Inloggen
AGATHA - ID 10415


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1830-07-30 / 1833-05-29 | Reden uitgevlagd: Verkocht naar het buitenland
Onder Nederlandse Vlag tussen:1834-02-03 / 1851-00-00

Identification Data

Bouwjaar: 1830
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Material Hull: wood, sheathed with zinc
Construction Data

Scheepsbouwer: Harm Jans van der Werff, Appingedam, Groningen, Netherlands
Launch Date: 1830-00-00
Delivery Date: 1830-07-12
Technical Data

Net Tonnage: 88.00 lasts
Net Tonnage 2: 106.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 29.08 Meters Registered
Beam: 4.85 Meters Registered
Depth: 2.59 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1830
Datum agenda: 1830-07-30
Register nr: 18300581
Scheepsnaam: AGATHA
Type: Kof
Lasten: 88
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Nap, H.H.
Plaats: Groningen
Kapitein op moment van verzoek: Spijkman, K.L.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1830-07-12 AGATHA
Manager: Harm Harms Nap e.a., Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Harm Harms Nap e.a., Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands

Date/Name Ship 1833-05-07 DER ADLER
Manager: Mr. Christoffel Meijer Nap e.a., Kniphausen, Kniphausen
Eigenaar: Mr. Christoffel Meijer Nap e.a., Kniphausen, Kniphausen
Shareholder:
Homeport / Flag: Kniphausen / Kniphausen

Date/Name Ship 1835-00-00 AGATHA
Manager: Mr. Christoffel Meijer Nap e.a., Groningen, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Groningen, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Groningen / Netherlands

Date/Name Ship 1851-00-00 AGATHA
Manager: Harm van der Schuur, Delfzijl, Groningen, Netherlands
Eigenaar: Harm van der Schuur, Delfzijl, Groningen, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Delfzijl / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

In  januari 1839 werd in openlijke veiling ter verkoop aangeboden:
1/32e  Aandeel in het kofschip AGATHA, kapt. K.L. Spijkman.


Op 5 febr. 1851 wordt de AGATHA publiek verkocht. De verkopers (tezamen eigenaren) zijn:

1. mr. Christoffel Meijer Nap, advocaat en boekhouder en reder van schepen ter vracht, wonende te Groningen;

2. Hindrik Alberts Oldenburger, scheepskapitein, wonende te Pekela;

3. Johannes Hendericus van Calker, opzigter van den waterstaat, wonende te Delfzijl;

4. mr. Johannes Potter van Loon, procureur, wonende te Appingedam;

5. Egbert Jan Portier Koning, substituut griffier bij de arr. rechtbank te Appingedam, wonende aldaar;

6. Evert Jans Mulder, houtzaagmolenaar, wonende te Tjamsweer;

7. Titia Scholtens, zonder beroep, weduwe van Hindrik Berends Smedes, wonende te Nieuweschans;

8. Georg Palmer Houwerzijl, predikant, wonende te Tjamsweer;

9. Jan Sinnighe Damsté, predikant, wonene te Bellingwolde;

10. mr. Fokko Sijtzes Reiding van Lijphart, Ridder Militaire Willemsorde en officier van justitie bij de arr. rechtbank te Appingedam;

11. Rempt Meinderts Hoekstra, logementhouder, wonende te Appingedam;

12. Aukens Jans Smaal, koopman, wonende te Delfzijl;

13. Klaassien Nanning Dijkhuizen, zonder beroep, wonende te Appingedam, weduwe van  Frikke Derks Nanning;

14. Jacob Hermans, heelmeester, wonende te Loppersum;

15. Harmen Klaassen Glas, deurwaarder bij de arr. rechtbank te Appingedam, wonende te Loppersum;

16. Thomas Adrianus Romein, predikant, wonende te Scharmer;

17. mr. Elias Dull, eigenaar, wonende te Groningen;

18. Jhr. Mr. Willem Alberda van Ekenstein, eigenaar, wonende op den huize Ekenstein onder Tjamsweer;

19. mr. Petrus Lambertus de Gavere, advocaat, wonende te Groningen;

20. Johan Frederik Willem Veeren, kapitein ter infanterie, wonende te Groningen;

21. de firma van de Heeren Barteld Onnes en Zoon, kooplieden, wonende te Groningen;

22. Rienko Tonnis Tiddens, koopman, wonende te Groningen;

23. Hendrik Bolte, koopman, wonende te Groningen;

24. Jan Solkes Tromp, zeehandelaar, wonende te Woudsend;

25. de firma van de Heeren André en Compagnie, cargadoors, wonende te Rotterdam;

 

Ship Events Data

1838-10-20: Op 20 oktober 1838 is de AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, te Helsingör, door zware schade als gevolg van een aanvaring, binnengesleept.
1850-04-01: Op 1 april 1850 is de kof AGATHA, kapt. H.A. Oldenburger, lek en met gebroken mast Fahrsund binnengelopen.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Klaas Luigies Spijkman werd geboren op 06 december 1803 te Groningen als zoon van de commissionair Abraham Spijkman en de vroedvrouw Grietje Luiges.

