Inloggen
ARENT ELIZA - ID 10389


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1831-10-05 / 1862-03-25 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1831
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Kof
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Symon Geerts en Zoon, werf "De Herstelling", Joure, Friesland, Netherlands
Launch Date: 1831-00-00
Delivery Date: 1831-08-26
Technical Data

Gross Tonnage: 67.00 lasts
Net Tonnage 2: 67.00 lasts (commercial)
 
Length 1: 24.08 Meters Registered
Beam: 4.56 Meters Registered
Depth: 2.62 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1831
Datum agenda: 1831-10-05
Register nr: 18310544
Scheepsnaam: ARENT ELIZA
Type: Kof
Lasten: 67
Gebouwd in provincie: Friesland
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Santhagens, A.E.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Drayer, L.H.
Opmerkingen: Eerste zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1831-08-26 ARENT ELIZA
Manager: Arent Eliza Sandhagens, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1837-09-02 JONGE HENDRIK
Manager: Hermanus van Schouwenburg, Harlingen, Friesland, Netherlands
Eigenaar: Hermanus van Schouwenburg, Harlingen, Friesland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Harlingen / Netherlands

Date/Name Ship 1850-01-11 HENDRIK
Manager: Hermanus van Schouwenburg, Harlingen, Friesland, Netherlands
Eigenaar: Hermanus van Schouwenburg, Harlingen, Friesland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Harlingen / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte 20 van 1831, kof ARENT ELIZA, eigenaren per ultimo september 1831

Arent Eliza Santhagens, Amstrerdam (boekhouder en 1/4e part)
Lambert Harmens Drayer, Schiermonnikoog (schipper en 1/4e part)
firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam (1/16e part)
Jan Gerrit Waterhoff Stiffry, Amsterdam (1/16e part)
W. Verwey Abrszn., Amsterdam (1/32e part)
firma Barend Visser & Zoon, Harlingen (5/32e part)
G. Hingst, Harlingen (3/32e part)
C. Sleeswijk, Lemmer (3/32e part)
 
Ship Events Data

1831-08-22: Meting gedaan door scheepsmeter J.P. Heidanus op 22.08.1831
1862-03-25: Final Fate:
27 maart 1862
NRC - Nieuwe Rotterdamsche Courant
Harlingen, 25 maart. Het Nederlandse kofschip MARIA, kapt. H. Ebes, ligt hier thans voor onze haven. Het is gekomen van Noorwegen met hout en heeft de equipagiën aan boord van de hier te huis behorende kofschepen DRIE GEZUSTERS, kapt. K. de Groot, en HENDRIK, kapt. J. Burghout, welke volgens ons vorig bericht bij Drobak op strand geraakt waren. De kapiteins van de beide schepen zijn aldaar gebleven om nog goederen te bergen, ofschoon de schepen niet zullen kunnen afgebracht worden.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Geen

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Notulen van 06 oktober 1829 van de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop023 wordt mededeling gemaakt van het volgende bericht:

Ao 1829 den 6e Octob.

Riga 27/4 Aug./Sept. 1829

WelEdele & zeer Geeerde Heer!

Ter gelegenheid der laatst plaats gevonden hebbende ijsgang, en in de daaruit onstaan zijnde watersnood ter Bolderaa, trof aan Kapitein L.H.Drayer voerende het Nederlandsche schip Geertruida, den ramp hetzelve totaal te verliezen, zulks ontroofde hem daarmede ten eenemaal van zijn geheel bestaan, ondanks deeze treurige toestand wierden kort naar het voorgevallenen veele menschen door deeze man gered, die op de nokken hunnen onderwater staande  huizen hunne gevaarvolle wijkplaats genomen hadden, waartoe hij zijne scheepsboot, het eenigste wat hem overgebleven was aanwende. - Deeze edelmoedige daad werd door zijn Excell. den Generaal Gouverneur Marquis Paulucci aan zijn Maj. den keizer voorgesteld, aan wien het dan ook heeft mogen behagen den vermelde kapitein het bijgaande gouden zakhorologie met de daaraan passende ketting als geschenk ter handen te doen stellen.

