Inloggen
CATHARINA MARIA - ID 10125


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1832-05-11 / 1845-11-22 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1832
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Schoenerkof
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Dekken: 1
Construction Data

Geboren te Pekela, gedoopt te Kleinemeer op 18-05-1787.
Overleden te Oude Pekela op 23-06-1854.
Gehuwd op 20-05-1816 met Tecla Wilmink.

Scheepsbouwer: Jan Hindriks Drenth, Oude Pekela, Groningen, Netherlands
Date Laid Down: 1830-00-00
Launch Date: 1832-03-00
Delivery Date: 1832-04-12
Technical Data

Gross Tonnage: 75.00 lasts
Gross Tonnage 2: 140.00 tons (oude meting)
 
Length 1: 26.03 Meters Registered
Beam: 4.78 Meters Registered
Depth: 2.54 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1832
Datum agenda: 1832-05-11
Register nr: 18320344
Scheepsnaam: CATHARINA MARIA
Type: Kof
Lasten: 74
Gebouwd in provincie: Groningen
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Tortike & Zoon, J.L.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Kral, H.H.
Opmerkingen: Eerste zeebrief
Turks paspoort verleend naar New York

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1832-05-08 CATHARINA MARIA
Manager: Firma Jan Laurens Tortike & Zoon, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1833-08-10 THERESIA ALIDA
Manager: Harmanus Harm Kral, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: See Part Owners.

Date/Name Ship 1836-02-16 JONGE MARIA
Manager: Joannes Jacobus Pik, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Wilhelmus Jacobus Hoogenhuyze e.a. (1e luitenant), Maastricht, Limburg, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Maastricht / Netherlands
Additional info: See Part Owners.

Date/Name Ship 1839-10-21 MARGARETHA
Manager: Firma Kranenborg & Zonen (Nanno Kranenborg), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Firma Kranenborg & Zonen (Nanno Kranenborg), Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: Aankoopprijs NLG 12.400,-

Date/Name Ship 1842-04-29 HOOP
Manager: Johannes Coenraad Londt Hendrikszn., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Johannes Coenraad Londt Hendrikszn., Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands
Additional info: Aankoopprijs NLG 14.000

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij acte 8 van 1832, kof CATHARINA MARIA, eigenaren per medio april 1832 

firma Jan Laurens Tortike & Zoon, Amsterdam (boekhouders en 16/32e part) 
Hermanus H. Kral, Amsterdam (schipper en 8/32e part) 
Wm. Wiltink Jr., Amsterdam (4/32e part) 
J.H. Drenth, Oude Pekela (1/32e par)
G. Wortelboer, Oude Pekela (1/32e part) 
R.P. Brons, Oude Pekela (1/32e part) 
firma H.E. Schreuder & Zoon, Oude Pekela (1/32e part)

Bijlage bij acte 8 van 1833, kof THERESIA ALIDA  , eigenaren per medio augustus 1833
Harmanus H. Kral, Amsterdam (boekhouder, schipper en 24/32e part)
W. Willink Jr., Amsterdam (4/32e part)
J.H. Drenth, Oude Pekela (1/32e part)
G. Wortelboer, Oude Pekela (1/32e part)
R.P. Brons, Oude Pekela (1/32e part)
firma H.E. Schreuder & Zoon, Oude Pekela (1/32e part)

16 februari 1836. JONGE MARIA:

Eigenaren:
Wilhelmus Jacobus van Hoogenhuyze, eerste luitenant bij de 13e Afdeling Nationale Infanterie in garnizoen te Maastricht, voor 48/64e deel,
Joannes Jacobus Pik, koopman te Amsterdam, voor 15/64 deel,
Tezamen 63/64e parten
Vermoedelijk kapt. H.H. Kral 1/64e aandeel.
Aankoopprij: NLG 12.200,50

 

Ship Events Data

1832-04-02: Meting gedaan door scheepsmeter G.A. Everdingen, Winschoten, op 02.04.1832 - No. 32
1845-11-22: Final Fate: Stranded

Op 22 november 1845 is de HOOP tussen de Neath Bar (opm: de drempel voor de rivier de Neath) en deze haven gestrand en wrak geworden.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

H.H.Krall werd per 20 april 1830 op voordracht van D.Spreeuw met vlagnummer 320 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving werd geen schip genoemd. Toegevoegd is "geroyeerd"002.

In de Algemene Vergadering van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 13/20 april 1830 werd met vlagnummer 320 voorgedragen/benoemd kapitein Harmannus Harms Kral, wonende in de Torensteeg te Amsterdam en met adres bij de heer A.Langholt te Amsterdam, oud 28 jaar, voerende de smak Alida Elisabeth, op voordracht van kapitein D.Spreeuw023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 25 november 1847 staat een bericht van de penningmeester “dat de kapiteins H.H.Zeylstra, D.Boes Lutjens en H.H.Krall weigerachtig zijn de boeten wegens het niet vershijnen en teekenen van de Wekelijkse vergaderingen te betalen.” Ze krijgen 14 dagen de tijd en het Bestuur zal bij in gebreke blijven in een volgende vergadering nader besluiten. In de vergadering van 30 december 1847 bericht de penningmeester dat de kapiteins Krall en Boes Lutjens hun boeten hebben aangezuiverd “doch dat kapitein H.H.Zeylstra blijft weigeren niettegenstaande de herhaalde aanmaningen in de missive aan hem gedaan. Wordt besloten op de wijze bij de Wet bepaald aan de Wekeliiksche vergadering voor te dragen zijne vervallen verklaring van het Lidmaatschap.”

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         320                      1830-1831     smak                Alida Elisabeth                                     Lankholt

                                           1832           sch.kof            Catharina Maria                                   J.L.Tortike & Zn

                                      1833-1835     kof                   Theresia Alida                                      AlidaW.Willink Jr

 

Bouma025 vermeldt H.H.Kral als gezagvoerder gedurendee:

*    1829 t/m 1832 van de smak “Jonge Auke”, gebouwd in 1821, bouwlocatie niet vermeld, 62 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Workum;

*    1829 t/m 1834 van de smak “Alida Elisabeth”, gebouwd in 1810, bouwlocatie niet vermeld, 95 ton o.m., varend voor Langewold te Amsterdam;

Overlappend met de vorige opgave.!

*    1833 t/m 1838 van de sch.kof “Catharina Maria”, gebouwd in 1832 bouwlocatie niet vermeld, 200 ton, varend voor J.L.Tortike & Zn te Amsterdam;

*    1834 t/m 1836 van de schkof “Theresia Alida”, gebouwd in 1832 te Amsterdam, 142 ton o.m., varend voor W.Willink Jr te Amsterdam. Het schip voer in 1837 voor J.J.Pik te Rotterdam en was herdoopt in “Jonge Maria”.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1832
Kapitein: Kral(L), Harmannus Harms
Overige informatie: Hermanus (Harmannus) Harm Kral: * Oude Pekela circa 1803, † onbekend. Trouwde op 10.02.1830 te Amsterdam met Alida Elisabeth Langholt.

Familiegegevens en opleiding

Jacobus Elie van Hoogenhuyze, gereformeerd, 1 el-42 duim, gevaccineerd, werd op 12 jarige leeftijd als leerling van de Kweekschool voor de Zeevaart te Amsterdam ingeschreven per xxxx. Hij werd vlg. doopceel 1486 te Den Haag gedoopt op 20 mei 1810. Zijn vader was Jacob van Hoogenhuize (sic), Den Haag, gereformeerd, in 1822 overleden en tijdens zijn leven luitenant bij de infanterie. Zijn moeder was Maria van Doorn uit Heukelom, gereformeerd, en in 1822 wonende te Aalten (Gld). Van de vorderingen van Jacobus werden per 01 oktober 1822 3-maandelijkse rapporten bijgehouden. Daarin werden de volgende bijzonderheden vermeld:

09 september 1825    "geplaatst als kajuitwachter op 't schip de Jonge Willem kapt.P.Medervoort naar Surinamen à ¦10,-". (na raadpleging van Bouma025 is het vrij zeker dat hier sprake is van kapitein G.van Meedevoort. Zie aldaar).

19 mei 1826                "als ledemaat aangenomen bij D0 Weyland".

16 november 1826     "geplaatst als ligtmatroos op het schip Concordia Captn Bos naar Batavia voor Rotterdam ...".

