G.A. Groningen, kantongerecht Groningen, toeg. 150, inv.nr. 220, rolnr. 337, 12.08.1870
CEDULE
Op 12 augustus 1870 is Johan Coenraad Hoeksema, wonende te Groningen, voor meer dan de helft eigenaar van de schooner MARIA HELENA (ex Aurora), 2 masten, 84 lasten of 160 zeetonnen, door hemzelf bevaren.
1863
PGC 230463
Groningen, 22 april. Gistermorgen arriveerde alhier het nieuw gebouwde schoenerschip AURORA, kapt. J.H. Stuut (opm: J.H. Stuit), van Veendam, groot 110 last, gebouwd bij C. Maathuis te Sappemeer.
Op 11 juni 1863 verkreeg C. Maathuis, Sappemeer, voor de AURORA onder kapt. J.H. Stuit de eerste zeebrief.
1865
NRC 020165
Advertentie. Schepen in lading te Rotterdam naar:
Triëst. De Nederlandse schoener AURORA, kapt. J.H. Stuit.
Adres: Joh. Ooms Ez. & Co.
SMG 180365Triëst, 12 maart. Binnengekomen de AURORA, kapt. J.H. Stuit, van Rotterdam.
DUC 190965
JANTJE (opm: ex-AURORA, schoener), J.H. Stuit, van Londen de 15e naar Dundee.
Uit deze zeetijding blijkt, dat de AURORA was omgedoopt in JANTJE, terwijl een verkoop door enkele nieuwe aandeelhouders aan S.P. Boon, resulterende in de nieuwe naam JANTJE pas op 31 juli 1866 officieel zou worden geëffectueerd en op 14 augustus geregistreerd..
Een wegens ‘verandering van eigendom’ vereiste nieuwe zeebrief is in Den Haag niet gevonden. Mogelijk had de consul in Londen een nieuwe zeebrief opgemaakt met de nieuwe scheepsnaam JANTJE.
SMG 121265
Douane te Londen. Binnengekomen
JANTJE, Stuit, van Holmstad, W.I.D. (West India Dock), agent J. van Drunen.
1866
Terwijl de schoener in Le Havre lag verkochten de inmiddels zeven aandeelhouders de AURORA op 31 juli 1866 onderhands aan Sjoerd Pieters Boon, fabrikant te Hoogezand. De scheepsnaam werd gewijzigd in JANTJE; kapitein J.H. Stuit bleef de kapitein, maar nu als zetschipper. De feitelijke aanvaarding had kennelijk reeds in september 1865 plaatsgevonden.
Na de regístratie van eerste aandeelhouders had Christiaan Maathuis nog enkele gegadigden gevonden aan wie hij aandelen verkocht. Bij verkoop van het schip in juli 1866 bleek de verhouding als volgt te zijn geworden:
Christiaan Maathuis, scheepsbouwer en boekhouder 2½/30e part
Weduwe Cornelis Jans de Cock, Vierhuizen, 2/30e part
Egbert Maathuis, houtkoper, 2½/30e part,
Weduwe Sikke Nikolaas Sikkens, Sappemeer, touwslagersche 1/30e part
Gebr. Jakobus en Jan J. Sikkens, Sappemeer, zeilmakers 1/30e part
Anthonie Egberts Maathuis, 6/30e part
Jan Harms Stuit, schipper te Veendam, 15/30e part
Op 20 augustus 1866 verkreeg S.P. Boon te Hoogezand voor de JANTJE onder kapt. J.H. Stuit een nieuwe zeebrief.
Op 4 september 1866 werd de schoener gebrandmerkt 2014 GRON 1866 ten teken dat er een hypotheek op was gevestigd.
SMG 250966
Kroonstad, 19 september. Binnengekomen de JANTJE (opm: schoener), kapt. J.H. Stuit, van le Havre.
1867
PGC 281267
Advertentie. Mr. J.C. van Slooten, notaris te Veendam, gedenkt op woensdag 8 januari 1868, des avonds te 7 uur, ten huize van de logementshoudster de Wed. Duintjer te Veendam publiek te verkopen het in 1863 nieuw uitgehaalde Nederlandse schoenerschip JANTJE, groot 160 tonnen, met al deszelfs opgoed en toebehoren, thans liggende in het Oosterdok (opm: te Amsterdam) bij de werf van scheepsbouwer Bok. Geklasseerd door Bureau Veritas 3.3 1.1. Inmiddels uit de hand te koop. (opm: op 31 december werd gemeld dat het schip uit de hand is verkocht en de veiling dus niet door gaat).
Op 24 december 1867 had S.P. Boon zijn JANTJE voor 6.500 gulden verkocht aan Johan Coenraad Hoeksema, kapitein te Groningen. Deze ging er zelf op varen en noemde zijn schip MARIA HELENA.
