Familiegegevens en opleiding
Klaas Jans Bolhuis werd geboren te Winsum op 13 juli 1805 als zoon van de schipper Jan Klazen Bolhuis en Roelfien Lubberts
Hij trouwde te Veendam op 17 december 1828 als zeeman met Aaltje Eilts de Vrede, geboren te Veendam op 19 februari 1808 als dochter van de schipper Eilt Obbes de Vrede en Jeltje Luitjes Pinxterboer. Zij overleed te Oosterdiep gem. Veendam op 01 februari 1859, 50 jaar.
Klaas overleed te Veendam op 17 oktober 1862, 57 jaar
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
K.J.Bolhuis (adres B.Feykes) werd met nr.433 effectief lid van Zeemanshoop per 08 september 1835 op voordracht van B.J.Smeengh. Zijn schip was de “Decima”002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van -1/08 september 1835 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Klaas Jans Bolhuis, oud 30 jaar, voerend de kof “Johanna Ottilie”(sic), wonende te Veendam en met adres bij B.Feykes te Amsterdam, op voordracht van kapitein B.J.Smeengh023.
Klaas Jans Bolhuis werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 12 december 1835.003
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 april 1848 staat het verzoek om een uitkering van kapitein K.J.Bolhuis.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 25 mei 1848 staat een verslag van een nader onderzoek naar de aanvraag om een uitkering van kapitein K.J.Bolhuis. “… volgens berigt van den Heer Waterschout Fischer door kapitein Bolhuis van zijnen stuurman op de laatste reize zoude zijn ingehouden f 70,- voor boete en deze niet door voormelde kapitein Bolhuis verantwoord en wordt in verband met dat berigt besloten Penningmeesteren te committeerren om dat te onderzoeken en in order te brengen … “
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 augustus 1849 staat vermeld dat aan kapitein K.J.Bolhuis een continuering van 6 maanden van zijn uitkering is toegekend.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering dd 29 november 1849 doet H. van Diest namens kapitein K.J.Bolhuis het verzoek de uitkering te continueren. Het Bestuur gaat accoord voor 12 maanden. Op 29 augustus 1850 gaat het Bestuur accoord met wederom een verlenging van 12 maanden. Idem per 25 september 1851, per 03 juni 1852, per 30 juni 1853, per 01 augustus 1854, per 26 juli 1854, per 31 juli 1856, per 25 februari 1858 ingaande 01 februari 1858. In de vergadering dd 05 augustus 1858 heeft K.J.Bolhuis een certificaat van lichamelijke ongeschiktheid ingediend en hij vraagt naar de reden voor een afwijzend besluit. (een afwijzing heb ik in de notulen niet aangetroffen) Per 27 januari 1859 wordt de uitkering met 12 maanden verlengd. Op 31 mei 1859 wordt op een verzoek om verlenging afwijzend beschikt. Per 26 januari 1860 wordt weer een verlenging van 12 maanden verlengd. Idem per 25 april 1861. Idem pert 31 juli 1862042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 04 juli 1848 staat dat het Bestuur per 01 mei 1848 een uitkering voor 1 jaar heeft toegekend aan kapitein K.J.Bolhuis (te Veendam). In de notulen dd 04 september 1849 wordt deze uitkering voor 6 maanden verlengd. Een verlenging voor 12 maanden op verzoek van B.Feijkes volgt in de notulen van 11 december 1849, 10 september 1850, 30 september 1851, 22 juni 1852, 12 juli 1853, 29 augustus 1854, 04 september 1855, 19 augustus 1856, 09 maart 1858 In de notulen dd 10 augustus 1858 staat een “Brief van K.J.Bolhuis toezendende certificaat van voortdurende ongesteldheid, en verzoekende reden waarom zijn verzoek is gewezen van de hand, aangenomen voor berigt.” In de notulen dd 01 februari 1859 wordt de uitkering voor 12 maanden gecontinueerd. Op 28 juni 1859 wordt een aanvrage om uitkering afgewezen. Op 07 februari 1860 een continuering voor 12 maanden. Idem op 20 november 1860. Idem op 21 mei 1861. Idem per 26 augustus 1862023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
433 1835 kof Johanna Otilia geen opgave
320 1836 fregat Decima N.van Walree
1837-1846 bark Decima N.van Walree en C.H.de Vos
1848-1853 geen opgave van schip en boekhouder
103 1854-1861 geen opgave van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt J.H.Bolhuis als gezagvoerder gedurende:
-
1831 t/m 1838 van de kof “Johanna Ottilia”, gebouwd in 1829, bouwlocatie niet vermeld, 170 ton o.m., varend voor N. van Walree te Amsterdam;
-
1837 t/m 1848 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor N.van Walree & C.H.de Vos te Amsterdam. De notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop van 16 mei 1837 vermelden dat het schip op 19 mei 1837 van stapel zal lopen op de werf Witte Kruys van J.Meyjes & Zn te Amsterdam.
