Inloggen
EERSTELING - ID 14081


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1848-10-07 / 1849-11-27 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1848
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Bark
Masten: Three masts
Material Hull: Wood
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Scheepswerf J.& K. Smit, Kinderdijk, Zuid-Holland, Netherlands
Delivery Date: 1848-09-28
Technical Data

Gross Tonnage: 364.00 lasts
 
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1848
Datum agenda: 1848-10-07
Register nr: 18480612
Scheepsnaam: EERSTELING
Type: Bark
Lasten: 364
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Munk Lels
Plaats: Nieuwlekkerland
Kapitein op moment van verzoek: Wal, D.O. van der
Opmerkingen: eerste zeebrief

Ship History Data

Date/Name Ship 1848-09-28 EERSTELING
Manager: Murk Lels, Alblasserdam, Zuid-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Alblasserdam, Zuid-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Alblasserdam / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

bark EERSTELING, eigenaren per september 1848:

Murk Lels, Nieuw Lekkerland (boekhouder en 5/32e part)
Cornelis Smit, Alblasserdam (13/32e part
Jan Smit, Nieuw Lekkerland (4/32e part)
Leendert Smit, Nieuw Lekkerland (1/32e part)
Jan en Kornelis Smit, Nieuw Lekkerland (1/32e part)
Floris Kloos, Alblasserdam (1/32e part)
Frans Harms von Lindern, Alblasserdam (1/32e part
Petrus Adrianus van der Drift, Alblasserdam (1/32e part)
Johan Hendrik Coert, Hendrik Ido Ambacht (1/32e part)
Reinier Hendrik van der Waijfort, Ridderkerk (1/32e part)
Benjamin Kam, Dreischor (1/32e part)
Jan Smit, Rotterdam (1/32e part)
Willem Benjamin Diepeveen, Nijmegen (1/32e part)

Ship Events Data

1848-08-30: Building History
31 augustus 1848
Krant NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant

Rotterdam, 30 augustus. Heden is van de werf der Gebr. J. & K. Smit aan de Kinderdijk met het beste gevolg te water gelaten het barkschip EERSTELING, groot ca. 450 Java-lasten, voor een rederij onder directie van de heer Murk Lels aldaar, en is onmiddellijk daarop de kiel gelegd voor een bodem van dezelfde grootte, welke de naam zal voeren van KINDERDIJK.
1849-11-27: Final Fate: Stranded

Het nieuwe Nederlandse koopvaardijschip EERSTELING, van circa 800 ton, is op deszelfs reis van Batavia naar Shanghai geheel verongelukt, zijnde de 27e november 1849 op de westkust van Formosa gestrand en weldra geheel reddeloos geworden. De equipage heeft zich gelukkig kunnen bergen aan boord van het voorbij zeilend Engels schip RANEE, kapt. Mills, die de schipbreukelingen geredelijk opnam en naar Amoy overvoerde, waar zij door de Britse consul, de heer Layton, met de meeste menslievendheid verzorgd en later naar Canton overgezonden zijn.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Overleden in 1871

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

D.O.van der Wal werd met vlagnummer 775 per 22 augustus 1848 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein C.W.Flens. Als zijn schip is genoemd de “Eersteling”. Toegevoegd is “overleden” 002. Ten tijde van de inschrijving waren van der Wal en zijn vrouw 34 resp. 41 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons (1838 en 1843) en 1 dochter (1840)002a.

