis is gegaan en verlangt te storten.” Na enige discussie wordt besloten zijn storting aan te nemen “doch zonder eenige beslissing omtrent de bepaling van Art.58 van het Reglement.”.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 26 mei 1864 verzoekt kapitein S. van Duijn om vermindering van contributie welke wordt afgewezen als zijnde strijdig met het Regelement.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 juni 1866 vraagt de wed. S. van Duijn om de reglementaire uitkering, die in de vergadering van 26 juli 1866 wordt toegekend ingaande 01 augustus 1866.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 21 augustus 1866 staat vermeld een verzoek door E. van Duyn voor zijn broer om een uitkering welke per 01 augustus 1866 in de 1e klasse werd toegekend.023.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren                       type                  scheepsnaam                  naam reder/boekhouder

        306                       1829-1835                 brik                   Maria (en) Jacoba          Buys,de Bordes en Jordan

        201                            1836                       brik                   Maria (en) Jacoba          idem

                                      1837-1840                 fregat               de Javaan                        M.Udink en Co

                                           1841                       fregat               de Javaan                        idem

                                      1842-1846                 fregat               Waterloo                          B.Kooy Jz

                                      1848-1849                 bark                  Baros                                Buys,de Bordes en Jordan

                                           1850                       bark                  Azia                                  G.W.van Barneveld Kooy

                                      1851-1853                 geen opgave van schip en boekhouder

         57                        1854-1868                 geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt S.van Duyn als gezagvoerder gedurende:

*    1830 t/m 1837 op de brik “Maria & Jacoba”, gebouwd in 1812, 150 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam;

*    1840 t/m 1842 op het fregat “de Javaan”, gebouwd in 1826 te Rembang, 740 ton o.m. (tot 1833 een oorlogsfregat), varend voor M.Udink & Co te Amsterdam;

*    1840 t/m 1842 op hetzelfde schip maar dan voor reder B.Kooy Jz te Amsterdam;

*    1842 t/m 1844 op het fregat “Waterloo”, gebouwd in 1841 op de werf van Jan Schouten te Dordrecht, 783 ton o.m., varend voor B.Kooy Jz te Amsterdam.

      discrepantie  met de opgaven uit de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart - zie hiervoor.

*    1848 t/m 1850 op de bark “Baros”, gebouwd in 1829 te Middelburg, 723 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam. Het schip werd in 1850 verkocht aan Bienfait & Zn te Amsterdam en herdoopt in “Henriëtta Maria”;

*    1851 op de bark “Azia”, gebouwd in 1851 te Amsterdam, 444 ton o.m., varend voor G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam. Op grond van de opmerking in de Biografie van Abrahamsz – zie hierna – is van Duyn geen gezagvoerder van dit schip geweest.

 

Overige bijzonderheden

In de “Biografie van Cornelis Abrahamsz Jr” staat de volgende vermelding:

Januari 1851. Van Barneveld Kooij bouwde weer een nieuw schip, de “Azia”:

“… deze was bestemd om door Kapt. S.v Duijn te zullen worden gevoerd.” … “Ik maakte intusschen met behulp van mijn Stuurman D.Crap Hellingman het schip weder gereed voor de volgende reis … een paar dagen voor de monstering verhaalde mij de Patroon, dat hij kapt. v.Duijn wilde bedanken aangezien die door Reumatisme ongeschikt was om een schip te voeren en of ik zin had om de Azia te aanvaarden … Op mijn aanbeveling werd nu mijn Stuurman D.Crap Hellingman het bevel over de Amicitia opgedragen.”

 

Ontleend aan. van Blokland-Visser064.

Volgens monsterrol nr 1114, Gemeentearchief van Dordrecht is hij op 07 april 1842 kapitein op de nieuwe bark “Waterloo” en vertrekt uit Dordrecht met 26 man naar Batavia.

 

 

Voorstelling der door-ijzing van eenige koopvaardijschepen, door het Groot Noord-Hollands Kanaal nabij Purmerend op den 9 Januarij 1830 opgedragen aan de gezamenlijke reeders dier schepen.” van J.H.Koekkoek en H.W.Hoogkamer

In de Provinciale Atlas van Noord-Holland, Collectie Prenten en Tekeningen, Purmerend 082a.