In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Klaas Jans Bolhuis als gezgvoerder van de:
“Roelfina”, dd 08 oktober 1827;
“Johanna Ottilie, dd 13 maart 1830; 05 maart 1831; 07 februari 1830; 17 augustus 1833; 31 oktober 1833; 27 september 1834; 07 september 1835; 09 april 1836;
“Decima”, dd 25 september 1837; 07 september 1838.
Overige bijzonderheden
In: Tj.E.Swierstra. De veenkoloniale familie Hazewinkel: geschiedenis en stamboom.
Amsterdam 1997 (op het Centraal Bureau voor Genealogie te Den Haag)
staan fragmenten uit de jaarverslagen van het verzekeringscompact van Veendam, opgetekend door Hendrik Jans Hazewinkel (1793-1853) over de jaren 1837-1842
Daarin de opmerking dat er in 1837 dertien nieuwe schippers in Veendam zijn bijgekomen “en in de zomer van 1837 onze tweede Oostindische kapitein Klaas Jans Bolhuis.. De eerste was Jakob Hinderks Hazewinkel reeds vijf jaar.”.
De “Decima” onder kapitein Bolkens (sic) had in 1840 als tweede stuurman Jacob Bouten (zie aldaar) en maakte reizen naar NOI. Na de tweede reis (met Bouten) “kwam er stagnatie in de bevrachting van de Oostindische schepen door de Handelmaatschappij en zou de “Decima” misschien een half jaar stil moeten liggen, …”066.
In het Veenkoloniaal Museum te Veendam hangt een portret van de “Decima”, (1837, 457 ton) onder kapitein K.J.Bolhuis te Veendam, varend voor Rederij N. van Walree te Amsterdam. Het portret is geschilderd door D.A.Teupken te Amsterdam in 1837. Zie ook internet: www.veenkoloniaalmuseum.nl/journalen.html
Rotterdamsche Courant 22 mei 1837114
Rotterdam, 21 mei. Vrijdag (opm: 19 mei) is te Amsterdam met het beste gevolg van stapel gelopen het fregatschip (opm: volgens de bijlbrief en de zeebrief een bark) DECIMA, gebouwd op de werf De Witte Olyphant, door de scheepsbouwmeesters Jerems. Meijjes en Zoonen, voor rekening van de heren N. van Walree en C.H. de Vos, welk schip gevoerd zal worden door kapt. K.J. Bolhuis.
Zeepost 01 augustus 1839114-
Schepen in lading naar:
Batavia: ….het tweedeks gekoperd barkschip DECIMA, kapt. K.J. Bolhuis, van Amsterdam. (Oosterdok) Adres bij F. der Kinderen. ….
Amsterdamsche Courant 09 augustus 1844114
Schepen in lading van Amsterdam: Naar Batavia het gekoperd tweedeks barkschip DECIMA, kapt. K.J. Bolhuis, adres bij Floris der Kinderen en Zoon.
Familiegegevens en opleiding
Paulus Johannes Feynt werd geboren te Amsterdam op 22 mei 1819 als zoon van Hendrik Cornelis Feijnt en Johanna Elisabeth Turk.
Hij trouwde voor de eerste maal op 29 mei 1849 te Amsterdam met Heyntje de Jong, geboren te Amsterdam op 25 maart 1821 als dochter van kapitein Jacob Kersjes de Jong en Janke Jans Kat. Heyntje overleed op 28 december 1856 te Amsterdam, 35 jaar. Hij hertrouwde op 20 oktober 1858 met Maria Louisa van Ommen, geboren te Den Haag op 26 oktober 1823. 003.
Paulus overleed op 12 september 1862 in Cheribon, 43 jaar.
Gegevens november 2012 van J. de Jong in Hilverrsum
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
P.J.Feynt werd met nr.691 lid van Zeemanshoop per 20 augustus 1844 op voorspraak van J.Grim. Zijn schip was de "Kolonist"002. Ten tijde van de inschrijving was Feynt ongehuwd en 25 jaar002a.
In de Algemene Vergaderingen van 13/20 augustus 1844 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgesteld/aangenomen Paulus Johannes Feijnt, oud 25 jaar, voerend de kof “Kolonist”, adres bij H.C.Feynt op de Buitenkant bij de Kalkmarkt 45 te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.Grim.023.
Hij werd per 10 november 1846 deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop en bedankte in 1862.003
Hij was effectief lid van “Zeemanshoop” met vlagnummer 691 in de periode1844 t/m 1854 en met vlagnummer 324 in de perriode 1854 t/m 1862. Het college “Zeemanshoop” voerde hernummeringen uit in 1836 en 1854.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 03 april 1862 wordt P.J.Feijnt toegestaan zijn lidmaatschap van effectief in effectief voor de vlag om te zetten.042
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 15 april 1862 staat het verzoek van P.J.Feynt of hij zijn effectief lidmaatschap mag omzetten in een lidmaatschap voor de vlag, hetgeen wordt toegestaan.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van het College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
691 1844-1845 sch.kof Kolonist Gebr.Reelfs
1846 geen opgave van schip en boekhouder
1848 bark Decima N.van Walree & C.H.de Vos
1849 geen opgave van schip en boekhouder
1850-1853 bark Herman de Ruiter Jerem.Meijjes & Zn
324 1854-1861 bark Herman de Ruiter idem
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
P.J.Feynt Hermand de Ruyter 04 maart 1862 08 januari 1863
Bouma025 vermeldt dat P.J.Feynt als gezagvoerder gedurende:
* 1845 t/m 1853 (dese periode kan niet goed zijn, zie hierboven) van de schoenerkof “Kolonist” ex Jonge Hylke Tromp, gebouwd in 1821 te Joure, 195 ton o.m., varend voor de Gebr. Reelfs te Amsterdam;
* 1849 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor N.van Walree & C.H.de Vos te Amsterdam;
* 1851 t/m 1862 van de bark “Herman de Ruyter”, gebouwd in 1851 te Amsterdam, 601 ton o.m., varend voor Jerem. Meyjes & Zn te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was P.J.Feynt van de bark “Herman de Ruyter”.104.
