Inloggen
CHRISTINA AGATHA - ID 10417


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1838-10-12 / 1862-11-17 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland

Identification Data

Bouwjaar: 1838
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Fregat
Masten: Three masts
Material Hull: Wood, sheathed with copper
Dekken: 2
Construction Data

Scheepsbouwer: Jeremias Meyjes & Zoon, werf de Witte Olyphant, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1837-00-00
Launch Date: 1838-06-23
Delivery Date: 1838-10-03
Technical Data

Gross Tonnage: 319.00 lasts
Gross Tonnage 2: 609.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 36.96 Meters Registered
Beam: 6.88 Meters Registered
Depth: 5.39 Meters Registered
Configuration Changes

Datum 00-00-184?
Type: Rigging changed
Omschrijving: De CHRISTINA AGATHA is in een nog onbekend jaar omgetuigd van fregat tot bark.
( Uit de kronieken komt naar voren dat het waarschijnlijk in 1843 omgetuigd is. )

Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1838
Datum agenda: 1838-10-12
Register nr: 18380586
Scheepsnaam: CHRISTINA AGATHA
Type: Fregat
Lasten: 319
Gebouwd in provincie: Noord Holland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Meijjes & Zonen, Jerem.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Fabius, G.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1838-10-03 CHRISTINA AGATHA
Manager: Firma Jeremias Meyjes & Zoon (ca.1830 Zoonen), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: Op 13 oktober 1862 in openbare veiling voor NLG 18.200,- verkocht naar Noorwegen.

Date/Name Ship 1862-10-13 CHRISTINA AGATHA
Manager:
Eigenaar:
Shareholder:
Homeport / Flag: Onbekend / Norway

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

bijlage bij acte 5 van 1838, fregat CHRISTINA AGATHA
eigenaren per primo oktober 1838:

firma Jeremias Meijjes & Zoonen, Amsterdam (boekhouders en 5/32e part)
Mevr. H. Groenemeijer, weduwe Gerben van Voorthuijsen, Amsterdam (4/32e part)
J.C. Fabius, Amsterdam (2/32e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (2/32e part)
firma Evert van Voorthuijsen & Zoonen, Amsterdam (2/32e part)
H.W. Oosthuys, Amsterdam (2/32e part)
firma Johannes Meijjes & Zoon, Amsterdam (2/32e part)
J. Fabius, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
H.J. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (1/32e part)
firma Löwe & Co., Amsterdam (1/32e part)
H. Brandt, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Brandt, Amsterdam (1/32e part)
C.L.W. van IJsendijk, Amsterdam (1/32e part)
L. Alma, Amsterdam (1/32e part)
A. Alma, Amsterdam (1/32e part)
firma Van IJsendijk & Corver, Amsterdam 1/32e part)
P. Knuttel, Amsterdam (1/32e part)
F.N. van Bern, Amsterdam (1/32e part)

Ship Events Data

1862-10-13: Sold at auction
Advertentie. H.J. Rietveld, C.A. Schröder, P. Blom, A. Roland Holst, C.S. Oolgaardt, A. Rocquette, J.F.L. Meijjes, en P.F.A. Luijtjes, makelaars, zullen op maandag 13 oktober 1862, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notaris F.W. Fabius verkopen een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, genaamd CHRISTINA AGATHA, gevoerd door kapt. W.L. Esink, lang 36 el 90 duim, wijd 6 el 73 duim, hol 5 el 36 duim, en alzo gemeten op 592 tonnen of 312 lasten. Breder omschreven bij biljetten en inventaris. Iemand nader onderricht begerende spreke met bovengemelde makelaars of met de cargadoors Jan Daniels & Zonen & Arbman.
1862-11-17: Sold to foreign country
Geveild te Amsterdam op 17 november 1862 het schip CHRISTINA AGATHA, kapt. Esink, 322 lasten, gebouwd in 1838, verkocht aan een Noorse rederij. (opm: niet verdoopt)
1867-06-00: Final Fate: Sunk

De CHRISTINA AGATHA is in de tweede helft van juni 1867, samen met vele andere schepen, in de Witte Zee verloren gegaan. (opm: waarschijnlijk door een combinatie van slecht weer en kruiend ijs)

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Gerhardus Fabius werd vlg. doopceel nr.1432 op 21 december 1806 te Lisse gedoopt. Zijn ouder waren Jan Christiaan Fabius, uit Amsterdam, gereformeerd, en Aagje van Voorthuysen, uit Amsterdam, gereformeerd. Bij de inschrijving op 02 oktober 1820 aan de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam waren de beide ouders nog in leven. De vader was toen predikant in Amsterdam. Gerhardus was 13¾ jaar, 5 voet lang en gevaccineerd. Vanaf 01 januari 1821 werden de vorderingen bijgehouden in 3-maandelijkse rapporten, warin de volgende bijzonderheden:

04 juli 1821                 "Een dag uitgeweest na Muyden. door zijn vader thuisgebragt, aan het blok". "een week thuisblijven".

13 september 1821    "op verzoek van de vader ontslagen"004(532/1432).

Gerhardus was blijkbaar een weerspannig knaapje. Ondanks dat heeft hij, blijkbaar via praktijkkennis, de kapiteinsrang bereikt.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

G.Fabius werd met nr.411 lid van Zeemanshoop per 12 juni 1838 op voorspraak van H.Wente. Zijn schip was de "Christina Agatha"002. Ten tijde van de inschrijving was hij 31 en ongehuwd. Hij is honorair lid geworden002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 05/12 juni 1838 werd als effectief lid ingeschreven Gerhardus Fabius, oud 31 jaar, voerend de “Christina Agatha”, wonend op de Keizersgracht bij de Hartenstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein H.Wente023.

 

G.Fabius was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1838 t/m 1843 met vlagnummer 411. Hij werd in 1843 honorair lid.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dde 15 juni 1843 wordt G.Fabius toegestaan over te gaan van het effectieve naar het honoraire lidmaatschap.042.