Douwe Obles van der Wal werd voorgedragen/benoemd op 15/22 augustus 1848 als effectief lid op voordracht van kapitein C.W.Flens. Hij was 34 jaar, voerde de bark “Eersteling”, en woonde te Koudum023

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 augustus 1855 gaat het bestuur accoord met een ondersteuning van 12 maanden voor D.O. van der Wal ingaande 01 augustus 1855. In de vergadering dd 24 september 1857 gaat het Bestuur accoord met een verlenging van 12 maanden ingaande 12 november 1857. Idem per 28 oktober 1858. In de notulen van 30 juni 1859 wordt een bewijs van ongesteldheid van kapitein v.d. Wal overgelegd. Een verlenging met 12 maanden per 24 november 1859. In de notulen dd 26 januari 1860 wordt een bericht van ongesteldheid gemeld van D.O. vander Wal. In de notulen van 25 oktober 1860 staat vermeld dat er een continuering voor 12 maanden is toegestaan mits overleggende een bewijs van voortdurende ongesteldheid.

Op 31 oktober 1861 verzoekt hij om verlenging welke op 30 januari 1862 voor 6 maanden wordt toegekend. Continuering met 6 maanden per 01 juli 1862, mits hij een bewijs van voortdurende ongesteldheid kan overleggen. Idem voor 12 maanden per 26 februari 1863. Idem per 28 januari 1864 ingaande 01 februari mits overleggend het bewijs van voortdurende ongesteldheid. Een overeenkomstig verzoek dd 06 oktober 1864 wordt buiten deliberatie gehouden, Maar in de vergadering dd 23 februari 1865 wordt zijn onderstand verlengd tot 01 mei 1865. In de vergadering dd 29 juni 1865 wordt de uitkering verlengd met ingang van 01 juli 1865 tot 01 mei 1866. Op 29 mei 1866 volgt een verlenging tot 01 mei 1867, ingaande 01 juni 1866. Op 02 mei 1867 verlenging tot 01 mei 1868. Op 28 mei 1868 verlenging tot 01 mei 1869. Op 29 april verlenging tot 01 mei 1870. Op 28 april 1870 verlenging tot 01 mei 1871. Op 02 juni 1870 is er een bericht “inzendende bewijs van voortdurende ongesteldheid.” Op 04 mei 1871 verlenging tot 01 mei 1872042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 augustus 1871 vraagt de wed. D.O. van der Wal geb. de Bruijn om een uitkering. In de veragdering dd 28 september 1871 vraagt het Bestuur nadere informatie omtrent de aard van de ziekte waaraan kapitein van der Wal is overleden. Op 26 oktober 1871 wordt de aanvrage afgewezen omdat de kapitein niet is overleden aan een ziekte, bekomen op de laatste reis.042

Op 30 november 1871 wordt aan de wed. D.O. van der Wal geb. S.de Bruijn een uitkering uit de bussen verstrekt van f 10,-.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 18 september 1855 staat: “Aanvraag van Kapt. D.O. van der Wal, om regt op uitkeering en het verslag deswegen van de Heeren C.Smit en F.W.E. Schuchard, overeenkomstig hetwelk de Kap. het regt is toegestaan, voorlopig voor den tijd van twaalf maanden, in de 1e klasse ingaande 1 Augustus 1855.”. In de notulen dd 13 oktober 1857 wordt, op aanvraag van kapitein D.O. van der Wal per 01 november 1857 een uitkering in de 1e klas toegekend. Continuering voor 12 maanden op 16 november 1858. In de notulen dd 12 juli 1859 staat een: “Brief van D.O. van der Wal, verzoekende voortduring van onderstand, welk verzoek voor berigt is aangenomen”. Continuering voor 12 maanden op 06 december 1859. Idem op 20 november 1860. Idem voor 6 maanden op 15 juli 1862. Idem voor 12 maanden per 10 maart 1863.. Idem voor 12 maanden op 23 februari 1864. Op 04 oktober 1864 doet hij wederom een verzoek om continuering, maar “welk verzoek is gehouden buiten deliberatie zijnde de uitkeering nog niet verstreken.”. Op 28 maart 1865 een continuering per 01 februari 1865 tot 01 mei 1865. Op 11 juli 1865 1865 continuering tot 01 mei 1866. Op 19 juni 1866 een verlenging tot 01 mei 1867. Op 26 mei 1868 verlenging met 12 maanden. Op 25 mei 1869 een verlenging van 12 maanden. Idem per 21 mei 1870. 023.