Dien ten gevolgen is het dat ik ten deezen de eer heb UWELED uit te noodigen dit geschenk van zijn Maj. den keizer van Rusland aan den kapitein L.H.Draijer te doen geworden en het geval in dusdanige couranten te doen plaatsen, als door UWELEDn daartoe voegelijk zullen beoordeeld worden, in de veronderstelling dat zulks aan deeze bejaarde en zo zwaar getroffen zeeman zeer opwekkende zijn zal.

Deze aangename gelegenheid maak ik mij ten nutte ter bijvoeging mijner welnemenste hoogachting waarmede ik de eer heb te zijn

WelEdele & Zeer GeEerde Heer

UWELEDW Dienaar

get. Joh. Fred von Schröder

Consul der Nederlanden

De Notulen vervolgen met een toespraak van de voorzitter van Zeemanshoop waarin de volgende zinsneden voorkomen:

“Het verwekt bij iederen Nederlander, wiens Vaderlands roem levendig ter harte gaat, een streelend gevoel, wanneer hij terugziet op de menigvuldige bewijzen van menschlievendheid, zelfsopoffering en moed, waardoor zijne voorouders zich zoo dikwerf hebben onderscheiden …

Te regt mag zich dan onze vergadering geluk wenschen met het voorregt van in haar midden te zien eenen man wiens edelmoedige daad der opmerkzaamheid van de magtigsten vorst van ons werelddeel niet is ontgaan. …

Dan hoe vereerend ook dit uitstekend bewijs van menschelijke goedkeuring in onderscheiding moge zijn, gering is hetzelve in vergelijking van de gevaren waaraan gij u blootsteldet, zonder ander oogmerk als dat van eenen menschenvriend …

Dat het ons collegie dan duurzaam welga, en in zeemans hoop zal zeemans roem zijn, want aan den Nederlandschen Zeemans-stand zal weldadigheid ten allen tijd onafscheidelijk zijn verbonden …

 

Tenslotte is opgenomen het antwoord van kapitein Draijer. waarin hij stelt “niets gedaan hebbende dan mijne pligt mij toen geboodt”. Hij vermeldt tevens het verlies van zijn schip. Daarbij hoopt hij dat er gelegenheid zal zijn een nieuw vaartuig te krijgen en “dat ik dan Gods zegen mag ontvangen door menschen te vinden die mij daarin behulpzaam zijn dewijl ik daartoe alleen niet meer in staat ben , en beveel mij dus in het aandenken avn dit GeEert Collegie.”

 

Een overeenkomstige melding van de consul te Riga staat vermeld in de notulen van de Bestuursvergadering dd 08 oktober 1829.042

 

Amsterdamsche Courant 31 oktober 1829

“Het was op den 8 April dezes jaars, dat bij Riga de verschrikkelijke, toen plaats gehad hebbende ijsgang, van alle zijden eene overstrooming veroorzaakte; die onder andere meer dan honderd huizen tot aan de daken toe onder water zettede, en in de Boldraa een ijsveld met zoo veel geweld los rukte, dat door hetzelve, met nog twee anderen, ook de Nederlandsche kof de Vrouw Geertruida, gevoerd door den Koopvaardij-Kapitein L.H.Draijer, als doorsneden werd en dadelijk zonk, zoodanig dat met moeite hij en zijne equipage door zijne scheepsboot werden behouden. Niettegenstaande deze voor hem verschrikkelijke ramp, waarbij hij ten eenemale alles verloor, besteedde hij dadelijk de voorzeide hem alleenlijk overgeblevene boot, om ongelukkigen ter hulp te snellen en, eigen smart vergetende, wendde hij daartoe alle pogingen aan, met dat gewenschte gevolg, dat zeer vele ongelukkigen, die op de nokken hunner onder water staande huizen waren gevlugt, door hem gered en als aan den dood ontrukt werden.

Deze edelmoedige daad, door Zijne Excellentie den Generaal-Gouverneur Markies Paulucci ter kennisse van Zijne Majesteit den Keizer aller Russen zijnde gebragt, heeft het Hoogstdenzelven mogen behagen, dien Kapitein een fraai Goud Zakhorologie, met gelijke ketting, ten geschenke te vereeren.

Het was ten gevolge van dit besluit, dat door den Consul-Generaal der Nederlanden te Riga, het bestuur van het Kollegie Zeemans-Hoop alhier werd uigenoodigd, dit geschenk van Z.M. den Keizer aan den ongelukkigen, doch menschlievenden man, uit te reiken.