29 oktober 1827         "terug van de reis met loffelijke attestatie".

31 oktober 1827         "ontslagen met honorabele attestatie en certificaat Vrijstelling voor de Nationale Militie"004(532/1486).

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.E.van Hoogenhuyze werd met nr.338 effectief lid van Zeemanshoop per 09 februari 1836 op voorspraak van L.A.J.Boulett. Zijn schip was "De Jonge Maria". Hij is als lid geroyeerd002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 02/09 februari 1836 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jacobus Elie van Hoogenhuijze, oud 26 jaar, voerend de schonerkof “Jonge Maria”, boekhouder J.J.Pik, wonende te Amsterdam ten huize van J.A.Francke in de Armsteeg nr. 16, op voordracht van kapitein L.A.J.Boulett023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 februari 1842 staat het bericht dat stuurman J.E.van Hoogenhuize, varend onder kapitein Bruining, zijn contributie niet betaald. Het Bestuur stelt dat kapitein Hoogenhuize, hoewel als stuurman varend, zijn bijdrage behoort te voldoen.042

In de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 juli 1842 meldt de penningmeester dat kapitein J.E. van Hoogerhuijze zijn contributie en de verschuldigde stortingen niet heeft voldaan.042

In de notulen van de Bestuursvergadering dd 27 oktober 1842 staat vermeld dat kapitein J.E. van Hoogenhuyze van het lidmaatschap vervallen is verklaard, wegens nalatigheid in zijn stortingen.042.

 

In de notulen van 20 december 1842 van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop staat dat het lidmaatschap van J.E.van Hoogenhuyze en van J.C.de Jong is beeindigd “wegens wanbetaling van contributiën en storting.”023

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        338                            1836           sch.kof            De Jonge Maria                                    J.J.Pik

                                           1837           sch.kof            De Jonge Maria                                    Thym, Rothuys & Co

                                           1838           sch.kof            De Jonge Maria                                    Thym & Rothuys

                                      1839-1841     geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.E. van Hoogenhuyze als gezagvoerder gedurende:

*    1837 van de sch.brik “Jonge Maria” ex Theresia Alida, gebouwd in 1832 te Amsterdam, 142 ton o.m., varend voor J.J.Pik, geen thuishaven vermeld (is Amsterdam);

*    1838 t/m 1839 van hetzelfde schip maar nu varend voor Thijm, Rothuis & Co, geen thuishaven vermeld (is Amsterdam). Het schip werd in 1839 geveild.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1836
Kapitein: Hoogenhuyze, Jacobus Elie van
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Hindrik Koster werd gedoopt 18 september 1796 te Veendam als zoon van de schipper Harm Hindriks Koster en Trientje Fokkes Kemper.

Hindrik  Harms trouwde op 05 juni 1823 te Nieuwe Pekela als zeeman met Mettina Margaretha de Boer, geboren/gedoopt te Nieuwe Pekela 11/21 augustus 1803 als dochter van de schipper Jan Berends de Boer en Harmanna Margaretha Dijkhuis. Mettina  overleed op 18 mei 1885 te Nieuwe Pekela, 81 jaar, weduwe.

Hendrik Harms is in oktober 1846 vergaan met zijn kof “Concordia”op weg van Elseneur naar Amsterdam.

Groninger Courant, 19 januari 1847

 

In Burgerlijke Stand akten uit de provincie Groningen wordt Hendrik Harms vermeld als zeeman in 1823, als schipper in 1824, 1829, 1832, 1835, 1836, 1838, 1841, 1844, 1847.

 

Lidmaatschap van zeemanscolleges

H.H.Koster (adres Kranenborg & Zn) werd per 22 december 1835 op voordracht van B.J.Smeengh en met vlagnummer 334 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdams zeemanscollege "Zeemanshoop". Bij de inschrijving was zijn schip De "Metta (sic) Jantina". Toegevoegd is "overleden"002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 15/22 december 1835 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Hendrik Harms Koster, 39 jaar, voerend de kof “Mettina Jantina”, wonend te Nieuwe PekelA en met als adres bij Kranenborg & Zn te Amsterdam, op voordracht van J.Smeengh023.

H.H.Koster was effectief lid van het Amsterdamsche zeemanscollege “Zeemanshoop” met vlagnummer 334 in de periode 1835 t/m 1847.

 

H.H.Koster was effectief lid van het naamloze zeemanscollege te Pekel-A met vlagnummer 58 in de periode 1827 t/m 1846. In de periode 1837-1838 wordt hij in de ledenlijsten vermeld als KoRter.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dde 28 januari 1847 vraagt de weduwe van kapitein van H.H.Koster, geb. M.M. de Boer om een uitkering. Deze wordt haar in de vergadering van 25 februari 1847 toegekend voor haar en 4 kinderen ingaande 01 november 1846.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 16 maart 1847 wordt gemeld dat per 01 november 1847 een uitkering is toegekend aan de weduwe van kapitein H.H.Koster voor haar en 4 kinderen.023

 

De schepen van de kapitein

lid van het college Voorzorg te Nieuwe Pekela036

vlagnummer      periode      type                     naam van het schip                                 boekhouder/reder

      NP12              1864        sch.br.                 Hercules (ex Johannes Hermanus)       J.H.van Loon & Zn, Harlingen

 

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

       334                             1836           kof                   Mettina Jantina                                    J.A.Eilers, PekelA

                                      1837-1839     kof                   Mettina Jantina                                    Corr.Kranenborg & Zn

                                      1840-1842     sch.kof            Margaretha                                           geen opgave

                                      1843-1846     kof                   Concordia                                             idem

 

Bouma025 vermeldt H.H.Koster als gezagvoerder gedurende:

*    1821 t/m 1832 van de kof “Jonge Cornelis”, gebouwd in 1807, bouwlocatie niet vermeld, 114 ton o.m., varend voor Tiktak te Pekela. Het schip werd 7 maal te Harlingen geregistreerd komend van Noorwegen.

*    1830 t/m 1833 van de kof “Mettiena Margaretha”, gebouwd in 1809, bouwlocatie niet vermeld, 160 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip werd 1 maal te Noorwegen geregistreerd komend van Noorwegen;

*    1835 t/m 1839 van de kof “Mettiena Jantina”, gebouwd in 1835, bouwlocatie niet vermeld, 109 ton o.m., varend voor J.A.Eilers te Pekela. Het schip werd in 1839 afgekeurd na een stranding;

*    1839 t/m 1842 van de schkof “Margaretha” ex Jonge Maria, ex Theresia Alida, gebouwd in 1832 te Amsterdam, 142 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Pekela. Het schip voer in 1843 voor J.C.Londt te Amsterdam en was herdoopt in “de Hoop”;

*    1843 t/m 1847 van de kof “Concordia”, geen gegevens over bouw, eigenaar en thuishaven. Zelfs over de kapiteinsnaam heeft Bouma zijn twijfels. Het schip werd na een Sontpassage vermist.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van Hendrik Harms Koster als gezagvoerder van de:

“Jonge Corneles, dd 25 juni 1824; 18 mei 1825;

“Mettina Margaretha”, dd 30 april 1830;

“Mettina Jantina”, dd 10 oktober 1835.

 

De collectie monsterrollen op het Noordelijk Scheepvaartmuseum te Groningen vermeldt:

1817, geen datum vermeld, kof “Vrouw Margaretha”, schipper Hindrik Jelles Mooy, matroos Hindrik Harms Koster uit Nieuwe Pekela.

11 februari 1819, kof “Vrouw Margaretha”, kapitein Harm H.Koster, matroos Hindrik Harms Koster uit Nieuwe Pekela.

24 februari 1821, kof “Vrouw Hinderika”, schipper Jan Pieters Schuuring, matroos Hindrik Harms Koster uit Nieuwe Pekela.

22 februari 1822, smak “Jonge Cornelis”, kapitein Harm H.Koster, stuurman Hindrik Harms Koster uit Nieuwe Pekela.

19 februari 1845, kof “Concordia”, kapitein Hindrik Harms Koster uit Nieuwe Pekela.