Amsterdamsche Courant 15 oktober 1844114
Plymouth, 10 oktober. De schepen KOLONIST, kapt. Feijnt, van Amsterdam naar Suriname, ELISABETH ANN, kapt. Beynen, van Rotterdam naar Liverpool, en Mary, kapt. Beijnon, van Rotterdam naar Bristol, zijn alhier binnengelopen, het eerste met verlies van zeilen en boot, gebarste grote-mast en overgeworpen lading en de beide laatste met gescheurde zeilen.
NRC 17 juli 1849114
Advertentie. F. der Kinderen en J. Corver, makelaars, zullen op maandag 30 juli 1849, des avonds ten 6 ure, te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ, ten overstaan van de notarissen Commelin en Weyland, verkopen een extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast barkschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd DECIMA, gevoerd door kapt. P.J. Feynt, volgens Nederlandse meetbrief lang 33 el 20 duim, wijd 6 ellen, hol 5 el 1 duim, en alzo gemeten op 444 tonnen of 234 lasten. Breder bij inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaars of bij de cargadoors Floris der Kinderen & Zoon
NRC 10 juli 1850114
Rotterdam, 9 juli. Heden middag te half twee ure werd te Amsterdam van de werf De Witte Olyphant, toebehorende aan de scheepsbouwmeesters Jerms. Meijjes & Zoonen in de Kleine Kattenburgersstraat aldaar met goed gevolg te water gelaten het barkschip HERMAN DE RUITER, groot ca. 330 lasten.
NRC 22 februari 1853114
Rotterdam, 21 februari. Door de Nederlandsche Handel Maatschappij zijn bevracht geworden de navolgende 16 schepen, als: …..
…..Voor Amsterdam: NEPTHUNUS, kapt. P. Schuurman, STAATSRAAD BAUD, kapt. T. de Jong, DOLPHIJN, kapt. C.B. Brandligt, NEHALENNIA, kapt. H. Staal q.q, HERMAN DE RUITER, kapt. P.J. Feijnt, JACQUELINE EN ELISE, kapt. O. de Haas, ANNA PAULOWNA, kapt. W. Bek Wzn, GRAAF VAN NASSAU, kapt. F. Sanders, WALVISCH, kapt. T. Schut, VAN GALEN, kapt. J.R. Smit, DOGGERBANK, kapt. P.J. van Kerkhoven.
NRC 25 februari 1854114
Portsmouth, 21 februari. Het Nederlandse barkschip HERMAN DE RUYTER, kapt. Feydt (opm: P.J. Feijnt), van Batavia naar Amsterdam bestemd, is alhier met verlies van voorsteng, kluiverboom, zeilen en andere schade binnengelopen.
NRC 23 mei 1854114
Rotterdam, 22 mei. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de volgende 31 schepen: ….
…..Voor Amsterdam: FANNY, kapt. J. v.d. Meulen; CLARA HENRIETTA, kapt. H. Croese; CORNELIA HENRIETTE, kapt. T. Gollards; SUSANNA CHRISTINA, kapt. J.J.H. Stolte; AMBARAWA, kapt. J. Buykes; MAGDALENA, kapt. A.P. Klein; HENRICA, kapt. J.R. de Boer; HERMAN DE RUYTER, kapt. P.J. Feynt; MARGARETHA SIMONETHA, kapt. F.J. Hoffman, CAPELLA, kapt. H. Wegman; TELEGRAPH, kapt. P.B. Rolufs; PRINS FREDERIK DER NEDERLANDEN, kapt. S.J. Rotgans; JULIE CLAIRE, kapt. H. de Wijn; A.R. FALCK, kapt. P. van Duyvenboden; CESAR, kapt. S. Hooglandt; WILLEM EGGERTS, kapt. H. Faber; JOHANNA, kapt. W. Halbertsma; PRINCES AMELIA, kapt. W. Groeneveld.
NRC 20 februari 1856114
Rotterdam, 19 februari. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 24 schepen, als:….
