Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt A.G.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1829 t/m 1832 van de tjalk “Alida”, gebouwd in 1810, bouwlocatie niet vermeld, 54 ton o.m., varend (vermoedelijk) als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank;
• * 1829 t/m 1841 van de smak “Trekvogel”, gebouwd in 1828, bouwplaats niet vermeld, 80 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank.

twee personen?

Overige bijzonderheden

In: Tj.E.Swierstra. De veenkoloniale familie Hazewinkel: geschiedenis en stamboom.

Amsterdam 1997 (op het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag)           

staan fragmenten uit de jaarverslagen van het verzekeringscompact van Veendam, opgetekend door Hendrik Jans Hazewinkel (1793-1853) over de jaren 1837-1842

"1839 Wij vermissen nog 5 schepen±

1. Alja Alberts Hansen, de 3 Oct. van ´t Vlie na Nieuw Castel bezeilde en is slegts 1 jaar getrouwd.
2. Antonie G.Sap van de Wildervank, 8 Oct. van Arendal na Holland vertrokken.
3. Cornelius Abraham Hazewinkel, den 4 Oct. van Nieuw Castel na Hollenad vertrokken.
4. Hinderk Wagenaar, 11 ‘ct. van het Vriesse gat na Noorwegen gezeild.
5. Albert Jans Boiten, 6 Nov. van de Bolderaa vertrokken.

 

Provinciale Groninger Courant 25 januari 1822¹¹⁴

Advertentie. Mr. Berghuis van Woortman, notaris in het Canton Veendam, zal, ten verzoeke van Antoni G. Sap en Lammert Doewes de Groot, schippers, wonende te Wildervank, op woensdag den 30 januari 1822, des avonds te 6 uren, ten huize van Adriaan H. Veenhoven, te Wildervank, publiek bij strijk- en opbodsgelden, verkopen:

een welbevaren Tjalkschip, voorzien van roef en twee vaste masten, genaamd ALIDA, groot ongeveer 40 roggelasten, met alle deszelfs annexen, van ankers, touwen, staand en lopend want, zeilen, boot, koksgereedschappen en verder toebehoren, zo bij verkopers, tot dus verre, is bevaren en thans is liggende te Delfzijl, bij de werf van de heer Groenboom, bij wie informatiën zijn te bekomen; terwijl de zeilen bij de Commissaris aldaar, door gegadigden in ogenschijn kunnen worden genomen.

 

 

SAP, A.H.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt A.H.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1873 t/m 1878 van de2/msch “Otto”, gebouwd in 1860 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend voor R.J.Visser vanuit Workum.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

SAP, EPPO J.

Familiegegevens en opleiding

Eppo Sap werd geboren in 1817 (1820?) te Veendam.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Eppo J.Sap was in de periode 04 februari 1853 t/m 1860 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer 80. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de “Vasco de Gama”. ^64a

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 19 februari 1853 de storting door kapitein E.J.Sap van f 15,- als entreegeld voor lidmaatschap van het college.^064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat Eppo J.Sap als gezagvoerder^064a:

*     1853 t/m 1857            brik “Vasco de Gama”     boekhouder G. van Hoogstraten & Zoon te Dordrecht

*            1858 t/m 1859    geen vermelding van een schip

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt E.J.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1853 t/m 1857 van de brik “Vasco di Gama”, ex Eisenbahn, gebouwd in 1846 te Elbing, 258 ton o.m., varend voor ’t Hooft & Deking Dura te Dordrecht. (Visser-Blokland noemt als reder Gerrit van Hoogstraten te Dordrecht);
• * 1863 van de galjoot “Marchiena Bentum”, gebouwd in 1858 te Stadskanaal, 105 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip voer in 1864 voor E.& C.Maathuis te Sappemeer en was herdoopt in “Martha”.

 

Overige bijzonderheden

Nadere bijzonderheden van het Veenkoloniale schippersgeslacht Sap zijn te vinden in: W.G.Doornbos Parenteel SAP. Een schippers- en handelsfamilie uit de Veenkoloniën in de achtiende eeuw. Amsterdam: Uitgeverij Sap 1998. 235 pp. In het CBG onder nr. G/Sap.

 

 

SAP, G.H.

Familiegegevens en opleiding

Geuchien werd geboren/gedoopt op 01/16 december 1810 te Veendam als zoon van de schipper Hendrik Geuchies (Sap( en Jantje Riemts (Roelfsema).

Hij trouwde op 15 januari 1841 e Veendam als zeeman met Heilina Ida Simon van Deest, geboren 07 juni 1817 te Groningen als dochter van de voerman/dagloner Simon Reinders van Dees en Hinderkien Alberts de Jonge.

Heilina hertrouwde op 25 mei 1849 te Veendam met de schipper Geert Simens Bakker. Geen overrlijdensgegevens van Heilina gevonden

 

Provinciale Groninger Couant 15 oktober 1841¹¹⁴

Elseneur, 6 oktober. Het schip HELENA, kapt. Sap (opm: kof HEILINA, kapt. Geuchien Hendriks Sap), van Amsterdam naar Stettin, bij Torbeck ten anker liggende, is in de zware storm van de vorige nacht, door een Engelse schoener aangezeild geworden, tengevolge waarvan hetzelve de boegspriet en een stuk van de mast verloor, welk laatste op de kapitein vallende, dezelve op de plaats doodde; om van het andere schip los te geraken, heeft men het anker gekapt en is het schip hier binnengelopen, ten einde opnieuw van ankers en kettingen voorzien te worden.

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt G.H.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1840 t/m 1848 (moet een foutief eindjaar zijn) van de kof “Heilina”, gebouwd in 1840 te Veendam, 75 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam.

 

Monsterrollen op de site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Geuchien Hindriks Sap op:

18 januari 1825 als kok op de “Jantiena”, schipper Hindrik Geugjes Sap

07 februari 1828 als matroos op de “Jantiena”, schipper Hindrik Geugjes Sap

27 maart 1830 als stuurman op de “Jantina Annegiena”, schipper Hindrik Geugjes Sap

05 februari 1840 als stuurman op de “Jantina Annegiena”, schipper Hindrik Geugjes Sap

15 mei 1841 als schipper op de kof “Heilina”

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

SAP, GEUCHIEN OTTES

Familiegegevens en opleiding

Geuchien Sap werd gedoopt 07 december 1800 te Wildervank als zoon van de schipper Otte Geuchies Sap en Hindrikje Pieters Boer.