 

In de notulen van 27 juni 1843 van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat het bedanken van de effectieve leden P.Bruining, G.Fabius en H.J.van Maldeghem, terwijl zij tegelijk als honorair lid werden toegelaten.023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        411                       1838-1841     fregat               Christina Agatha                                  J.Meyjes & Zn

                                           1842           geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt G.Fabius als gezagvoerder gedurende:

*    1839 t/m 1842 op het 3/m schip “Christina Agatha”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 609 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

De Kweekschool voor de Zeevaart (opgericht in 1785) leverde tot 1829 zowel kader aan de koopvaardij als de marine. De meeste adelborsten bleven na hun opleiding meestal bij de marine. "Er (zijn) ook leerlingen geweest die pas na het verlaten van de Kweekschool bij de zeemacht in dienst traden als adelborst. Een bekend voorbeeld van zo'n ex-kwekeling die op latere leeftijd voor de marine koos en alsnog adelborst werd, was Gerhardus Fabius (1806-1888)".

Uit: Marc A.van Alphen - "Aanvullende bronnen voor onderzoek naar het varend marinepersoneel (circa 1600 - 1850). Jaarboek 1998. Centraal Bureau voor Genealogie. 52:111-136, p.120.

 

Klaas Teylaar werd per 05 oktober 1838 vanuit de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam als ligtmatroos geplaatst op het schip de Christina Agatha onder kapitein G.Fabius voor een reis van Amsterdam naar Batavia. Hij keerde op school terug per 31 augustus 1839004-532/1760.

 

G.Fabius verzorgde per 07 december 1840 vanuit Nieuwediep met de Christina Agatha een troepentransport van 4 officieren. Hij arriveerde op 12 maart 1841 te Batavia na 95 dagen058.

 

Op vrijdag des 22 juni 1838 des namiddags ten half 2 ure zal in Amsterdam het koopvaardijschip Christina Agatha, 322 last, gebouwd op de werf de Witte Olyfant in de Kleine Kattenburgerstraat, toebehorende aan de Heeren Jeremias Meyes & Zonen, van stapel loopen en zal gevaren worden door kapitein G. Fabius.

Bron: www.grotezeilvaart.nl

 

  1. Fabius was lid van de parlementaire enquettecommissie van de “Enquete omtrent den Toestand van de Nederlandsche Koopvaardijvloot 1874-1875”.Dit komt tot uiting in een interview met de houtkoper en reder J.H.Meihuizen te Wildervank dd 19 augustus 1874 in vraag 5115 waar Fabius zegt:

“Ik ben geruime tijd in China geweest. Toen lagen daar veel Hollandsche schepen, en hadden wij nog al veel lasst van aanwerving van onze matrozen door Amerikanen, die veel volk tekort kwamen. …”

 

 

Datum vanaf: 1838
Kapitein: Fabius, Gerhardus
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Olfert Lap werd geboren te Hollum op 22 augustus 1801 als zoon van Pieter Jents Lap en Aagje Olferts Oomes. Het gezin was Nederduits Hervormd.

Hij trouwde op 02 april 1827 te Ameland met Grietje Folkerts Visser, geboren/gedoopt op 30 april/19 mei 1805 te Hollum, Ameland als dochter van Folkert Jacobs Visser en Etje Jacobs. Het gezin was eveneens Nederduits Hervormd. Grietje was diensmeid en op latere leeftijd rederes van een klein vissersvaartuig. Zij overleed op 21 november 1870 te Hollum en werd begraven aldaar op 24 november 1870.

Olfert overleed op 19 juni 1854 aan boord van de bark “Christina Agatha” op reis van Java naar Amsterdam “aan verval van krachten en bijkomende zenuwinzinkingskoorts”. Het schip bevond zich toen ter hoogte van de Westereilanden, de huidige Engelse Kanaaleilanden. Zijn lichaam werd aan boord gebalsemd en op 08 juli 1854 te Hollum begraven. Op de steen op zijn graf staat dat zijn graf niet geopend mag worden.

Kapitein Lap was een gezaghebbend man. In de Leeuwarder Courant van 1854, nr. 58 staat het volgende:

“Zijn dood is niet alleen voor de nagelaten betrekkingen, maar vooral ook voor de vele ingezetenen van Ameland, in het bijzonder voor het dorp Hollum een gevoelig en moeilijk te herstellen verlies. De vaderlandsche koopvaardij heeft in hem een braven en algemeen beminde gezagvoerder, de maatschappij een zeer nuttig lid en dit eiland een waardig en oprecht, edel en veel nut stichtend burger verloren.

De nagedachtenis van dezen braven man, die alle rangen der zeedienst doorlopende, alleen door eigen verdienste en braafheid tot gezagvoerder opklom, die van nederigen afkomst zijnde, nimmer vergat wie hij geweest was, die door daden en opofferingen toonde een algemeene menschenliefde te bezitten zal, bij alle en goede menschen blijven voortleven. Eere zij zijn nagedachtenis.”

Voorts is bekend dat kapitein Lap zeer bevriend was met de onderwijzer Dijkstra van de zeevaartschool te Nes. In een brief staat het volgende:

“Deze kapitein, een man die door ieder bemint en geacht wordt, en zelfs in Amsterdam en den Haag beschermers en vrienden heeft – die de roem is van Ameland – zal niet nalaten zijn geschonden eer, door alle hem ten dienste staande middelen te doen eerbiedigen”. (dit sloeg op een verkiezingskwestie).

Een andere brief n.a.v. een sollicitatie van Dijkstra was ook geschreven en als eerste ondertekend door O.P.Lap. Hij was de voorman van een groep vooraanstaande ingezetenen van het eiland..

Op 18 februari 1830 werden Olfert en Grietje ingeschreven als lidmaat van de Nederduits Hervormde kerk te Hollum met een attest vanuit Amsterdam.

(gegevens van Pieter Jan en Tineke Borsch te Ameland –2006/2007 en van Tresoar)

 

Op het kerkhof van Hollum op Ameland staan grafstenen met de volgende tekst:

                            Rustplaats van den Heer OLVERT PIETERS LAP in leven koopvaardij Kapitein, Echtgenoot van GRIETJE FOLKERTS VISSER Geboren den 22 Augustus 1801  Overleden den 19 Junij 1854.”

                            Daaronder staat “Dit graf mag niet geopend worden”.

en

                            “Hier rust in de hoope der opstanding GRIETJE FOLKERTS VISSER Echtgennot van OLFERT PIETERS LAP

                            geboren den 30 April 1805  overleden den 21 November 1870.”

 

In Hollum op Ameland is een straat vernoemd: “Olfert Pieter Lapstraat gezagvoerder Koopvaardij 1801-1854”.

 

Leeuwarder Courant 21 juli 1854

Ameland, 9 Julij

Gisteren had hier eene vooral wegens de daaraan verbonden gevolgen, zeer aandoenlijke plegtigheid plaats. Het stoffelijk overschot van den heerr O.P.Lap, in leven gezagvoerder op het Nederlandsche barkschip Christina Agatha, op de terugreis naar het vaderland omstreeks de Wester-eilanden overleden, werd te Hollum, de geboorte- en woonplaats van den overledenen, ter aarde besteld. Eene buitengewone talrijke schare, van vrienden en hoogachters des overledenen, uit de onderscheidene dorpen des eilands bijeen gekomen volgden den lijkstoet, ten einde den algemeen geachten medeburger de laatste eer te bewijzen. – Zijn door is niet alleen voor de nagelatene betrekkingen, maar vooral ook voor zeer vele ingezetenen van Ameland, inonderheid van het dorp Hollum, een gevoelig en moeijelijk te herstellen verlies. De vaderlandsche koopvaardij heeft in hem eenen braven en algemeen beminden gezagvoerder, de maatschappij een zeer nuttig lid en dit eiland een waardig, opregt, edel en veel nut stichtend burger verloren. De gedachtenis van dezen braven man, die alle rangen der zeedienst doorloopende, alleen door eigen verdienste en braafheid tot gezagvoerder opklom – die, van nederige afkomst zijnde, nimmer vergat wie hij geweest was –die, door daden en opofferingen, toonde eene algemeene menschenliefde te bezitten, zal, bij alle edele en goede, menschen, die hem hebben gekend, nog lang in gezegend aandenken blijven, Eere zij zijner gedachtenis.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

O.P.Lap werd met vlagnummer 615 effectief lid van "Zeemanshoop" per 11 januari 1842 op voorspraak van G.Fabius. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "Christina Agatha". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving waren Lap en zijn vrouw 40 en 37 jaar. Ingeschreven staan 2 zoons uit 1840 en 1841, en 4 dochters uit 1830, 1833, 1834 en 1838002a.

In de Algemene Vergaderingen van 04/11 januari 1842 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Olfert Pieters Lap, oud 40 jaar, voerend het fregat “Christina Agatha”, wonend aan boord aan de werf Witte Kruis te Amsterdam, op voordracht van kapitein G.Fabius.023

 

O.P.Lap was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1842 t/m 1854 met vlagnummer 615.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 september 1854 wordt aan de weduwe van kapitein O.P.Lap een uitkering toegekend voor haar en 2 kinderen met ingang van 01 augustus 1854.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van 24 oktober 1854 staat dat aan de weduwe van kapitein O.P.Lap per 01 augustus 1854 een uitkering is toegekend voor haar en 2 kinderen 023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       615                        1842-1852     fregat               Christina Agatha                                  Jerem.Meijjes & Zn

                                      1853-1854     bark                 Christina Agatha                                  idem

 

Bouma025 vermeldt O.P.Lap als gezagvoerder gedurende:

*    1843 t/m 1854 van het fregat “Christina Agatha”, van stapel op 19 juni 1838 op de werf van J.Meijjes & Zn “De Witte Olyphant” te Amsterdam, 609 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam. Bouma geeft aan dat kapitein Lap in 1854 is overleden.

 

Overige bijzonderheden

In het blad “Ons Element”, 3de Jaargang, 1924, p.539-540 staat een artikel van W.J.Mets onder de titel “Uit Vroeger Tijd”. Daarin vertelt hij over een oude schipper C. van der Sterre. Het is niet duidelijk waar deze van der Sterre woonde, maar vermoedelijk op Texel. Hij was “inklaarder” geweest, en in die functie vervoerde hij wel vrouwen en kinderen van scheepskapiteins, die op één van de Waddeneilanden woonden, naar huis als het schip op de Texelse reede gelicht werd. Een opmerking in het artikel is:

“En er woonden veel kapiteins op Ameland, Terschelling en Texel, zoodat we heel wat reizen, met hun vrouwen en kinderen hebben gemaakt.

Eens hebben we een reis gemaakt met het lijk van een kapitein aan boord, die bij Kaap de Goede Hoop was gestorven.

Kapitein Lap, zo heette hij, had men niet overboord willen zetten. Men had een goed dicht gebreeuwde en gepekte kist vervaardigd, daarin het lijk gelegd en toen verder de kist gevuld met arak.

Deze sombere last hadden ze toen naar Ameland gebracht waar ze, met de vlag halfstok, aankwamen. “

 

Op 09 november 1847 vertrok van Batavia het fregat "Christina Agatha" onder kapitein O.P.Lap, verbleef van 05-06 januari 1848 te St.Helena en arriveerde 26 februari 1848 te Texel na een reis van 108 dagen026(38/299).

 

In het Sorgdragermuseum te Hollum op Ameland is een prent van de “Christina Agatha”:

3 mast schip. Aan de fokkemast vlag van Amsterdams Zeemanscollege met Nr 615. Aan de grote mast vlag met naam van het schip. Aan de bezaanmast rode vlag met de letters J.MZ. (jJeremias Meijjes & Zn)

Tekst onder de prent: “Christina Agatha van Amsterdam Gevoerd door: Kpt O.P. Lap 1847”

(gegevens van P.J.Borsch te Ameland – e-mail 19 februari 2006

 

Amsterdamse Courant 02 juli 1844

Door de Ned. Handel-Mij zijn, voor deze maand, bevracht de onderstaande bodems, als:

Voor Amsterdam: …. CHRISTINA AGATHA, …..

 

NRC 120252

Advertentie. T. der Kinderen, Jan Corver, H.J. Rietveld, C.A. Schröder en B.D. Bosscher, makelaars, zullen op maandag 1 maart 1852, des avonds ten 6 uur, in de Nieuwe Stads-Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notarissen Commelin & Weyland, verkopen:

- 1/64 Aandeel in het fregatschip CHRISTINA AGATHA, gevoerd door kapt. O.P. Lap.

Breder volgens inventaris, en bericht bij bovengemelde makelaars of cargadoors B.D. Bosscher.

 

NRC 14 april 1852

Advertentie. G.J. Roland Holst, F. der Kinderen, Jan Corver, H. Salm, H.I. Rietveld, P.C. de Gijselaar, C.A. Schröder, B. Bakker Wz, P. Blom en G.J. Boelen, makelaars, zullen op maandag de 17e mei 1852, des avonds ten half zes ure te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg, aan het IJ, ten overstaan van de notaris F.W. Fabius verkopen:

-  1/32 part in het gekoperd barkschip CHRISTINA AGATHA, kapt. O.P. Lap gemeten op 321 lasten.

 

NRC 18 april 1852

Rotterdam, 20 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn heden bevracht de volgende 32 schepen:

Voor Amsterdam: …CHRISTINA AGATHA, kapt. O.P. Lap; …

 

NRC 280653

Rotterdam, 27 juni. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn op heden bevracht de navolgende 35 schepen, als:

Voor Amsterdam: ….. CHRISTINA AGATHA, kapt. O.P. Lap; ….

 

Leeuwarder Courant 21 juli 1854

Ameland, 9 juli. Gisteren had hier een vooral wegens de daaraan verbonden gevolgen zeer aandoenlijke plechtigheid plaats. Het stoffelijk overschot van de heer O.P. Lap, in leven gezagvoerder op het Nederlandse barkschip CHRISTINA AGATHA, op de terugreis naar het vaderland omstreeks de Wester-eilanden (opm: Azoren) overleden, werd te Hollum, de geboorte- en woonplaats van de overledene, ter aarde besteld. Een buitengewoon talrijke schare van vrienden en hoogachters des overledenen uit de onderscheiden dorpen des eilands bijeen gekomen, volgden de lijkstoet ten einde de algemeen geachte medeburger de laatste eer te bewijzen. Zijn dood is niet alleen voor de nagelaten betrekkingen, maar vooral ook voor zeer veel ingezetenen van Ameland, inzonderheid van het dorp Hollum, een gevoelig en moeilijk te herstellen verlies. De vaderlandse koopvaardij heeft in hem een brave en algemeen beminde gezagvoerder, de maatschappij een zeer nuttig lid, en dit eiland een waardig, oprecht, edel en veel nut stichtend burger verloren. De gedachtenis van deze brave man, die, alle rangen der zeedienst doorlopende, alleen door eigen verdienste en braafheid tot gezagvoerder opklom, die, van nederige afkomst zijne, nimmer vergat wie hij geweest was, die door daden en opofferingen toonde een algemene mensenliefde te bezitten, zal bij alle edele en goede mensen, die hem hebben gekend, nog lang in gezegend aandenken blijven. Ere zij zijner gedachtenis.

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Lap, Olfert Pieters

Familiegegevens en opleiding

Wigbold Gerardus Visser werd geboren ca 1787 te Veendam als zoon van de dagloner Gerardus Berends Visser en Willemtje Berends Veldhuis.

Hij trouwde op 24 april 1817 te Veendam als schipper met de wollenaaister Dina Jans Joosten, geboren ca 1796 te Veendam als dochterr van Jan Simons Joosten en Sijke Geerts. Zij overleed te Veendam op 24 juni 1839, 43 jaar.

Wigbold overleed op 09 april 1849 te Veendam, 62 jaar.

 

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.G.Visser als gezagvoerder gedurende:

*   1825 t/m 1828 van de kof “Goede Hoop”, gebouwd in 1824, bouwlocatie niet vermeld, 59 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar, thuishaven niet vermeld.

 

In de reeks monsterrollen van het Gemeentearchief van Amsterdam wordt Wigbold Gerardus Visser 1 maal vermeld als gezagvoerder van “De Goede Hoop”.

 

Overige bijzonderheden

Provinciale Groninger Courant 01 juni 1819114

Door het Hertogelijk Holstein Oldenburgsch landgeregt daartoe verzocht, brengt de schout der gemeente Veendam hierdoor ter kennis van alle de genen, welke daarbij belang mogten hebben, de navolgende bekendmaking, door hetzelfde landgerecht aan hem schout ingezonden:

"Het wordt hiermede aan een ieder bekendgemaakt, dat het Tjalkschip de JONGE DINA genaamd, groot 17 lasten, behorende aan schipper Wisbold (opm: vermoedelijk Wigbold) Gerhardus Visser, van Veendam, in Groningerland, thans op de Weser, bij Elsfleth liggende, met al deszelfs toebehoren in Hauerken -huis, te Elsfleth voornoemd, 10 juli aanstaande, openlijk aan de meestbiedende verkocht zal worden. Aan al die genen, welke vermenen mochten, om enige redenen een aanspraak of vordering op voornoemd tjalkschip te hebben, worden door deze opgeroepen om zulks voor 6 juli aanstaande behoorlijk op te geven, als zijnde die dag de uiterlijk betaalde termijn, op poene (opm: straffe) van vertrek.

Veendam, 31 mei 1819                                    T.J. Giezen,

schout voornoemd

 

Rotterdamsche Courant 31 juli 1821114

Te Rotterdam in lading liggende schepen naar:

Aan de Beurten naar:

Antwerpen: het schip LIVINA IZABELLA, kapt. J. Zeijlmans; vertrekt den 25 dezer.

Idem: het Schip de ZEVEN GEBROEDERS, kapt. G. Lamot, vertrekt den 28 dezer.

Idem: het Schip VROUW ROZINA, kapt. P. Hensen, vertrekt den 1 augustus.

Brussel: het schip MARIA DOROTHEA, kapt. W. Kemp; vertrekt den 31.

     Adres bij de Commissarissen Geerling en Ooms, in de Korte Wijnstraat

Brugge, Ostende, en ook voor de goederen naar Nieuwpoort, Veurne en omliggende plaatsen: het Beurtschip de VROUW CORNELIA, kapt. P. de Dood, om den 31 te vertrekken.

Leuven en Mechelen: het Beurtschip de GOEDE HOOP, kapt. W. Visser.

Duinkerken: het Beurtschip JOHANNA CORNELIA, kapt. A. Seeuwen.

               Adres bij de Commissaris N.J. Kelk en de Wed. Beijerman, de Posthorensteeg, wijk B

 

 

VISSER, W.J.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.J.Visser als gezagvoerder gedurende:

*   1855 van het schip “Onderneming”, geen vermelding van type, bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Het schip was in 1855, op weg van Amsterdam naar Hamburg met stukgoed, te Harlingen bijgelegd vanwege ijsgang.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VISSER, WIEBE JACOBS

Familiegegevens en opleiding

Wijbe Jacobs Visser werd geboren op 14 mei 1796 te Schiermonnikkoog als zoon van Jacob Wijbes Visser en Geertje Harmanus Visser.

Hij trouwde op 27 februari 1823 te Schiermonnikoog als scheepsgezagvoerder met Betje Sierps Wouter, geboren op 12 juli 1798 te Schiermonnikoog als dochter van Sierp Jans Wouter en Lollina Hendriks de Groot. Zij overleed te Schiermonnikoog op 07 september 1830.

Wijbe Jacobs hertrouwde op 04 december 1839 te Schiermonnikoog als koopvaardijschipper met Grietje Ytjes Post, geboren op 17 augustus 1800 te Ameland als dochter van Ytje Jans Post en Antje Ennes Dijkstra. Zij overleed te Schiermonnikoog op 11 september 1878.

Wijbe Jacobs overleed te Schiermonnikoog op 18 januari 1870.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.J.Visser was met vlagnummer 4 in de periode 1859 t/m 1863 (dus vanaf de oprichting) lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Vertrek en aankomst te Amsterdam093

Naam kapitein                                 Naam schip                                      vertrek                              terugkomst

W.J.Visser                                         Vriendschap                                    13 juni 1862                     27 augustus 1862

 

Bouma025 vermeldt W.J.Visser als gezagvoerder gedurende:

*         1836 t/m 1864 op de kof “Vriendschap” ex Jonge Juffrouw Sara, gebouwd in 1804 te Stavoren, 230 ton, varend voor P.Scheffer & Zn te Amsterdam;

           In de periode 1858/1859 heeft volgens Sweys kapitein H.W.Visser het gezag over dit schip gevoerd, eveneens voor P.Scheffer & Zn te Amsterdam;

*         1864 op de schoenerbrik “Sara”, gebouwd in 1838 te Emden, 294 ton varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In de reeks monsterollen in het Gemeentearchief van Amsterdam wordt Wiebe Jacobs Visser 5 maal genoemd als gezagvoerder van de “Vriendschap”;

 

 

VISSER, WIEBE WIEBESZ.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

W.W.Visser was van 1882-1893 kapitein van het houten fregat “Heemse”, in 1861 gebouwd als “India Packet” door J.Smit te Alblasserdam, 680/758 ton, varend voor J.& J.Vinke, Vinke & Co (1883-1888) en Vinke & Co (1888-1892). Het schip is voorjaar 1893 bewesten Faro, Zweden, door ijsgang gezonken052.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VISSER, WIEBE WIEBESZ.

Familiegegevens en opleiding

Wiebe Wijbes Visser werd geboren te Schiermonnikoog op 10 september 1840 als zoon van Wijbe Jacobs Visser en Grietje Ytjes Post.

Hij trouwde op 19 januari 1865 te Schiermonnikoog als scheepsgezagvoerder met Catharina Maria Teensma, geboren op 30 augustus 1841 te Schiermonnikoog als dochter van Lourens Pieters Teensma en Reintje Pieters Colle. Zij overleed op 18 juni 1909 te Amsterdam op de leeftijd van 67 jaar.

Wiebe overleed te Amsterdam op 08 januari 1918 op de leeftijd van 77 jaar.

 

Portretten van Wiebe Wiebesz Visser en Catharina Maria Teensma staan op p. 71 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.W.Visser was met vlagnummer 4 in de periode 1864 t/m 1918 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “Zeemanshoop”.

Hij was met vlagnummer 13 in de periode 1877 t/m 1893 lid van het Helderse zeemanscollege “Goede Bedoeling”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.W.Visser als gezagvoerder gedurende:

*         1865 op de schoonerbrik “Sara”, gebouwd in 1838 te Emden, 294 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam.

           Handelsblad: “Amsterdam 14 september 1865. Volgens telegram van Nerva van 12 september was aldaar bij zwaren storm van 12 september onder meer ter reede gestrand het schip SARA, kapitein W.Visser, volk gered.”;

           “Nerva 19 september 1865. Het schip SARA kapitein Visser dat alhier is gestrand is afgekeurd en zal verkocht worden.” (Hoedemaker).

*         1867 t/m 1869 op de galjoot “Zwaluw”, gebouwd in 1864 bij W.Pattje & Zn te Waterhuizen, 94 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;

*         1871 t/m 1881 op de bark “Heemse” ex Koning Willem II, gebouwd in 1843 op de werf “De Hoop” van J.Meijjes & Zn te Amsterdam, 724 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;

*         1881 op de bark “Egbert & Nicolaas” ex Landbouw, gebouwd in 1856 bij J.Smit te Papendrecht, 607 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;

*         1882 t/m 1888 op de bark “Heemse” ex India Packet, gebouwd in 1861 bij J.Smit Cz te Alblasserdam, 710 ton, varend voor J.& J.Vinke te Amsterdam;

*         1889 t/m 1893 op hetzelfde schip maar nu varend voor Vinke & Co te Amsterdam.

           Zeetijdingen 25 mei 1893: “bewesten Faro door het ijs gez.” (Sweys).

           Er wordt geen W.W.Visser meer vermeld in de Staat der Nederlandse Zeemacht en Koopvaardij t/m 1905.

 

Overige bijzonderheden

De Dorpsbode 38(24):1984.Bijdrage 12 sSchiermonnikoog meldt nog de volgende bijzonderheden:

 “In 1853 moet hij (=W.W.Visser) gevaren hebben op de bark Hellevoetsluis, dragende 335 lasten, gebouwd in 1853, van de rederij J.B.’t Hooft en T.C.Dekking Dura in Dordrecht.

Bovenstaande gegevens worden gegeven met enig voorbehoud, althans van vóór 1859. De naam Visser is in de zeevaart zo algemeen, en er zwerven in die jaren 7 Nederlandse schepen op zee met de naam Vrienschap, dat het moeilijk is om vast te stellen wie bij welk schip hoort”.

De bark “Hellevoetsluis” wordt door Bouma wel vermeld (gebouwd in 1853 bij Gips te Dordrecht, 631 ton, varend voor J.B.’t Hooft & Déking Dura te Dordrecht), maar de eerste kapitein van 1853 t/m 1863 is W.J.Vos. Een W.W.Visser wordt niet genoemd.

 

 

VISSER, WILLEM

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

“Goede Hoop”

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 18 maart 1819114

Te Rotterdam in lading liggend naar:  

Leuven en Mechelen, het schip de GOEDE HOOP, kapt. Willem Visser, om binnen tien dagen te vertrekken.

Adres bij de Commissaris en Bestelmeester Walop en de Weduwe Beyerman, op de Zuidblaak, B. No. 18, of Wijnhaven, B. No. 253.

 

Rotterdamsche Courant 28 september 1819114

In lading liggend te Rotterdam naar:

Aan de Beurten:

Leuven en Mechelen: het Beurtschip de GOEDE HOOP, kapt. Wm. Visser. Adres bij de bestelmeester en Commissaris Walop en de Wed. Beyerman, op de Wijnhaven, Wijk B, No. 233. ….

 

 

VISSER, YSBRAND REMKESZ.

Familiegegevens en opleiding

IJsbrand Remkes Visser werd geboren te Schiermonnikoog op 26 oktober 1793 als zoon van Remke Willems en Sijtje IJsbrands.

Hij trouwde op 18 december 1817 te Oostdongeradeel als zeeman met Stijntje Harmens Smids, dochter van Harmen Klases Smids en Froukje Harmens Zij overleed te Schiermonnikoog op 18 november 1874.

IJsbrand Remkes overleed te Schiermonnikoog op 30 december 1860.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

IJ.R.Visser was met vlagnummer 16 in de periode 1859 t/m 1860 (dus vanaf de oprichting) lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

     Bouma025 vermeldt Y.R.Visser als gezagvoerder gedurende:

     *   1859 van de kof “Vriendschap”, gebouwd in 1835 te Hoogezand, 62 ton o.m. varend voor C.Pauw te Edam;

     *   1860 t/m 1862 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.P.Pauw te Edam. Het schip is in 1862 op Terschelling verongelukt.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VISSER, HENDRIK de

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.de Visser werd met vlagnummer 617 per 27 maart 1855 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein K.Haasnoot. Als zijn schip is genoemd de “Christina Agatha”. Toegevoegd is “overleden” 002.

In de Algemene Vergaderingen van 20/27 maart 1855 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Hendrik de Visser, oud 31 jaar, voerend de bark “Christina Agatha”, voor rekening van Jerem. Meijjes & Zn te Amsterdam, op voordracht van kapitein K.Haasnoot.023.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer              jaren               type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      617                       1855               bark                Christina Agatha                                 Jerem.Meijjes & Zn

 

Bouma025 vermeldt H. de Visser als gezagvoerder gedurende:

*   1856 van het fregat “Christina Agatha”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 609 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam. Bouma vermeldt dat de kapitein in 1856 is overleden en werd vervangen (kennelijk tijdens de reis) door ene Timmer (geen initialen vermeld).

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VISSINGA, H.R.

zie ook bij Vissenga

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt H.R.Vissinga als gezagvoerder gedurende:

*   1856 t/m 1863 van de sch.kof “Geziena Jantina”, gebouwd in 1855 te Sappemeer, 105 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip is in 1863 verongelukt;

     Bouma acht de spelling Vissenga de juiste. Dat betekent dat bovenstaand vermelding naar kapitein H.R.Vissenga moet worden overgebracht.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VISSINGA, J.

zie ook bij Vissenga

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.Vissinga als gezagvoerder gedurende:

*   1859 van de kof “Elsiena Annette”, gebouwd in 1841, bouwlocatie niet vermeld, 63 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Groningen. Het schip is in februari gezonken in de Noordzee;

*   1861 van de kof “Hoogezand”, gebouwd in 1860 te Hoogezand, 68 ton o.m., varend voor E.H.Meursing te Hoogezand.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

VITRINGA COULON, PIER J.E.R.

Familiegegevens en opleiding

Pier Vitringa Coulon werd per 29 augustus 1846 als leerling "ingenomen" door de Kweekschool voor de zeevaart te Amsterdam. Hij werd geboren te Leeuwarden op 10 januari 1833. Zij ouders waren Aemilius Vitringa Coulon, med.doct., overleden, en Nieske Zeper te Deinum (Fr.). Toeziend voogd was Pieter Kouman Schmeding, koopman te Leeuwarden. Het kostgeld werd betaald door F.Brink Wz, Herengracht bij de Wolvenstraat te Amsterdam. De vorderingen werden bijgehouden in een drie-maandelijkse rapportage over de periode 1847-1849 van de vakken zeevaartkunde, schoolonderwijs (nederlands, frans en engels), scheepswerk en tekenen. Voorts is vermeld:

" 4 Augs 1848 bekomt den Prijs in de Teekenkunst, zijnde Een cahier met teekeningen

20 Decr 1848 aangenomen tot lidm. der nederl.Herv.Gemeente door Do de Voogd

3 April 1849 gepl. als Jongen op het schip Cornelia Henriette Capt.Gollard naar Batavia voor Amsterdam; Gagie ¦8,-

19 Nov. 1849 terug van de reis met goed attest

18 febr. 1850 gepl. als ligtmatroos op het schip Plancius Capt.Rotgans naar Batavia voor Amsterdam. Gagie ¦10,-

0 Julij 1851 terug van de reis met goed attest

9 dito eervol ontslagen004(533/2095.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.Vitringa Coulon uit ‘s Gravenhage werd met vlagnummer 790 per 04 maart 1862 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein P.Huidekoper. Als zijn schip is genoemd de “Macassar” 002. Ten tijde van de inschrijving was Vitringa Coulon 29 jaar002a.

In de notulen van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 25 februari/04 maart 1862 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd P.Vitringa Coulon, oud 29 jaar, wonende te ’s Gravenhage, voerend de bark “Macassar”, voor rekening van Harmens & Zn te Harlingen, op voordracht van kapitein P.Huidekoper.023.

 

P.Vitringa Coulon werd per 06 maart 1862 met vlagnummer H36 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Macassar". Verdere gegevens ontbreken028-fol.097.

Hij was met vlagnummer H36 lid van het College in de periode 1862-1874034.

 

  1. Vitringa Coulon was met vlagnummer R158 in de periode 1865 t/m 1874 effectief lid voor de vlag van het Rotterdamse zeemanscollege Maatschappij tot Nut der Zeevaart. Hij was derhalve gerechtigd de Maatschappijvlag te voeren, maar had geen recht op financiële tegemoetkomingen058.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1874 van de Maatschappij tot Nut der Zeevaart (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat hij in 1874 voor het lidmaatschap voor de vlag heeft bedankt.058.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

      790                       1862-1868    bark                Macassar                                              Harmens & Zn te Harlingen

                                     1869-1870    brik                  Batoe Bassie                                        idem

                                        1871          geen vermelding van schip en boekhouder

                                     1872-1878    bark                Zeenymph                                           L.'t Hoen & Co te Rotterdam

                                        1879          geen vermelding van schip en boekhouder

 

lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036

vlagnummer   periode     type          naam van het schip                                                            boekhouder/reder

H36/A790/     1861-1867 bark          Macassar (ex Amicitia)                                                     Harmens & Co, Harlingen

   R518

                            1870       brik           Batoe Bassie (ex Machtilda & Simonette)                     Harmens & Co, Harlingen

                          1872-1874 bark          Zeenymph (ex Spirit of the Day)                                     L.'t Hoen, Rotterdam

 

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat P. Vitringa Coulon met vlagnummer R158 als geagvoerder in de ledenlijsten van058:

*   1865 t/m 1867     van de bark “Macassar”                        173 last    varend voor Harmens & Zonen te Harlingen

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

P.Vitringa Coulon                 Macassar                           31 maart 1862                       26 februari 1863

                                                 Macassar                           24 maart 1865                       24 maart 1866

                                                 Macassar                           12 oktober 1867                   geen melding

 

Bouma025 vermeldt P.Vitringa Coulon als gezagvoerder gedurende:

*   1862 t/m 1868 op de bark “Macassar” ex Amicitia, gebouwd in 1849 te Amsterdam, 328 ton o.m., varend voor Harmens & Zn te Harlingen. Het schip werd in 1868 verkocht in Nederl. Oost Indië;

*   1871 op de brik “Batoe Bassie” ex Machtilda Simonetta, gebouwd in 1864 te Drammen, 325 ton o.m., varend voor Harmsen & Zn te Harlingen;

*   1873 t/m 1876 op de bark “Zeenymph” ex Sprit of the Day, gebouwd in 1859 te Belfast, 484 ton o.m., varend voor L.’t Hoen te Rotterdam.

 

Overige bijzonderheden

De Harlinger Courant dd 04 december 1874 bevat in de rubriek Scheepstijdingen het volgende bericht.096:

Uitgegaan.

“Macassar 28 Nov. Zeenymph, P.Vitringa Coulon, Rotterdam.”

 

Zierikzeesche Courant 09 maart 1864

Op 07 maart 1864 is te Brouwershaven gearriveerd de “Macassar”, kapt. P.Vitringa Coulon, komend van Macassar op weg naar Rotterdam. Als passagiers waren aan boord de heer H.Holz, controleur 1e kl. met twee bedienden.

 

 

Datum vanaf: 1855
Kapitein: Visser, Wigbold Gerardus

Familiegegevens en opleiding

Willem Louis Esink werd geboren te Amsterdam op 06 maart 1820, ’s morgens 09 uur als zoon van Paulus Esink, zilversmit, en Christina Magdalena Sara Martineau.