1868
Nadat de laatste zeebrief van de schoener op 22 februari 1868 was ingeleverd verkreeg kapitein-eigenaar J.C. Hoeksema, Groningen, voor zijn MARIA HELENA op 25 maart 1868 een nieuwe zeebrief.
NRC 090968
St. Mawes, Cornwall, 6 september. Het Nederlands schip (opm: schoener) MARIA HELENA, kapt. J.O. Hoeksema, van Girgenti (opm: nu Porto Empedocle, Sicilië) naar Harburg bestemd, gisteren alhier binnengelopen, is op het droge gehaald om de bodem schoon te laten maken.
1871
LL 131271
Antwerpen, 11 december. Binnengekomen de MARIA HELENA, kapt. Hoeksema, van Montreal.
1872
De MARIA HELENA is in het voorjaar van 1872 in Antwerpen door kapt. Hoeksema verkocht aan kapt. N.J. Huisman uit Appingedam.
NVEC 080572
Antwerpen, 2 mei. Vertrokken de MARIA HELENA, kapt. N.J. Huisman, naar Petersburg.
(opm: de schoener is in Antwerpen door kapt. Huisman gekocht van kapt J.C. Hoeksema.)
PGC 151172
Christiansand, 11 november. Het schip MARIA HELENA, kapt. N.J. Huisman, van Pernau (opm: nu Parnu, Letland) naar Schiedam bestemd, is in Arendal binnengelopen en zal een gedeelte of de hele lading lijnzaad lossen.
1873
Kapitein Huisman had het kapitein-eigenaar spelen na een jaar waarschijnlijk wel gezien. Hij moet zijn schip na in Noorwegen te zijn gerepareerd na aankomst en lossing in Rotterdam in december hebben verkocht aan Karel L van Berckel te Rotterdam. De scheepsnaam MARIA HELENA bleef gehandhaafd, maar S. Warnaar werd de nieuwe kapitein.
De MARIA HELENA werd in 1873 opnieuw gezinkt en onderging een belangrijke onbekende vertimmering. Mogelijk was hier het definitieve herstel van de schade uit Arendal bedoeld.
NRC 200373
Falmouth, 17 maart. Het schip MARIA HELENA, kapt. S. Warnaar, van Rotterdam naar Benin, is alhier lek binnengelopen.
NRC 200373
Falmouth, 17 maart. Het schip (opm: schoener) MARIA HELENA, kapt. S. Warnaar, van Rotterdam naar Benin, is alhier lek binnengelopen.
1874
NRC 030574
Rotterdam, 2 mei. De Nederlandse schoenerschepen MARIA HELENA, kapt. S. Warnaar, en ANNA SANDERS, kapt. Versteeg, zijn behouden te Benin, aangekomen. De gezondheid der equipage was uitmuntend. Van eerstgenoemd schip zijn de kok en een jongen met de sloep gedeserteerd.
NRC 160874
Rotterdam, 15 augustus. Volgens bij de rederij ontvangen bericht is het Nederlandse schoenerschip MARIA HELENA, kapt. S. Warnaar, van Lagos behouden te Falmouth aangekomen. Alles wel aan boord.
NRC 110974
Rotterdam, 10 september. Het Nederlandse schoenerschip MARIA HELENA, kapt. Warnaar, is gisteren behouden te Flensburg aangekomen. Aan boord was alles wel.
HV 221074
Maassluis, 20 oktober. Binnengekomen MARIA HELENA (opm: schoener), kapt. S. Warnaar, van Flensburg.
NRC 231074
Advertentie. De Makelaars F.N. Montauban van Swijndregt, W. van Dam H.H. Zoon, B.C.D. Hanegraaff, H.N. Montauban van Swijndregt, H.H. van Dam, C.H. van Dam en H. Montauban van Swijndregt, te Rotterdam, zullen, als lasthebbende van meesters, op dinsdag de 3de november 1874,des middags ten 12 ure, in de Zaal aan de Scheepmakershaven no. 29, publiek aan de meestbiedende verkopen het snelzeilend gezinkt Nederlands schoener-brikschip (opm: schoener) MARIA HELENA, laatst gevoerd door kapt. S. Warnaar, met al zijn rondhout, staand en lopend want, ankers, touwen, zeilen en verdere scheepsgereedschappen, volgens meetbrief lang 27,07 meter, wijd 4,93 meter, hol 2,69 meter en alzo groot 160 tonnen, liggende aan de Houtbrug binnen de gemeente Rotterdam, geclassificeerd bij de Amerikaanse Lloyds A1 tot 19 mei 1877 en bij de Germanischer Lloyd A1 tot februari 1877, nieuw gezinkt en belangrijk vertimmerd in mei 1873.
