Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
G.H.Holtgreve was met onbekend vlagnummer in c. 1868/1869 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1878 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat de weduwe van kapitein G.H.Holtgreve afziet van de haar toekomende uitkering. In de ledenlijsten wordt deze kapitein niet vermeld, maar.Bouma noemt hem in 1869 als gezagvoeder van de “Baron van Pallandt van Rosendaal”. Wellicht is hij in 1868 lid geworden en in 1869 overleden, en niet in de ledenlijsten opgenomen.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt G.H.Holtgreve als gezagvoerder van/in:
* 1863 t/m 1867 op de bark “Louis Meyer”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te ’s Gravenhage;
* 1869 van het 3/m ijzeren schip “Baron van Pallandt van Rosendaal”, gebouwd in 1868 te Amsterdam, 1516 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te Den Haag.
Overige bijzonderheden
G.H.Holtgreve vervoerde per 27 november 1867 vanuit Nieuwediep met de “Louis Meyer” een detachement van 3 officieren en 125 manschappen. Hij arriveerde te Batavia op 04 april 1868 na een reis van 129 dagen065.
Familiegegevens en opleiding
D.A.Dietz werd vermoedelijk geboren te Schiedam005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
D.H Dietzwas met vlagnummer R467 in de periode 1857 t/m 1874 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1874 voor het effectief lidmaatschap heeft bedankt058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein D.H.Dietz met vlagnummer R467 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1858, 1859, 1862 van de bark “S. van Heel” 392 last J. van Delft Cz te Overschie
* 1863 t/m 1865 van de bark “S. van Heel” 392 last J. van Delft Cz te Delft
* 1866 geen vermelding van schip en boekhouder
* 1867 van de bark “Louis Meijer” 399 last Huijgens & Hardenberg te Den Haag.
In het kader van de discussie over de invoering van de Tuchtwet in Nederlands Indië werd in 1865 een memorie aangeboden “aan zijn Excellentie den Gouverneur Generaal van Nederlandsch-Indië over de Wettelijke bepalingen omtrent de handhaving der orde en tucht aan boord der koopvaardijschepen binnen Nederlandsch-Indië.” Deze memorie werd ondertekend door D.H.Dietz.104
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
Dietz, D.H. Louis Meijer 27 november 1867 14 oktober 1868
Bouma025 (ook 052) vermeldt D.H.Dietz als gezagvoerder gedurende:
* 1858 t/m 1866 van de bark “S. van Heel”, gebouwd in 1855 te Elshout, 742 ton o.m., varend voor J. van Delft Cz te Overschie;
* 1868 van de bark “Louis Meyer”, gebouwd in 1857 te Alblasserdam, 756 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te ’s Gravenhage;
* 1870 t/m 1873 van de het ijzeren 3/mast schip “Baron van Pallandt van Rosendaal”, gebouwd in 1868 door Meursing & Huygens te Amsterdam, 1516 ton o.m., varend voor Huygens en Hardenberg te Den Haag.
Overige bijzonderheden
Rotterdam, 31 januari 1872
Bij de rederij van het schip Baron van Pallandt van Rozendael is het volgende bericht ontvangen van kapitein Dietz. De 25e december te 1 uur 5°43' ZB en 28°17' WL werden wij in een zware regenbui belopen door een hoos die recht over het schip ging, waardoor de grote en de voormaststeng braken en de vleet met marsraas, bramstengen en raas voor de fokke- en grote mast kwam te hangen en slingeren, zodat veel van de verdere rondhouten braken, zeilen scheurden en tuig verloren ging, ijzer stuk en krom gebogen werd. Zo ontredderd was het onmogelijk op zee de schade te herstellen om veilig de reis naar Singapore te kunnen voortzetten, zijnde de eerste onderwinds haven alwaar wij de 5e januari 's morgens te half 3 uur reeds benedengaats zijnde door een stoomboot werden binnengesleept.
De Baron van Pallandt van Rozendael, een driemaster van ijzer, werd in 1868 gebouwd, 1.516 ton, voor de reder Huygens & Hardenberg te 's Gravenhage. In 1891 werd het schip doorverkocht naar Finland.
Bron: www.grotezeilvaart.nl
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt J.A.Vrijman als gezagvoerder gedurende:
* 1867 t/m 1873 van de bark “Professor v/d Boon Mesch”, gebouwd in 1864 te Amsterdam, 758 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te ’s Gravenhage;
* 1874 t/m 1881 van het ijzeren composietfregat “Baron van Pallandt van Rosendaal”, gebouwd in 1868 door Meursing & Huygens te Amsterdam, 1244 ton o.m., varend voor rederij Huygens en Hardenberg te ’s Gravenhagezie ook 052.
* 1882 van de bark “Professor v/d Boon Mesch”, gebouwd in 1864 te Amsterdam, 758 ton o.m., varend voor Huygens & Hardenberg te ’s Gravenhage. Het schip voer in 1883 voor H.J.Plant & Co te Schiedam en was herdoopt in “Eendragt”.
Overige bijzonderheden
Geen