Hij trouwde op 06 januari 1830 te Appingedam als zeeman met Ludgerdina Harms van der Werf, geboren te Appingedam ca 1805 als dochter van de scheepstimmerman Harm Jans van der Werf en Trijntje Hitjes Amsinga. Ludgerdina overleed te Appingedam op 21 juli 1834, 29 jaar

Hij hertrouwde op 15 februari 1838 te Groningen met Anna Maria Kortrijk, gedoopt op 03 juni 1808 te Groningen als dochter van de schipperr Jacob Jans Kortrijk en Zwaantje Derks. Anna overleed op 18 mei 1881 te Groningen, 72 jaar

De BS van Amsterdam meldt het overlijden op 05 mei 1855 van Anna Hillegina Spijkman, 6-jarige dochter van Klaas Lugies Spijkman en Anna Maria Kortrijk, geboren en wonende te Groningen.

Er is geen overlijden van Klaas Lugies Spijkman te Amsterdam gevonden.

Burgerlijke Stand gegevens vermelden Klaas Spijkman als zeeman in 1830, als schipper/scheepskapitein in 1838, 1840, 1842, 1843, 1845, 1848, 1861, 1868, 1869.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

K.L.Spijkman was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 23 uit de periode 1834 t/m 1860.

K.L.Spijkman was effectief lid van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendracht” met vlagnummer 44 in de periode 1838 t/m 1858.

 

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In een buitengewone vergadering van het Groninger zeemanscollege “De Groninger Eendragt” op 23 december 1840 werden kapiteins die vanwege het hoge kasgeld zich niet als gewoon lid wilden laten inschrijven de gelegenheid geboden als buitengewoon zeevarend lid toe te treden. “Die mogelijkheid – via een op 20 februari van hetzelfde jaar genomen besluit tot stand gekomen – werd door 16 kapiteins aangegrepen”, waaronder K.L.Spijkman op de “Juliana Louisa”.101.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt K.L.Spijkman als gezagvoerder gedurende:

  • * 1833 t/m 1835 van de kof “Agatha”, gebouwd in 1826, bouwlocatie niet vermeld, 195 ton o.m., varend voor H.H.Nap te Groningen;
  • * 1838 t/m 1839 op hetzelfde schip en voor dezelfde reder;

Bouma meldt een K.Spijkman als gezagvoerder van 1834-1839 op de “Vrouw Agatha”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Het schip werd 1 maal te Harlingen geregistreerd komend van Memel. Ik ga er van uit dat dit hetzelfde schip is.

  • * 1842 t/m 1848 van de kof “Juliana Louisa”, gebouwd in 1840 te Groningen, 120 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;
  • * 1849 t/m 1858 van de 2-mastschoener “Juliana Louisa”, gebouwd in 1848 te Groningen, 123 ton o.m., varend voor Bunge & Co te Amsterdam.

 

In de ledenlijsten van “De Groninger Eendracht” vermeld in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart van 1842 t/m 1855 staat K.L.Spijkman met vlagnummer 44 als gezagvoerder van de “Juliana Louiza”

 

Monsterrol 1827-24, 16 november 1827, kof “Sara Anna Cornelia”, schipper Tonnijs L.Hofkamp, geen leeftijd en woonplaats vermeld. Voorts stuurman Klaas Tonnijs Hofkamp, geen leeftijd vermeld uit Hoogezand, bootsman Klaas L.Spijkman, geen leeftijd vermeld uit Appingedam, kok, 3 matrozen, lichtmatroos en een koksmaat/ kajuitwachter.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1830
Kapitein: Spijkman, Klaas Luigies
Overige informatie: Klaas Lugies Spijkman: * Groningen 06.12.1803, † Smolensk 02.09.1859. Eerste huwelijk te Appingedam op 06.01.1830 met Ludgerdina Harms van der Warf. * circa 1805, † Appingedam 21.07.1834. Tweede huwelijk op 15.02.1838 te Groningen met Anna Maria Kortrijk

Familiegegevens en opleiding

Henricus Heikema werd geboren op 05 november 1812 te Appingedam als zoon van Pieter Coerts Heikema en Hermina Jacobs Smit.

Hij trouwde op 25 januari 1843 te Appingedam als koopvaardijkapitein met Margertha Hoving, geboren op 01 juni 1812 te Appingedam als dochter van de touwslager Jan Popkes Hoving en Anje Eisses. Zij overleed op 05 augustus 1871 te Riga, 59 jaar.