Ansicht uit het Rijksarchief van Noord-Holland

In Onderschrift staat:

                           namen der schepen                                                   namen der heeren reeders

 

De Louisa Agatha            De Maria en Jacoba         De Heer J.van Beeck Vollenhoven  De Heeren Buys, de Bordes & Jordan   -

    Willem Ernst                -  Welvaart                     De Nederl.Scheepsreederij              De Heer L.Schumacher

 -  Jonge Lodewijk Antonie -  Diana                           De Heren L.Bienfait & Zoon            De Heeren J.A.Westerloo & Comp.

 -  Wilhelmina en Maria    -  Twee Gebroeders                          Insinger & Comp.                          H.& C van de Stadt

 

Uit een bezoek aan de nog steeds bestaande sluis in het Noordhollands kanaal in Purmerend op 05 augustus 1997 kon ik afleiden dat de schepen met de boeg in de richting van Alkmaar-Den Helder liggen. Zij waren dus op 09 januari 1830 op weg naar hun buitenlandse bestemming.

Monsterrol in Archief van de Amsterdamse Waterschout dd 24 november 1829, kapitein Siemon van Duijn, 11 bemanningsleden, bestremming St.Thomas en Curacao, boekhouder Buis, den Border & Jordan.

 

 

Datum vanaf: 1829
Kapitein: Duyn, Simon van

Familiegegevens en opleiding

Dirk Janse Bart werd geboren te Amsterdam op 26 februari 1805 als zoon van Jan Bart en Jansje Blaaukuip. In het Bevolkingsregister 1850 van Amsterdam staat als zijn adres Haarlemerdijk 127, religie doopsgezind. Als een ander adres wordt Oude Waal nr. 24 genoemd en daarbij wordt als zijn religie Nederduits Hervormd opgegeven.098

Hij huwde op 07 maart 1839 te Amsterdam als koopvaardijkapitein, 34 jaar,  met Eleonora Busselman, geboren te Amsterdam op 04 juni 1815, namiddags 05 uur op de Haarlemmerdijk als dochter van Claas Busselman en Eleonora Waterfelds. Zij overleed te Amsterdam op 01 maart 1881 namiddags 01 uur op de Lindengracht 71, 64 jaar

Van Dirk Jansz is te Amsterdam een overlijdensakte dd 20 maart 1854 waarin een extract uit het Journaal van het schip “Nehallenia” met de vermelding dat hij is overleden op 26 december 1852 om 01 uur namiddags aan boord, 47 jaar, op reis van Liverpool naar Sydney in de Noorder Atlantische Oceaan.

 

Algemeen Handelsblad 28 januari 1853

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.J.Bart werd met nr.412 effectief lid van Zeemanshoop per 17 maart 1835 op voorspraak van S.van Duijn. Zijn schip was de “Maria Jacoba”002.

In de Algemene Vergaderingen van 10/17 maart 1835 werd voorgedragen/benoemd Dirk Jans Bart, oud 30 jaar, voerend de kof “Johanna Jacoba”, wonende op de Bikkersgracht nr. 55 boven te Amsterdam, op voordracht van kapitein S. van Duijn023.

Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop op 01 mei 1844003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 01 februari 1853 staat een verzoek van Eleonora Busselman, de weduwe van kapitein Dirk Jans Bart om een uitkering, die hem in de vergadering van 24 februari 1853 wordt toegekend aan haar en 4 kinderen ingaande 01 februari 1853.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 13 januari 1857 vraagt de wed. D.J.Bart om een voorschot op haar uitkering, hetgeen wordt afgewezen.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 08 maart 1853 staat de mededeling dat aan de weduwe van kapitein D.J.Bart een uitkering is toegekend per 01 februari 1853 voor haar en 4 kinderen.023..

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer              jaren                 type        scheepsnaam       naam reder/boekhouder

         412                   1835                 kof         Johanna Jacoba   geen opgave

         299              1836-1843            brik         Maria Jacoba       Buijs, de Bordes en Jordan

                                1844-1852            fregat     Nehalennia           B.D.Bosscher

 

Bouma01 vermeldt D.J.Bart als gezagvoerder gedurende:

*    1836 t/m 1837 op de kof “Johanna Jacoba”, gebouwd in 1831 te Amsterdam, 120 ton o.m., varend voor de Nederlandsche Kofschipreederij te Amsterdam;

*    1838 t/m 1844 op de brik Maria & Jacoba”, gebouwd in 1812, 150 ton o.m., varend voor Buys, de Bordes & Jordan te Amsterdam. Het schip werd in 1844 verkocht;

*    1854 t/m 1853 (moet zijn 1852) op het fregat “Nehalennia”, gebouwd in 1839 te Amsterdam, 800 ton, varend voor B.D.Bosscher te Amsterdam.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Dirk Jans Bart en wel op de:

“Anna Jacoba” op 09 maart 1835, 24 oktober 1835, 26 april 1836, 17 oktober 1836,

“Maria Jacoba”, op 14 augustus 1837, 21 maart 1838, 13 septemberr 1838.

