|
Vlissingen, 25 september. Van den 21 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen MARIA ADOLPHINA, kapt. J.H. Haverbult, van Dantzig, met hout een weedasch; de VROUW REINA, kapt. H. Koops, van Londen, met stukgoederen; de VROUW MARGARETHA, kapt. J. Spiegelberg, van Rio-Janeiro, met suiker en koffie; BODEL CATHRINE, kapt. N. Erichsen, van Noorwegen, en die HOFFNUNG, kapt. J.F. Berding, van Memel, beide met houtwaren; de JONGE EGBERTUS, kapt. J.B. Mulder, van Liverpool, met klipzout; the TWO BROTHERS, kapt. J. Lowther, van Rio-Janeiro, met koffie en suiker; de TWEE GEBROEDERS, kapt. L.R. Roelofsma, van Hull; AMELIA JOHANNA, kapt. J.G. Orsel, van Douvres, en de MERCURIUS, kapt. E.J. Mos, van Petersburg, alle drie met stukgoederen. Voorts zijn, van den 22 dezer tot heden, van Antwerpen de Schelde afgekomen en naar zee gezeild le RENARD, kapt. J. Chassin, naar Bordeaux, met ballast en geweren; de VROUW CATHARINA, kapt. J. van der Schuit, naar Londen, met speekhouten; NEPTUNES, kapt. G.G. Smit, naar Hull, met boomschors; de VROUW ANNEGINA, kapt. H.J. Potjer, en SPECULATIE, kapt. P.H. Puister, beide naar Londen, met haver; ANTWERPEN, kapt. H.C. Schutt (opm: ANTWERPER, kapt. Schut), naar Leith, met boomschors. Den 28 dito. Van den 26 dezer tot heden zijn, voor Antwerpen bestemd, op onze rede aangekomen: l’ESPERANCE, kapt. A. van Geijt (opm: pleit ESPÉRANCE, Mechelen, A. van Geyt) van Londen, met stukgoederen; de VENUS, kapt. C.C. Diekelman, met wijn en stukgoederen, en HARMANUS, kapt. H. van Veen, met stukgoederen, beide van Bordeaux; de HEMMINA, kapt. S.F. Taaij, met klipzout en stukgoederen, en CONCORDIA, kapt. J. de Boer, met klipzout, koffie en katoen, beide van Liverpool; MARGINA MARGARETHA, kapt. H.G. Oortjes, van Londen, met stukgoederen; the PILOT, kapt. J. Ovenston, van Kirkaldy, met ballast.
|