Hij trouwde op 19 december 1836 te Wildervank als zeeman met Gerarda Maria Gersonius, gedoopt te Groningen 22 februari 1804 als dochter van de “negociant” Willem Jans Gersonius en Margaretha Blink. Zij was de weduwe van de schipper Berend Karssens Decker. Gerarda overleed op 02 november 1893 te Groningen, 89 jaar

Geen overlijdensakte van Geuchien gevonden.

Geen kinderen gevonden, dus wellicht kinderloos

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Geuchijn O.Sap was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 13 in de periode 1840 t/m 1863.

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt G.O.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1831 t/m 1837 van de smak “Hendrika”, gebouwd in 1826 te Sappemeer, 56 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank;
• * 1838 t/m 1851 van de kof “Margaretha Everharda”, gebouwd in 1837 te Hoogezand, 70 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is in december 1851 gestrand bij Harboore. De lading werd geborgen;
• * 1857 t/m 1861 van de galjoot “Emma Maria”, gebouwd in 1852 te Groningen, 82 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is in februari 1861 gestrand bij het Gaarsler strand. Het is nadien onder Deense vlag gaan varen;
• * 1862 van de galjoot “Hendrik & Jansje”, gebouwd in 1861 te Martenshoek, 84 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank. Het schip is in december 1862 gestrand en wrak geraakt.

 

Monsterrollen op site van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen vermelden Geuchien Ottes Sap op:

06 februari 1819, “Twee Gezusters”, schipper Hindrik Jurjens Duuntjer. Voorts stuurman en de kok Geuchien Ottes Sap.

25 februari 1826, schip “Diana”, schipper Gosse Jurjens Bossinga. Voorts stuurman, kok en de matroos Geuchien Ottes Sap.

19 februari 1828, schip “Vr. Alida”, schipper Hindrik R.Roelfsema. Voorts stuurman Geuchien Ottes Sap en een kok.

23 mei 1837, schip “Margaretha Everharda”, kapitein Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, kok en een koksmaat.

24 januari 1839, schip “Margaretha Everharda”, kapitein Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, kok, matroos en een kajuitwachter.

18 januari 1840, smak “Margaretha Everharda”, schipper Geuchien Ottes. Voorts stuurman, kok en een matroos.

31 december 1840, smak “Margaretha Everharda”, schipper Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, kok en een matroos.

07 februari 1842, smak “Margaretha Everharda”, schipper Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, kok en een matroos.

10 februari 1844, schip “Margaretha Everharda”, schipper Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, kok en een matroos.

12 februari 1848, kof “Margaretha Everharda”, schipper Geuchien Ottes Sap. Voorts stuurman, en een kok.

 

In 10 monsterrollen op het overzicht van het Noordelijk Scheepvaart Museum te Groningen wordt gesproken van Geuchien Ottes Sap.

Het overzicht luidt:

1819                      kok op de “Twee Gezusters” onder Hindrik Jurjens Duuntjer

1826                      matroos op de “Diana” onder Gosse Jurjens Bossinga

1828                      matroos op de “Vr. Alida” onder Hindrik R.Roelfsema

1837-1848           schipper op de smak/kof “Margaretha Everharda”

In geen van de monsterrollen zijn leeftijd en woonplaats vermeld.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

SAP, HENDRIK GEUGJEN

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Boum⁰²⁵ vermeldt H.G.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1824 t/m 1829 van de smak “Jantina”, gebouwd in 1824, bouwlocatie niet vermeld, 70 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;
• * 1830 t/m 1848 van de kof “Jantina Annechiena”, gebouwd in 1829 te Veendam, 85 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam;
• * 1849 t/m 1852 van de kof “Jantina Annechiena”, gebouwd in 1848 te Veendam, 117 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Hendrik Geugjen Sap als gezagvoerder van de:

“Vijf Gebroeders”, dd 07 april 1815; 07 augautus 1817;

“Jantina”, dd 24 november 1823;

“Jantina Annegina”, dd 21 februari 1832; 31 juli 1834; 13 maart 1835; 01 juni 1835; 10 september 1835; 24 mei 1836; 11 juni 1838.

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 28 november 1822¹¹⁴

Rotterdam, 27 november. Van Vlissingen meldt men den 23 dezer:….

….voor Antwerpen bestemd: JANTINA, H.G. Sap, van Port-au-Prince, laatst van Veere; de GOEDE HOOP, J.H. Schuring, van Lissabon; de JONGE NICOLAAS, H. Peters (opm: kof, thuishaven Gent), van Liverpool; de PHENIX, P. Morreau, van St. Jago (Cuba), en de COURIER, J.E. Melcher (opm: schoener COURRIER, thuishaven Antwerpen, J.E. Melcherts), van Alicante; de beide laatsten moeten quarantaine houden,

en van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de SNELHEID, W. Smit.

 

 

SAP, HINDRIK GEUCHIEN

Familiegegevens en opleiding

Hindrik Geuchien Sap werd geboren te Oosterdiep, gem.Veendam 30 oktober 1841 als zoon van Geuchien Hindriks Sap en Heilina Ida van Deest. Vader Geuchien was bij de geboorte overleden en in leven schipper.

Hij trouwde op 01 oktober 1869 als schipper met Marchien Kolk geboren 23 maart 1843 te Oosterdiep, gem. Veendam als dochter van de schipper Detmer Boukes Kolk en Jantje Berends Bol. Marchien overleed op 26 februari 1883 te Veendam, 39 jaar.

Hindrik Geuchien hertrouwde op 04 april 1887 te Veendam met Hinderika Bos, geboren te Veendam 18 december 1853 als dochter van de timmerman Jan Pieters Bos en Jakoba Magdalena Schilt. Zij was de weduwe van Berend Frans Brouwer. Hinderika overleed op 30 maart 1914 te Kalkwijk gem. Hoogezand, 60 jaar

Hindrik Geuchien overleed op 07 oktober 1899 te Windeweer, gem. Hoogezand, 57 jaar.

In een 6 tal BS-akten tussen 1870 en 1881 wordt Hindrik Geuchien vermeld als “schipper”.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.G. Sap was effectief lid van het zeemanscollege “De Harmonie” te Wildervank met vlagnummer 4 in de periode 1872 t/m 1899.

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt H.G.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1868 t/m 1873 van de sch.brik “Cornelia & Maria”, gebouwd in 1863 te Leer, 190 ton o.m., varend voor P.H.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;
• * 1874 t/m 1884 van de sch.brik “Catharina”, gebouwd in 1864 te Nieuwendam, 193 ton o.m., varend voor P.H.Kaars Sijpesteyn te Krommenie.

 

Het bestand aan monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeld geen Hindrik Geuchien Sap uit de tweede helft van de 19^e eeuw.