 

Overige bijzonderheden

Op 13 april 1841 monsterde G.J.de Roever aan als kajuitwachter op de brik “Maria Jacoba” onder kapitein D.J.Bart. Op die reis zouden 13 passagiers meegaan. Het schip onderhield een geregelde dienst tussen Amsterdam en West-Indië en wel op de havens La Guaira, Puerto Cabello en Curacao. Tussen april 1841 en december 1843 maakte het schip 6 reizen, waarna het schip voor de sloop werd verkocht.

Uit: “Eenige voorvallen uit mijn zeemansloopbaan” door J.C.de Roever in Ons Zeewezen, juli 1933, p.255.073.

In het dagboek van Johan Gerrit de Roever (1841-1878) wordt verslag gedaan van zijn reizen. Dit dagboek is in bezit van mevr. J.H.A.de Graaf-de Roever, Ravellaan 20, Heemstede terwijl een transcriptie zich bevindt bij de Vereniging Nederlandse Kaaphoornvaarders te Hoorn072.

In onderstaande 6 reizen voer de Roever op de brik “Maria en Jacoba” onder gezag van kapitein D.J.Bart

Amsterdam - La Guaira (Venezuela) - Pto Cabello (Venezuela) - Curacao - La Guaira - Pto Cabello - Amsterdam

13 april - 11 september 1841. Kajuitsjongen, 16 jaar.

Amsterdam - La Guaira - Pto Cabello - Curacao - Amsterdam

25 december 1841 - 30 maart 1842. Kajuitsjongen, 17 jaar.

Amsterdam - La Guaira - Pto Cabello - Curacao - Amsterdam

26 april - 02 september 1842. Kajuitsjongen, 17 jaar.

Amsterdam - La Guaira - Pto Cabello - Curacao - Amsterdam

02 september 1842 - 24 januari 1843. Kajuitsjongen, 17 jaar.

Amsterdam - La Guaira - Pto Cabello - Curacao - Amsterdam

03 maart - 18 juli 1843. Kajuitsjongen, 18 jaar.

Amsterdam - La Guaira - Curacao - Amsterdam.

18 juli - 23 december 1843. Kajuitjongen, 18 jaar

Schip verkocht en gesloopt.

 

In het dagboek van Johannes Gerrit de Roever073 komt een verwijzing voor naar kapitein Bart, toen lichtmatroos de Roever voer op de “Stad Utrecht” onder kapitein F.P.J.Jaski op een reis van Amsterdam naar Java en terug van 28 april 1845 t/m 12 april 1846:

“ … passeerden den 10de (juli 1845) de Linie en praaiden den 24ste (juli 1845) het Ned. Fregatschip Nehalennia,

Kapitein D.J.Bart, zijnde mijn oom met wien ik de 6 eerste reizen gemaakt had … onze reis van Nieuwediep was heden 62 dagen en die van de Nehalennia 53 … “.

 

 

Datum vanaf: 1837
Kapitein: Bart, Dirk Janse

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1816-10-15
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: BELLONA
Schipper: Lange, Pieter de
Scheepstype: brik
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5181/7152-1816-84

DVD 6 – VI – 187-189

ACTE AAN-/VERKOOP
Naam schip OSKAR

plaats en datum acte openbare verkoping, Amsterdam, 24 juni 1816

soort schip brik

Bouwwerf/verkoper Olof Beckman & Co., kooplieden te Gothenburg

Gevoerd door kapt. M. Anderson

eigenaar/aankoper Gotlieb Bunge, voor zijn firma Bunge & Metger & Partner, kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen lang over stevens 84 voet, wijd bij eerste balk voor het grootluik binnen zijn huid 24½ voet, hol in ruim bij eerste balk voor grootluik op zijn uitwatering 13 voet 4 duim, alles Amsterdamse maat

kiellegging

tewaterlating

plaats en datum van registratie Amsterdam, 10 juli 1816

nummer van registratie deel 11, folio 145, afd. 2

notaris Johannes Tiedeman Nicz., griffier rechtbank koophandel Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 8500,-

bijzonderheden: schip lag bij deze verkoop in de laag beoosten de Nieuwebrugsboom te Amsterdam



researcher/datum research ML/300707

Naam OSKAR
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1816
Toegang 5181
Inventaris 7152
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente-Archief Amsterdam archiefnummer Ams.5181-7155-1818-24
DVD 6 – IX– 66-68
__________________________________________________
Acte koop/verkoop
Naam schip: BELLONA, vroeger genaamd geweest OSKAR (Zweeds), nu te noemen MARIA EN JACOBA