…..Voor Amsterdam: VAN GALEN, kapt. J.R. Smit; STRAAT BALY, kapt. G. Mulder; ALDEBARAN, kapt. B.G. Meyboom; BELLATRIX, kapt. A.P. Sandberg Jr; ZEEVAART, kapt. A. Legel; STAD AMSTERDAM, kapt. M. van Gijsel; HENRICA, kapt. M.C. Löschen; OOSTERGO, kapt. D.C. Claus; HERMAN DE RUITER, kapt. P.J. Feynt; MINISTER VAN Hall, kapt. O. de Haas; HENRIËTTE MARIA, kapt. N.D. de Boer; CORNELIA, kapt. N.N. (van Rotterdam); TAGAL, kapt. J.F.H. Göbel; EERSTELING, kapt. A.F. Giesse (beiden van Dordrecht).
NRC 15 mei 1858114
Batavia, 25 maart. Scheepsvrachten. De rates blijven steeds laag, daar er veel concurrentie bestaat en het te verschepen product zeer beperkt is.
Sedert onze laatste uitgave hadden de volgende bevrachtingen plaats:
Naar Nederland: de Nederlandse schepen HERMAN DE RUITER à NLG 75 voor suiker, NLG 70 voor tabak en vult op met huiden te Soerabaija naar Amsterdam te laden; MENTOR à NLG 70 voor suiker en NLG 105 voor arak alhier naar Amsterdam; ECLIPS à NLG 60 voor rijst te Indramayoe, en NLG 90 voor arak (opm: rijstbrandewijn) te Soerabaija naar Amsterdam in te nemen.
NRC 15 mei 1858114
Batavia, 25 maart. Scheepsvrachten. De rates blijven steeds laag, daar er veel concurrentie bestaat en het te verschepen product zeer beperkt is.
Sedert onze laatste uitgave hadden de volgende bevrachtingen plaats:
Naar Nederland: de Nederlandse schepen HERMAN DE RUITER à NLG 75 voor suiker, NLG 70 voor tabak en vult op met huiden te Soerabaija naar Amsterdam te laden; MENTOR à NLG 70 voor suiker en NLG 105 voor arak alhier naar Amsterdam; ECLIPS à NLG 60 voor rijst te Indramayoe, en NLG 90 voor arak (opm: rijstbrandewijn) te Soerabaija naar Amsterdam in te nemen.
NRC 13 juni 1858114
Soerabaija, 20 april. De vrachten blijven hetzelfde. De HERMAN DE RUYTER (opm HERMAN DE RUITER) bedong NLG 70 en NLG 75 voor suiker en tabak, de ZAANSTROOM 42½ cent per dollar voor rijst naar Hongkong, Amoy met cent van een dollar en Shanghay met 10 cents van een dollar verhoging.
NRC 13 maart 1859114
Rotterdam, 12 maart. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 23 schepen: …
…..Voor Amsterdam: REGINA, kapt. J. Lelyveldt; BELLATRIX, kapt. A.P. Sandberg; JAVA KOERIER, kapt. G. Diepering; CHINA, kapt. G.G. Luttenberg; GELDERLAND, kapt. D. Crap Hellingman; NEPTUNUS, kapt. P. Schuurman; ALDEBARAN, kapt. B.G. Meyboom; EQUATOR, kapt. J.G. Appel; JAVA, kapt. S. Stikkel van Dam; DOCTRINA ET AMICITIA, kapt. J.C. Strootman; HERMAN DE RUYTER, kapt. P.J. Feynt; BUITENZORG, kapt. H.H. Ruhaak; LUITENANT ADMIRAAL TJERK HIDDES, kapt. O.S. Parma…..
Familiegegevens en opleiding
Jonathan Baak Ez werd geboren te Amsterdam op 03 september 1807. In het Bevolkingstregister 1850 van Amsterdam staat als zijn adres Reguliersgracht 31, wonend te Amsterdam sinds 1839, religie Nederduits Hervormd.098
Hij huwde met Anto(i)nette Marquerite van Barneveld, geboren te Weckendorff op 20 oktober 1810 en overleden in mei 1884.
Hij overleed in 1870. Bij zijn overlijden is Delft als woonplaats vermeld.003 en 118
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Baak werd met nr. 393 effectief lid van Zeemanshoop op voordracht van A.C.van Braam Houckgeest. Entreedatum niet genoemd. Zijn schip was de “Elmina”002.
In de Algemene Vergaderingen van 17/24 oktober 1837 van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” wordt als effectief lid aangenomen/benoemd Jonathan Baak, oud 30 jaar, voerend de schoonerbrik “Elmina”, wonend op de Keizersgracht bij de Utrechtsestraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein A.C.van Braam Houckgeest023.