Hindrikus Pieters overleed op 25 maart 1875 te Groningen, 62 jaar.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.P.Heikema was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” uit Delfzijl met vlagnummer 57 in de periode 1849 t/m 1862.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt H.P.Heikema als gezagvoerder gedurende:

*    1841 t/m 1847 van de kof “Agatha”, gebouwd in 1826 te Pekela, 160 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;

*    1848 t/m 1855 van de kof “Emilie”, gebouwd in 1847 te Groningen, 112 ton o.m., varend voor Bunge & Co te Amsterdam. Het schip voer in 1856 voor J.Goedkoop te Amsterdam en was herdoopt in “Noordstar”;

*    1856 t/m 1864 van de brik-galjoot “Emilie”, gebouwd in 1855 te Hoogezand, 174 ton o.m., varend voor Bunge & Co te Amsterdam. Het schip is in 1864 verongelukt bij Rio Grande;

*    1865 t/m 1870 van de sch.brik “Astrea” ex Jonkvrouw Geertrui, gebouwd in 1849 te Joure, 184 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam;

*    1871 t/m 1875 op hetzelfde schip maar nu varend vanuit Appingedam.

 

Monsterrollen uit het Gemeentearchief van Delfzijl

Monsterrol 1868-70, 01 oktober 1868, schoener “Astrea”, kapitein Henricus Pieters Heikema, 33 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Albert Johannesz Kuiper, kok, matroos, lichtmatroos en een scheepsjongen;

Monsterrol 1871-46, 25 juni 1871, schoener “Astrea”, kapitein Hendrik P.Heikema, 58 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Wilhelm Heinrich Matthias Funk, 33 jaar uit Walle (D), kok, matroos, lichtmatroos en een scheepsjongen;

Monsterrol 1872-34, 16 maart 1872, schoener “Astrea”, kapitein Henricus Pieters Heikema, 59 jaar uit Appingedam. Voorts stuurman Jan Pieter Teerling, 49 jaar uit Borkum (D), kok, 2 matrozen, lichtmatroos en een scheepsjongen;

 

Overige bijzonderheden

Het Fries Scheepvaartmuseum en Oudheidskamer verkreeg in 2007 twee gouaches door Jacob Spin van het schip “Jonkvrouw Geertrui”. Het ene toont het schip op een kalme zee bij Texel. Op de achtergrond de vuurtoren van Texel en links de loodsboot Texel nr. 2. Het onderschrift op de prent is : “Jonkvrouw Geertrui. Kapt. N.A.Bouwen. Texel uitgaande.” Het andere schilderij laat hetzelfde schip zien, maar dan in vliegende storm. De zeilen zijn uit de lijken gewaaid en het schip lijkt reddeloos verloren. Het opschrift is “Jonkvrouw Geertrui. Kapt. N.A.Bouwen. Bezet bij Poortland.”.

“De schoenerbrik Jonkvrouw Geertrui van 120 last is in 1847 gebouwd op de werf van Hette Symon Geerts te Joure. In 1857 vestigde Eeltje Holtrop van der Zee zich op de werf. Opdrachtgever was de reder J.J.Rinkes te Joure. Op 25 april 1849 ging het schip te water en kreeg de naam Jonkvrouw Geertrui, genoemd naar een dochter van burgemeester P.B.J.Vegelin van Claerbergen van Haskerland. De naamgeving kan er op duiden dat Vegelin van Claerbergen nauw betrokken was bij de voorfinanciering van de bouwopdracht.

Het schip voer achtereenvolgens onder schipper J.A. de Boer (1849-1856), Kapt. N.A.Bouwen (1856-1864), kapt. H.P.Heikema (1864-1875) en kapt. J.Teerling (1875-1877) en tot slot onder gezag van kapt. O.H.Duit. Het schip werd in 1864 geveild en kwam toen in bezeit van Groningse reders.

Jaarboek 2007 Fries Scheepvaart Museum en Oudheidskamer

Uitg. Vereniging Fries Scheepvaart Museum te Sneek.. 84 p

 

 

Datum vanaf: 1840
Kapitein: Heikema, Henricus Pieters

Familiegegevens en opleiding

Hindrik Alberts Oldenburger werd geboren op 05 juni 1821 te Nieuwe Pekela als zoon van de koopman Albert Klaassens Oldenburger en Bonna Witkop.

Hindrik trouwde op 10 december 1844 te Nieuwe Pekela als zeeman met Zwaantje Berends Kappen, geboren te Nieuwe Pekela op 13 Mei 1821 als dochter van Berend Harm Kappen en Hinderkien Alberts Huibert.

Hindrik verging in januari 1853 met zijn schip de”Catharina Cornelia” met zijn vrouw.

]

Groninger Courant 14 juni 1853

“Na een geruimen tijd tusschen hoop en vrees verkeerd te hebben, moet ik eindelijk tot de overtuiging komen dat mijn zoon HENDRIK  A.  OLDENBURGER, oud 32 jaren, Gezagvoerder van het Kofschip Catharina Cornelia, met de geheele bemanning, waaronder zich bevond Echtgenoot ZWAANTJE KAPPEN, eveneens 32 jaren oud, en twee Kinderen, hun graf in de golven hebben gevonden, nalatend slechts één Kind, te jong om het groote verlies te beseffen. Hoe zwaar mij deze slag ook treft, wordt thans op nieuw mijn Moederhart geschokt, doordien mijn Zoon WILLEM OLDENBURGER, oud 30 jaren, Gezagvoerder  van het Kofschip Ceres, den 24sten September 1852 van Maimo en bestemd naar Umia, vertrokken zijnde , sedert al dien tijd niets van zich laat vernemen, zoodat ik mij ook hiervan wel overtuigd moet houden, met de geheele bemanning hun graf in de golven te zullen hebben gevonden.