 

Overige bijzonderheden

De schoener “Cornelia en Maria” onder kapitein H.G.Sap was in 1866 te Amsterdam, op 27 januari 1867 te Valparaiso met suiker dus via een Kaap Hoorn ronding. De retouroute is niet bekend.¹²¹

Dezelfde schoener met dezelfe kapitein waren op 12 september 1867 te Texel en bereikten, via Kaap Hoorn, op 24 januari 1868 Valparaiso. Op 03 maart vertrok het schip naar Montevideo, dus weer rond Kaap Hoorn en van daar vertrok het op 10 juni naar Antwerpen.¹²¹

 

 

SAP, H.O.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt H.O.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1839 t/m 1843 van de smak “Mijn Genoegen”, gebouwd in 1829, bouwlocatie niet vermeld, 50 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Boornbergum;
• * 1844 t/m 1860 van de kof “Broederliefde”, gebouwd in 1844 te Wildervank, 98 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Wildervank;
• * 1861 t/m 1870 van de 2/msch “Otto”, gebouwd in 1860 te Hoogezand, 147 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Workum.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

SAP, JACOB GEUCHIENS

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.G.Sap was met vlagnummer 34 in de periode 1827-1830 lid van het Antwerpse zeemanscollege “Tot Nut der Zeevaerd¹⁰⁸

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Geen

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 06 mei 1815¹¹⁴

Advertentie. Uit de hand te koop een hecht en welbezeild Tjalkschip, liggende te Rotterdam, groot omtrent 40 lasten rogge, gevoerd door Jacob G. Sap, voorzien van een behoorlijke inventaris; nadere onderrigting ten kantore van Kuyper, Van Dam en Smeer.

 

Provinciale Groninger Courant 03 februari 1815¹¹⁴

Advertentie. Schipper Jacob Geuchiens Sap, presenteert uit de hand te koop, een welbezeild Tjalkschip, groot plusminus 35 roggelasten, liggende te Rotterdam, voorzien van een goede inventaris, kunnende blijven varen zonder reparatie van enig belang.

Iemands gading zijnde kan zich vervoegen bij bovengemelde te Gasselte in Drenthe.

 

Rotterdamsche Courant 03 februari 1821¹¹⁴

Rotterdam, 2 februari. Van Vlissingen wordt den 30 januari gemeld: gisteren is hier binnengekomen het schip JOSEPH AND ANN, W. Minter, van Londen, en is ter rede gekomen de JONGE JUFVROUW ANNA, J.G. Sap, van Rouaan naar Brussel en de JONGE ANTJE, H.J. Prins, van Nantes naar Rotterdam.

 

Rotterdamsche Courant 19 april 1821¹¹⁴

Rotterdam, 18 april. Van Vlissingen wordt den 14 april gemeld: heden zijn alhier ter rede gekomen de schepen de VROUW ANNA, J.G. Sap, van Antwerpen naar Dantzig (opm: Gdansk); LE LEVRIER, J. Pieters, en LE COUREUR, B. Bouton; beide laatsten door contrairie-wind uit zee terug…..

 

Rotterdamsche Courant 30 juni 1821¹¹⁴

Rotterdam, 29 juni. Van Vlissingen wordt van den 25 gemeld: van den 22 tot den 25 zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de schepen JOSEPHUS, M. Bakker, naar …; de VROUW GEZINA, D.J. Greeven, naar Noirmoutier; de JONGE NICOLAAS, J.C. Jansen, naar Liverpool; de DRIE GEZUSTERS, J. Sipkes, naar Riga; ENGELINA, D.H. de Jong, naar de Oostzee; ST. PAULS, J. Clark, naar Hull; de HAPPIJ RETURN, R. Shellabean, naar Leith; de GUTE CHARLOTTE, J. Weddin, en SUSANNA, P. van Busch, naar de Oostzee. NEPTUNIS, G.G. Smit, naar ….; de MARGARETH, A. Smith, en SARAH, P. Peters, naar Londen,

en van den 21 tot den 23 voor Antwerpen bestemd, alhier ter rede gekomen de JUFVROUW AKKE, E.T. Jeltes, van Liverpool; de JUFVROUW ANNE, J.G. Sapp, van Dantzig (opm: Gdansk); de FLORA, J. Cooper, en de GENERAL MURRAY, T. Clark, van Londen, en de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, van Liverpool.

 

Rotterdamsche Courant 25 augustus 1821¹¹⁴

Rotterdam, 24 augustus. Van Vlissingen wordt van den 21 gemeld:

….en van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de TWO SISTERS, G. Dijer, en de THOMAS, T. Harrison, naar Londen; de HOFFNUNG, W. Bosfeld, naar Stettin (opm: Szczecin); de EENDRAGT, A.L. Speelman, naar de Oostzee; de VREDE, J.J. Greeven, naar Douvres (opm: Dover); de JUFVROUW MEES, G.L. Doornbos, naar Leith, de VROUW ANNA, J.G. Sap, naar Schotland; de GOEDE HOOP, H.W. de Groot, naar Leith; de PILOT, R. Slij, en de DORSET, J. Hart, naar Londen; de VROUW JACOBA, J. Janse Renik, naar Hamburg; de COLLINGWOOD, N. Brouard, naar Guernsey; LOUISE WILHELMINA (opm: LOUISA WILHELMINA), L.C. Lofgreen, naar Liverpool; AMERIKA, J. Eldridge, naar Bordeaux; CONCORDIA, H.J. Nagel, naar Liverpool; FLORIDA, S. Quincey, naar Rochelle; de VROUW ALIDA, A. Schipman, naar Kadix (opm: Cadiz); GEZINA CHARLOTTE, G. van Veen, naar …; de DRIE GEBROEDERS, H. Schwitters, naar de Oostzee, en de NANCY, E. Braij, naar Philadelphia.

 

Rotterdamsche Courant 29 september 1821¹¹⁴

Rotterdam, 28 september. Van Vlissingen wordt van den 25 gemeld: …..

....voor Antwerpen bestemd: MARIA VAN OLST, J.P. Kelder, van Petersburg; de JUFVROUW ANNA, J.G. Sap, van Christiaansand; de ALD, G. Leslie, van Boder in Noorwegen; de WILSON, J. Wilson, van Londen; OHIO, E. Carman, van New-YORK; ST. PAULS, J. Clark, van Hull; ANNA MARGARETHA, l. Christensen, van Marder; de WINDLUST, J.N. Jacobs, van Petersburg; ANNA SOPHIA, F. Hagen, van Aalborg; de VRIENDSCHAP, H.W. Poel, van Petersburg; AVENTURE, J. Duhn, en HELENA, M. Matthiessen, van Kiobenhage (opm: Kopenhagen); de JONGE LODEWIJK, J.J. Duintjer, van Dantzig (opm: Gdansk); ….

 

Rotterdamsche Courant 09 maart 1822¹¹⁴

Rotterdam, 8 maart. Van Vlissingen wordt van den 5 gemeld:

Sedert onze laatste zijn van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de schepen de VROUW MARIA, A. Schipman (opm: galjoot, thuishaven Antwerpen, kapt. A. Schepman), naar Gibraltar; la VIERGE MARIE (opm: brik, thuishaven Kortrijk), J. de Meire, naar Messina; de MORGENSTAR, H.F. Veen, naar Liverpool; de JONGE JUFVROUW ELISABETH (opm: kof, thuishaven Antwerpen), J.F. Witteveen, naar Rio-Janeiro; l’ÉCLAIR, J.H. Schoneveld (opm: schoener, thuishaven Antwerpen, kapt. Joannes Albertus Schönefeld), naar Lissabon; NATALIA, J.C. Maglietz, naar Maidhead; MAGNANIME, J. Zietzes (opm: driemaster, na verkoop thuishaven Antwerpen, kapt. Jean Sietzes), naar Rio-Janeiro; la JEUNE COLLETTE, C. van Dijcke, naar Malaga; MARIA JOSINA (opm: kof), A. Muntendam, naar Marseille; WILHELMINA, H. Lootz en de VROUW LUPPINA, E.H. Mulder, naar Londen; de VROUW ANNA, J.G. Sap, naar Engeland; de VROUW GEZINA, H. Laarman, naar Rouaan; MERCURIUS, K. Folkers (opm: ook: Folkerts), naar Zante; FREDERIK, J. Brand, naar Rio-Janeiro; de VRIENDSCHAP, N. Heeren, naar Londen; de VROUW LUMEGINA, J.B. Goosens, naar Engeland; ROSALIA, H.J. Zeeven, naar Maidhead; JETZKA CORNELIA (opm: kof JETSKA CORNELIA), L.K. de Boer, naar Hamburg; de VROUW ALIDA, T.E. Bart, en AURORA, S.J. Brouwer, naar Liverpool; de VROUW MARGARETHA, O.K. ten Hove, en BELLE ALLIANCE (opm: pleit, thuishaven Brussel), O.A. Wilman, naar Londen.

 

Roterdamsche Courant 31 augustus 1822¹¹⁴

Rotterdam, 28 augustus. Van Vlissingen meldt men den 27 dezer:

Sedert onze vorige zijn, voor Antwerpen bestemd, op de rede aangekomen de schepen KLARA MARGARETHA, P.D. Dik, ANNA PAWLONA (opm: kof ANNA PAULOWNA), H. Pothoff, de NOORDSTAR, E.G. Boekhout; de GOEDE HOOP, H.W. de Groot, en de VROUW HILKE, J.H. Kuiper, van Liverpool; de LIEFDE, M. Bakker, van de Marennes; de VRIENDSCHAP, N. Heeres, van Londen; de EENDRAGT, H.T. Smit, van Havre-de-Grace, en de JUFVROUW ANNA, J.G. Sap, van Riga.

 

Rotterdamsche Courant 07 november 1822¹¹⁴

Rotterdam, 6 november. Van Vlissingen wordt van den 5 gemeld,

….Voorts zijn, sedert onze laatste, van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild de schepen de TWEE GEBROEDERS, P. Suhlberg, naar de Oostzee; de JOSEPH, J.H. Arends, naar Douvres; de VRIENDSCHAP, H.W. Poel, naar Bordeaux; de VROUW ALBERDINA, H.K. Rentel (opm: H.K. Rentes), naar Hamburg; AURORA, S.J. Brouwer, naar … (opm: niet vermeld); l’UNION, P. Kaijzer, naar Batavia; ALEXANDER, P. de la Rue, naar Guernsey; de JUFVROUW ANNA (opm: smak JUFFROUW ANNA), J.G. Sap, naar Christiaansand,….

 

 

SAP, J.J.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.J.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1859 t/m 1862 van de galjoot “Marchiena Bentum”, gebouwd in 1858 te Stadskanaal, 105 ton o.m., geen vermelding van eigenaar en thuishaven.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

SAP, JACOB REMKES

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt J.R.Sap als gezagvoerder gedurende:

• * 1819 t/m 1836 van de smak “Geziena Johanna”, gebouwd in 1818, bouwlocatie niet vermeld, 90 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in deze periode 1 keer te Herlingen geregistreerd met haring voor Libau, en 1 keer met schade, op weg van Petersburg naar Antwerpen met stukgoed. Het schip is in 1836 verongelukt.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Jacob Remkes Sap als gezagvoerder op de:

“Vrouw Gezina”, dd 06 maart 1815;

“Gezina Johanna”, dd 03 juni 1820; 20 oktober 1836

 

Overige bijzonderheden

Leeuwarder Courant 05 december 1820¹¹⁴

Harlingen. ….Den 2 dito binnengekomen het smakschip GESINA JOHANNA, kapt. Jacob R. Sap, met haring van Bergen (opm: Noorwegen) naar Libau (opm: Liepaja), komt alhier binnen door schade aan schip en lading (opm: zie RC 091220). Uitgezeild het pinkschip de GOEDE HOOP, kapt. H.A. Morig, met ballast naar Noorwegen…..

 

Rotterdamsche Courant 09 december 1820¹¹⁴

Amsterdam, 7 december. In het Vlie is binnengekomen J.R. Sap (opm: smak GESINA JOHANNA, zie LC 051220) van Bergen naar Libau (opm: Liepaja), met schade aan schip en lading; zeilt naar Harlingen om te repareren.

 

Leeuwarder Courant 16 maart 1821¹¹⁴

Harlingen…..Den 10 dito    Uitgezeild de smakschepen de VROUW ENGELINA, kapt. P.H. de Groot, met ballast, de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. J.J. Siedses, met dakpannen, de VROUW GESINA, kapt. H.J. Kruier, de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VIJF GEZUSTERS, kapt. D.L. de Jong, de VROUW MARTHA, kapt. D.K. de Groot, het kofschip de VROUW ALIDA, kapt. Jan Klaasen, alle met ballast, de VROUW ZWAANTJE, kapt. Jan C. Hazewinkel, de VROUW GESINA, kapt. B.H. Schepper, beide ledig, alle op avontuur; en na gedane reparatie het smakschip GESINA JOHAN, kapt. J.R. Sap, met haring van Bergen naar Litau (opm: mogelijk Lütau [bovenstrooms van Lauenburg a/d Elbe]), alhier met schade binnen geweest.

 

Rotterdamsche Courant 01 mei 1821¹¹⁴

Amsterdam, 29 april. Kapt. J.R. Sap, voerende het schip de VROUW GEZINA, van de Lemmer naar Livorno, meldt uit Texel van 23 april, dat zijn schip bij het uitzeilen van de Lemmer aan de grond gezeten hebbende, hij sedert enig lek bespeurd, en bij zijn aankomst in Texel bevonden had, dat de ene kimkiel los was, hetgeen hij niet anders kon herstellen, dan met een gedeelte der lading in een lichter te lossen, waarmede hij spoedig dacht gereed te zullen zijn.

 

Rotterdamsche Courant 01 mei 1821¹¹⁴

Rotterdam, 30 april. Den 28 arriveerde in de Maas THE DUKE OF YORK, R. Couch, THE DUKE OF KENT, D. Pound en ESTHER, R. Johnson, van Londen; de VROUW ANNAGINA, J.J. Boon, van Oleron; de ST. ANTHONIE, S.C. Scheepers, van Wismar; de WELVAART, B.J. Groot, van Rozenhof; de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, van Libau (opm: Liepaja).

 

Rotterdamsche Courant 05 mei 1821¹¹⁴      

Amsterdam, 3 mei. Aangaande het schip de VROUW GEZINA, kapt. J.R. Sap, van de Lemmer naar Livorno, wordt van Den Helder van 1 mei gemeld, dat men hetzelve enige dagen te voren, uit hoofde van zware lekkagie, op de Noordwal van Texel aan de grond had moeten zetten, en den 30 april, na het lossen van twee ligters, door hulp van een schuit en sloep met enige manschappen, in vlot water en in de haven van Texel gebracht had, alwaar het zou lossen om te repareren.

 

Rotterdamsche Courant 22 mei 1821¹¹⁴

Rotterdam, 21 mei. Den 19 dezer zeilden uit de Maas de schepen de KOOPHANDEL, B.G. Harkema, en die HOFFNUNG, S. Kreeft, naar Riga; de CLARA MARGARETHA, P.D. Dik, naar Bristol; ZELDEN RUST, P. Gorter, naar Bergen; de PRINCE OF SAXEN-COBURG, J. Ladd, naar Londen; de DIANA, F. Popken, en INDUSTRIE, L. Spaanderman, naar Petersburg; de TWEE ZUSTERS, F.H. Nielsen, naar Kopenhagen; de LOUISA, D. Guijt, naar Jerseij; de CERES, J. Cook, naar Stockton; de ELIZABETH AND ANN, W. Ridlee, en de AQUATIC, W. Wood, naar Hull; de VROUW GEZINA, H.J. Kreuiter, naar Oleron; de MARIA DOROTHEA, J.F. Schults, de NEPTHUNUS, J. Peters, en de ZEEBLOEM, J.P. Beekman,naar de Oostzee; de OCTO, E.J. Carst, naar Stettin (opm: Szczecin); de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, naar Elseneur (opm: Helsingör); de VROUW ANNAGINA, J.J. Boon, de JONGE DUIJF, H.A. Fijn, en de VROUW GEZINA, B.H. Schippers, naar ….; de BEAVER, R. Wartle, naar Newcastle; de BROEDERLIJKE LIEFDE, J.A. van der Wal, naar Stettin (opm: Szczecin)…..

 

Rotterdamsche Courant 24 juli 1821¹¹⁴

Rotterdam, 23 juli.

….Den 21 zeilde de FORTUNA, H.A. Boije, naar Marshall, en arriveerden de CONCORDIA, L. Teunis, van Liverpool; de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, van Libau…..

 

Rotterdamsche Courant 14 augustus 1821¹¹⁴

Rotterdam, 13 augustus. ….

….Den 13 zeilden de PRINCE OF ORANGE, T. Musson, naar Londen; de ELISABETH, T. Rogers, en de FAVORIET, J. Strong, naar Hull; de TWEE GEBROEDERS, W.R. Lukens, naar Stockton;de SMOLENSK, F. Witt, naar de Oostzee; de ANDRIA CHRISTINA, C. Pheffercorn, en de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, naar Elseneur (opm: Helsingör); de MARIA SOPHIA, C. Hansen, naar Kopenhagen; de ROELINA, M.G. Zeven, naar Stettin (opm: Szczecin); de ANN, B. Scott, en de CHERINGTON OAK, J. Smith, naar Newcastle.

 

Rotterdamsche Courant 18 mei 1822¹¹⁴

Rotterdam, 17 mei. Den 14 arriveerde in de Maas de ROELINA, M.G. Lever, van Kiel.

Den 15 arriveerde de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, van Libau (opm: Liepaja), en zeilde de GOEDE HOOP, F. de Best, naar Sandwich

 

Rotterdamsche Courant 20 juni 1822¹¹⁴

Rotterdam, 19 juni. Den 16 arriveerde te Brielle de ONDERNEMING, H.F. Klie, van Duinkerken.

Den 18 arriveerden de MERKURIUS, H.G. Schulte, van Riga; de JOHANNA WILHELMINA (opm: bom JOHANNES EN WILHELMINA), D. Mooijekind, uit zee, en zeilden de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, naar …(opm: niet vermeld), de VIER GEZUSTERS, P.J. Bager, naar Faborg, en de CONCORDIA, H.H. Lucht, naar Riga.

 

Rotterdamsche Courant 25 juni 1822¹¹⁴

Rotterdam, 24 juni. ….

….Den 22 zeilden de GEZINA JOHANNA, J.R. Sap, naar …(opm: niet vermeld); de NOORDSTAR, H. Nieman, naar Arensburg; de MERKURIUS, A.H. Jongebloed, naar de Oostzee; de COMMERS, T.P. Meijders, naar Koppenhagen, de VRIENDSCHAP, J.H. Sturenberg, naar Droogbak…..

 

 

SAP, KLAAS GEUGIEN

Familiegegevens en opleiding

Klaas Geugien Sap werd op 20 juli 1800 te Veendam gedoopt als laatste van 10 kinderen van schipper Geugjes Ottes Sap )Veendam 17 februari 1753 / Dordrecht 10 augustus 1808’ en Jesse Hindriks Schrage )Veendam 19 september 1757 / Veendam 04 juni 1831’

 

NRC 05 juli 1864¹¹⁴

Groningen, 2 juli. Aangaande de schepen JOHANNA JACOBA, kapt. Sap (opm: schoener JOANNA JACOBA, kapt. Klaas Geuchie Sap, zie ook NRC 080868), de 27e november l.l. van Elseneur naar Amsterdam vertrokken, en NEÊRLANDS HERSTEL, kapt. Hubert (opm: schoener, kapt. H.H. Huberts), de 30e november van de Eems naar zee gezeild, heeft men sedert niets vernomen.

 

NRC 08 augustus 1868¹¹⁴

Advertentie. Heden de 5^e augustus 1868, ten verzoeke van Jan Nieulant, sluiswachter, in hoedanigheid van vader en voogd over zijn minderjarig kind Jan Nieulant, door hem in echt aan wijlen zijn huisvrouw Klara van Sijn verwekt, alsmede ten verzoeke van Bastiaan van Sijn, buiten beroep, beiden wonende te Delfshaven, heb ik George Christoph Schoeller, deurwaarder bij de Arrondissements-Rechtbank te Rotterdam, gedagvaard Klaas Geuchie Sap en zijn dochter Catharina Sap, laatst gewoond hebbende te Delfshaven, wier tegenwoordige woonplaats is onbekend, om op woensdag 18 november 1868 te verschijnen ter terechtzitting van de Arrondissements-Rechtbank te Rotterdam om te horen concluderen:

• Aangezien de eerste gedaagde als gezagvoerder en de tweede gedaagde als passagier in de loop van het jaar 1863 met het Nederlandse kofschip (opm: schoener) JOANNA JACOBA van Amsterdam naar Elseneur zijn vertrokken en met dat schip op de 27^e november van dat jaar van daar de terugtocht naar Amsterdam hebben ondernomen.
• Aangezien sedert laatstgemelde dagtekening van dat schip, zijn gezagvoerder, passagier en bemanning niets meer is vernomen en het waarschijnblijk op de Nederlandse kust met man en muis is vergaan (opm: zie NRC 050764).
• Aangezien de eisers belang hebben, dat door rechterlijk vonnis worde verklaard, dat er rechtsvermoeden van het overlijden van bovengenoemde Klaas Geuchie Sap en zijn dochter Catharina Sap bestaat sedert de 27^e november 1863, zijnde de dagtekening, waarop het laatste bericht van hen is ingekomen.

Dat zij alsnog in persoon of door iemand van hunnentwege van hun aanwezen doen blijken.

G.C. Stoeller (opm: sterk bekort)

 

NRC 10 februari 1869

PRO DEO. Heden den achsten Februarij 1800 negen en zestig, ten verzoeke van JAN NIEULANT, Sluiswachter, in hoedanigheid van vader en voogd over zijn minderjarig kind JAN NIEULANT, door hem in echt aan wijlen zijne huisvrouw KLARA VAN SIJN verwekt, alsmede ten verzoeke van BASTIAAN VAN SIJN, buiten beroep, beiden wonende te Delfshaven, woonplaats kiezende ten kantore van den Procureur Mr. PIETER GEORGE BIJSTRA, in den Oppert, Wijk 6 No.226, te Rotterdam, die als zoodanig optreedt in regten voor de rekwiranten, aan wie bij beschikking der ArrondissementsRegtbank te Rotterdam van den laatsten December achttien honderd zes-en-zestig vergunning is verleend om ten deze kosteloos te procederen;

Heb ik ondergeteekende GEORGE CHRISTOPH STOELLER, Deurwaarder bij de voormelde Regtbank, wonende te Rotterdam aan de Scheepmakershaven, Wijk 1 No.499;

Krachtens verlof van gezegde Regtbank van den vijf-en-twintigsten November vorigen jaars;

Ten derden male gedagvaard:

KLAAS GEUCHIE SAP en zijn Dochter CATHARINA SAP, laatst gewoond hebbende te Delfshaven, wier tegenwoordige verblijfplaats is onbekend, gevolgelijk mijn exploit doende bij aanplakking aan de voorname deur van de vergaderplaats der Regtbank voornoemd, terwijl ik een tweede afschrift van hetzelve heb overgegeven aan den Ambtenaar van het Openbaar Ministerie bij die Regtbank, welke het oorspronkelijke voor gezien heeft geteekend; exploiterende aan het parket van Zijn EdelAchtbare en aldaar sprekende met den Heer Mr. J.H.W.SWELLENGREBEL, Officier van Justitie, voorts nog bij plaatsing in de daartoe aangewezen nederlandsche Staats-Courant en in de Nieuwe Rotterdamsche Courant en dan nog bij aanplakking aan het Gemeentehuis te Delfshaven.

Om op Woensdag den zes-en-twintigsten Mei 1800 negen-en-zestig, des voormiddags ten elf ure, te verschijnen ter teregtzittingvan de Arrondissements-Regtbank te Rotterdam in het Geregtsgebouw aan het Haagscheveer aldaar, om te hooren concluderen;

Aangezien de eerste gedaagde als Gezagvoerder en de tweede gedaagde als Passagier in den loop van het jaar 1800 drie-en-zestig met het Nederlandsch Kofschip Johanna Jacoba, van Amsterdam naar Elseneur zijn vertrokken en met dat Schip op den zeven-en-twintigsten November van dat jaar, vandaar den terugtogt naar Amsterdam hebben ondernomen;

Aangezien sedert laatstgemelde dagteekening van dat Schip, zijn Gezagvoerder, Passagier en bemanning, niets meer is vernomen en het waarschijnlijk op de HollandscheKust met man en muis is vergaan;

Aangezien de gedaagden bij het verlaten hunner woonplaats geene volmagt tot het waarnemen hunner zaken hebben achtergelatenof orde op het beheer daarvan gesteld;

Aangezien de bij de wet gevorderde tijd is verloopen om een regtsgeding tot verklaring van hun vermoedelijk overlijden te voeren;

Aangezien de eischers belang hebben dat door regterlijk vonnis worde verklaard, dat er regtsvermoeden van het overlijden van bovengenoemde KLAAS GEUCHIE SAP en zijn dochter CATHARINA SAP bestaat sedert den zeven-en-twintigsten November 1800 drie-en-zestig, zijnde de dagteekening waarop het laatste berigt van hen is ingekomen;       

Dat zij alsnog in persoon of door iemand van hunnentwege van hun aanwezen doen blijken, den gedaagden tevens aanzeggend, dat ingeval noch de gedaagde noch iemand voor hen op deze derde dagvaarding mogt opkomen, en alzoo niet behoorlijk van hun aanwezen mogt blijken, door de eischers zal worden geconcludeerd, dat bij vonnis van de Arrondissements-Regtbank voornoemd zal worden verklaard, dat er regtsvermoeden van der gedaagden overlijden bestaat, en zulks sedert den zeven-entwintigsten November 1800 drie-en-zestig, met veroordeeling der gedaagden in de kosten van het regtsgeding.

En heb ik Deurwaarder, exploit doende en sprekende als is gezegd, aan elk der gedaagden afschift gelaten van dit exploit, waarvan de kosten zijn in debet.

(Geteekend) G.C.STOELLER

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

K.G.Sap was met vlagnummer 92 lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” in de periode 02 februari 1855 t/m zijn royement wegens vermissing in 1865. Ten tijde van de inschrijving was hij gezagvoerder van de schoener “Johanna Jacoba”, varend voor de Nederlandsche Kofschip Reederij te Amsterdam. Hij is als vermist vermeld sedert november 1863.^064a

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op14 april 1855 de storting van f 15,- door kapitein K.G.Sap als entreegeld voor lidmaatschap van het college.^064b

 

De schepen van de kapitein

In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat K.G.Sap als gezagvoerder^064a:

• 1855 t/m 1859; 1861 schoener “Johanna Jacoba”            boekhouder Ned. Kofschip Reederij te Amsterdam

 

Vermelding van vertrek en aankomst te Amsterdam⁰⁹³

Naam kapitein                    Naam schip                               vertrek                                       aankomst

K.G.Sap                                Joanna Jacoba                         29 september 1860                 19 maart 1861

 

Bouma⁰²⁵ vermeldt K.G.Sap als gezagvoerder gedurende:

*   1843 t/m 1853 op de kof “Johanna Jacoba”, gebouwd in 1831 te Amsterdam, 120 ton o.m., varend voor de Nederlandsche Kofschip Reederij te Amsterdam. Het schip voer in 1854 voor W.Vis & Co te Zaandijk en was herdoopt in “Jonge Jacob”;

*   1854 t/m 1864 van de sch.kof “Johanna Jacoba”, gebouwd in 1853 te Sappemeer, 129 ton o.m., varend voor de Ned. Kofschip-reederij, Dir. C.A.Schröder te Amsterdam. Het schip werd in 1864 vermist.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Familiegegevens en opleiding

Ulm Pot werd volgens aantekening uit de bijbel geboren/gedoopt op 02/05 november 1797 te Oude Pekela als zoon van de zeeman Ebbe Tjarks Pot en Korneliske Hindriks (Wind).

Ulm trouwde op 14 december 1824 te Oude Pekela als zeeman met de diensmeid Anna Alberts Tap, geboren/gedoopt op 29 december 1798/06 januari 1799 te Oude Pekela als dochter van de schipper Albert Harmansius/Harmannus Tap en Hillechien Klaassens/Hillegijn Klazens. Anna overleed op 31 maart 1881 te Winschoten, 83 jaar,weduwe.

Ulmt Pott overleed op 22 maart 1879 te Winschoten, 81 jaar, rustend kapitein

 

Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen vermelden Ulm/Ulmt Pot als zeeman in 1824, 1838, als schipper in 1830, 1831, 1834, 1836, 1855, 1863 en als winkelier in 1866.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

U.E.Pot(t) was met vlagnummer 32 in de periode 1851 t/m 1873 effectief lid van het zeemanscollege “De Trouw” te Oude Pekela¹¹².

In 1851 wordt als zijn schip genoemd de “Anna Arendina”⁰²¹.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma ⁰²⁵ vermeldt U.E.Pot als gezagvoerder gedurende:

*    1828 t/m 1839 van de smak “Vrouw Anna”, gebouwd in 1810, bouwplaats niet vermeld, 74 ton o.m., geen vermelding van eigenaar, varend vanuit Pekela. Het schip werd 3 maal te Harlingen geregistreerd komend van Danzig en Noorwegen. Het werd geveild te Amsterdam;

*    1838 t/m 1845 van de tjalk “Vertrouwen”, gebouwd in 1831, 56 ton o.m., varend voor J.Corver & C^o te Amsterdam;

*    1845 t/m 1850 van de kof “Vertrouwen”, gebouwd in 1845 te Veendam, 102 ton o.m., varend voor J.Corver te Amsterdam. Het schip zonk in 1850 bij Arendsburg (Ösel);

*    1853 t/m 1860 van de galjoot “Anna Arendina”, gebouwd in 1851 te Pekela, 130 ton o.m., varend voor W.W.Pott te Pekela. Het schip werd in 1860 overzeild en zonk;

*    1863 t/m 1865 van de kof “Vertrouwen” (ex-Broederliefde), gebouwd in 1844 te Wildervank, 95 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar, geregistreerd te Winschoten.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

07 juli 1845, kof “”Vertrouwen”, kapitein Ulm Ebbes Pott uit Oude Pekela.

24 februari 1852, schip “Anna Arendina”, kapitein Ulm E.Pott uit Oude Pekela.

10 januari 1854, schip “Anna Arendina”, kapitein Ullem E, Pott uit Oude Pekela.

11 september 1858, schoenergaljoot “Anna Arendina”, kapitein Ulmt Ebbes Pott.

23 augustus 1862, kof “Vertrouwen”, kapitein Ulm Ebbes Pot uit Winschoten.

 

Krantenberichten

Na aanzeiling door een Noorse bark op 15 april 1860 in de Noordzee gezonken. De ANNA ARENDINA was onderweg met zout van Liverpool naar Nerva. De opvarenden werden in Londen geland.

 

Amsterdamsche Courant 14 december 1844¹¹⁴

Amsterdam, 13 december. Het schip het VERTROUWEN, kapt. Pott, van hier naar Termunterzijl, is, volgens brief van de kapitein in dato 9 dezer, bij Holvert (opm: Holwerd, Friese noordkust) aan de dijk in het ijs bezet geraakt, doch met adsistentie van drie man aan de dijk gehaald, zodat hetzelve vrij van ijsgang was; nog rapporteert kapt. Pott, dat op het Oostereind van Ameland waren zittende een Hamburger ewer en een kof.

 

Nadere bijzonderheden

Provinciale Groninger Courant 11 september 1829¹¹⁴

Kapt. U.E. Pot, voerende het smakschip de VROUW ANNA, van Noorwegen te Delfzijl binnen, heeft 3 mijl bewesten Helgoland, in een zinkende staat gevonden het tjalkschip de VROUW GELIDA, kapitein Martinus Lourens, met eikenhout van Hamburg naar Sappemeer bestemd en daarvan de kapitein, zijn vrouw en 5 kinderen, benevens de stuurman geborgen en te Delfzijl aangebracht.

 

Algemeen Handelsblad 31 maart 1834¹¹⁴

….Uitgezeild:….Naar Terschelling gezeild: VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Glückstad.