J.Baak Ez was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1837 t/m 1870 met de vlagnummers 393 (1837 t/m 1854) en 140 (1854 t/m 1870)
Hij werd deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop op 23 juli 1839003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
De notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 mei 1859 meldem kapitein J.Janse “vragende wanneer hij als 1e stuurman op het Barkschip Eendragt van kapt. J.Baak gaat om het bevel van dien bodem, op de kust van Guinea overtenemen zijn doorlopend regt blijft behouden.”Het Bestuur stemt daarmee in.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 juni 1870 vraagt de wed. J.Baak Ez, geb. van Barneveld om de reglementaire uitkering. Deze wordt in de vergadering dd 25 augustus 1870 toegekend ingaande 01 augustus 1870, maar dan moet wel eerst de achterstallige contributie worden voldaan.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 07 juni 1870 staat vermeld een: “Brief van den Heer G.W.J.Baak, namens zijne schoonzuster, berigtende het overlijden van den Heer J.Baak Edz.” 023.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 13 september 1870 staat vermeld dat per 01 augustus 1870 een uitkering in de 1e klasse is toegekend aan de wed. J.Baak Ez geb. van Barneveld.023.
De schepen van de kapitein
Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
393 1837-1840 sch.brik Elmina de Vries en Co
1841-1843 bark Afrika Boelen en Co
1844 geen opgave van schip en boekhouder
1845-1846 brik Elmina Boelen en Co
1848 geen opgave van schip en boekhouder
1849-1852 bark Decima Tra Kranen en Co
140 1853-1854 bark Decima idem
1855-1861 bark Eendrag tidem
1862-1869 geen opgave van schip en boekhouding
:
J.Baak Ez Eendragt 16 juni 1859 Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
Bouma025 vermeldt J(onathan) Baak Ez als gezagvoerder gedurende:
1838 t/m 1841 op de sch.brik “Elmina”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 160 ton o.m., varend voor de Vries & Co te Amsterdam. Het schip is in juli 1841 gestrand op de Goudkust. De bemanning is naar St.George d’Elmina gebracht;
1842 t/m 1844 op de bark “Afrika”, gebouwd in 1841 te Amsterdam, 362 ton o.m., varend voor Boelen & Co te Amsterdam;
1846 t/m 1848 van de brik “Elmina” ex Vrede & Vrijheid, gebouwd in 1810 in Engeland, 193 ton o.m., varend voor J.Boelen & Co te Amsterdam. In 1848 “verkocht” (niet vermeld aan wie);
1850 t/m 1855 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam;
1856 t/m 1859 van het fregat “Eendragt”, gebouwd in 1837 te Schiedam, 793 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam. Het deed dienst als depotschip in Guinea.
Het Archief van de Waterschout te Amsterdam 011a bevat een monsterrol van 01 december 1837 van de “Elmina” met als gezagvoerder Jonathan Baak.
Overige bijzonderheden
Aktenummer 1839-s9, 22-05-1839.115
In een extract uit het Journaal van de schoenerbrik “Elmina” doet kapitein Jonathan Baak, “op een reis van Amsterdam naar de kust van Guinea, op dat moment zeilende in de Bento of St.John Rivier” de melding van het overlijden van een matroos op 30 juli 1838.
Familiegegevens en opleiding
Geen
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.L.W.F.Stern werd met vlagnummer 943 per 15 november 1853 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voorspraak van kapitein J.Baak Ez. Als zijn schip is vermeld de “Eendragt”. Toegevoegd is “overleden” 002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 08/15 november 1853 wordt als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Lodewijk Willem Fredrik Stern, oud 28 jaar, voerend de bark “Eendragt”, voor rekening van Trakranen & Co, wonend op de Nieuwendijk bij de Raamskooi te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.Baak Ez. Hij kreeg vlagnummer 943 en vanaf 01 mei het nummer 549. 023.
Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 maart 1859 ataat de mededeling van kapitein J.L.W.F.Stern dat hij een reis naar Afrika gaat maken, maar niet als gezagvoerder. Hij wil dan deelnemer blijven in het Weldadig Zeemans Fonds, maar het Bestuur wijst dit af, omdat uit zijn schrijven niet blijkt dat de reis als zeevarend lid wordt gemaakt.042.
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 01 mei 1860 wordt een brief vermeld van J.L.W.F.Stern, die meldt dat hij heeft verzuimd kapitein J.C.Molenaar als deelnemer aan te melden en hij vraagt of dit alsnog kan gebeuren. Het Bestuur wijst dit verzoek af.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 01 mei 1860 staat vermeld een: “Brief van Kapt. J.L.W.F.Stern verzoekende om houdende regt op het Fonds eene reis te mogen doen naar Africa hoewel niet in kwaliteit als Gezagvoerder, welk verzoek is gewezen van de hand.” 023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
943 1853 bark Eendragt Trakranen & Co
549 1854 bark Eendragt idem
1855 sch.kof Decima idem
1856 bark Decima idem
1857-1869 geen vermelding van schip en boekhouder
Bouma025 vermeldt J.L.W.F.Stern als gezagvoerder gedurende:
- * 1854 t/m 1855 van het fregat “Eendragt”, gebouwd in 1837 te Schiedam, 793 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam;
- * 1856 t/m 1857 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam 457 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Jan Janse werd geboren te Amsterdam op 09 januari 1822.
Hij trouwde met Sophia Bulman, geboren te Amsterdam op 02 mei 1822.003
Vanwege de opgaven omtrent Janse resp. Jansen heb ik (S.P.) op het GAA de geboorteakte (1822-2/22V) gecontroleerd: Op 10 januari 1822 werd gemeld dat op 09 januari 1822 was geboren Jan Janse, zoon van Hendrik Janse, kastenmakersknecht en Petronella Guillemette Gielleron, wonende op de Anjeliersgragt 170, Kanton 6. MAAR: de vader ondertekende de akte met Hk. Janszen. De akte volgend is het dus Janse.
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
J.Janse werd per 25 juli 1854 met vlagnummer 583 op voordracht van A.van Oosterom ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege "Zeemanshoop". Toegevoegd is "honorair lid geworden"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 18/25 juli 1854 werden als effectief lid voorgedragen benoemd Jan Janse, oud 32 jaar, voerend de bark “Amicitia”, voor rekening van G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam, wonend in de Wolvenstraat te Amsterdam, op voordracht van kapitein A.van Oosterom023.
Deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 05 mei 1857. Honorair lid geworden003.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
De notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 31 mei 1859 meldem kapitein J.Janse “vragende wanneer hij als 1e stuurman op het Barkschip Eendragt van kapt. J.Baak gaat om het bevel van dien bodem, op de kust van Guinea overtenemen zijn doorlopend regt blijft behouden.”Het Bestuur stemt daarmee in.042
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 januari 1869 wordt op verzoek van kapitein Janse zijn effectieve lidmaatschap omgezet in een honorair lidmaatschap. Hij bedankt tevens voor deelname in het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop.042.
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 28 juni 1859 staat vermeldt een: “Brief van Kapt. J.Janse vragende of hij zijn doorlopend regt blijft behouden wanneer hij als 1e stuurman op het Barkschip Eendragt gaat, om het bevel van dien bodem op de kust van Guinea overtenemen, waarop toestemmend is geantwoord.”
In de notulen van de Algemene Vergadering dd 09 februari 1869 staat vermeldt het verzoek van kapitein Jan Janse om zijn effectief lidmaatschap te mogen omzetten in een honorair lidmaatschap hetgeen werd toegestaan.023.
De schepen van de kapitein
lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
583 1854-1856 bark Amicitia G.W.van Barneveld Kooy
1857-1858 bark Decima Tra Kranen & Co
1859-1863 geen opgave van schip en boekhouder
1864 bark Eendragt Tra Kranen & Co
1865-1866 geen opgave van schip en boekhouder
1867 bark Nieuw Amsterdam geen opgave
1868 bark Nieuw Amsterdam Abuys, Janse & Co
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
J.Janse Eendragt 19 juni 1859 niet vermeld
Bouma025 vermeldt J.Jansen (moet zijn Janse) als gezagvoerder gedurende:
* 1855 t/m 1857 van de bark “Amicitia”, gebouwd in 1849 te Amsterdam, 328 ton o.m., varend voor G.W.van Barneveld Kooy te Amsterdam;
* 1858 t/m 1859 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor Trakranen & Co te Amsterdam;
* 1868 t/m 1875 van de bark “Nieuw Amsterdam” ex Minister van Hall, gebouwd in 1854 te Amsterdam, 415 ton o.m., varend voor Abuys, Janse & Co te Amsterdam. Het schip was in 1875 depotschip op de kust van Guinea en werd later verkocht naar Schotland.
Overige bijzonderheden
Geen
Datum vanaf: |
1857 |
Kapitein: |
Janse, Jan |
Overige informatie: |
0 |
Familiegegevens en opleiding
Eisse Akkerman werd geboren te Amsterdam op 25 november 1822 ’s avonds 09 uur als zoon van de zeeman Roelof Jansens Akkerman en Martha Margaretha Biestert.
Hij trouwde op 09 februari 1848 te Amsterdam als zeeman met Naatje Volmer, geboren 09 maart 1825 te Amsterdam als dochter van de tuinman Hendrik Volmer en Anna Maria Mietje Disselmeijer. Zij overleed te Amsterdam op 04 juni 1890.
Het overlijden van Eisse werd te Amsterdam gemeld op 03 juni 1870 , verwijzend naar een extract uit een melding uit Den Helder, waarin zijn overlijden werd gemeld op 10 mei 1870, 47 jaar Stadsarchief, Amsterdam
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
E.Akkerman werd met nr. 760 effectief lid van Zeemanshoop op 19 juli 1859 op voordracht van J.H.Witt, Zijn schip was de "Decima"002.
In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 12/19 juli 1859 is vermeld dat tot effectief lid is voorgedragen/benoemd Eisse Akkerman, oud 36 jaar, voerend de bark “Decima’, voor rekening van Holtzapffel, wonend in de Groote Kattenburgerstraat 748 te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.H.Witt.023.
Eisse Akkerman was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1859 t/m 1870 met vlagnummer 760.
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 juni 1870 vraagt de wed. E.Akkerman geb. Folmer om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 25 augustus 1870 wordt toegekend ingaande 01 juni 1870 voor haar en 1 kind.042
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 30 augustus staat vermeld dat per 01 juni 1870 een uitkering in de 1e klasse Afd. A. is toegekend aan de wed. E.Akkerman geb. Volmer voor haar en 1 kind.023.