Met een diep stilzwijgen staar ik mijne Kinderen en Kleinkinderen alzoo na, in de hoop, dat het vaste vertrouwen op Hem, wiens doen niets dan liefde is, mijne smart eenigzins zal lenigen; zullende een ieder beseffen, ho zwaar mij deze dubbele slag treft,

Diep bedroefd geef ik langs dezen weg hiervan aan Vrienden en Bekenden kennis

N.Pekela, 12 Junij 1853

BONNA WITKOP Wedw A.K. Oldenburger.

 

NRC 07 mei 1853

Londen, 2 mei. Aangaande de schepen JACOBUS BEGEMANN (opm: kof, bouwjaar 1845; kapt. Thomas Jans Rink), van Koningsbergen (opm: Kaliningrad) naar Yarmouth, de 22e december 1852 van Christiansand (opm: Kristiansand) vertrokken en CATHARINA CORNELIA, kapt. Oldenburger (opm: kof, bouwjaar 1839, kapt. Hindrik Alberts Oldenburger), van dito (opm: Koningsbergen) naar Salcombe, de 8e januari van Svinoer (opm: Svínáir, Faroer; zie GRC 261152 en NRC 310353 en 010453) vertrokken, heeft men sedert niets vernomen.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.A.Oldenburger was met vlagnummer R167 in de periode 1847/48 t/m 1854 effectief lid van het Rotterdamse zeemanscollege maatschappij tot Nut der Zeevaart058

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In het Jaarverslag 1855 van de Maatschappij (Maritiem Museum, Rotterdam) staat vermeld dat een kind van wijlen kapitein H.A.Oldenburger een uitkering heeft gekregen van 101,93. In 1858 en 1859 waren deze uitkeringen jaarlijks f105,40058.

 

De schepen van de kapitein

In de Jaarverslagen van de Maatschappij staat kapitein H.A.Oldenburger met vlagnummer R167 als gezagvoerder in de ledenlijsten van058:

1849                                                                  van de kof “Agatha”                                            geen last vermeld varend voor reeder Nap te Groningen

1851                                                                  van de kof “Catharina Cornelia”        49 last    varend voor C.M.Nap te Groningen

 

Bouma025 vermeldt H.A.Oldenburger als gezagvoerder gedurende:

*    1833 t/m 1846 van de kof “Vrouw Gerberdina”, gebouwd in 1833 te Pekela, 49 ton o.m., geen vermelding van thuishaven en eigenaar;

*    1848 van de kof “Agatha”, gebouwd in 1826 te Pekela, 160 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen;

*    1853 t/m 1857 van de kof “Catharina Cornelia”, gebouwd in 1839 te Groningen, 93 ton o.m., varend voor C.M.Nap te Groningen.

periode t/m 1857 klopt niet met de voorgaande vermelding over een uitkering in 1855 van een uitkering aan een kind van wijlen kapitein Oldenbur ger

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1847
Kapitein: Oldenburger, Hindrik Alberts

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1834-08-07
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: AGATA
Schipper: Spijkman, Klaas L
Scheepstype: kof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Overige afbeeldingen


Omschrijving: De AGATHA
Vervaardiger: Onbekend
Algemene informatie

1830

Op 30 juni 1830 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  H.H. Nap, Groningen, voor K.L. Spijkman als kapitein.


1831

GCO 210631
Aankomst en vertrek van schepen
Kapt. K. L. Spijkman, met het kofschip AGATHA, is den 10de  van Riga te Bremerhaven aangekomen , en ligt aldaar voor onbepaalde tijd in quarantaine.


1833

Op 7 mei 1833 werd de zeebrief van de AGATHA, kapt. K.L Spijkman, geretourneerd door de Consul te Bergen, onder vermelding “schip zal provisioneel onder vlag Kniphausen varen” waarop 29 mei 1833 royement volgde.

Op 7 mei 1833 werd de zeebrief door kapt. K.L Spijkman geretourneerd door de Consul te Bergen en door de Staatsraad in Den Haag op 29 mei 1833 geroyeerd met als reden ‘schip zal provisioneel onder de vlag van Kniphausen varen’. Teneinde na de opstand der Belgen in 1831 het door Engeland en Frankrijk opgelegde embargo van Nederlandse schepen te omzeilen werd in 1833 namelijk een groot aantal schepen ‘provisioneel van eigenaar veranderd’, naar het buitenland ‘verkocht’ en op die manier uitgevlagd. De AGATHA kreeg de nieuwe naam DER ADLER. De meeste schepen keerden al vrij snel terug naar de Nederlandse vlag, de AGATHA kreeg weer een zeebrief op 3 februari 1834.