 

In het Archief van de Waterschout op het Stadsarchief van Amsterdam bevinden zich monsterrollen op naam van kapitein Harm Hilders Koster als gezagvoerder op de:

“Jonge Cornelius”, dd 02 mei 1823

 

Mulder085 vermeldt:

“14.07.1835  Volgens  rapport aan G.S. van Groningen zijn in 1834 van de twaalf volgende Pekelder Schippers hun schepen verongelukt:

                                                                             …..

                                                                             Hk. Koster, kof, volk gered

                                                                             … “

 

Kroniek van Pekela – 1835 14 juli 1835115

“Omtrent de ‘Koophandel en Zeevaart’ luidt het gewone verslag van 7 juli j.l. van Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen ongunstig. De hevige najaarsstormen hebben de aanzienlijke vloot van onze gewestelijke koopvaardijschepen weer op een allerongelukkigste wijze getroffen. De grootte van deze ramp blijkt het duidelijkst uit navolgende opgave van de in het jaar 1834 verongelukte schepen.

… Hk. Koster, van de Pekela, kof, het volk gered. …”

Tevens  nog de opgave van 12 schepen

 

Krantenberichten

Leeuwarder Courant 08 augustus 1820114

Nieuwezijlen (opm: bij Dokkum).        Den 31 (juli) dito binnengekomen het smakschip DE GOEDE INTENTIE, kapt. Teeke J. van der Veer, met rogge van Memel (opm: Klaipeda), de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen, de VROUW ALIDA, kapt. Uge Jans Uges, met rogge en tarwe van Dantzig (opm: Gdansk)…..

 

Leeuwarder Courant 26 september 1820114

Harlingen. ….Den 16 dito binnengekomen het smakschip de VROUW MARGARETHA, kapt. E. Pot, met hout van Dantzig (opm: Gdansk), het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen, de schonerschepen HOOPE, kapt. William Barfield, met ballast van Londen, MARIA, kapt. William Atkinson, met steenkool van Shields, het pinkschip PROVIDENTIA, kapt. S.H. Geertsen; het galjasschip PROVESTEENEN (opm: slecht leesbaar), kapt. A.F. Finne, beide met hout van Noorwegen. Niets uitgezeild…..

 

Leeuwarder Courant 06 oktober 1820114

Harlingen.  ..  Den 28 dito uitgezeild de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, JOHANNES, kapt. R.H. Jonker, beide met ballast op avontuur, het sloepschip NAJADEN, kapt. H.J. Bockman, met stukgoederen naar Hapsal, de smakschepen MARIA SOPHIA, kapt. R.D. Lovius, met pannen en steen naar Hamburg, de VROUW JANTINA, kapt. J.E. Dik, met ballast en pannen op avontuur, het kofschip de VROUW ANNEGINA, kapt. H.J. Potjer, met schors naar Leverpool, het galjasschip DIANA, kapt. G.C. Mats, met ballast op avontuur.

 

Leeuwarder Courant 25 mei 1821114

Harlingen. Den 14 mei binnen gekomen de kofschepen LAAT HEM ZO, kapt. E. Peters, ledig van Amsterdam; de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen…..

 

Leeuwarder Courant 12 juni 1821114

Harlingen. Den 28 mei

….Uitgezeild de smakschepen de JONGE CORNELIS DE HAAN, kapt. Jan J. Siedses, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong, de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de kofschepen de VROUW ZWAANTJE, kapt. Jan J. Kortrijk, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle met ballast op avontuur, de DRIE GEBROEDERS, kapt. Jan M. Swart, met pannen naar de Kleine Oost (opm: de Levant)….

 

Leeuwarder Courant 10 juli 1821114

Harlingen.

…..Den 26 dito binnen gekomen het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen. Uitgezeild het kofschip de VERWACHTING, kapt. Steven de Vries, met schors naar Leverpool, de tjalkschepen de VROUW BENNEGINA, kapt. A.C. Ruiten, de JONGE EVERT, kapt. H. Willems, beide met ballast op avontuur……

 

Leeuwarder Courant 20 juli 1821114

Harlingen…..

….Den 14 dito uitgezeild de kofschepen de VROUW TRIJNTJE, kapt. A.B. Visser, ANNEGINA, kapt. J.P. Hervens, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, alle drie met ballast naar Noorwegen; de smakschepen ALLEGONDA HELLEGINA, kapt. E.K. Kuilema, MARIA JOHANNA ELISABETH, kapt. H.G. Boekhout. de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong, alle drie met ballast op avontuur…..

 

Leeuwarder Courant 21 augustus 1821114

Harlingen.

….Den 14 dito binnen gekomen het kofschip de WAAKZAAMHEID, kapt. H.S. Hofthuis, met tarwe en rogge van Weimar, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, met hout van Noorwegen…..

 

Leeuwarder Courant 28 augustus 1821114

Harlingen.

….Den 24 dito uitgezeild het pinkschip PROVIDENTIA, kapt. S.A. Geertsen, de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW TRYNTJE, kapt. A.P. Visser, alle 3 met ballast naar Noorwegen…..

 

Leeuwarder Courant 28 september 1821114

Harlingen. …..

….Den 23 dito binnen gekomen het kofschip HARLINGEN, kapt. Thomas J. Smith, met hout en hennep van Riga, de smakschepen de VROUW ALIDA, kapt. D.G. Schuur, de JUFFER FOCKOLINA, kapt. H. L. Docker, de TWEE VRIENDEN, kapt. Reinder Jans Boeling, de VROUW FOKJE, kapt. Jan Bruins, de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW ANNEGINA, kapt. J.P. Hergers, de tjalkschepen de VROUW SOPHIA, kapt. S.O. Visser, de VROUW FENNEGINA, kapt. A.C. Ruiten, alle met hout van Noorwegen. Uitgezeild het schonerschip LIVELY, kapt. W. Bayes, het sloepschip ATTALANTE, kapt. James Byrne, beide met boter naar Londen.

 

Leeuwarder Courant 26 maart 1822114

Harlingen. ….

….Den 13 dito uitgezeild de kofschepen VERWACHTING, kapt. Steven de Vries, met stukgoederen naar Engeland, de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, ALIDA  CLAZINA, kapt. K.L. Tiktak, de VROUW ENGELINA, kapt. IJ.H. de Jong, HOOP EN VREES, kapt. Y.P. Piebes, NOORDSTER, kapt. K.G. Boekhorst, alles met ballast op avontuur.

 

Leeuwarder Courant 09 april 1822114

Harlingen. Den 3 april binnengekomen de smakschepen de VROUW LAMMEGINA, kapt. O.P. Smit, de VROUW MARTHA, kapt. D.C. de Groot, de VIJF GEZUSTERS, kapt. P.E. de Jong; KASTOR (opm: CASTOR), kapt. S.H. Hooghout; HILGINA, kapt. H. Kleeve; de kofschepen de JONGE CORNELIA, kapt. H.J. Koster, EENDRACHT, kapt. E.M. de Jong, de VRIENDSCHAP, kapt. E.M de Jong; het tjalkschip WILHELMINA,  kapt. D. de Jong, alle met hout uit Noorwegen; ….

 

Leeuwarder Courant 31 mei 1822114

Harlingen. Den 12 mei binnen gekomen …

…..Den 14 dito binnen gekomen het schonerschip CORONATION, kapt. W. Wotton, de sloepschepen ATTALANTE, kapt. James Byrne, the UNION, kapt. John Davey, alle met ballast van Londen; het smakschip EENDRACHT, kapt. Klaas J. Doijes, het kofschip de JONGE CORNELIS, kapt. Harm H. Koster, en het tjalkschip HILLEGINA, kapt. Harm Kloeve, alle met hout van Noorwegen; uitgezeild het kofschip VRIESLANDS WELVAREN, kapt. Fokke. D. van Veen, met schors enz, naar Liverpool…..

 

Leeuwarder Courant 07 juni 1822114

Harlingen. ….

  Den 27 dito binnen gekomen het schonerschip VICTORY, kapt. Robert Cubit, met ballast van Londen. Uitgezeild de smakschepen de VIJF GEZUSTERS, kapt. Popke E. de Jong, de VROUW HILLEGINA, kapt. Harm Kleeve, en het kofschip de VROUW ELISABETH, kapt. Jan J. Arends, alle met ballast naar Noorwegen; de tjalkschepen de VROUW ALIDA, kapt. H.J. Kruse, en WILHELMINA, kapt. Dirk J. de Jong, beide met pannen en steen naar Hamburg; de kofschepen ANNA CATHARINA, kapt. Broer R. de Vries, en de JONGE CORNELIS, kapt. Harm H. Koster, beide met ballast naar Noorwegen; de smakschepen ALLEGONDA HILLEGINA, kapt. H. E. Kuileman, de VROUW ELISABETH, kapt. Jacob M. Scherpbier, DIANA, kapt. M. Stuit, alle met ballast op avontuur; het kofschip HET GEDULD, ledigscheeps naar Karolinerzijl.

onder de initialen H.H. zullen meer dan één kapitein zijn schuilgegaan

 

Leeuwarder Courant 02 juli 1822114

Harlingen. …. ….Den 19 dito binnen gekomen het schonerschip VIOLET, kapt. Charresin, met ballast van Londen; de smakschepen ALLEGONDA HILLEGINA, kapt. E.K. Kuilema, DIANA, kapt. W.J. Stuit, de JONGE DANIEL, kapt. H.J. Oortjes, de VROUW MARGINA, kapt. Daniel J. Oortjes; de kofschepen de JONGE CORNELIS, kapt. H.H. Koster, de VROUW ELISABETH, kapt. J.J. Arends jr, alle met hout uit Noorwegen, de LIEFDE, kapt. Dk. Jan Pik, met hout van Memel (opm: Klaipeda)…..

 

 

Datum vanaf: 1839
Kapitein: Koster, Hindrik Harms
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Jan Christiaan Radeloff woonde op de Geldersekade te Amsterdam.. Hij werd geboren op 01 september 1799 in Pruisen. Zijn religie was Evangelisch Luther.098.

Hij was getrouwd met Maria van der Wijde, geboren op 18 maart 1794 en overleden 02 maart 1862.

Jan Christiaan overleed begin 1854.118

 

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.C.Radeloff werd per 29 mei 1838 met vlagnummer 407 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein J.H.Seepe. Zijn schip was de “Sophia Cecilia”. Toegevoegd is “overleden” 002. Ten tijde van de inschrijving was de man 40 jaar en zijn vrouw 46 jaar002a.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege “Zeemanshoop” van 15/22 mei 1838 werd als effectief lid ingeschreven J.C.Radeloff (alleen initialen vermeld), oud 40 jaar, voerend de bark “Sophia Cecilia”, wonend aan de Korte Prinsengracht nr. 53 te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.H.Seepe. Hij kreeg vlagnummer 407023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 24 januari 1854 wordt aan de weduwe van kapitein J.C.Radeloff een uitkering toegekend ingaande 01 februari 1854.042.

 

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd 21 februari 1854 staat de vermelding dat aan de weduwe van kapitein J.C.Radeloff per 01 februari 1854 een uitkering is toegekend.023.

 

De schepen van de kapitein

lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       407                      1839-1841    bark                Sophia Cecilia                                     G.C.Bosch Reitz

                                     1842-1843    sch.kof           De Hoop                                               J.C.Londt

                                        1844          geen opgave van schip en boekhouder

                                     1845-1846    brik                  Pallas                                                    geen opgave

                                     1848-1851    bark                Hillegonda Catharina Helena          J.D.Taunay

                                     1852-1853    geen opgave van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt J.C.Radeloff als gezagvoerder gedurende:

*   1839 t/m 1842 van de barkentijn “Sophia Cecilia” ex Ipenrode, gebouwd in 1807, bouwlocatie niet vermeld, 310 ton o.m., varend voor G.C.Bosch Reitz te Amsterdam;

*   1843 van de sch.kof “de Hoop” ex Margaretha (Koster), gebouwd in 1832, bouwlocatie niet vermeld, 142 ton o.m., varend voor J.C.Londt te Amsterdam;

*   1846 t/m 1848 van de brik “Pallas” ex Carolina Johanna, gebouwd in 1828 te Amsterdam, 236 ton o.m., varend voor J.de Graaf te Amsterdam.

     *   1849 t/m 1852 van de bark “Hillegonda Catharina Helena” ex Sophia Maria, gebouwd in 1827 te Amsterdam, 310 ton o.m., varend voor J.D.Taunay te Amsterdam;

     *   1854 van de 2/msch “Hollandia”, gebouwd in 1853 te Hoogezand, 142 ton o.m., varend voor J.Boubert te Amsterdam;

 

Overige bijzonderheden

Algemeen Handelsblad Verkregen via Douwe Keizer, e-mail 07 november 2004

 Dingsdag 7 October 1851

Rotterdam, 5 Oct. Een particulier schrijven, d.d San Francisco 15 Aug. Deelt ons het volgende mede: Het schip Hillegonde Catharina Helena, kapt. Radeloff, heeft op 25 Maart een lek gestoten op Amanu (Marquetas Eilanden), welke die bodem, op reis van hier naar Callao, water te kort komende, aandeed. Volgens brieven van Oheite dd 20 Junij, bevond hij zich toen nog op dat eiland en was bezig te repareren, daar het schip bij expertise goed gekeurd en reparatie bevolen was. De kapitein meldt, dat het moeilijk was aldaar geld te bekomen.

Opmerking Douwe Keizer: Deze mededeling op zichzelf is niet voldoende om te mogen concluderen dat dit schip op de heenreis en later op de mogelijke terugreis ook werkelijk Kaap Hoorn heeft gerond. De heenreis zou via Ned Indië gelopen kunnen hebben.

 

De bark “Hillegonda Catharina Helena” onder kapitein J.C.Radelof vertrok uit Amsterdam op 24 mei 1850 en bereikte via Kaap Hoorn op 29 september Valparaiso. Het strandde op 25 maart 1851 te Tuamotu, oost can Tahiti in de Pacific.121

 

 

Datum vanaf: 1842
Kapitein: Radeloff, Jan Christiaan
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt J.A.Jansen als gezagvoerder gedurende:

*    1844 t/m 1846 van de sch.kof “de Hoop” ex Margaretha (Koster), gebouwd in 1832, bouwlocatie niet vermeld, 142 ton o.m., varend voor G.C.Bosch Reitz te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1844
Kapitein: Jansen, J.A.
Overige informatie: 0

Familiegegevens en opleiding

Johannes Coenraad Londt werd geboren te Amsterdam op 07 maart 1823 als zoon van Hendrik Londt en Wilhelmina Maria Schwecke.

Hij huwde op 17 januari 1856 te Amsterdam als zeeman met Geertruijda Hendrika Holgen, geboren te Amsterdam op 25 april 1831 als dochter van Christiaan Holgen en Henderica Wassing. Geertruijda hertrouwde op 02 november 1871 te Amsterdam met de predikant Paul Iwan Helwig, 59 jaar. Van Geertuijda geen overlijden in Amsterdaam gevonden

Johannes overleed in 1860. Bij zijn overlijden is Amsterdam als zijn woonplaats opgegeven.003 en 118.

 

In het Bevolkingsregister van Amsterdam 1851 staat Johan Coenraad Londt, geboren 07 maart 1823 te Amsterdam, Hersteld Evangelisch Luthers, wonend op de Zeedijk 87, Amsterdam

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.C.Londt Hz, adres Zeedijk, werd met vlagnummer 712 effectief lid van "Zeemanshoop" per 13 mei 1845 op voorspraak van S.IJ.Parma. Ten tijde van de inschrijving was zijn schip de "De Hoop". Toegevoegd is "overleden"002. Ten tijde van de inschrijving was Londt 22 jaar en ongehuwd002a.

In de Algemene Vergaderingen van 06/13 mei 1845 van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Johan Coenraad Londt Hz, oud 22 jaar, voerend de schonerkof “De Hoop”, wonend op de Zeedijk te Amsterdam, op voordracht van kapitein S.IJ.Parma.023.

Hij werd per 22 januari 1856 deelnemer in het Weldadig Zeemansfonds van Zeemanshoop.003.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 28 februari 1861staat het verzoek van de wed. J.C.Londt om een uitkering welke haar in de vergadering van 06 juni 1861 wordt toegekend ingaande 01 mei 1861.042.