Het Bestuur van dit Collegie, aan eenen zoo vereerenden last gaarne voldoende, verzocht den Nederlandschen Koopvaardij-Kapitein L.H.Drayer zich op Dingsdag den 6den October ll., in de gewone wekelijksche Vergadering te bevinden, alwaar dan ook in bijzijn en ten aanhoore van talrijke mede-leden, door den tijdelijken Voorzitter, den Heer J.HARTSEN, aan dien menschenvriend, met eene gepaste hartelijke aanspraak, dit geschenk (in een net maroquin foudraal besloten) werd uitgereikt, en door den voormelden Koopvaardij-Kapitein met eene schriftelijke dankzegging beantwoord.

Welk een aangename indruk deze plegtigheid bij alle de tegenwoordig zijnde heeft gehad, zal een ieder, die met den nationalen geest van dit Collegie bekend is, geredelijk beseffen.”.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt L.H.Drayer als gezagvoerder gedurende:

*    1817 t/m 1829 van de kof “Vrouw Geertruida”, gebouwd in 1799, 98 ton o.m., kapitein/eigenaar. Gezonken in het ijs te Riga.;

*    1829 t/m 1830 van de kof “Vrouw Geertruida’, gebouwd in 1807, bouwplaats niet vermeld, 115 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Schiermonnikoog;

*    1834 t/m 1837 van de kof “Arend Elisa”, gebouwd in 1831, bouwlocatie niet vermeld, 121 ton o.m., varend voor A.Sandhagens te Amsterdam. Het schip werd 1 maal te Harlingen met schade geregistreerd en later verkocht.

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Lambert Harmens Drayer als gezagvoerrde van de:

“Vrouw Geertruida”, dd 06 februari 1817; 24 augustus 1819; 27 juli 1820; 10 mei 1821; 11 november 1822; 11 oktober 1828;

“Arent Elisa”, dd  22 oktober 1831; 31 oktober 1832; 23 oktober 1833; 05 maart 1834; 03 december 1835

 

Overige bijzonderheden

Rotterdamsche Courant 29 mei 1821114

Amsterdam, 27 mei. Het schip (opm: kof) de VROUW GEERTRUIDA, kapt. H. Draijer, van Amsterdam naar Lissabon, is in de haven van Texel gezeild, uit hoofde van ingelaten gezouten vis, te lossen.

 

Rotterdamsche Courant 02 juni 1821114

Amsterdam, 31 mei. Het schip de VROUW GEERTRUIDA, kapt. L.H. Draijer, van Amsterdam naar Lissabon, heeft, volgens nader berigt, de lading niet behoeven te lossen (opm: zie RC 290521) en ligt gereed om te vertrekken.

 

Rotterdamsche Courant 16 juni 1821114

Rotterdam, 13 juni. Uittreksel uit de Lloyd’s List van den 12 juni:

Den 8 dezer is van Portsmouth vertrokken het aldaar binnengelopen schip VROUW GEERTRUIDA, Draijer, van Amsterdam naar Lissabon…..

 

Rotterdamsche Courant 27 september 1821114

Advertentie. J. de Wit Abrah. Everardszoon en C. de Wit, makelaars, zullen op heden, den 27 september 1821, des avonds te zes uren precies, in de Brakke Grond, in de Nes, te Amsterdam, als last hebbende van hunne Meesters, presenteren aan de meestbiedenden te verkopen: een partij van tien kisten beschadigd wit Braziels suiker, nu eerst uit zee gekomen en gelost uit het schip de VROUW GEERTRUIDA, gevoerd door kapitein Lambert H. Draijer, gekomen van Lissabon, en dat bij kavelingen zo als die genummerd zijn; liggende en te zien als bij biljetten is aangewezen.

 

 

Datum vanaf: 1831
Kapitein: Drayer, Lambert Harmens
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

B.H.Plukker te Harlingen werd per 01 juli 1851 met vlagnummer 4 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege "Zeemansvoorzorg". Zijn schip was de "Hendrik", boekhouder H.van Schouwenburg te Harlingen. Zijn contributie werd betaald door de boekhouder. Hij was gehuwd met Grietje Harmens Smith, geboren 06 september 1793.      Hij overleed te Harlingen op 21 januari 1869, laatstelijk gevoerde hebbende de "Hendrik". Zijn weduwe Grietje Harmens Smith had op een uitkering uit het fonds van ¦875,- uit te keren in 14 halfjaarlijkse028-fol.004.