GRC 240533
Harlingen, 20 mei. Binnengekomen het kofschip DER ADLER, kapt. K.L Spijkman, van Droback.


1834

Op 3 februari 1834 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  H.H. Nap (boekhouder), Groningen, voor K.L. Spijkman als kapitein.

AH 100434

Uitgezeild:

Vlie, 7 april. GOEDE HOOP, kapt. H.B. de Jong en JONGE LEEUW, kapt. P.P. Winja, naar Newcastle; WILHELMINA HENDRIKA, kapt. D.D. de Jong, naar Hull; VROUW JELTJE, kapt. L.P. de Vreede, naar Leith; AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, naar Riga; ANNA SOPHIA, kapt. E.A. Boek, naar Koningsbergen;

AH 140734

Binnengekomen:

Vlie, 10 juli. ABERTINA, kapt. G.P. Venema, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en ALIDA CLASINA, kapt. K.E. Tiktak, alle drie van Riga;

AH 140834

Uitgezeild:

Vlie, 11 augustus. VROUW CATHARINA, kapt. G.K. Wykmeyer, naar Newcastle; DRIE GEBROEDERS, kapt. J.D. Bos, naar Dantzig; AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en REMINA, kapt. J.G. Boon, beide naar Memel;

AH 081034

Binnengekomen:

Vlie, 5 oktober. ELISABETH MARIA, kapt. J.S. Okkes, van Archangel; EENDRAGT, kapt. P.C. Koops, van Petersburg; AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Memel;

LC 141034

Harlingen. Binnengekomen: Den 6 oktober, het kofschip de VRIENDSCHAP, kapt. P.N. Huizing, met teer van Stockholm; het smakschip de GOUDVISCH, kapt. J.H. Scholtens, met tarwe van Kiel naar Porto gedestineerd, door lekkage binnen; het kofschip AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, met hout van Memel.

LC 251134

Harlingen. Uitgezeild: Den 22 november, het kofschip AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, met ballast naar Suriname.

AH 261134

Uitgezeild:

Vlie, 23 november. AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, op avontuur.

RC 181234

Rotterdam, 17 december.

Het schip AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Harlingen naar Suriname te Cowes binnen, heeft de reis de 11e dezer voortgezet.
 

1835

AH 190335

Binnengekomen:

Suriname, 19 januari. SOPHIA MARIA, kapt. G.L. Röperhoff, van Amsterdam in 36 dagen. 21 januari. MARIA ANNA, kapt. J.R. Brons, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en STANT FRIEZ, kapt. S.C. de Vries, van Amsterdam.

AH 130535

Kapt. Jan Daniel Diets, van Suriname in Texel binnen, heeft de 25e april op 47º38′ NB 18º WL, gepraaid het schip AGATHA, kapt. Klaas L. Spijkman, van Suriname naar Amsterdam; de 27e dito op 47º35′ NB 17º10′ WL, de brik ALWINA, kapt. J.S. Kortlang, van Amsterdam naar Philadelphia; de 30e op 47º NB 11º20′ WL, een kof, tonende vlag van het collegie Zeemanshoop, met Nº. 410, zijnde die van kapt. Reint J. Kranenburg, voerende het schip VENILIA, van Rotterdam naar Bosten en de dito op de hoogte van de Galloper het schip DE SNELHEID, kapt. Claus Wessels, van Amsterdam naar Suriname.

AH 130535

Binnengekomen:

Texel, 11 mei. AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Suriname; PAULINA, kapt. S.T. de Boer, van Cette; DOLPHYN, kapt. A. Sluik Jr., van Port a Port; VIER GEBROEDERS, kapt. O.F. Fockema, van Londen.

AH 130535

Carga-lijsten Amsterdam: AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Suriname met suiker en katoen; DINA MARIA, kapt. A. Ahlers, van Suriname met suiker, katoen en cacao; KLEINKINDEREN, kapt. T.W. de Vries, van Dantzig met balken en duigen; DRIE VRIENDEN, kapt. D.D. de Jonge, van Hamburg met suiker.

Op 10 juni 1835 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  C.M. Nap, Groningen, voor K.L. Spijkman als kapitein met de opmerking “zeebrief 1 jaar geldig”.

AH 060735

Uitgezeild:

Vlie, 3 juli. FELIX, kapt. T.W. Brinske, naar Newcastle; JONGE JUFFER SARA, kapt. J.H. de Weerd, naar Nerva; ZELDENRUST, kapt. G.A. Jonkhof, ANNA MARGARETHA, kapt. H, Nieman en HARMONIE, kapt. A.S. Gall, naar Riga; EENDRAGT, kapt. J.H. Hut, naar Memel; ST. ANTHONIUS, kapt. H. Rieken, naar Larwich; VROUW JANTINA, kapt. K.E. Vos, naar Droback; HEIDE WYKA, kapt. J.J. Pekelder, naar Hamburg; DRIE GEBROEDERS, kapt. B. Rofer, naar Bremen; VROUW ANNA, kapt. H.H. Eggers, naar Tonningen; GEZIENA JACOBA, kapt. J.J. Wever en AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, op avontuur; FENNEGINA, kapt. H.J. Puister.