Plaats en datum acte onderhandse verkoop, Amsterdam, 23 februari 1818

Soort schip brik

Bouwwerf / verkoper Gotlieb Bunge, koopman, voor zijn firma Bunge, Metzger & Partner., Amsterdam

Gevoerd door kapt. Pieter de Lange

Eigenaar / aankoper Pierre François de Bordes, namens de firma Buys, de Bordes & Jordan,kooplieden te Amsterdam

Te voeren door kapt.

Groot volgens meetbrief

Tuigage en aantal dekken

Afmetingen lang over steven 84 voet, wijd bij eerste balk voor grootluik binnen zijn huid 24½ voet, hol in ruim bij eerste balk voor grootluik op zijn uitwatering 13 voet 4 duim, alles Amsterdamse maat

Kiellegging

Tewaterlating

Plaats en datum van registratie Amsterdam, 2 maart 1818

Nummer van registratie deel 16, folio 110, afd.5

Notaris voor Johannes Toedeman Niczn., griffier rechtbank koophandel, Amsterdam

Prijs (bij aan-/verkoop vermeld) NLG. 15.000,-

Bijzonderheden: de rfirma Bunge, Metzger & Partner. hadden het schip, toen genaamd OSKAR, gekocht op publieke veiling te Amsterdam op 24 juni 1816 (opm.: zie acte 84 van 1816)
Bijgevoegd rederij-ceduul schip MARIA EN JACOBA, in dato Amsterdam, 18 maart 1818, waarbij Buys, de Bordes % Jordan verklaren boekhouder, enig eigenaar en reder van het schip te zijn



Researcher/datum research ML/130907

Naam BELLONA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1818
Toegang 5181
Inventaris 7155
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1413.1819.118

foto II – 017, 018
CEDULE

Naam schip MARIA EN JACOBA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 22 oktober 1819

type schip brik

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper firma Buys de Bordes & Jordan, Amsterdam, enig eigenaren

te voeren door kapt. Jacob Jansz. Bart

grootte in tonnen 90 lasten of 180 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd buitenslands

plaats / datum registratie Amsterdam, 20 oktober 1819

nummer registratie deel 1, folio 10, recto, vak 2

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838. De cedule is in de kantlijn genummerd 16149

ML: eerste vermelding dagagendas = 9 september 1820, een Turkse pas. Het schip had natuurlijk daarvoor al een zeebrief



researcher/datum research: ML / 260214

Naam MARIA EN JACOBA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1819
Toegang 5074
Inventaris 1413
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente Amsterdam
archiefnummer 5074/1419-1819-118

BIJLBRIEF schip BELLONA

plaats en datum acte voor griffier rechtbank eerste aanleg Amsterdam, 23 februari 1818

soort schip brik

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper Gotlieb Bunge, metzer en Portener, , Amsterdam

eigenaar/aankoper Buys de Bondes & Jordan, kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats en nummer van registratie

datum van registratie

notaris voor griffier rechtbank eerste aanleg, Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 15000,-

bijzonderheden








researcher/datum research ML-151105

Naam BELLONA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1819
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

ARCHIEF Gemeente Amsterdam archiefnummer 5074/1419-1822-13

ACTE AAN-/VERKOOP
schip BELLONA

plaats en datum acte koop/verkoop, Amsterdam, 23 februari 1818

soort schip brik

gevoerd door kapt.

Bouwwerf/verkoper Gotlieb Bunge, koopman te Amsterdam voor zijn firma van Bunge,Metger & Portener, Amsterdam

eigenaar/aankoper Buys de Bordes & Jordan, kooplieden te Amsterdam

te voeren door kapt.

groot volgens meetbrief in tonnen

tuigage en aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats en nummer van registratie

datum van registratie

notaris Johannes Tiedeman Nicolaaszoon, griffier Rechtbank Eerste Aanleg Amsterdam

prijs (bij aan-/verkoop) NLG. 15.000,-

Bijzonderheden:







researcher/datum research ML-230506

Naam BELLONA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1822
Toegang 5074
Inventaris 1419
Klik hier om de originele akte te bekijken

Bronnen
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk