Familiegegevens en opleiding
Cornelis van der Linden werd geboren te Katwijk op 21 februari 1808.
Hij huwde met Hanzina Albertina Schuil, geboren te Emden op 23 juni 1812.003
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
C.van der Linden, adres P.Blom, werd met vlagnummer 403 effectief lid van "Zeemanshoop" per 02 december 1834 op voorspraak van J.S.Okkers. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "Alcijon". Toegevoegd is "hon.lid geworden"002.
In de Algemene Ledenvergadering van het college Zeemanshoop van 25 november/02 december werd voorgedragen/benoemd tot effectief lid Cornelis van der Linden, oud 26 jaar, voerend de bark “Alcyon”, wonende te Rotterdam en met als adres de heer P.Blom op de Gelderse Kade te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.S.Okkes023
Hij werd deelnemer in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 december 1838 en heeft weer bedankt in 1844003.
C.van der Linden was met vlagnummer R154 in de periode 1830 t/m 1843 lid van het Rotterdamse zeemanscollege "Maatschappij tot Nut der Zeevaart"058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dde 28 oktober 1841 staat een brief van kapitein C. van de Linden met de mededeling dat hij is overgegaan naar een beroep aan land. Hij vraagt of hij deelnemer in het Fonds en effectief lid mag blijven. Het Bestuur gaat accoord.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 februari 1844 wordt C. van der Linden toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap. Hij verzocht eventueel in de toekomst weer als effectief lid te mogen intreden. Dat kan volgens het Bestuur alleen als daarbij de Reglementaire regels worden toegepast.042.
In de notulen van 26 maart 1844 staat vermeld dat C. van der Linden zijn diploma als effectief lid heeft teruggestuurd. Het Bestuur zal hem het diploma als honorair lid toezenden.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 02 april 1844 is toegestaan dat kapitein C.van der Linden zijn effectief lidmaatschap omzet in een honorair lidmaatschap.023
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
403 1835 bark Alcyon geen opgave
290 1836-1838 bark Alcyon C.& A.Vlierboom te Rotterdam
1839-1840 fregat Maasstroom idem
1841-1843 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt C.van der Linden als gezagvoerder gedurende:
* 1835 van de 2/msch Lynx”, gebouwd in 1830, bouwlocatie niet vermeld, 70 ton o.m., varend voor C.A.Vlierboom te Rotterdam;
* 1836 t/m 1839 van de bark/galjoot “Alcyon”, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 200 ton o.m., varend voor C.& A.Vlierboom;
* 1840 t/m 1842 van het 3/mschip “Maasstroom”, gebouwd in 1836 te Rotterdam, 657 ton o.m., varend voor C.& A.Vlierboom te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Uit de Rotterdamsche Courant 1838: "Het schip Alcyon, kapt. C.van der Linden van Havanna naar Rotterdam, is volgens brief van New-York van 26 Juny, den 23 dito met verlies van fokkemast en schade aan tuigagie door een loodsboot te Baltimore binnengesleept"026(37/148).
Op 17 november 1834 werd aan W.& J.Hoogendijk & Co te Capelle aan de IJssel een bijlbrief afgegeven voor de “Alcijon”. De naam van de kapitein was Cornelis van der Linden. Boekhouder C.& A.Vlierboom te Rotterdam.
Gegevens uit het Rijksarchief en ontvangen per e-mail dd 09 juli 2004 van de heer G.J.Mulder te Capelle aan de IJssel.
Familiegegevens en opleiding
Geen
De schepen van de kapitein
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein J.van der Kolff in 1836 als gezagvoerder van de (schoener)galjoot “Amphitrite” (gebouwd in 1835 te Rotterdam, 77 ton o.m.), varend voor J.Hudig te Rotterdam. Hij voer vanuit Rotterdam op Suriname
Van Sluijs013 en Bouma025 vermelden kapitein J.van der Kolff Wz in de periode 1837 t/m 1841 als gezagvoerder van de schoenerbrik “Equator” in 1837 te Rotterdam gebouwd, 150 ton o.m.. Het schip lag in 1839 in lading te Rotterdam voor Suriname. Van Sluijs meldt dat het schip in 1839 in Rotterdam in lading lag voor Suriname.
Dezelfde auteurs vermelden deze kapitein in 1842 als gezagvoerder van de bark “Nickerie” (gebouwd in 1830, 345 ton o.m.) varend voor Colin Campbell te Rotterdam. Tevens vermeldt van Sluijs013 dat in juni 1844 (geen bronvermelding) A.Gijsbert het gezag heeft overgenomen van “wijlen W.v.d.Kolff”, die dus kennelijk in 1844 is overleden.
Bouma025 vermeldt J.v/d Kolff Wz als gezagvoerder gedurende:
* 1837 t/m 1841 van de sch.brik “Equator”, gebouwd in 1837 te Rotterdam, 150 ton o.m., geen thuishaven en eigenaar genoemd;
* 1840 t/m 1842 van de bark/galjoot “Alcyon”, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 200 ton o.m., varend voor C.& A.Vlierboom. Het schip voer in 1843 voor N.J.de Cock in Rotterdam en was herdoopt in “” Anjien”.
Overige bijzonderheden
Handelsblad 01 april 1842 advertentie
“H.Montauban van Swijndregt, F.van Dam, F.N.Montauban van Swijndregt en W.van Dam H.H.Zoon, Makelaars te Rotterdam, zijn van meening op Dingsdag den 19den April 1842, des namiddags ten vier ure, in het Locaal op den hoek der Scheepmakershaven en Bierstraat, Wijk A No 458, publiek te veilen: Het snelzeilend Nederlandsch gebouwd, kopervaste en gekoperde Barkschip Nickerie, volgens Meetbrief lang 31,15 Ellen, Wijd 5,21 Ellen, hol 4,78 Ellen, en alzoo groot 345 Tonnen, met al deszelfs Rondhout, Staande en Loopend Want, Ankers, Kettingen, Touwen, Zeilen, Cronometer en verderen Inventaris, zoo als hetzelve thans is liggende in de Scheepmakershaven, nabij de Glashaven; zijnde inmiddels uit de hand te koop.”
"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:
26 november 1837 "... Heden gearriveerd captijn van der Kolff schoener Equator ... van Rotterdam".
20 december 1837 "... Heden vertrokken ... Captijn van der Kolff schoener Equator naar de Saramaka" (landstreek en riviermonding bij Boskamp ten W. van Paramaribo).
"De Drie Gebroeders" op de rede van Paramaribo057:
03 december 1839 "Heden arriveerde de schoener Equator kapt van der Kolff".
Familiegegevens en opleiding
Pieter Willems werd geboren op 16 augustus 1801 te Weener bij Hanover als zoon van Jan Willems en Obbina Pieters.
Hij trouwde op 04 januari 1832 te Rotterdam met Kaatje van der Spruit, geboren op 18 april 1811 te Rotterdam als dochter van Arie van der Spruit, molenaarsknecht, en Cornelis Krooswijk. Zij overleed op 22 september 1900.118 Pieter overleed op 16 december 1844 te Rotterdam aan de Posthoornsteeg nr. 446005.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.Willems (adres N.J.de Cock te Rotterdam) werd met vlagnummer 557 per 13 oktober 1840 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein H.Mulder, op verzoek van N.J.de Cock. Als zijn schip werd genoemd “de Cock”. Toegevoegd is “overleden in 1845” 002. Ten tijde van de inschrijving waren Willems en zijn vrouw 39 resp. 30 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons uit 1833 en 1835002a.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 06/13 oktober 1840 werd voorgedragen/benoemd Pieter Willems, oud 39 jaar, voerend de brik “De Cock”, wonend te Rotterdam en met als adres N.J.de Cock te Amsterdam, op voordracht van kapitein H.Mulder. Zijn vlagnummer werd 557.023
P.Willems was met vlagnummer R167 in de periode 1839 t/m 1846 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 januari 1845 vraagt de wed. P.Willems, geb. K. van der Spruijt om een uitkering. Deze wordt haar in de vergadering van 27 februari 1845 toegekend voor haar en 3 kinderen met ingang van 01 februari 1845.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 juni 1845 staat een lijst van kapiteins die in de periode 1844/45 zijn overleden, waaronde kapitein P.Willems met vlagnummer 557.042
In de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 maart 1845 werd per 01 februari 1845 een uitkering toegekend aan K.van der Spruyt, wed P.Willems, voor haar en haar 3 kinderen.023.