AH 260835

Binnengekomen:

Vlie, 23 augustus, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Koningsbergen; TWEE GEBROEDERS, kapt. D.J. de Groot, van Memel. Gisteren: NEERLANDS TROUW, kapt. B.J. de Groot en MARGARETHA, kapt. H.J. Veen, van Riga; MARIA CAROLINA, kapt. H.J. Direks, van Koningsbergen; ANNA CATHARINA, kapt. J.C. Meeuwis, van Memel.

PGC 280835
Den 24e augustus is kapt. K.L. Spijkman, kofschip AGATHA, te Amsterdam gearriveerd, komende van Dantzig.

AH 121235

Texel, 10 december. VROUW HENDRIKA, kapt. H. Zoetelief, SARA MARIA, kapt. J.J. Reinhardt, NEERLANDS INDIË, kapt. J. Veening en MINERVA, kapt. G.H. Ahlers, alle vier naar Batavia; EDAMS WELVAREN, kapt. J. Meyer, ANNA MARIA, kapt. D. Steenveld, CONCORDIA, kapt. J.J. Dyk, HARMONIE, kapt. D. Spreeuw, DINA MARIA, kapt. A. Ahlers, AGATHA, kapt. K.L. Spijkman en NOORD-HOLLAND, kapt. H.K. Ruyl, de laatste zeven naar Suriname,
 

1836

Op 15 juli 1836 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  C.M. Nap, Groningen, voor K.L. Spijkman als kapitein.
 

1837

PGC 031137

Op 16 oktober lag te Kroonstad (opm: Kronsjtadt) zeilklaar, K.L. Spijkman, AGATHA (opm: kof), naar Amsterdam en op 23 oktober te Alberdour (opm: waarschijnlijk Aberdour, 56º3’ N.B. 3º17’ W.L.), M.P. de Jonge, PETRUS JACOBUS (opm: kof), naar Amsterdam.
 

1838

Op 31 juli 1838 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  C.M. Nap (boekhouder), Groningen, voor K.L. Spijkman als kapitein.

ZP 261038 – 220

Het schip (opm: kof) AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Petersburg naar Amsterdam, heeft, volgens bericht van Elseneur (opm: Helsingör) van 20 oktober, door aanzeiling zware schade bekomen en zoude moeten lossen om te repareren (opm: zie PGC 021138).

PGC 021138

Het schip (opm: kof) AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van Petersburg ter rede van Elseneur aangekomen is door een stoomschip in de haven geboegseerd, om gerepareerd te worden (opm: zie ZP 261038).

ZP 071238 – 256

Te Amsterdam zijn den 6 december gearriveerd, onder meer andere, de schepen:

-  WELVAART, kapt. R.F. Fenninga, van Cardiff met ijzer, thans liggende in het Oosterdok.

-  CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, van Newcastle met steenkolen, thans liggende in het Oosterdok.

-  SCHIEDAM, kapt. J. Wheatley, van Sunderland met steenkolen, thans liggende in het Westerdok.

AGATHA, kapt. K.L. Spijkman, van St. Petersburg met rogge, lijnzaad en kousen, thans liggende in het Westerdok.

PGC 281238
In de loop der maand januari 1839 zal er in openlijke veiling ter verkoop worden aangeboden:
-  1/24e Aandeel in het schooner kofschip JACOBA EN BARBARA, kapt. K.Z. Schut.
-  1/11e Aandeel in het kofschip CORNELIS STAR, kapt. P.T. Kramer.
-  2/40e Aandelen in het schooner kofschip CORNELIS DASSE VIËTOR, kapt. H.H. Bosker.
-  4/16e Aandelen in het kofschip NEERLANDS TROUW, kapt. B.J. de Groot.
-  1/32e  Aandeel in het kofschip AGATHA, kapt. K.L. Spijkman.
-  1/11e Aandeel in het kofschip JUFFER YNSKE, kapt. B.T. Kramer (opm: S.T. Kramer).
Alles in eigendom toebehorende aan Mejufvrouw de Weduwe en beneficiaire Erven van wijlen de Heer S. Stheeman.
Mr. J. Fresemann Viëtor


1839

ZP 041139 – 538

Gearriveerd te Amsterdam de 2/4 november:

K.L. Spijkman, AGATHA, van Petersburg met hout en koper, liggende Westerdok.
 

1840

PGC 100140

Advertentie. Mr. E.J. Offerhaus, notaris te Groningen, gedenkt op zaterdag de 11e januari 1840, des avonds te 7 uren, bij E.J. Tiddens in het Huis de Beurs te Groningen publiek te verkopen een welbevaren kofschip, genaamd AGATHA, groot 88 commercie- of ongeveer 115 roggelasten, in den jare 1830 nieuw uitgehaald, met volle inventaris, zo als het door de scheepskapitein K.L. Spijkman is bevaren, en thans ligt te Amsterdam.