Hij was met vlagnummer 4 lid van het College in de periode 1851-1869034.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

lid van het college Zeemansvoorzorg te Harlingen036

vlagnummer      periode      type           naam van het schip                       boekhouder/reder

     H4        1851-1856 kof             Hendrik                                                    B.van Schouwenburg, Harlingen

                       1869     kof             Hendrik034                                                geen opgave

 

Bouma025 vermeldt B.H.Plukker als gezagvoerder gedurende:

*    1838 t/m 1851 van de kof “Jonge Hendrik”, gebouwd in 1831 te Joure, 126 ton o.m., varend voor H. van Schouwenburg te Harlingen. Het schip is 66 maal te Harlingen geregistreerd komend van Noorwegen, 2 maal van Liverpool en 1 keer van Riga;

*    1853 t/m 1856 van de kof “Hendrik”, gebouwd in 1831 te Joure, 124 ton o.m., varend voor H. van Schouwenburg te Harlingen.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Plukker, B.H.

Familiegegevens en opleiding

Jacobus Burghout werd geboren te Harlingen op 26 september 1831 als zoon van Klaas Gerrits Burghout en Feikje Roorda

Jacobus K.Burghout trouwde op 26 september 1861 te Harlingen met Trijntje Balkstra, geboren 09 februari 1840 als dochter van Louw Jans Balkstra en Pietje Gerrits Rotgans. Overlijdensgegevens niet in Friesland gevonden.

Jacobus overleed op 10 oktober 1896 te Harlingen. tresoar

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

Jacobus K.Burghout werd per 01 juni 1858 met vlagnummer 29 ingeschreven als lid van het Harlinger zeemanscollege “Zeemansvoorzorg”. Zijn schip was de “Hendrik”, boekhouder W.van Schouwenburg. Geen vermelding van wijze van contributiebetaling.

J.K.Burghout was van 1860-1896 met vlagnummer 29 lid van het College “Zeemansvoorzorg”034.

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

De weduwe van kapitein Burghout had recht op een uitkering uit het fonds van ¦1600,- van “Zeemansvoorzorg”. Daarvan werd ¦600, ineens uitbetaald en het resterende in 10 halfjaarlijkse termijnen028-fol.075.

De schepen van de kapitein

lid van het Harlinger zeemanscollegeZeemansvoorzorg036

vlagnummer    periode      type                     naam van het schip                       boekhouder/reder

        29             1856-1861 kof                       Hendrik                                          H.van Schouwenburg, Harlingen

                                                                             gestrand en wrak bij Drobak

                              1863        sch.                      Triton                                              H.van Schouwenburg, Harlingen

                           1864-1868 2/m sch.              Triton                                              J.Noyon, Harlingen

                           1869-1875 sch.                      Triton                                              J.Noyon, Harlingen

                           1876-1890 bark                     Nicolaas (ex Ludwig)                    Repko & Co, Harlingen

                           1891-1893 bark                     Nicolaas (ex Ludwig)                    J.N.Wiarda, Harlingen

                              1895                                     in 1893 bij Elseneur aangevaren en gezonken.

                                                                             Zeetijdingen 30 mei 1893037.

 

Bouma025 vermeldt J.Burghout als gezagvoerder gedurende:

  • 1857 t/m 1862 van de kof “Hendrik”, gebouwd in 1831 te Joure, 124 ton o.m., varend voor H. van Schouwenburg te Harlingen. Het schip is gestrand bij Drobak en wrak geraakt;
  • 1864 van de 2/msch “Triton”, gebouwd in 1848 te Elsfleth, 170 ton, varend voor H. van Schouwenburg te Harlingen;
  • 1865 t/m 1876 van hetzelfde schip maar nu varend voor J.Noyon te Harlingen. Het schip voer in 1877 voor W.W.Potte te Pekela en was herdoopt in “Catharina”.

 

Overige bijzonderheden

In de Harlinger Courant dd 12 maart 1862 staat onder de rubriek BINNENLANDSCHE BERIGTEN het volgende096:

“HARLINGEN, 11 Maart

Naar wij van goederhand vernemen zijn in de nacht van 5 op 6 dezer twee schepen (hier ter stede behoorende) op de kust van Noorwegen gestrand, - beide zijn kofschepen waarvan het eene de drie gezusters kap G.de Goot, en het andere Hendrik kap J.Burghout genaamd. Gelukkig is de equipage van beide schepen gered.”

 

Datum vanaf: 1857
Kapitein: Burghout, Jacobus Klaasz

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1831-10-22
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: ARENT ELIZA
Schipper: Draaier, Lambert H
Scheepstype: kof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1831 – no. 20

BIJLBRIEF Arent Eliza

plaats en datum acte Joure, 24 augustus 1831

type schip kofschip

kapitein

Bouwwerf Symon Geerts en Zoon, Jourse, werf de Herstelling

Eigenaar A.E. Zandhagens c.s., Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken 2 masten, 1 dek

afmetingen 24,08 x 4,56 x 2,62 m

kiellegging

tewaterlating 1831

plaats / nr van registratie Heerenveen, deel 12 folio 25 recto vak 3

datum registratie 26.8.1831

notaris

prijs

bijzonderheden scheepsmeter J.P. Heidanus 22.8.1831


Naam ARENT ELIZA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1831
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1831.20

deel VI, foto II-054, 055
CEDULE

Naam schip ARENT ELIZA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 27 september 1831

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Lambert Harmens Drayer, mede-eigenaar

grootte in tonnen 67 lasten

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Joure voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren

plaats / datum registratie Amsterdam, 27 september 1831

nummer registratie deel 24, folio 122, recto, vak 7

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.

researcher/datum research: ML / 190915



bijlage bij acte 20 van 1831, kof ARENT ELIZA
eigenaren per ultimo september 1831:

Arent Eliza Santhagens, Amstrerdam (boekhouder en 1/4e part)
Lambert Harmens Drayer, Schiermonnikoog (schipper en 1/4e part)
firma Wed. Jan Salm & Meijer, Amsterdam (1/16e part)
Jan Gerrit Waterhoff Stiffry, Amsterdam (1/16e part)
W. Verwey Abrszn., Amsterdam (1/32e part)
firma Barend Visser & Zoon, Harlingen (5/32e part)
G. Hingst, Harlingen (3/32e part)
C. Sleeswijk, Lemmer (3/32e part)

ML / 190915

Naam ARENT ELIZA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1831
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1837.33

deel VII, foto 2 – 08, 09
CEDULE

Naam schip ARENT ELIZA, doch thans door koper te noemen JONGE HENDRIK

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Harlingen, 2 september 1837

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Hermanus van Schouwenburg, koopman te Harlingen, enig eigenaar

te voeren door kapt. Berend Hendriks Plukker

grootte in tonnen 67 lasten of 127 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Joure

plaats / datum registratie Amsterdam, 4 september 1837

nummer registratie deel 34, folio 105, verso, vak 4

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Jan Hendrik Arnold Balwé, Amsterdam, voor en namens de bovengenoemde eigenaar.
De vorige zeebrief werd op 6 september 1837 ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam.





researcher/datum research: ML / 310516

Naam JONGE HENDRIK
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1837
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1837 – no. 33

KOOPBRIEF Arent Eliza

plaats en datum acte Amsterdam, 28 augustus 1837

type schip kofschip

kapitein Lambert Harms Drayer

verkoper Arent Eliza Santhagens, boekhouder te Amsterdam, eigenaar
voor 9/32 deel, en namens
Cornelis Lucas Willem Ysendijk, koopman te Amsterdam, 2/32e,
Barend Visser en Zoon en c.s, scheepsreders te Harlingen,
voor 21/32e deel

koper Jan Hendrik Balwé, makelaar te Amsterdam, namens zijn
meester Hermanus van Schouwenburg, koopman te Harlingen

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / nr van registratie

datum registratie

notaris Johannes Bernhardus van Houten, Amsterdam

prijs ƒ 10100

bijzonderheden publieke verkoop


Naam ARENT ELIZA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1837
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: ARCHIEF Gemeente Amsterdam
Omschrijving: BIJLBRIEF: GEMEENTEARCHIEF Amsterdam / archiefnummer 5074 ? 1420 ? 1831 ? no. 20