 

Algemeen Handelsblad 02 april 1834¹¹⁴

…Uitgezeild:…Naar Terschelling gezeild: VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Glückstad.

 

Algemeen Handelsblad 08 april 1834¹¹⁴

….Terschelling, 3 april….DE VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, naar Hamburg

 

Rotterdamsche Courant 15 mei 1834¹¹⁴

Rotterdam, 14 mei. De schepen DE DRIE GEBROEDERS, kapt. Schröder, van Hamburg naar Rotterdam, JANTINA HENDRIKA, kapt. W.H. Ketelaar, van Hamburg naar de Nieuweschans, DE VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, van Hamburg naar Temuntenzijl en MARGARETHA ELIZABETH, kapt. J.B. de Groot, van Hamburg naar Petersburg, zijn, volgens brief van Cuxhaven van de 4^e dezer, aldaar binnengelopen…..

 

Rotterdamsche Courant 23 april 1835¹¹⁴

De schepen DE VROUW ANNA, kapt. U.E. Pot, van Meppel en SOPHIA ALIDA, kapt. J.A. Hansen, van Koningsbergen, beide naar Amsterdam, te Delfzijl binnen, zijn gereed om hun reizen voort te zetten.

 

Provinciale Groninger Courant 01 januaria 1841¹¹⁴

In het Sleeswijk Holsteinse Kanaal liggen ingevroren 55 schepen, waaronder:

Bij Holtenau: GOEDE HOOP, kapt. Oostra, van Danzig naar Holland; JOHANNES, kapt. Lenger, van Riga naar Bremen; GESINA, kapt. De Boer, van Memel naar Bremen; ALIDA, kapt. Goossens, van Stettin naar Bremen; VERTROUWEN, kapt. Pott, van Stettin naar Rouen; MARGARETHA AGNES, kapt. Bakker, CERES, kapt. Rotgers, DIANA, kapt. Tobbens, alle drie onbeladen…..

 

Provinciale Groninger Courant 02 april 1841¹¹⁴

Gepasseerd: Te Rendsburg de 23^e maart JOHANNA, kapt. Visser, van Emden naar Demmin; de 25^e maart VRIENDSCHAP, kapt. De Vries, van Groningen naar Straalsund; JOHANNES, kapt. Lenger, van Riga naar Bremen; ALIDA, kapt. Goossens, HET VERTROUWEN, kapt. Pott, beide van Stettin naar Rouen; GESINA, kapt. De Boer, van Memel naar Bremen. ….

 

Algemeen Handelsblad 11 maart 1842¹¹⁴

Advertentie. Schepen in lading:….

Naar Hamburg en Altona. Het Nederlands schip HET VERTROUWEN, kapt. U.E. Pott.

Adres bij Blikman en Comp…..

 

Amsterdamsche Courant 14 december 1844¹¹⁴

Amsterdam, 13 december. Het schip het VERTROUWEN, kapt. Pott, van hier naar Termunterzijl, is, volgens brief van de kapitein in dato 9 dezer, bij Holvert (opm: Holwerd, Friese noordkust) aan de dijk in het ijs bezet geraakt, doch met adsistentie van drie man aan de dijk gehaald, zodat hetzelve vrij van ijsgang was; nog rapporteert kapt. Pott, dat op het Oostereind van Ameland waren zittende een Hamburger ewer en een kof.

 

NRC 12 oktober 1849¹¹⁴

Harlingen, 7 oktober. De schepen het VERTROUWEN, kapt. Pott, van Amsterdam naar St. Petersburg, en ZEELUST, kapt. de Boer, van Oudsoen herwaarts gedestineerd, zijn alhier binnengebracht, het eerste met verlies van anker en ketting en het tweede met verlies van de vleet.

 

NRC 16 januari 1850¹¹⁴

Croonstad, 1 januari. Alhier overwinteren de volgende Nederlandse schepen: JONGE AGATHA, kapt. Zeilinga, AUKJEN, kapt. Teensma, GROOT LANKUM, kapt. De Weerd Jz, en het VERTROUWEN, kapt. Pott.

 

NRC 04 november 1850¹¹⁴

Arendsburg (opm: Kuressaare), 21 oktober. Het Nederlands schip (opm: kof) VERTROUWEN, kapt. Poth (opm: U.E. Pott), van Hamburg naar Norrköping en Gefle bestemd, is, nadat het grootste gedeelte der lading bereids te Norrköping gelost was, op de 15^e dezer op onze kust gestrand. Het andere gedeelte der lading is doornat geborgen. Het schip is als wrak te beschouwen.

 

NRC 07 november 1850¹¹⁴

Rotterdam, 6 november. De equipage, bestaande uit vier man, de kapitein, zijn vrouw en dochter, van het Nederlandse kofschip VERTROUWEN, kapt. Pott, hetwelk bij Arensburg (opm: Kuressaare) gestrand is – zie ons nommer van 4 dezer – is geborgen en zal met de aldaar ter rede liggende Nederlandse schepen te huiswaarts keren.

 

Algemeen Handelsblad 13 januari 1851¹¹⁴

Oude Pekela, 11 december. Heden is met goed gevolg te water gelaten het galjootschip ANNA ARENDINA, gebouwd door de scheepsbouwmeester F.L. Drenth, hetwelk gevoerd zal worden door kapt. Ulm E. Pott onder directie van de heer Wds. W. Pott.

 

NRC 24 april 1860¹¹⁴

Amsterdam, 23 april. De Nederlandse galjoot ANNA ARENDINA, kapt. Pot (opm: U.E. Pott), van Liverpool naar Nerva (opm: het eiland Narva, 60º14’ N.B. 27º57’ O.L.), is de 15^e dezer in de Noordzee door een Noorse bark overzeild en gezonken, doch het volk gered en te Londen aangebracht.

 

 02 oktober 1865. NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant. Ramsgate, 29 september. Gisteren avond kwam alhier binnen de Nederlandse kof VERTROUWEN, van Sunderland naar Oporto bestemd. De stuurman (onder wiens bevel het schip hier binnen kwam), rapporteert dat de gezagvoerder Pot (opm: H.E. Pott) gisteren nacht door de kajuitspoorten in zee gesprongen en verdronken is. Men had de kajuit in de grootste wanorde bevonden en de wanden met bloed bemorst, zodat men veronderstelde, dat de kapitein zich eerst wonden heeft toegebracht.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma⁰²⁵ vermeldt A.F.Koops als gezagvoerder gedurende:

*    1867 t/m 1868 van de kof “Vertrouwen”, ex Broederliefde, gebouwd in 1844 te Wildervank, 95 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Veendam. Het schip werd in 1868 verlaten.

 

Overige bijzonderheden

Geen