In het Jaarverslag 1849 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat in de Rekening van Ontvangst en Uitgaaf vermeld dat de weduwe P.Willems een uitkering krijgt van f 199,40,- voor onderstand en schoolgeld van haar en haar twee kinderen. In 1851 is de onderstand voor haar en één kind f 180,40, in 1855 eveneens voor haar en één kind f 171,- maar het schoolgeld nog maar voor 5 weken. In 1858 voor haar en één kind f 170,- en in 1859 gedaald voor haar en een maand voor één kind f. 151,67058.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
557 1840-1841 brik de Cock N.J.de Cock te Rotterdam
1842 geen vermelding van schip en boekhouder
1843-1844 galj. Anjien N.J.de Cock te Rotterdam
Bouma025 vermeldt P.Willems als gezagvoerder gedurende:
* 1841 van de brik “De Cock”, gebouwd in 1823 te Antwerpen, 177 ton o.m., varend voor N.J.de Cock te Rotterdam. Het schip is in 1842 verongelukt op reis van Manilla naar Batavia. (het is niet duidelijk of toen de laatste gezagvoerder ook kapitein P.Willems was)
* 1843 t/m 1845 van de bark/galjoot “Anjien” ex Alcyon, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 186 ton o.m., varend voor N.J.de Cock te Rotterdam. Het schip werd in 1846 herdoopt in “Elisa”.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.G.Borchers was met vlagnummer R253 in de periode 1849 t/m 1863 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart058
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In het Jaarverslag 1863 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat op hem “Art 37. van het reglement” is toegepast d.w.z. dat het College een einde aan zijn lidmaatschap heeft gemaakt, vanwege het niet nakomen van zijn financiële verplichtingen058.
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van het College staat kapitein H.G.Borchers met vlagnummer R253 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
- 1849, 1851 van de galj. “Eliza” 77 last varend voor de erve N.J. de Cock te Rotterdam
- 1855, 1858, 1859, 1862 geen vermelding van schip en reeder
H.G.Borchers was gezagvoerder van
- de schoener-kof “Elisa” (ex Anjien) (1846-1854, rederij N.J.de Cock te Rotterdam),
- de bark “Constance” (1856-1858, rederij de Cock, Hop & van Wijngaerdt te Rotterdam)
- de 2-mast schoener “Zeven Sterren” (1859-1860, rederij Ter Bruggen & Co te Rotterdam)013,025.
Bouma025 vermeldt H.G.Borchers als gezagvoerder gedurende:
- 1848 t/m 1854 op de sch.kof “Elisa” ex Anjien, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 145 ton o.m., varend voor N.J. de Cock te Rotterdam. Het schip werd in 1854 herdoopt in “Gier”;
- 1858 van de bark “Constance”, gebouwd in 1856 te Maassluis, 722 ton o.m., varend voor de Cock, Hop & van Wijgaerdt te Rotterdam;
- 1859 van de 2/m sch. “Zeven Sterren”(sic), gebouwd in 1856 te Hoogezand, 186 ton o.m., varend voor ter Bruggen & Co te Rotterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Lucas Jans werd geboren op 25 april 1816 te Texel als zoon van de schipper Jan Hindriks Dik en Aaltje Ottes Boiten.
Lucas trouwde op 26 december 1846 te Veendam als zeeman met Jacobje Jans Smit, geboren op 05 juli 1823 te Veendam als dochter van de scheepstimmerman Jan Hindriks Smit en Marchien Berends (Rubring). Jacobje overleed op 18 december 1893 te Oosterdiep/Veendam, 70 jaar, weduwe.
Lucas overleed op 26 november 1884 te Veendam. 68 jaar, zonder beroep. (Als geboorteplaats wordt opgegeven Zierikzee.)
Burgerlijke Stand archieven in de provincie Groningen vermelden Lusa als zeeman in 1846, als schipper in 1875 en zonder beroep in 1884.
Lidmaatschap van zeemanscollege(s)
L.J. Dik was effectief lid van het Veendammer zeemanscollege “Maatschappij tot Nut der Zeevaart’ met vlagnummer T4 resp. 91 in de periode 1853 t/m 1884
De schepen van de kapitein
Bouma025 vermeldt L.J.Dik als gezagvoerder gedurende:
* 1853 t/m 1855 van de kof “Jantina Annechiena”, gebouwd in 1848 te Veendam, 117 ton o.m., varend voor H.G.Sap te Veendam;
* 1855 t/m 1856 van de schoenerbrik “Gier” ex Elisa, ex Anjien, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam;
* 1857 t/m 1870 van de bark “Kaap Hoorn”, gebouwd in 1854 te Vlaardingen, 475 ton o.m., varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam. Het schip is in 1870 verkocht naar Duitsland;
* 1871 van de bark “Elly” ex Cheribon, gebouwd in 1857 te Vlaardingen, 752 ton o.m., varend voor Voorhoeve & Jelier te Rotterdam;
* 1873 t/m 1874 van het 3-mastschip “Rotterdam”, gebouwd in 1865 te Elshout, 756 ton o.m., varend voor Voorhoeve & Jelier te Rotterdam. Het schip werd als bark getuigd;
* 1876 t/m 1881 van het 3-mastschip “Rotterdam”, gebouwd in 1865 te Elshout, 756 ton o.m., varend voor Voorhoeve & Jelier te Rotterdam. Het schip voer in 1882 voor W.A. Huygens te Amsterdam en was herdoopt in “Willem”.
In de Naamijst van leden van het Veendammer zeemanscollege 1862, uitgegeven door de zeemanscolleges uit Wildervank en Nieuwe Pekela staat kapitein L.J.Dik als gezagvoerder van de “Kaap Hoorn” met vlagnummer T4/91.
In een overeenkomstige naamlijst van leden van het Veendammer zeemanscollege uit 1880 staat L.Dik als gezagvoerder van de “Rotterdam” met vlagnummer 91
De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen bevat:
10 juni 1833, schip “Vrouw Rika”, kapitein Rente Everts Zoutman, kok L.J.Dik, 17 jaar.
Overige bijzonderheden
L.J.Dik vertrok per 31 maart 1859 vanuit Nieuwediep met de “Kaap Hoorn” en 1 landmachtsoldaat naar Indië en arriveerde op 01 augustus 1859 na 123 dagen065.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
W.F.Leicher was met nummer R68 in de periode 1868 t/m 1885 lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Dit betekende dat hij wèl de maatschappijvlag mocht voeren, maar geen aanspraak kon maken op financiële tegemoetkomingen058.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
Geen
De schepen van de kapitein
In de Jaarverslagen van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat kapitein W.F.Leicher met vlagnummer R68 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:
* 1874 van de bark “Graafstroom” 399 last varend voor J.Smit Cz te Alblasserdam
* 1877, 1878, 1880 t/m 1883 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt W.F.Leicher als kapitein gedurende:
* 1857 op de kof “Hermanus” ex Geziena, gebouwd in 1839 te Sappemeer, 76 ton o.m., varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam;
* 1858 t/m 1860 op de schoonerbrik “Gier”, ex Elisa ex Anjien, gebouwd in 1834 te Capelle aan de IJssel, 145 ton o.m., varend voor P. van Rossem & Zn te Rotterdam. Het schip werd in 1860 gesloopt;
* 1861 t/m 1864 op de 2-mast schooner “Economie”, gebouwd in 1858 te Elshout, 208 ton o.m., varend voor J.Smit Cz te Alblasserdam;
* 1965 t/m 1872 op de bark “Petronella” ex Amalia Augusta, gebouwd in 1856 te Elshout, 755 ton o.m., varend voor J.Smit Cz te Alblasserdam;
* 1875 op de bark “Graafstroom”, gebouwd in 1858 te Alblasserdam, 600 ton o.m., varend voor J.Smit Cz te Alblasserdam.
Overige bijzonderheden
W.F.Leicher vertrok op 02 december 1869 van Brouwershaven met de “Petronella” en 1 landmachtofficier. Zijn aankomstdatum te Batavia is niet vermeld065.
De bark “ Petronella” onder kapitein S.F (sic) Leicher ariveerde in 1872 te Batavia en voer via de Pacific naar San Francisco, waar het op 10 september werd geregistreerd. De volgende melding was op 10 februari 1873 te Liverpool, dus via een ronding van Kaap Hoorn.121
|