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” dd 28 november 1871 staat vermeld een aanvrage om recht op uitkering van de weduwe D.O.van der Wal, welke werd afgewezen. Op 19 december 1871 werd haar een gratificatie verstrekt van f 10,-023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       775                      1848-1849    bark                de Eersteling                                        M.Lelsz te Rotterdam

                                        1850          geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1851-1853    bark                Cornelis Smit                                       M.Lelsz te Kinderdijk

      391                       1854-1871    geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt D.O. van der Wal als gezagvoerder gedurende:

*     1849/1850 op de bark “Eersteling”, te water gelaten op 30 augustus 1848 op de werf van J.& K.Smit te Kinderdijk, 850 ton o.m., varend voor M.Lelsz te Kinderdijk. Het schip strandde op 27 november 1849 op de westkust van Formosa en werd geplunderd. De bemanning werd gered door de Engelse bark Ramee, onder kapitein Mills;

*   1852 t/m 1853 op de bark “Cornelis Smit”, gebouwd in 1851 te Kinderdijk, 719 ton o.m., varend voor Murk Lelsz. te Alblasserdam.

Te water op 26.04.1851 en ……1851 opgeleverd door Gebroeders J. & K. Smit, scheepsbouwmeesters aan de Kinderdijk aan de Rederij onder directie van M. Lels te Alblasserdam als CORNELIS SMIT.

 

Overige bijzonderheden

“Volgens berigten uit Canton, dato 13 Dec. 1849, is het Nederlandsche schip Eersteling, kapt. van der Wal, v. Bat. n. Shanghay bestemd, den 26sten Nov. op de westkust van het eiland Formosa op eene zandbank gestooten, ten gevolge waarvan hetzelve den 29sten lek werd en vol water liep. Het schip is door de Chinezen geplunderd, doch de ekwipage gered en door de Engelsche bark Ramee, kapt. Milh, van Singapore naar Amoy bestemd, opgenomen en aldaar in goeden staat aangebragt. Door bemiddeling van den Engelschen Consul is de ekwipage verder naar Hongkong vertrokken, van waar dezelve door het schip Mr. Cornelis Haga is opgenomen en naar Java zal overgebragt worden.”

Algemeen Handelsblad 23 februari 1850 in de rubriek Scheepstijdingen:

 

In het Algemeen Handelsblad van 23 februari 1850 staat in de rubriek Scheepstijdingen een bericht over het vergaan van de ´Eersteling onder kapitein D.O.van der Wall.

“Door bemiddeling van den Engelschen Consul is de ekwipage verder naar Hongkong vertrokken, van waar dezelve door het schip Mr. Cornelis Haga is opgenomen en naar Java zal overgebragt worden.”.

Kapitein van der Wal heeft na deze schipbreuk nog diverse reizen gemaakt. Kennelijk is na de reis naar Java het schip weer teruggekeerd naar China (Whampoa bij het huidige Canton) en vandaar naar Nederland vertrokken.

 

Een verslag van een troepentransport naar Nederlands Oost-Indië is weergegeven in “Het reisjournaal van H.H.G.Peltzer betreffende een reis van Harderwijk naar Batavia op de bark Laurens Koster (kapitein D.R.Kleve) van 12 november 1848 tot 03 april 1849”  Transcripte en annotaties door S.Parma, mei 2001. Rapport aanwezig in de bibliotheek van het Nederlands Scheepvaart Museum te Amsterdam. H.H.G.Peltzer was de landmachtbevelhebber van het troepentransport. In dit journaal komt een opmerking voor betreffende het schip Eersteling met kapitein van der Wal:

31 maart 1849

“… des avonds en des nachts kwamen wij met de schepen Hendrica, Schouwen en de Eersteling tusschen de derde en vierde punt van Java ten anker”.