De schepen van de kapitein
Vermeld in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
760 1859-1860 bark Decima J.Holtzapfel te Apeldoorn
1861-1865 bark Elshout idem
1866-1869 bark Elshout W.Bakker Bz.
Bouma025 vermeldt E.Akkerman als gezagvoerder gedurende:
* 1860 t/m 1861 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor J.Holzapfel te Apeldoorn;
* 1862 op hetzelfde schip maar nu varend voor J.Holzapfel te Amsterdam;
* 1862 t/m 1866 op de bark “Elshout”, gebouwd in 1844 te Elshout, 629 ton o.m., varend voor J.van Vollenhoven te Rotterdam;
* 1867 t/m 1870 op het zelfde schip maar nu voor W.Bakker Bz te Amsterdam;
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093
E.Akkerman Decima 05 augustus 1859 21 november 1860
Elshout 27 mei 1861 02 april 1862
Elshout 08 mei 1862 07 mei 1863
Elshout 19 juni 1863 19 april 1864
Elshout 12 juni 1864 01 maart `1865
Elshout 20 mei 1865 08 februari 1866
Elshout 03 juli 1867 15 april 1868
Elshout 01 auguatus 1868 niet vermeld
Overige bijzonderheden
Geen
Familiegegevens en opleiding
Henry Grivel werd geboren in Amsterdam op 08 februari 1820 als zoon van Henry Grivel en Antje Coenradi. De familie is van Zwitserse oorsprong.
Henry trouwde op 25 mei 1848 te Amsterdam als zeeman met Cornelia Margaretha Brouwer, geboren te Amsterdam op 26 mei 1825 als dochter van Cornelis Brouwer, havenknecht, en Marretje Egberts. Zij zou overleden zijn in april 1862 maar haar overlijdensakte niet in Amsterdam en op GenLias gevonden. Als deze datum klopt dan is zij overleden in het kraambed van dochter Henriëtta Margaretha – zie hierna.
Het echtpaar kreeg 4 dochters en wel
* Annetta, geboren te Amsterdam op 19 december 1848.
Zij trouwde te Amsterdam op 27 mei 1881 met Hendrik Philippus Schalekamp (wijnhandelaar), geboren 05 december 1851 te Amsterdam in de Staalstraat C5 nr.3 als zoon van Willem Schalekamp (drogist) en Maria Johanna Weerensteijn.
Één van de getuigen was Henri Francois Grivel, neef van de bruid, zonder beroep, 44 jaar, wonende te Bussum.
In het Bevolkingsregister van Amsterdam 1874-1892 wordt het echtpaar genoemd met daarbij als kinderen Maria Johanna (geb. 16 april 1882 te Amsterdam) en zoon Hendrik Philippus (geb. 22 juni 1884 en overleden 02 september 1884, beide te Amsterdam).
* Jannetje Cornelia Margaretha, geboren te Amsterdam op 19 augustus 1852 en overleden te Dordrecht op 17 augustus 1853.
* Henriëtte Cornelia, geboren te Amsterdam op 13 augustus 1858 en aldaar overleden op 02 mei 1859.
* Henriëtte Margaretha, geboren te Amsterdam op 07 maart 1862 en aldaar overleden op 18 september 1863.
Henry Grivel overleed te Maartensdijk op 16 september 1890. GenLias
Uit voorgaand overzicht is duidelijk dat er geen directe nazaten met de naam Grivel zijn van kapitein Henry Grivel. Ook zijn er vrij zeker geen nazaten via de vrouwelijke lijn.
Nazaten gaan terug naar een oudere broer van Henry en wel Rutger Grivel, geboren te Amsterdam op 17 april 1818, getrouwd met Maria Dorothea Grim en overleden in het Kanaal van Formosa op 14 oktober 1861. Deze was eveneens koopvaardijkapitein. (zie aldaar).
De lijn van Rutger loopt verder via Daniël Grivel en Johanna Petronella Akkenaar → Emile Charles Grivel en Theodora Hendrika Muller → Albert Grivel en Maria Margaretha van der Beemt → Eric en Theo Grivel.
Eric en Theo zijn de meest directe nazaten.
Gegevens zijn ontleend aan www.grivel.net
Lidmaatschap zeemanscollege(s)
H.Grivel werd met nr.619 lid van Zeemanshoop per 24 april 1855 op voorspraak van G.de Jong. Zijn schip was de "Sumatra"002.
In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 17/24 april 1855 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Henri Grivel, oud 35 jaar, voerend de bark “Sumatra”, voor rekening van de Gebr. Blussé te Dordrecht, op voordracht van kapitein G. de Jong.023.
Henry werd deelnemer aan het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 30 november 1858 en bedankte in 1864003.
H.Grivel was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1855 t/m 1864 met vlagnummer 619.