Nog zullen afzonderlijk worden verkocht een chronometer., een teakhouten life boat met koperen luchtkasten, een whale boat en een giek.
NRC 041174
Verkochte schepen in de zaal aan de Scheepmakershaven te Rotterdam op dinsdag 3 november 1874: het schoener-brikschip MARIA HELENA, laatst gevoerd door kapt. S. Warnaar. Verkocht voor NLG 4.700. (opm: schoener; koper J.H. Henkes, Delfshaven, nieuwe scheepsnaam DELFSHAVEN; P. Cordia werd de kapitein)
N.B.
De door de laatste kapitein van de DELFSHAVEN, kapt. M.M. Lourens gemaakte tekening van het schip gaf onze vrijwilliger de heer Ron van den Bos aanleiding te oordelen dat het schip nog steeds een schoener was en geen schoenerbrik zoals op bovenstaande verkoping aangegeven:
Dit is weer typisch zo’n tuigvorm die niet onder een noemer te vangen is. Als je de voortop goed bekijkt zie je dat hij bestaat uit de fokkemast met daarop één lange fokkesteng. Dus geen aparte mars- en bramsteng. Het is vanaf de mars een rechte lijn omhoog. Was die onderbreking er wel geweest dan had je nog de bramzaling moeten zien. Wat je ook ziet is dat achter de fokkemast een forse gaffel wordt gevoerd. Dat vond je niet bij een ’echte’ schoenerbrik.
Deze vorm van tuigage werd hier te lande gewoon schoener of schoenerschip genoemd. De Meursings noemden dit een topzeilschoener ook al waren beide masten dwarsgetuigd en zou je aan een brik denken. Zo in de jaren zeventig van de 19e eeuw begon men hier dit type schoenerbrik te noemen en dan krijg je verwarring. Denk ook aan de schoener/bark discussie van enige tijd terug.
De Scandinaviërs waren standvastiger en bleven dit type zeilschip tot het einde toe ‘skonertskepp’ noemen.
1875
De eerstgevonden vermelding van de DELFSHAVEN, kapt. P. Cordia, is op 18 maart 1875 vertrokken van Maassluis naar Halifax, N.S.
NRC 050675
Delfshaven, 4 juni. Volgens heden ontvangen telegram is het schip DELFSHAVEN, kapt. Cordia, van hier te Halifax N.S. aangekomen. Alles wel aan boord.
NRC 180875
Delfshaven, 17 augustus. Volgens heden ontvangen telegram is het schip DELFSHAVEN, kapt. P. Cordia, te Queenstown aangekomen. Alles wel.
.
1876
NRC 191276
Vlissingen, 18 december. Het Nederlands schoenerschip DELFSHAVEN, is gisteren bij Dungeness aangevaren door het Engelse stoomschip CALLIOPE (opm: thuishaven Hull), heden alhier gepasseerd naar Antwerpen. De schoener heeft belangrijke schade bekomen en is waarschijnlijk op strand gezet. Er zijn geen persoonlijke ongelukken.
SMG 191276
Dover, 18 december. Wegens tegenwind binnengelopen PLEIADEN (opm: galjoot), Wildervank, H.H. de Jong, van Harlingen naar Trinidad (W.I.).
De DELFSHAVEN uit Delfshaven, kapt. M.M. Lourens, van Hamburg naar Rio Grande do Sul (met stukgoed), is, volledig ontmast, met behulp van bootlieden en de stoomsleepboot WANDERER alhier binnen gebracht. Gisteravond was het schip 4 mijl zuid-oost van het licht van Dungeness in aanvaring geweest met de stoomboot CALLIOPE, thuishaven Hull, en bestemd voor Antwerpen. Het schip heeft aanzienlijke schade aan de romp aan stuurboord, maar maakt geen water. Met de sleepboot was bergingsloon van £ 165 afgemaakt.
NRC 201276
Dover, 18 december. Het schoenerschip DELFSHAVEN, kapt. M.M. Lourens, van Hamburg naar Rio Grande, is na aanvaring met het Engelse stoomschip CALLIOPE, geheel masteloos door de sleepboot UNDAUNTED alhier binnengesleept. Het schip is dicht gebleven, doch heeft veel schade aan de romp. Er is een akkoord met de sleepboot gemaakt voor GBP 165. (Zie onze scheepstijding van 19 december onder Vlissingen).
1877
NRC 120277
Dover, 9 februari. De romp, provisies en inventaris van het schip (opm: schoener) DELFSHAVEN, kapt. M.M. Lourens, van Hamburg naar Rio-Grande bestemd, en 18 december ll. door aanvaring zware schade bekomen hebbende, zullen 22 februari aanstaande alhier verkocht worden. (opm: het schip, bouwjaar 1863, was afgekeurd, zie SMG 191276 en werd verkocht, waarschijnlijk voor de sloop)