Mr. E.J. Offerhaus, advocaat en notaris.
(opm: Voor het hoogste bod van f. 8.125,-- wordt niet gegund.)

Op 19 maart 1840 werd  een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  C.M. Nap, Groningen, voor H.P. Heikema als kapitein.
 

1842

RC 060142
Rotterdam, den 5 januari. Het schip AGATHA, van Havanna naar Amsterdam, te Bideford binnen, had, volgens brief van den 25 december, de lading gedeeltelijk beschadigd gelost.

OHC 070442
Amsterdam, 5 april. Den 28ste maart heeft van Bideford de reis voortgezet, het schip AGATHA, kapt. Heikema, van Havanna naar Amsterdam.

AH 040542

Carga-lijsten Amsterdam: WASSENAAR, kapt. K. Spiegelberg, van Batavia met koffie, suiker, tin, bindrottingen; CONCORDIA, kapt. J.H. Witt, van Suriname met suiker; AGATHA, kapt. H.P. Heikema, van Havana met suiker; GEZINA, kapt. A.H. Bekkering, van Dantzig met tarwe.

AH 160542 en AH 170542

Advertentie. C.A. de Wit en A.J. Bloemen, makelaars, zullen op vrijdag de 20e mei 1842, te Amsterdam, des avonds ten zes ure, in den Brakken Grond, in de Nes, verkopen: een partij van 933 kisten en 4 vaten blond Havana suiker, beschadigd en 34 kisten geheel ledig en in planken. Aangebracht per het schip AGATHA, gevoerd door kapt. H.P. Heikema, gekomen van Havana. Liggende als nader bij notitie zal worden aangewezen.

Op 27 mei 1842 werd  een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  Mr. C.M. Nap, Groningen, voor H.P. Heikema als kapitein.

AH 151242

Advertentie. Houders van cognossementen aan order, in het schip AGATHA, kapt. P.H. Heikema, van Marseille te Rotterdam gearriveerd, gelieven zich te adresseren aan de cargadoors Van Ulphen en Ruys, aldaar of aan Nobel en Holtzapffel, te Amsterdam.
 

1843

RC 250243
Advertentie. Te Rotterdam liggen in lading:
Naar Batavia, het gekoperd barkschip DELFSHAVEN, kapt. J.D. Nordlöhne.
Naar Dundee, het Nederlands kofschip AGATHA, kapt. H.P. Heikema.
Adres ten kantore van de cargadoors Van Ulphen & Ruys.

AH 151143
Advertentie. Schepen in lading:
Trieste. Het Nederlands kofschip AGATHA, kapt. H.P. Heikema.
Adres bij Nobel en Holtzapffel en Van den Bey en Co.


1844

AH 120144
Schepen in lading naar:
Triest: het Nederlandse kofschip AGATHA, kapt. H.P. Heikema.
Adres bij Nobel en Holtzapffel en van de Bey en Co.

Op 29 mei 1844  werd  een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door  H.P. Heikema, Groningen, voor zichzelf als kapitein.

AH 040644
Schepen in lading naar:
Triëst: het gezinkte Nederlandse Kofschip AGATHA, kapt. H.P. Heikema.
Adres bij Nobel en Holzapffel.


1845

GRC 071045
Lijst van de Nederlandse schepen, welke de Sont gepasseerd zijn.
25 september: Brouwer, AGINA UNDINA (Veendam), van Termunterzijl naar Danzig; Mooi, HILLECHIENA CATHARINA (Winschoten),van Terravecchia naar Riga; Oostra, GEZINA (Veendam), van Muiden naar de Oostzee; Heikema, AGATHA (Groningen), van Amsterdam naar St. Petersburg; Posthumus, ANNE WILLEM (Schiermonnikoog), van Amsterdam naar Riga.

GRC 251145

Lijst van de Nederlandse schepen, welke de Sont gepasseerd zijn.
18 november: kapt. Heikema, AGATHA (Groningen), van St. Petersburg naar Schiedam; kapt. Zeven, DE BEURS VAN SCHIEDAM (Schiedam), van St. Petersburg naar Amsterdam;
 

1846

GRC 290546
Helvoet, 25 mei. Binnengekomen de AGATHA, kapt. Heikema, van St. Ubes.

Op 12 juni 1846  werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door Mr. C.M. Nap, Groningen, voor H.P. Heikema als kapitein.


1847

Op 24 februari 1847 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door Mr. C.M. Nap, Groningen, voor H.A. Oldenburger als kapitein.

RC 180347
Den 15 dezer, des namiddags, is te Hellevoetsluis uitgezeild de AGATHA, kapt. A.H. Oldenburger, naar de Oostzee.

NRC 030447
Elseneur, 25 maart. De AGATHA, kapt. Oldenburger, van Schiedam naar Pernau.
 

1848

NRC 080348
Hellevoetslius, 6 maart. Uitgezeild de AGATHA, kapt. H.A. Oldenburger, naar Rostock.
 

1849

NRC 040149
Gearriveerd.
Texel, 2 januari. AGATHA, kapt. H.A.  Oldenburger, van Dantzig, laatst van Zweden.

Op 22 februari 1849 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de AGATHA, aangevraagd door Mr. C.M. Nap, Groningen, voor H.A. Oldenburger als kapitein.

NRC 030949
Vlie, 31 augustus. Vertrokken de AGATHA, kapt. H.A. Oldenburger, op avontuur.

NRC 091149
Gearriveerd.
Delfzijl, 5 november. AGATHA, kapt. H.A. Oldenburger, van Dantzig.


1850

NRC 220450
Fahrsund, 1 april. Het schip AGATHA, kapt. Oldenburger, van Delfzijl naar (opm: onleesbaar), is alhier lek en met gebroken mast binnengelopen.


1851

PGC 210151
Advertentie. Mr. A. Muntinghe Cleveringa, notaris te Appingedam, zal op woensdag 5 februari 1851, voormiddags te 11 uur, ten huize van de logementhouder R. Hoekstra te Appingedam publiek verkopen het Nederlands kofschip AGATHA, groot 167 ton, laatst bevaren door kapt. H.A. Oldenburger, thans liggende te Harlingen, alwaar het schip dagelijks kan worden bezichtigd; zullende de inzage der inventaris kunnen genomen worden bij de heren Repko & Co., te Harlingen, bij de heer Mr. C.M. Nap, te Groningen, en ten kantore van de notaris Mr. A. Muntinghe Cleveringa.
(opm: Koper voor f. 4.930,- was Harm van der Schuur, koopman, wonende te Delfzijl. Harm van der Schuur heeft waarschijnlijk de AGATHA doorverkocht. Aan wie en of een nieuwe scheepsnaam heeft Marhisdata nog niet kunnen achterhalen)

 

Akten

GRONINGER ARCHIEVEN Archiefnummer Gron.240.383.1830.170

DVD M.,LIII-1428, 1429 en 21
BIJLBRIEF

Naam schip AGATHA

plaats en datum acte Appingedam, 10 juli 1830

type schip nieuw kofschip

bouwwerf/verkoper Harm Jans van der Werff, scheepsbouwer te Appingedam

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Harm Harms Nap, negociant te Groningen en mede-reders

te voeren door kapt. Klaas Lugies Spijkman, schipper te Appingedam

grootte in tonnen 166 tonnen van 1½ kub.m.
(Meetbrief nr.7)

tuigage / aantal dekken

afmetingen lang 29,61 m., breed 4,68½ m., hol 2,70 m.

kiellegging

tewaterlating 1830

plaats / datum registratie Appingedam, 12 juli 1830

nummer van registratie deel 20, folio 76, verso, vak 1

notaris Mr. Elias Dull, notaris te Appingedam

prijs

Bijzonderheden:

Het schip ligt thans nog te Appingedam.




researcher/datum research: ML / 010211

Naam AGATHA
Archiefinstelling Groninger Archieven
Jaar 1830
Toegang 240
Inventaris 383

GRONINGER ARCHIEVEN Archiefnummer Gron.240.383.1836.226

DVD M.,LIII-1524 en 24
ACTE VERKOOP / KOOP BIJLBRIEF

Naam schip volgens indem., AGATHA

plaats en datum acte …., …, 10 juli 1830 (volgens indem.)

type schip

bouwwerf/verkoper

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Mr. Christoffel Meijer Nap en mede-reders (volgens indem.)
(in 1836)

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie

nummer van registratie deel

notaris Mr. Elias Dull, notaris te Appingedam

prijs

Bijzonderheden:

De acte vermeldt niet meer dan een verwijzing naar acte Gron.240.383.1830.170.
De inschrijving van acte Gron.240.383.1836.226 vindt plaats op 12 juli 1836.









researcher/datum research: ML / 060211

Naam AGATHA
Archiefinstelling Groninger Archieven
Jaar 1836
Toegang 240
Inventaris 383

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag toegang nummer 2.08.01.07 Zeebrieven verbalen, diverse bestanddelen
Groninger Archieven, Groningen Archiefnummer Gron.240.383.170
notaris mr. E.J. Offerhaus te Groningen, toegang 1873, inv. nr. 91, aktenummer 5, 11 jan. 1840
notaris A. Muntinghe Cleveringa te Appingedam, toegang 86, inv. nr. 61, aktenummer 15, 5 febr. 1851
Mr. J.P.A. (Jan-Paul) Wortelboer, Glimmen
www.allegroningers.nl
AC = Amsterdamsche Courant
AH = Algemeen Handelsblad
DC = Dordrechtsche Courant
GCO = Groninger Courant
LC = Leeuwarder Courant
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
PGC = Provinciale Groninger Courant.
ZP = Zeepost