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 30 november 1871 staat de melding van de hertrouw van de wed. J.C.Lond geb. Holger.042

 

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 11 juni 1861 staat vermeld dat per 01 mei 1861 een uitkering heeft toegekend aan de weduwe van kapitein J.C.Londt geb. Holger.023.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap van College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

        712                           1845           sch.kof            de Hoop                                                geen opgave

                                          1846           sch.kof            Concordia                                             geen opgave

                                      1848-1850     sch.kof            Concordia                                             J.C.Londt

                                      1851-1853     brik                   Joannes Albertus                                  idem

        339                       1854-1859     brik                   Joannes Albertus                                  idem

                                          1859           brik                   Wilhelmina Maria                               idem

                                          1860           geen vermelding van schip en boekhouder

 

Bouma025 vermeldt geen J.C.Londt als gezagvoerder van een schip de “Hoop” ex Margaretha (Koster). Wèl is er een vermelding uit 1843 van een sch.kof de “Hoop”, gebouwd in 1832, 142 ton o.m. onder kapitein J.C.Radeloff en met als reeder J.C.Londt te Amsterdam. In 1844 t/m 1846 stond het schip onder gezag van kapitein J.A.Jansen en met als reederij G.C.Bosch Reitz te Amsterdam.

 

Bouma025 vermeldt J.C.Londt als gezagvoerder gedurende:

*    1847 t/m 1851 van de sch.kof “Concordia”, gebouwd in 1839 te Nieuwendam, 195 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam. Te Falmouth afgekeurd en verkocht;

*    1852 t/m 1861 op de brik “Johannes Albertus”, gebouwd in 1851 te Zierikzee, 266 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

J.C.Londt maakte als gezagvoerder van de “Hoop” een reis per 17 mei 1845 naar Suriname. Op de terugreis uit Suriname loopt dit schip in november 1845 tussen Neath Bar en Port Talbot aan de zuidkust van Wales aan de grond. Het schip is wrak, de lading wordt geborgen en de bemanning overleefde de ramp.

Bron: www.jjlange.ehrhardt.nl

 

 “Op 2 augustus 1851 werd op de werf De Goede Intentie van J.Strickaert (te Zierikzee) de brik Johannes Albertus te water gelaten. Het schip was 266 ton groot en behoorde tot de rederij van J.C.Londt in Amsterdam.

L.Londt, reder uit Amsterdam, werd de eerste kapitein. De Nederlandse Handelsmaatschappij bevrachtte het schip voor zijn eerste reis naar Batavia. Op 6 maart werd de Johannes Albertus  naar Antwerpen gesleept door de stoomboot Stad Amsterdam. Op 27 maart vertrok kapitein Londt met zijn brik vanuit Antwerpen en op 3 april ging hij in zee vanaf de rede van Vlissingen. Op 11 september kwam de Johannes Albertus behouden in Batavia aan. Kapitein Londt werd in 1860 opgevolgd door W.Postema.”074.

 

 

Datum vanaf: 1845
Kapitein: Londt Hz, Johannes Coenraad
Overige informatie: 0

Monsterrollen

Opgemaakt Amsterdam
Datum: 1832-06-22
Scheepsnaam voorvoegsel:
Scheepsnaam: CATHARINA MARIA
Schipper: Kral, Harmanus H
Scheepstype: schoenerkof
Grootte:

Bekijk alle monsterrollen Bekijk alle monsterrollen
Afbeeldingen


Omschrijving: THERESIA ALIDA, aquarel gemaakt in 1841, kapitein H.H. Kral (vlagnummer 212)
Collectie: Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders
Vervaardiger: Teupken Jr., Dirk Antoon (1828-1859)
Onderwerp: Zeeopname
Algemene informatie

1832

Op 11 mei 1832 werd de eerste zeebrief verstrekt voor de CATHARINA MARIA, aangevraagd door, J.L. Tortike & Zoon, Amsterdam, voor H.H. Kral als kapitein.

1833

AH 050333
Advertentie. Een ieder wordt gewaarschuwd geen geld of goed, ten behoeve van het schoener-kofschip, gevoerd wordende door kapt. H.H. Kral (opm: CATHARINA MARIA), af te geven zonder voorkennis van gemelde kapitein.
AH 140833
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Noord- en Zuid-Amerika en de W.I. Eilanden:
New York. Het Nederlandse schooner kofschip THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Krall. Adres bij Van Olivier en Comp.

Op 15 augustus 1833 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de THERESIA ALIDA, aangevraagd door H.H. Kral, voor zichzelf als kapitein.

AH 040933
Advertentie. Schepen in lading.
Naar Noord- en Zuid-Amerika en de W.I. Eilanden:
Fernambuck. De Nederlandse kof DE GRONINGER WELVAART, kapt. Egbert Klasen Lugies. Sluit 30 september. Adres bij H. Verwyde en Czn.
New-York. Het Nederlandse schooner kofschip THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Krall. Adres bij Van Olivier en Comp.
RC 091133
Rotterdam, 8 november. Volgens brief van kapt. H.H. Kral, voerende het schip THERESIA ALIDA, van Amsterdam naar New-York, in dato de 10e oktober, was hij toen in goede staat zeilende op 38 gr. noorderbreedte 41 gr. 48 min. westerlengte van Greenwich.
AH 241233
Volgens brief van New-York was niet ver van daar gestrand het schip THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van Amsterdam naar New-York bestemd. Het schip was dicht gebleven.
RC 261233
Rotterdam, 25 december. Het schip (opm: kof) THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van Amsterdam naar New York, is, volgens brief van daar van de 23e november, bij Sandhoek (opm: Sandy Hook, 40º29’ NB 74º01’ WL) gestrand; het schip dicht gebleven zijnde, hoopte men het te zullen kunnen afbrengen.

1834

AH 310334
Binnengekomen:
Texel, 28 maart. THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van New-York; HARMONIE, kapt. H.F. Deddes, van Bordeaux, ANNA MARIA, kapt. H.H. Kuiper, van Londen.
AH 020434
Carga-lijsten Amsterdam: THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van New York met rijst, potasch, katoen, tabakstelen, hop, mahoniehout en verfhout; JOSINA WILHELMINA, kapt. J.C. v.d. Veer, van Bordeaux met wijn; ZES GEBROEDERS, kapt. J.E. Drent, van Bordeaux met wijn; NEPTUNUS, kapt. W.A. Bakker, van Liverpool met koopmanschappen, Varinas tabak, katoen en zaad.
AH 131134
Uitgezeild:
Texel, 11 november. ANNA EN LOUISA, kapt. J.K. de Jong, ONDERNEMING, kapt. R. Dekker en THERESIDA ALIDA, kapt. H.H. Kral alle drie naar Suriname;

1835

AH 020335
Binnengekomen:
Suriname, 27 december. WILHELMINA EN MARIA, kapt. J.J. Bart, van Amsterdam. 31 december. DE VROUW CATHARINA, kapt. T. Lange van Amsterdam; 4 januari. DE EENSGEZINDHEID, kapt. P.T. Kuyper, van Amsterdam. Br. 16 januari. DE JONGE LODEWIJK ANTHONIE, kapt. H. Tjebbes, THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, DE NOORD, kapt. J.A. Weyerbusch, DE HARMONIE, kapt. D. Spreeuw, SURINAME, kapt. L.J. Luitjens, van Amsterdam; DE KOOPHANDEL, kapt. F. Popken, van Rotterdam.
AH 040535
De THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral en de EENSGEZINDHEID, kapt. P.T. Kuyper, zouden de 12e en de SUSANNA MARIA, kapt. J.F. Spiegelberg, de 16e of de 17e maart van Suriname naar Amsterdam vertrekken.
AH 190535
Binnengekomen:
Texel, 17 mei. ANNA CATHARINA, kapt. S.H. Veer, van Batavia; THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van Suriname; VROUW ALIDA, kapt. F.O. Timmer, van Cuxhaven; JOHANNES, kapt. H. Tobbens, van Papenburg; VIER GEZUSTERS, kapt. H.H. Middel, van Sunderland; DIANA, kapt. Nanninga, van Ostende.
AH 200535
Carga-lijsten Amsterdam: THERESIA ALIDA, kapt. H.H. Kral, van Suriname met suiker en katoen;
AH 010735
Advertentie. G.W. Sesink Clee, makelaar, zal, op maandag de 20e juli 1835, des avonds ten zes ure, te Amsterdam, in de Nieuwe Stads Herberg, aan het Y, verkopen: vijf achtste parten in een extra welbezeild, in het jaar 1832 geheel nieuw uitgehaald schooner kofschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd THERESIA ALIDA, gevoerd door kapt. H.H. Kral volgens meetbrief gemeten op 142 tonnen. Breder bij de inventaris en bericht bij bovengenoemde makelaar.
AH 220735
Verkoping van schepen in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ op maandag 20 juli 1835:
5/8e parten in het ten jare 1832 nieuw uitgehaald schoener-kofschip THERESIA ALIDA, gevoerd door kapt. H.H. Kral, liggende alhier: NLG 5.400, in slag NLG 60, totaal NLG 5.460. Opgehouden. (opm: in februari werd de kof alsnog verkocht en kreeg het de naam JONGE MARIA onder kapt. J.E. van Hoogenhuyzen)

1836

Op 2 maart 1836 werd de eerste (bedoeld wordt nieuwe) zeebrief verstrekt voor de JONGE MARIA, aangevraagd door J.J. Pik, Amsterdam, voor J.E. van Hoogenhuyzen als kapitein.

AH 060436
Uitgezeild:
Texel, 4 april. GOUVERNEUR, kapt. L. Vink en AURORA, kapt. J.A. de Haas, beide naar Batavia; ZAANDAM, kapt. L.H. Singer, naar Suriname; ZORGVULDIGHEID, kapt. J.J. Brouwer, naar Madeira, Magador, St. Jago en Suriname; JONGE LODEWYK ANTHONIE, kapt. R. Tjebbes en BEURS VAN AMSTERDAM, kapt. W. Bakker Gz. beide naar Suriname; ALIDA, kapt. J. Visser en JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuyzen, beide naar Havana;
AH 220836
Volgens bericht van Havana dd. 3 juni, zou de kof DE JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, acht dagen later van daar naar Amsterdam vertrekken.
AH 310836
Binnengekomen:
Texel, 29 augustus. VROUW DIEUWKE, kapt. K.W. van der Sluis, HOOP, kapt. G.J. Nieuwland en MEDEMBLIK, kapt. J. Grey, alle drie van Londen; FREDERIK WILHELM DE DERDE, kapt. B.J. Dirksen, van Riga; VRIENDSCHAP, kapt. B.J. de Boer, van Oléron. Gisteren nog: JONGE MARIA, kapt. E.J. Hoogenhuizen, van Havana, ligt quarantaine.
PGC 060936
Kapt. J.E. van Hoogenhuizen, voerende het schip de JONGE MARIA, van Havana in Texel binnen, rapporteert, dat hij, in de Westpassaat zijnde, aanhoudend zware stormen heeft doorgestaan, waardoor het schip in de naden zwaar ontzet werd en veel water op en over hetzelve kwam. De kapitein vreest zeer voor schade aan de lading.
AH 070936
Binnengekomen:
Texel, 5 september. CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname; TWEE GEBROEDERS, kapt. G.S. de Roos en DORP GAASTMEER, kapt. M.P. v.d. Zee, beide van Londen; JONGE LOUIS, kapt. T.M. Mulder, van Cardiff. Uit de quarantaine ontslagen: JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, van Havana.
AH 070936
Carga-lijsten Amsterdam: CATHARINA, kapt. K.M. Hillers, van Suriname met suiker, katoen en cacao; JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, van Havana met suiker, koffie, sigaren en tabak; GOEDE HOOP, kapt. C.J. Kat, van Lissabon met koopm. en zout.
RC 170936
Advertentie. J.H. Schaap en L.E. Sethe, makelaars, zullen ten overstaan van de griffier P. Tiedeman, op donderdag de 22e september 1836, des middags ten 12 ure, te Amsterdam, in de Nes, in de Brakken Grond, verkopen: een partij van 18 pakken Havanna tabak, zo gezond als beschadigd, gelost uit het schip DE JONGE MARIA, kapt. J.E. Hogerhuizen, van Havanna, liggende als bij het biljet wordt aangewezen.
AH 210936
Advertentie. C.G. Hinsbeek, S. Voute Junior en R. Voute, makelaars, zullen op donderdag de 22e september 1836, des namiddags ten een ure, te Amsterdam, in de Nes, in de Brakken Grond, verkopen: 250 balen Havana koffie, zo gezond als beschadigd, liggende in entrepot; alhier aangebracht per het schip DE JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, van Havana.
AH 290936
Advertentie. Voor passagiers. Naar Suriname zal de 20e oktober 1836 vertrekken het gekoperde snelzeilend schoenerschip, genaamd de JONGE MARIA, kapt, J.E. van Hoogenhuyze, hebbende zeer goede inrichtingen voor passagiers. Adres bij de kapitein aan boord, liggende in het Oosterdok, binnen deze stad.
AH 141136
Uitgezeild:
Texel, 11 november. ADMIRAAL DE RUYTER, kapt. E. van Duyn, naar Batavia; JONGE WILLEM, kapt Hasselaar q.q., naar Suriname; JOANNA JACOBA, kapt. D.J. Bart, naar Curaçao; JONGE MARIA, kapt. E.J. van Hogerhuysen, naar Madera en Suriname;
AH 181136
Volgens brief van een passagier aan boord van het schip DE JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, van Amsterdam naar Madeira en Suriname, in dato 12 november was hetzelve toen met Z.Z.O. wind, zeven mijlen van de Galloper, in goede staat zeilende.
PGC 291136
Het schip LISETTE CAROLINE, kapt. T.M. Gnodde, van Amsterdam naar Bordeaux, en het schip de JONGE MARIA, kapt. J.E. Van Hogerhuizen, van Amsterdam naar Madera en Suriname, den 18 november te Ramsgate binnengelopen; beide hebben echter den 20 dito derzelver reizen vervolgd.
PGC 061236
Het schip de JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hogerhuizen, van Amsterdam naar Madera en Suriname, laatst van Ramsgate, is den 28 november, met verlies van een ankertouw, te Ramsgate uit zee teruggekomen. 

1837

RC 060737
Rotterdam, 5 juli. Het schip de (opm: kof) JONGE MARIA, kapt. E.J. Hoogenhuizen, van Suriname naar Amsterdam, was den 26, en de schepen ZUID-HOLLAND (opm: fregat), kapt. L. Heykoop, van Passaroeang naar Rotterdam, en VREDE EN HOOP (opm: kof), kapt. F.G. Mellema, 50 dagen reis hebbende van Fernambuck (opm: Pernambuco = Recife) naar Amsterdam, waren den 28 juni op de hoogte van Falmouth.
RC 100837
Rotterdam, 8 augustus. Kapt. J. Berghuis, van Liverpool te Helvoetsluis binnen, rapporteert, den 3 dezer op de hoogte van de Singels (opm: ondiepten in de inham bij Winchelsea, 10 mijl west van Dungeness ) gepraaid te hebben de schoener JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogerhuizen, welke zijn tweede stuurman had verloren.
RC 280937
Rotterdam, 27 september. De schoonerkof de JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen, van Amsterdam naar New-Orleans, is den 17 dezer, aan boord alles wel zijnde, op de hoogte van de Singels (opm: ondiepten in de inham bij Winchelsea, 10 mijl west van Dungeness) gepraaid door de Texelse loodsschipper J.P. Kuiper, voerende de loodsschuit no. 3.

1838

Op 9 oktober 1838 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de JONGE MARIA, aangevraagd door J.J. Pik, Amsterdam, voor J.E. van Hoogenhuyzen als kapitein.

PGC 071238
Kapt. Berghuis, van Cardiff te Helvoetsluis gearriveerd, rapporteert den 14 november op de hoogte van Lezard (opm: The Lizard) gezien te hebben, een schip tonende Rotterdamse nummero vlag met 132, zijnde die van kapt. F.W.E. Schuchard voerende het schip (opm: bark) KOLONEL KOOPMAN; een schip tonende Amsterdamse nummero vlag met 347, zijnde die van kapt. Teunissen (opm: kapt. T.B. Teuneszen), voerende het schip de JONGE JAN, beide van Rotterdam naar Batavia, en den 15 een kof met de Amsterdamse nummero vlag 338, zijnde die van kapt. van Hoogenhuyzen (opm: kapt. J.E. van Hoogenhuyzen), voerende het schip (opm: kof) de JONGE MARIA, van Amsterdam naar Rio Janeiro. Allen in goede staat met Oostwind zeilende.