H.Grivel wonend te Amsterdam was lid van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” met vlagnummer D53 in de periode 27 april 1855 t/m zijn overlijden op 16 september 1890. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de “Sumatra” onder directie van de Gebr. Blussé te Dordrecht.064a
Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 november 1858 verzoekt H.Grivel om “in de voortdurende deelneming te mogen worden opgenomen, zonder verhoogde contributie, varend thans voor eene haven buiten Amsterdam.”Het Bestuur stelt dat, indien de kapitein onder de 40 jaar is, artikel 353 van het Reglement van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop van toepassing is.042 (Dit artikel 353 regelt de condities waaraan een lid moet voldoen om toestemming te krijgen voor een andere haven dan Amsterdam te varen.)
In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 23 februari 1865 bedankt kapitein H.Grivel voor deelname in het Fonds maar “verzoekende lid voor de vlag te mogen blijven.”042.
In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 24 juli 1866 staat vermeld een: “Brief van Kapt. H.Grivel voerende het Barkschip Vondel in Buenos Ayros 9 Juni 1866 houdende mededeelingen van verschillende waarnemingen in het belang der Scheepvaart van welk schrijven afschrift ter tafel zal worden gelegd.” 023.
In het kasboek van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” staat op 26 mei 1855 de storting door H.Grivel van f 15,- als entreegeld voor lidmaatschap van het college.064b
In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 10 november 1870 staat de mededeling dat de contributie van kapitein de Grivel is gebracht op f 3,- 064a
In de notulen van de Bestuursvergadering van het Dordtse zeemanscollege “Tot Nut van Handel en Zeevaart” dd 22 oktober 1890 wordt het overlijden gemeld van H.Grivel.064a
In het kasboek van het Dordtse College dd 22 september 1890 staat de reglementair vastgestelde uitkering van f 200,- aan de erven van kapitein H.Grivel te Amsterdam.064b
De schepen van de kapitein
vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:
vlagnummer jaren type scheepsnaam naam reder/boekhouder
619 1855-1861 bark Sumatra Gebr.Blussé te Dordrecht
1862-1864 bark Decima J.Holtzapffel te Amsterdam
1865-1869 brik Vondel H.J.E.Hekman te Amsterdam
1870-1873 geen vermelding van schip en boekhouder
001 = Gegevens zijn ontleend aan de jaarlijkse naamlijsten van effectieve leden van het "Collegie Zeemans-Hoop" in de Amsterdamschen Almanak voor Koophandel en Zeevaart Deze bron vermeldt alleen de schepen gedurende de lidmaatschapsperiode van de kapitein.
In Ledenlijsten de Dortse zeemansalmanak (Stadsarchief Dordrecht, inv. 93, nrs 16-33) staat H.Grivel als gezagvoerder064a:
* 1854 t/m 1859; 1861 bark “Sumatra” boekhouders Gebr. Blussé
* 1874 geen vermelding van een schip
Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:
H.Grivel Sumatra 16 december 1858 25 mei 1861
Decima 19 maart 1862 niet vermeld
Decima geen vermelding 08 december 1864
Het fregat “Sumatra” van de rederij Blussé van Oud Alblas te Dordrecht heeft minstens 4 reizen gemaakt waarvan de volgende onder kapitein H.Grivel:
* 3de reis. 1855. Bestemming niet genoemd. Terugkomst niet genoemd
* 4de reis. Vertrek niet genoemd. Terugkomst in 1862. Schip verkocht in 1862
Gegevens de heer P.Blussé te Vught, april 2008. Ontleend aan Blussé archief in Stadsarchief van Dordrecht.
Bouma025 vermeldt H.Grivel als gezagvoerder gedurende:
* 1854 t/m 1862 van het 3/m schip “Sumatra” ex Johanna Catharina, gebouwd in 1840 te Amsterdam, 745 ton o.m., varend voor de Gebr. Blussé te Dordrecht. Het schip werd in 1862 verkocht naar Zweden;
* 1863 t/m 1865 van de bark “Decima”, gebouwd in 1837 te Amsterdam, 457 ton o.m., varend voor J.Holzapfel te Amsterdam. Het schip werd verkocht naar Noorwegen en herdoopt in Emma;
* 1866 t/m 1870 van de brik “Vondel”, gebouwd in 1865 te Amsterdam, 246 ton o.m., varend voor Hekman, Klinkhamer & Co te Amsterdam.
Overige bijzonderheden
De brik “Vondel” onder kapitein H.Grivel was op 01 juni 1867 te Buenos Aires en op 09 augustus te Valparaiso, dus via de ronding van Kaap Hoorn. Op 12 augustus te Tomé maar een retour reis is niet gevonden.121
NRC 06 november 1853
Falmouth, 2 november. De Nederlandse schepen REGINA, kapt. Ingerman, van Londen naar Adelaide, en SUMATRA, wijlen kapt. Keeman, van Dordrecht naar Liverpool bestemd, zijn hier beiden heden binnengelopen, eerstgenoemde heeft de zeilen verloren, en op de laatstgenoemde is de gezagvoerder overleden.
(was Henry Grivel stuurman op dit schip?)
NRC 27 april 1854
Rotterdam, 26 april. Door de Nederlandsche Handel-Maatschappij zijn bevracht de navolgende 37 schepen, als:
Voor Rotterdam: … SUMATRA, kapt. H. Grevel; …
|