 In het Bevolkingsregister van Amsterdam 1850 staatWillem Louis Esink als wonende op de Haarlemerstraat (Haarlemerdijk) nr. 34. Zij beroep is zeeman

Hij trouwde op 15 november 1849 te Buiksloot met Elisabeth Antonetta Bols, geboren 04 september 1826 te Amsterdam als dochter van Willem Bols en Johanna Maria van Setten

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

W.L.Esink werd met nr.850 lid van Zeemanshoop per 15 juli 1851 op voorspraak van S.Veenstra. Zijn schip was de "Jan van Brakel"002. Ten tijde van de inschrijving was Esink 31 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van 08/15 juli 1851 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Willem Louis Esink, oud 31 jaar, voerend de bark “Jan van Brakel”, op voordracht van kapitein S.Veenstra.023

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren                       type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         850                      1851-1853                 bark                  Jan van Brakel                                     Jerem.Meijjes en Zn

         457                      1854-1855                 bark                  Jan van Brakel                                     idem

                                      1856-1861                 bark                  Christina Agatha                                  idem

                                           1862                       geen opgave van schip en boekhouder

                                      1863-1868                 bark                  Herman de Ruiter

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

W.L.Esink                    Christina Agatha                                 06 mei 1861                                          09 augustus 1862

                                      Herman de Ruijter                              22 mei 1863                                          11 juni 1864

                                      Herman de Ruijter                              28 september 1864                              14 augustus 1865

                                      Herman de Ruijter                              01 augustus 1867                                 08 augustus 1868

 

Bouma025 vermeldt W.L.Esink als gezagvoerder gedurende:

*    1852 t/m 1856 van de bark “Jan van Brakel” gebouwd in 1849 te Amsterdam, 327 ton o.m., varend voor Jeremias Meijjes & Zn te Amsterdam;

*    1857 t/m 1862 van het fregat “Christina Agatha”, gebouwd in 1838 te Amsterdam, 609 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam. Het schip werd in 1862 verkocht naar Noorwegen;

*    1864 t/m 1869 van de bark “Herman de Ruyter”, gebouwd in 1851 te Amsterdam, 601 ton o.m., varend voor Jerem. Meyjes & Zn te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Op 08 mei 1861 werd Louis Willem Binkhorst als ligtmatroos geplaatst op de “Christina Agatha” onder kapitein Eesink (zal Esink zijn) met bestemming Batavia vanuit Amsterdam004(533/2414)(zie ook bij Binkhorst).

 

 

Datum vanaf: 1856
Kapitein: Esink, Willem Louis

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1838-10-05
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: CHRISTINA AGATHA
Schipper: Fabius, Gerhardus
Scheepstype: fregat
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen
Afbeeldingen


Omschrijving: CHRISTINA AGATHA rompmodel
Collectie: particuliere collectie, niet gespecificeerd
Vervaardiger: Esman, M.T.J.A. (Marius)

Omschrijving: CHRISTINA AGATHA aquarel gemaakt in 1839, kapitein G. Fabius (vlagnummer 411)
Collectie: Nederlands Scheepvaart Museum - Amsterdam
Vervaardiger: Teupken Sr., Dirk Antoon (1801-1845)
Onderwerp: Zeeopname

Omschrijving: CHRISTINA AGATHA, aquarel gemaakt in 1847, kapitein O.P. Lap (vlagnummer 615). Schilderij hangt in de stijlkamer van het Sorgdragerhuis in Ameland.
Collectie: particuliere collectie, niet gespecificeerd
Vervaardiger: Onbekend
Onderwerp: Havenopname
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1838.5

DVD - XI - 206
BIJLBRIEF

Naam schip CHRISTINA AGATHA


plaats en datum acte bijlbrief, Amsterdam, 2 oktober 1838

type schip fregat

bouwwerf/verkoper Jerems. Meijjes & Zoonen, scheepsbouwmeesters te Amsterdam, werf De Witte Olijphant, aan de Kleine Kattenburgerstraat

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper voor eigen rekening der scheepsbouwmeesters

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 609 tonnen (meetbrief Amsterdam, 30 augustus 1838)

tuigage / aantal dekken twee dekken

afmetingen 36,96 x 6,88 x 5,39 meter

kiellegging 1837

tewaterlating 23 juni 1838

plaats / datum registratie Amsterdam, 3 oktober 1838

nummer van registratie deel 46, folio 54, recto, vak 7.

notaris verklaring voor burgemeester van Amsterdam

prijs NLG.

bijzonderheden



researcher/datum research: ML / 170708

Naam CHRISTINA AGATHA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1838
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1838.5
foto IMG 1916 - 1919

CEDULE

Naam schip CHRISTINA AGATHA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 8 oktober 1838

type schip fregat

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. G. Fabius

grootte in tonnen 319 lasten

tuigage / aantal dekken drie masten, twee dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 8 oktober 1838

nummer registratie deel 36, folio 57, verso, vak 2

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren en ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868
De eed wordt afgelegd door Jan Fredrik Arbman, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.

1838.10.12 Eerste zeebrief voor een fregat CHRISTINA AGATHA, kapt. G. Fabius

researcher/datum research: ML / 040616



bijlage bij acte 5 van 1838, fregat CHRISTINA AGATHA
eigenaren per primo oktober 1838:

firma Jeremias Meijjes & Zoonen, Amsterdam (boekhouders en 5/32e part)
Mevr. H. Groenemeijer, weduwe Gerben van Voorthuijsen, Amsterdam (4/32e part)
J.C. Fabius, Amsterdam (2/32e part)
J.J. van Voorst, Amsterdam (2/32e part)
firma Evert van Voorthuijsen & Zoonen, Amsterdam (2/32e part)
H.W. Oosthuys, Amsterdam (2/32e part)
firma Johannes Meijjes & Zoon, Amsterdam (2/32e part)
J. Fabius, Amsterdam (1/32e part)
Wed. D. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
H.J. Bloemen, Amsterdam (1/32e part)
firma P.& S. Rendorp, Amsterdam (1/32e part)
firma Löwe & Co., Amsterdam (1/32e part)
H. Brandt, Amsterdam (1/32e part)
J.C. Brandt, Amsterdam (1/32e part)
C.L.W. van IJsendijk, Amsterdam (1/32e part)
L. Alma, Amsterdam (1/32e part)
A. Alma, Amsterdam (1/32e part)
firma Van IJsendijk & Corver, Amsterdam 1/32e part)
P. Knuttel, Amsterdam (1/32e part)
F.N. van Bern, Amsterdam (1/32e part)

ML / 040616

Naam CHRISTINA AGATHA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1838
Toegang 198
Inventaris 3168

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Noord-Hollands Archief/Haarlem
Omschrijving: BIJLBRIEF: Noord-Hollands Archief - Haarlem / Archiefnummer Amst.198.3179-1838.5