1839

ZP 151039 – 521
Schepen ter verkoop te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg op maandag de 21e oktober: het gekoperd schoener Kofschip de JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen.
ZP 221039 – 527
Verkoop van schepen te Amsterdam in de Nieuwe Stads Herberg op maandag 21 oktober: het gekoperd schoener kofschip DE JONGE MARIA, kapt. J.E. van Hoogenhuizen.
NLG 12.100. in slag NLG 300. Koper: A. van der Sluis. (opm: nieuwe naam MARGARETHA, kapt. H.H. Koster)

Op 13 november 1839 werd de zeebrief van de JONGE MARIA door de Ontvanger der Inkomende en Uitgaande Regten en Accijnzen te Amsterdam naar Den Haag geretourneerd, onder vermelding ‘schip van eigenaar veranderd’ waarna op 15 november 1839 royement volgde.

Op 17 december 1839 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de MARGARETHA, aangevraagd door Kranenborg & Zonen, Amsterdam, voor H.H. Koster als kapitein. 

1840

PGC 140140
Het schip MARGARETHA, kapt. Koster, van Amsterdam naar Liverpool, was, volgens brief van het Nieuwediep van de 9 januari, met een loods aan boord bezig om naar zee te zeilen.
ZP 270140
Het schip MARGARETHA, kapt. Koster, van Amsterdam naar Liverpool, is de 21ste januari met verlies van anker en touw te Deal binnengelopen.
ZP 070240
Het schip MARGARETHA, kapt. Koster, van Amsterdam naar Liverpool, is de 2de februari met overgeworpen lading te St. Helens (Portsmouth) binnengelopen.
PGC 130340
Te Liverpool heeft de 3 maart een aanvang gemaakt met laden het schip VENILIA, kapt. Kranenborg, voor Rotterdam, en de 5 dito het schip MARGARETHA, kapt. Koster, voor Amsterdam.
PGC 201140
Het schip MARGARETHA, kapt. Koster, van Rotterdam naar Suriname, is den 10 nov. ter rede van Deal binnengelopen.

1842

Op 26 april 1842 werd de zeebrief van de MARGARETHA door de Ontvanger der Inkomende en Uitgaande Regten en Accijnzen te Amsterdam naar Den Haag geretourneerd, onder vermelding ‘schip verkocht’, waarna op 28 april 1842 royement volgde.

Op 29 april 1842 werd de eerste (bedoeld wordt nieuwe) zeebrief verstrekt voor de HOOP, aangevraagd door J.C. Londt, Amsterdam, voor J.C. Radelhoff als kapitein.

1844

Op 29 april 1844 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de HOOP, aangevraagd door J.C. Londt, Amsterdam, voor J.A. Jansen als kapitein.

1845

Op 3 mei 1845 werd een nieuwe zeebrief verstrekt voor de HOOP, aangevraagd door J.C. Londt, Amsterdam, voor J.C. Londt Hzn. als kapitein.

AC 021245
Port Talbot, 22 november. Het schip de HOOP, kapt. Londt Hzn, van Suriname naar Amsterdam, is heden morgen tussen de Neath Bar (opm: de drempel voor de rivier de Neath) en deze haven gestrand. De equipage is gered en men is bezig de lading te bergen. (opm: de kof was nogal verwaaid, want het zat op de kust van Zuid-Wales! de schoenerkof, bouwjaar 1832, kapt. Jan Coenraad Londt Hzn kwam er slecht vanaf; de zeebrief werd via de Ontvanger te Amsterdam op 3 maart 1846 in Den Haag ingeleverd onder vermelding ‘schip verongelukt’; zie ook AC 031245, NRC 191245)
AC 031245
Port Talbot, 28 november. Aangaande het schip de HOOP, kapt. Lond Hzn, van Suriname naar Amsterdam, bij deze haven gestrand, wordt gemeld, dat hetzelve totaal weg zou zijn, doch de lading benevens enige zeilen geborgen.
NRC 191245
Port Talbot, 14 december. Het wrak en de inventaris van de onlangs gestrande galjoot HOOP, van Amsterdam, zijn de 11e dezer alhier verkocht en hebben een zeer goede prijs opgebracht. (opm: zie AC 021245)

 

Akten

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1832 – no. 8

BIJLBRIEF Catharina Maria

plaats en datum acte Oude Pekela, 12 april 1832

type schip kofschip

kapitein

Bouwwerf Jan Hindriks Drent, Oude Pekela

Eigenaar J.H.L. Tortike c.s., negotiant te Amsterdam

te voeren door kapt. Hermanus H. Kral, Amsterdam

grootte in tonnen 140 belaste zeetonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen 26,03 x 4,78 x 2,54 m

kiellegging 1830

tewaterlating maart 1832

plaats / nr van registratie Winschoten, deel 8 folio 165 recto vak 4

datum registratie 12.4.1832

notaris

prijs

bijzonderheden scheepsmeter G.A. Everdingen, Winschoten, 2.4.1832 no 32

Naam CATHARINA MARIA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1832
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1832.8

deel VI, foto II-062, 063
CEDULE

Naam schip CATHARINA MARIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 8 mei 1832

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Hermanus H. Kral, mede-eigenaar

grootte in tonnen 74 lasten of 140 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Pekela voor rekening van de in de bijlage genoemde eigenaren

plaats / datum registratie Amsterdam, 8 mei 1832

nummer registratie deel 26, folio 5, recto, vak 2

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de bijlbrief; het schip ligt thans te Buldt (provincie Groningen)
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Joan Carl von Gebauer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.

researcher/datum research: ML / 200915


bijlage bij acte 8 van 1832, kof CATHARINA MARIA
eigenaren per medio april 1832:

firma Jan Laurens Tortike & Zoon, Amsterdam (boekhouders en 16/32e part)
Hermanus H. Kral, Amsterdam (schipper en 8/32e part)
Wm. Wiltink Jr., Amsterdam (4/32e part)
J.H. Drenth, Oude Pekela (1/32e part)
G. Wortelboer, Oude Pekela (1/32e part)
R.P. Brons, Oude Pekela (1/32e part)
firma H.E. Schreuder & Zoon, Oude Pekela (1/32e part)

ML / 200915

Naam CATHARINA MARIA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1832
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1833.8

deel VI, foto II-0
CEDULE

Naam schip bevorens genaamd geweest CATHARINA MARIA, nu door kopers te noemen THERESIA ALIDA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 10 augustus 1833

type schip kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Harmanus H. Kral, mede-eigenaar

grootte in tonnen 74 lasten of 140 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Pekela

plaats / datum registratie Amsterdam, 12 augustus 1833

nummer registratie deel 28, folio 133, verso, vak 5

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de laatste koopbrief; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Johan Carl von Gebauer, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.




researcher/datum research: ML / 220915



bijlage bij acte 8 van 1833, kof THERESIA ALIDA
eigenaren per medio augustus 1833:

Harmanus H. Kral, Amsterdam (boekhouder, schipper en 24/32e part)
W. Willink Jr., Amsterdam (4/32e part)
J.H. Drenth, Oude Pekela (1/32e part)
G. Wortelboer, Oude Pekela (1/32e part)
R.P. Brons, Oude Pekela (1/32e part)
firma H.E. Schreuder & Zoon, Oude Pekela (1/32e part)

ML / 220915

Naam THERESIA ALIDA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1833
Toegang 5074
Inventaris 1417
Klik hier om de originele akte te bekijken

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1833 – no. 8

KOOPBRIEF voorheen CATHARINA MARIA, thans door koper genaamd THERESIA ALIDA

plaats en datum acte Amsterdam, 7 maart 1833

type schip kofschip

kapitein

verkoper Firma van Jan Laurens Fortike & Zoon,

koper Harmanus Harm Kral, Amsterdam
voor de helft in het schip

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / nr van registratie Ontvanger Weggelhorst

datum registratie 8 maart 1832

notaris Adrianus van Etten, Amsterdam

prijs ƒ 9300 (voor de helft in het schip)

bijzonderheden

Naam THERESIA ALIDA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1833
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Stadsarchief Amsterdam Archiefnummer AMS 5074.1417.1836.3
deel VII, foto 1- 054, 055
CEDULE