 

Kapitein D.O.van der Wal had in 1851 toezicht op het zeilklaar maken van het nieuwgebouwde schip de “Cornelis Smit”. In dat jaar voer hij uit van Rotterdam met aan boord o.a. zijn zoon Obe Douwes van der Wal (geboren in 1838 te Bolsward). Na 108 dagen werd Batavia bereikt. Er werd lading ingenomen in Bezoeki, Panaroekan en Banjoewangi en de terugreis duurde 120 dagen. Op volgende reizen was zoon Obe niet meer aan boord

Obe Douwesz van der Wall “De Wereld Rond. De lotgevallen van een Oud-Zeeman, door hem zelven verteld.

Jaarboek 2003 Stichting Nederlandse Kaap-Hoornvaarders. Hoorn. 51 pp.

 

“Aktenummer 1847, 18-09-1847

Extract uit het journaal gehouden aan boord van het Nederlands fregatschip “Louisa Maria”, gevoerd door Benjamin Christiaan Jaski, op een reis van Batavia naar Amsterdam, zeilende op dat moment op de hoogte van 23o19’ZB/63o53’OL van Greenwich.

Op woensdag 14 april 1847 ’s morgens om ongeveer 10 uur, overleed na een korstondige ziekte, de ondertimmerman Arend Jurjesn Klein, oud 36 jaren, van Oude Pekela.

(Was getekend): D.O.van der Wal, stuurman, P.Cleijndert, onder do. en B.G.Jaski, gezagvoerder.”115

 

 

Datum vanaf: 1848
Kapitein: Wal, Douwe Obles van der
Overige informatie: 0

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Kantongerecht Sliedrecht Archiefnummer NAHaag 3.03.37.135.113

foto 009 - 013

Cedule
Naam schip EERSTELING

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Sliedrecht, 28 september 1848

type schip bark

bouwwerf/verkoper

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper zie bijlage

te voeren door kapt. D.O. van der Wal

grootte in tonnen 364 lasten (meetbrief Dordrecht, 4 september 1848)

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Nieuw-Lekkerland

plaats / datum registratie Papendrecht, 28 september 1848

nummer van registratie deel 10, blad 163, recto, vak 1

notaris Mr. Antonie Paulus Weggeman Guldemont, kantonrechter te Sliedrecht

prijs

bijzonderheden: Getoond wordt de bijlbrief; het schip ligt thans te Nieuw Lekkerland


researcher/datum research: ML / 081115











Bijlage bij acte 113 van 1848, schip EERSTELING

eigenaren per september 1848:

Murk Lels, Nieuw Lekkerland (boekhouder en 5/32e part)
Cornelis Smit, Alblasserdam (13/32e part)
Jan Smit, Nieuw Lekkerland (4/32e part)
Leendert Smit, Nieuw Lekkerland (1/32e part)
Jan en Kornelis Smit, Nieuw Lekkerland (1/32e part)
Floris Kloos, Alblasserdam (1/32e part)
Frans Harms von Lindern, Alblasserdam (1/32e part)
Petrus Adrianus van der Drift, Alblasserdam (1/32e part)
Johan Hendrik Coert, Hendrik Ido Ambacht (1/32e part)
Reinier Hendrik van der Waijfort, Ridderkerk (1/32e part)
Benjamin Kam, Dreischor (1/32e part)
Jan Smit, Rotterdam (1/32e part)
Willem Benjamin Diepeveen, Nijmegen (1/32e part)


ML / 081116

Naam EERSTELING
Archiefinstelling Nationaal Archief Den Haag
Jaar 1848
Toegang 3.03.37
Inventaris 135

Bronnen

Jaar: 1850
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: Toeg. 2.10.30, inv. 7105 dd. 170150, no.22
Maritieme kroniek 1850, diverse berichten

Jaar: 1848
Bron: NA-Den Haag
Omschrijving: CEDULE 3.03.37.135.113
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk