Familiegegevens en opleiding
Eildert Timens Jager werd geboren te Oostwolderpolder gem. Midwolda op 01 juni 1815 als zoon van de landbouwer Timen Jacobs Jager en Grietje Eltjes.
Eildert als schipper op 23 februari 1849 te Oude Pekela met Belina Klaassens, geboren op 09 september 1818 te Oude Pekela als dochter van schipper Arend Klaassens en Trijntje Geerts Onstwedder. Belina overleed te Oude Pekela op 23 december 1893, 75 jaar., weduwe.
Eildert overleed op 22 april 1893 te Oude Pekela, 77 jaar, zonder beroep
Burgerlijke Stand akten in de provincie Groningen vermelden Eildert Timens als schipper in 1849, 1850, 1851, 1852, 1854, 1860, zonder beroep in 1880, 1883, 1893.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
E.T. de Jager was effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela met vlagnummer 41 in de periode 1852 t/m 1882.
E.T.Jager was effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart” met vlagnummer R205 in de periode 1846 t/m 1893.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1893 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaarj (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1893 is overleden058
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein E.T.Jager met vlagnummer R205 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1849, 1851,
1855, 1858, 1859 van de sch.kof “Belinda 93 last varend voor A.Kranenborg te Oostwolde
* 1862 van de sch. “Concordia” 110 last varend voor mensing & Co te Amsterdam
* 1863 t.m 1867 van de sch. Anna Maria” 127 last varend voor W.& A.H. Meursing te Amsterdam
* 1874 van de brik “Astrea” 162 last varend voor W.H.Meursing te Amsterdam
* 1877, 1878 van de brik “Astrea” 288 last varend voor W.H.Meursing te Baarn
* 1880 t/m 1883, 1885 t/m 1888, 1890 t/m 1892 geen vermelding van schip en reeder
Bouma025 vermeldt E.T.Jager als gezagvoerder gedurende:
* 1849 t/m 1861 van de schoenerkof “Belinda’, gebouwd in 1849 te Pekela, 175 ton o.m., varend voor A.Kranenborg te Oostwold;
* 1862 t/m 1863 van de schoenerbrik “Concordia”, gebouwd in 1861 te Amsterdam, 208 ton o.m., varend voor Meursing & Co te Amsterdam;
* 1864 t/m 1870 van de ijzeren schoenerbrik “Anna Maria”, gebouwd in 1863 te Amsterdam, 238 ton o.m., varend voor W.& A.H.Meursing te Amsterdam;
* 1872 t/m 1874 van de ijzeren brik “Astrea”, gebouwd in 1864 te Amsterdam, 306 ton o.m., varend voor W.& A.H.Meursing te Amsterdam;
* 1875 t/m 1877 op hetzelfde schip maar nu varend voor W.H.Meursing te Amsterdam;
* 1878 t/m 1879 op hetzelfde schip en voor dezelfde reeder maar nu vanuit Baarn.
De collectie monsterrrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
09 februari 1839, schip “Vrouw Jantina”, kapitein Jacob E.Scherpbier, matroos Eildert Rymens Jager uit Midwolda.
15 februari 1843, kof “Vriendschap”, schipper Eppo Pieters Dik, stuurman Eildert Tiemens Jager.
10 februari 1852, schip “Belina”, kapitein Eildert T.Jager uit Oude Pekela.
Overige bijzonderheden
Het Archief van de Firma Meursing nr. 648 op het Stadsarchief van Amsterdam is een dossier van de ijzeren brik “Astrea”. Het bevat correspondentie tussen kapitein E.T.Jager tussen 1871 en 1882 en de firma Meursing, finantiéle zaken en informatie over een paar schadegevallen, e.d. Ik heb geen uitputtend onderzoek gedaan naar deze briefwisselingen maar noteerde de volgende zaken
Telegram uit Nieuwe Diep, dd 15 december 1874 aan Meursing: “Astrea vertrokken alles wel wind Oost flaauw. Zuhrmuhlen.”
Op 13 mei 1875 meldde W.B.Ledeboer uit Macassar de aankomst van de brik onder kapitein E.T.Jager.
Telegram 22 december 1875 uit Nieuwe Diep: “Astrea ter Reede komt morgen in de haven.”
Telegram 23 december 1875 uit Nieuwe Diep:. “Astrea in de haven alles wel is bij de Hoofden in aanzeiling geweest met Engelsche Visschersmak waarvan volk hier is aangebragt en waarover nog al belangrijke schade bekwam Vermeenens scheepsvergadering te Amsterdam.” In dossier 648/57 wordt over deze schade uitgebreid verslag gedaan.
18 december 1878. Ledeboer uit Macassar meldt aankomst van de “Astrea” in Macassar met kapitein Jager
Stadsarchief Amsterdam 648-45 Archief Firma MeursingI
Wij ondergetekende manschappen thans aan boord van het Nedl Schonerschip Anna Maria gevoerd door Kapt. E. T.Jager verklaren door dezen dat wij het schip wegens lekkagie willen verlaten daar wij reeds drie en half etmaal onophoudelijk hebben gepompt dag en nacht en het water nog aangroeit. Zoo willen wij het schip abandonneren zullende een en ander later met eede bekragtigen.
Zuid Atlantische Oceaan den 22e Mei 1870
Stuurman C.J.Palfenier
Bootsman & zeilmaker S.Visser
2e stuurman A.E.Jager
Matroos H.? Brouwers
Kok S.H.Beneking
Matr. G.T.Eisinga
In tegenwoordigheid en gedaan door mij E.T.Jager
Gezagvoerder
Verklaard als waarheid op het consulaat der Nederlanden te Falmouth dezen 30ste July 1870 voor mij den ?? Consul W. Broad.
Stadsarchief Amsterdam 648-46 Archief Firma Meursing
Falmouth den 29 Julij 1870
Den Heer W.H.Meursing Amsterdam
Mijn Heer!
Volgens telegraaf zal UE met het ongeluk de Anna Maria overkomen bekend zijn. Wij gingen den 17e Mei van Montevideo met een stijve westelijke wind den 18 lensden (?) wij voor fok, Marszeil en Bramzeil digt schip des nachts te 2½ uur merkten wij dat het water op het voordek staan bleef toen na beneden en toen stond er vrij wat water in het voorschip toen de zeilen neer toen kwam het water over het gehele schip te staan en ik denk dat er toen ongeveer 2 voet water in stond toen hebben wij 3½ Etmaal nacht en dag door gepompt en konden het schip niet lens krijgen bleven zoowat al op dezelfde hoogte doch als wij zeilden maakten wij meer water dus konden wij geen land halen den 22ste Mei des avonds verlieten wij het schip met 38 duim water in het ruim en den 23e des morgens 8 u is hij gezonken Ik moet hier nu geld hebben om mijn volk af te betalen de telegraaph zal er heden daaromtrent van de Consul wel hebben ontvangen en ik vertrouw dat UE wel ?? zal ?? mij dat geld voor te schieten wij moeten hier ver?? doen met het volk en dat is ook maar het besten dan zijn wij daar in eens af want mijn volk wil in deze oorlogsomstandigheden niet naar Holland toe want dan moeten zij bepaald soldaat worden en daar hebben zij geen zin in wij zijn door J.E.Hazewinkel gezagvoerder van het driemast schoonerschip Solide opgenomen en hier aangebracht onze provisie is grotendeels geborgen doordat het toen goed weer was en stilletjes van het schip zijn de Tijdmeters Compassen 2 à 3 zeilen en nog eenige kleinigheden geborgen of dat hier nu moet verkocht worden of niet weet ik niet ik den wel van ja zal ik ook nog het een en ander weer kopen geef mij dan per Telegraaph antwoord natuurlijk moet het goedkoop zijn
Anders geen nieuws melding verdienende
teken wij na groeten UE Dienaar E.T.Jager
Krantenberichten
NRC 10 november 1853114
Beaumaris (opm: Gwyned, Wales), 5 november. Het schip BELINA, kapt. Jager, van Galatz (opm: Galati) naar Wexford (opm: Zuidoost-Ierland), is hier heden binnengelopen. Hetzelve is de 31e oktober bij Tuskar in een hevige storm door een ogenschijnlijk Amerikaans schip aangezeild, tengevolge waarvan de BELINA boegspriet, verschansing en zeilen verloor en andere schade bekwam. Eén man van de equipage is op het vreemde schip overgesprongen.
NRC 29 augustus 1858114
Vlissingen, 26 augustus. Het schip BELINA, kapt. Jager, van Arendsburg naar Schiedam, is alhier met overgeworpen lading binnengelopen.
NRC 07 augustus 1863114
Advertentie. H.J. Rietveld, C. Ament, P. Reineke en P.H. Craandijk, makelaars, zullen op maandag de 31e augustus 1863, des avonds ten 6 ure in de Nieuwe Stadsherberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de deurwaarder B.D. Beets, aan de meestbiedende of hoogstmijnende, in publieke veiling, verkopen:
-
een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast schoener-brikschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd CONCORDIA, gevoerd door kapt. E.T. Jager, in 1861 nieuw gebouwd, gemeten op 208 tonnen of 110 lasten en liggende aan de Oosterdoksdijk, met deszelfs volledige inventaris, breder bij biljetten omschreven…..
….Nadere informaties te bekomen bij bovengemelde makelaars of bij de cargadoors Hoyman en Schuurman & Van den Beij en Co.
NRC 02 september 1863114
Publieke verkopingen in de Nieuwe Stads-Herberg te Amsterdam op maandag 31 augustus:
-
het schoener-brikschip CONCORDIA, kapt. E.T. Jager, gebouwd in 1861: NLG 000, in slag NLG 3500. Koper C. Ament (opm: een makelaar, mogelijk voor zijn opdrachtgever)….
NRC 01 augustus 1866114
Schepen in lading te Amsterdam.
….- Naar Suriname. De Ned. brik ANNA MARIA, kapt. E.T. Jager. Adres: D. Heijdeman Jr.
NRC 05 september 1866114
Schepen in lading te Amsterdam…..
….- Naar Suriname. De Ned. brik ANNA MARIA, kapt. E.T. Jager. Adres: D. Heijdeman Jr….
Dordrechtsche Courant 24 maart 1868114
Batavia, 26 februari. Aangekomen schepen: CHRISTINA, kapt. Remeeus; PRINSES AMELIA, kapt. Van Bentveld; TOLLENS, kapt. Verhagen.
Vertrokken: ALLEGONDA JACOBA, kapt. Mammes; BELLATRIX, kapt. Haacke; HENRIETTE ELISABETH SUSANNA, kapt. Meijboom; KOOPHANDEL, kapt. Muller; MARIA ADRIANA, kapt. Itz; NEPTUNUS, kapt. Lodewijks; PETRONELLA, kapt. Leicher; SILANTIUM, kapt. Van Leeuwen; VIJF VRIENDEN, kapt. Johan; WILLEM KROONPRINS DER NEDERLANDEN, kapt. Zetteler; ANNA MARIA, kapt. Jager; VAN DER PALM, kapt. Van der Woude.
NRC 30 juli 1870114
Rotterdam, 29 juli. Volgens telegrafisch bericht is het Nederlandse schip ANNA MARIA , kapt. E.T. Jager, van Mercedes (opm: Uruguay; positie 33º15’ZB en 58º02’WL) naar Antwerpen bestemd met huiden en talk, heden morgen bij Falmouth totaal verongelukt. (opm: dit is onjuist, zie NRC 310770)
NRC 31 juli 1870114
Falmouth, 28 juli. Het schip SOLIDE, kapt. Hazewinkel, heden hier van Arroyo Negro (opm: rivier in Uruguay; monding op positie 32º29’ZB en 58º11’WL) aangekomen, heeft de equipage aangebracht van het Nederlandse schoenerschip ANNA MARIA, kapt. Jager, welk schip de 23e mei is gezonken. (Red: dus niet, zoals gisteren gemeld, bij Falmouth verongelukt.) (opm: waarschijnlijk is de bemanning van de ANNA MARIA al in Uruguay op de SOLIDE aan boord gekomen).
Familiegegevens en opleiding
Klaas Vlas Pot werd geboren 11 oktober 1826 te Oude Pekela als zoon van de scheepskapitein Hindrik Jans Pot en Sietske Jans Vlas. Hij was de oudere broer van kapitein en collegelid Lammert Pot.
Klaas trouwde als scheepskapitein op 22 juni 1855 te Delfzijl met Gesien Mensinga, geboren te Farmsum/Delfzijl op 16 december 1833 als dochter van de landbouwer Albert Geerts Mensinga en Geertje Jans Smid. Gesien overleed te Amsterdam op 18 maart 1863, 28 jaar.
Klaas hertrouwde op 22 juni 1865 te Oude Pekela als schipper met Hillechien Strating, geboren te Onstwedde op 21 april 1838 als dochter van Simon Harms Strating en de landbouwster Jantje Wubbes Reupers. Hillechien overleed te Oude Pekela op 11 juni 1895, 57 jaar, weduwe.
Klaas Vlas Pot overleed op 12 maart 1884 te Oude Pekela, 57 jaar, zonder beroep.
In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Klaas Vos Pot vermeld als scheepskapitein/schipper in 1855, 1858, 1859, 1860, 1863, 1865, 1866, 1867, 1870, en zonder beroep in 1884.
“Uittreksel uit het register van de akten van overleden van de gemeente Groningen: Op 6 juli 1866 is overleden Jantina Pot, één maand oud, zonder beroep, geboren en wonende te Oude Pekela, dochter van Klaas Vlas Pot, scheepskapitein en Hillegien Stratinh, zonder beroep, wonende te Oude Pekela.”115.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.V. Pot was met vlagnummer 83 in de periode 1854 t/m 1857 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” uit Oude Pekela.112
K.V. Pot was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 91 in de periode 1859 t/m 1896. Hij staat in de ledenlijsten van de “Vereeniging” van 1859 t/m 1871 als K. Vlas Pot en van 1871 t/m 1896 als K.V. Pot. Die einddatum 1896 klopt niet met zijn overlijdensjaar 1884.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt K.Vlas Pot als gezagvoerder gedurende:
* 1856 t/m 1860 van de galjoot “Geziena Mensinga”, gebouwd in 1855 te Wildervank, 127 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Farmsum. Het schip is in april 1860 gestrand, afgebracht en verkocht te Helsingborg;
* 1862 t/m 1874 van de schoenerkof “Belinda”, gebouwd in 1849 te Pekela, 175 ton o.m., varend voor A.Kranenborg te Oostwold.
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:
22 februari 1847, kof “Geerdina”, schipper Harm Willems Stuit, lichtmatroos Klaas Vos Pot.
21 februari 1848, kof “Geerdina”, schipper Harm Willems Stuit, kok Klaas Vos Pot.
12 maart 1853, schip “Alida”, kapitein Hindrik J.Sprik, stuurman Klaas Vos Pot uit Oude Pekela.
04 augustus 1855, schoenergaljoot”Gezina Mensinga”, kapitein Klaas Vos Pot, 28 jaar, uit Oude Pekela
27 september 1855, schoenergaljoot”Gezina Mensinga”, kapitein K.V. Pot.
31 januari 1863, schip “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot uit Farmsum.
09 februari 1864, schip “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot uit Oude Pekela.
07 januari 1865, schip “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot uit Farmsum.
26 januari 1866 kof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot uit Oude Pekela.
23 januari 1867, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot uit Oude Pekela.
26 augustus 1867, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, 39 jaar uit Oude Pekela.
14 januari 1868, schip “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
18 januari 1869, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
31 januari 1870, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
20 januari 1871, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
09 oktpber 1871, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, 44 jaar, uit Oude Pekela.
26 januari 1872, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
08 februari 1873, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
26 juli 1873, schoenerkof “Bellina”, kapitein Klaas Vlas Pot, 46 jaar, uit Oude Pekela.
10 januari 1874, schoenerkof “Belina”, kapitein Klaas Vlas Pot, uit Oude Pekela.
Krantenberichten
NRC 08 mei 1855114
Rotterdam, 7 mei. Op de 1e mei j.l. is van de werf van de scheepsbouwer S.J. Leeuwes te Wildervank met goed gevolg te water gelaten het schoener-galjootschip GEZINA MENSINGA, groot 85 last, zullende gevoerd worden door kapt. J. Pot, van Oude Pekela.
NRC 04 december 1856114
Elseneur (opm: Helsingör), 30 november. Het Nederlandse kofschip GESINA MENSINGA, kapt. Pot, van Stockholm met teer naar Engeland bestemd, is hier met verlies van anker en ketting en enige geringe schade binnengelopen
NRC 25 april 1860114
Helsingborg, 16 april. In de nacht van 13 op 14 dezer is alhier in de nabijheid gestrand het Nederlandse kofschip GEZINA MENSINGA, kapt. K.V. Pot, van Newcastle naar Koningsbergen (opm: Kaliningrad). Het zal weg zijn.
NRC 14 mei 1860114
Helsingborg,…… De voor enige tijd bij Höganäs gestrande Hollandse kof GESINA MENSINGA is vlot en hier in de haven gebracht. (opm: zie NRC 250460 en ter plaatse verkocht)
Familiegegevens en opleiding
Hindrik Bloem werd geboren te Oude Pekela als zoon van de verwer Pieter Hindriks Bloem en Engeltje Christiaans Taai.
Hij trouwde te Nieuwe Pekela op 11 februari 1858 met Agina Bakker, geboren te Nieuwe Pekela als dochter van de landbouwer Jacob Lammerts Bakker en Jantje Hindriks Mulder.
Beide echtelieden overleden op 01 november 1858 op zee bij de kust van Conil op weg van Amsterdam naar Brindisi.
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt P.Bloem als gezagvoerder gedurende:
* 1858 van de schoenerkof “Agina”, gebouwd in 1858 te Pekela, 93 ton o.m., varend voor G.H.Addens te Winschoterzijl. Het schip verongelukte in november bij Conil;
* 1875 van de schoenerkof “Belinda”, gebouwd in 1849 te Pekela, 175 ton o.m., varend voor A.Kranenborg te Oostwold. Het schip is in 1875 gezonken in de Noordzee.
Overige bijzonderheden
“Afschrift: Cadix, 27 nov. 1858. Mijnheer de Baron. Door mijn rapport van de 19e van deze maand, nr. 38, heb ik de eer Uwe Excellentie in kennis te stellen van de schipbreuk van het Nederlandse schip “Agina”, kapitein H.P.Bloem, onverwacht op de kust van Conil gelopen dichtbij kaap Trafagar, evenals het verlies van haar gehele bemanning, bestaande uit vijf mensen met inbegrip van de kapitein, wiens vrouw zich ook aan boord bevond.
Deze inlichtingen zijn mij verschaft, ondersteund door documenten en zou niet meer aan hun echtheid moeten twijfelen. Ten eerste ging het schip niet van Delpije naar St.Petersburg, zoals men in het begin bevestigde, maar van Amsterdam naar Brindisi met een lading van 191 kisten geraffineerde suiker. Vervolgens, naar wat kapitein Engelsman verzekerde van het Nederlands schip “Zwaantje”, in Cadix binnengelopen wegens averij en op weg van Palermo, dat hij zijn ongelukkige collega van de “Agina” heel goed kende, evenals zijn vrouw, die in Nieuwediep aan boord ging om zich naar huis te begeven in Nieuwe Pekela … Heden zou ik eraan willen toevoegen dat de suiker, waaruit de lading bestond, geheel verloren is gegaan en de kisten waarin die zich bevond, zijn verbrijzeld en leeg aangetroffen. De romp van het schip zal niet gered kunnen worden. Zij is geheel verbrijzeld en vernield. Ik heb stappen ondernomen opdat de verkoop van het weinige van de overblijfselen van het schip, welke men heeft kunnen redden en die van zeer geringe waarde zijn, zo spoedig mogelijk plaats zal vinden in de vrees dat hun opbrengst niet meer voldoende zal zijn om de gemaakte onkosten om ze te redde, te kunnen betalen.” (vertaling uit het Frans)