Naam schip JONGE MARIA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 26 februari 1836

type schip schoener-kof

bouwwerf/verkoper niet vermeld

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper Wilhelmus Jacobus van Hoogenhuijze, 1e luitenant 13e afdeling Nationale Infanterie, in garnizoen liggende te Maastricht (48/64e part), Johannes Jacobus Pik, koopman te Amsterdam (boekhouder en 15/64e part), en J. Wortelboer, Pekela (1/64e part)

te voeren door kapt. Jacobus Elie van Hoogenhuijze

grootte in tonnen 75 lasten of 142 tonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Pekela

plaats / datum registratie Amsterdam, 26 februari 1836

nummer registratie deel 32, folio 92, verso, vak 6

notaris Regtbank van Eerste Aanleg, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip heeft als thuishaven Amsterdam en ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1819-1838.
De eed wordt afgelegd door Johannes Jacobus Pik, Amsterdam, mede voor en namens de mede-eigenaren.
De vorige zeebrief werd op 18 augustus 1835 ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam




researcher/datum research: ML / 030216

Naam JONGE MARIA
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1836
Toegang 5074
Inventaris 1418
Klik hier om de originele akte te bekijken

GEMEENTEARCHIEF Amsterdam
archiefnummer 5074 – 1420 – 1836 – no. 3

KOOPBRIEF Theresia Alida, voortaan de Jonge Maria

plaats en datum acte Amsterdam, 16 februari 1836

type schip kofschip

kapitein H.H. Kral

verkoper Wilhelm Willink Jr, koopman te Amsterdam, en medereders

koper Wilhelmus Jacobus van Hoogenhuyze, eerste luitenant bij de
13e Afdeling Nationale Infanterie in garnizoen te Maastricht,
voor 48/64e deel, en Joannes Jacobus Pik, koopman te
Amsterdam, voor 15/64 deel, dus tezamen 63/64e parten

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / nr van registratie

datum registratie

notaris Hermanus Meyer-Cleemen

prijs ƒ 12200,50

bijzonderheden

Naam JONGE MARIA (de)
Archiefinstelling Stadsarchief Amsterdam
Jaar 1836
Toegang 5074
Inventaris 1420
Klik hier om de originele akte te bekijken

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1839.62
foto IMG 2049 - 2051

CEDULE

Naam schip voorheen genaamd JONGE MARIA, thans door kopers genaamd MARGARETHA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 13 december 1839

type schip niet vermeld

gevoerd door kapt. geweest kapt. J.E. van Hoogenhuyse

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Hendrik Harms Koster, mede-eigenaar

grootte in tonnen 75 lasten

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Pekela

plaats / datum registratie Amsterdam, 13 december 1839

nummer registratie deel 38, folio 187, recto, vak 2

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Nanno Kramenborg, voor zijn firma Kranenborg & Zonen, en voor zijn in de bijlage genoemde mede-eigenaren.
De vorige zeebrief werd op 4 november 1839 ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam.


researcher/datum research: ML / 100616



bijlage bij acte 62, schip MARGARETHA
eigenaren per primo november 1839:

firma Kranenborg & Zonen, Amsterdam (boekhouders en 3/28e part)
Hendrik Harms Koster, Pekela (schipper en 15/28e part)
J.B. de Boer, Pekela (2/28e part)
Joh. J. de Boer, Pekela (1/28e part)
R.P. Brons, Pekela (1/28e part)
R.F. de Cock, Pekela (1/28e part)
J.H. Wiggers, Pekela (1/28e part)
Wed. B.J. Sluimer, Pekela (1/28e part)
B.J. de Boer, Pekela (1/28e part)
firma Jeremias Meijjes & Zoonen, Amsterdam (1/28e part)
firma Kuyper, van Dam & Smeer, Rotterdam (1/28e part)

ML / 100616

Naam MARGARETHA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1839
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief - Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1839.62

DVD XI - 258
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip de JONGE MARIA

plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Amsterdam, 21 oktober 1839

type schip schoener-kof

bouwwerf/verkoper Bernardus Joannes Rothuys Hendrikszoon, koopman, voor zijn firma Thijm Rothuys & Co., Amsterdam, boekhouders en medereders van het schip

gevoerd door kapt. J.E. van Hoogenhuyzen

eigenaar/aankoper Nanno Kranenborg, voor zijn firma Kranenborg & Zoonen, Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 24 oktober 1839

nummer van registratie deel 1 no.36, kantoor bewaring hypotheken Amsterdam

notaris Bruno Tideman, notaris te Amsterdam

prijs NLG. 12.400,-

bijzonderheden



researcher/datum research: ML / 220708

Naam JONGE MARIA (de)
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1839
Toegang 198
Inventaris 3179

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer AMS 198.3168.1842.21
foto IMG 2277 - 2280

CEDULE

Naam schip bevorens genaamd geweest MARGARETHA, thans door kopers te noemen DE HOOP

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, … april 1842

type schip schoener-kof

gevoerd door kapt.

eigenaar/koper zie bijlage

te voeren door kapt. Johann Christiaan Radeloff, mede-eigenaar

grootte in tonnen 75 lasten of 142 zeetonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Pekela

plaats / datum registratie Amsterdam, 22 april 1842

nummer registratie deel 43, folio 119, recto, vak 2

notaris Arrondissements Rechtbank, Amsterdam

prijs

Bijzonderheden: getoond wordt de koopacte; het schip ligt thans te Amsterdam.
De datum van de acte is NIET de datum van de transactie. De juiste datum vindt men in Amsterdam AB 1838-1868.
De eed wordt afgelegd door Barend Dirk Bosscher, Amsterdam, voor en namens de in de bijlage genoemde eigenaren.
De vorige zeebrief werd ingeleverd bij de ontvanger te Amsterdam (geen datum vermeld)


researcher/datum research: ML / 240716




bijlage bij acte 21 van 1842, schoener-kof de HOOP
eigenaren per medio april 1842:

J.C. Londt, Amsterdam (boekhouder en 3/8e part)
Johann Christiaan Radeloff, Amsterdam (schipper en 3/16e part)
J.F. Schwecke, Amsterdam (3/16e part)
F.W. Schwecke, Amsterdam (3/16e part)
A.J. Lindeman, Amsterdam 1/16e part)

ML / 240716

Naam HOOP (de)
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3168

Noord-Hollands Archief – Haarlem Archiefnummer Amst.198.3179-1842.21

DVD XI – 372, 373
ACTE KOOP/VERKOOP

Naam schip genaamd geweest de JONGE MARIA, daarna door verkoper genaamd MARGARETHA en thans door koper genaamd HOOP

plaats en datum acte onderhandse verkoop/koop, Amsterdam, 9 april 1842

type schip schoener-kof, gekoperd

bouwwerf/verkoper Nanno Kranenborg, voor zijn firma Kranenborg & Zonen, Amsterdam

gevoerd door kapt. H.H. Koster

eigenaar/aankoper Jan Coenraad Londt, winkelier te Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 142 tonnen

tuigage / aantal dekken

afmetingen 26,45 x 4,77 x 2,53 meter

kiellegging

tewaterlating

plaats / datum registratie Amsterdam, 11 april 1842

nummer van registratie deel niet vermeld

notaris Mr. Pieter Lijndrajer Jr., notaris te Amsterdam

prijs NLG. 14.000,-

Bijzonderheden: het schip lag bij het passeren van deze acte in het Westerdok te Amsterdam



researcher/datum research: ML / 280708

Naam HOOP
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1842
Toegang 198
Inventaris 3179

Bronnen

Jaar: 0000
Bron: Diverse Bronnen
Omschrijving: N.A. Den Haag, Verbalen zeebrieven diverse bestanden.
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074 – 1420 – 1832 – no. 8
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074 – 1420 – 1833 – no. 8
Gemeente archief Amsterdam archiefnummer 5074 – 1420 – 1836 – no. 3
Noord-Hollands Archief – Haarlem archiefnummer Amst.198.3179-1839.
Noord-Hollands Archief – Haarlem archiefnummer Amst.198.3179-1842.21
www.wiewaswie.nl
AC = Amsterdamsche Courant
AH = Algemeen Handelsblad
NRC = Nieuwe Rotterdamsche Courant
PGC = Provinciale Groninger Courant
RC = Rotterdamsche Courant
ZP = Zeepost

Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk