Inloggen
LOUISA - ID 14838


In dienst
Onder Nederlandse Vlag tussen:1855-04-28 / 1877-08-17 | Reden uitgevlagd: Verongelukt of vermist (zie final fate)

Identification Data

Bouwjaar: 1855
Categorie: Cargo vessel
Voorstuwing: Sailing Vessel
Type: Brik
Masten: Two masts
Material Hull: Wood
Dekken: 1
Construction Data

Scheepsbouwer: Blok & Matthijssen - Werf 'De Vrede', Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Date Laid Down: 1854-10-00
Launch Date: 1855-04-04
Delivery Date: 1855-04-12
Technical Data

Net Tonnage: 283.00 tons (oude meting)
Net Tonnage 2: 150.00 lasts
 
Length 1: 31.23 Meters Registered
Beam: 5.12 Meters Registered
Depth: 3.99 Meters Registered
Zeebrieven en Turksche passen

Record type Zeebrief
Zeebrief jaar: 1855
Datum agenda: 1855-04-28
Register nr: 18550385
Scheepsnaam: LOUISA
Type: Brik
Lasten: 150
Gebouwd in binnen- of buitenland: Binnenlands
Zeebrief / Turksche pas verzocht door: Wehlburg, Th.
Plaats: Amsterdam
Kapitein op moment van verzoek: Siedenburg, J.C.
Opmerkingen: een zeebrief

Bekijk de overige zeebrieven / Turksche passen van dit schip
Ship History Data

Date/Name Ship 1855-04-12 LOUISA
Manager: Thomas Wehlburg, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Amsterdam, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Amsterdam / Netherlands

Date/Name Ship 1857-00-00 LOUISA
Manager: Willem Kaars Sijpesteijn, Krommenie, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: Partenrederij onder boekhouderschap van genoemde manager, Krommenie, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Krommenie / Netherlands

Date/Name Ship 1869-04-00 LOUISA
Manager: N. Brantjens, Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Eigenaar: N. Brantjens, Purmerend, Noord-Holland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Purmerend / Netherlands

Date/Name Ship 1874-04-00 TRIJNTJE GEZIENA
Manager: U.M. Ubbens, Spijk, Gelderland, Netherlands
Eigenaar: U.M. Ubbens, Spijk, Gelderland, Netherlands
Shareholder:
Homeport / Flag: Spijk / Netherlands

Bezitters van parten (aandelen) in het schip

Bijlage bij cedule 17 van 24 april 1855, brik LOUISA

Eigenaren:

Th. Wehlburg, Amsterdam (boekhouder en 7/32e part)
R. Daniel Wolterbeek, Amsterdam (2/32e part)
J.A. Voortman, Amsterdam (2/32e part)
J.S. Brak, Amsterdam (2/32e part)
H.F. Smith, Amsterdam (2/32e part)
J.A. de Jongh van Arkel, Amsterdam (1/32e part)
Firma Blok & Matthijsen, Amsterdam (4/32e part)
H.T.C. Hellings, Amsterdam (1/32e part)
J.H.W. Lindeman, Harlingen (4/32e part)
J.A. Kramer, ’s-Gravenhage (2/32e part)
J.J. Scheepers, Groningen (2/32e part)
W. Kaars Sypestein, Krommenie (2/32e part)
C. Roelants, Haarlem (1/32e part)
 

Ship Events Data

1862-11-15: Damaged
Amsterdam, 26 november. Volgens brief van kapt. Antusch, voerende het brikschip LOUISA, gedateerd Napels 17 november j.l., had aldaar van 13 tot 15 dezer een zware storm gewoed, waarin al de in de haven liggende schepen schade hadden bekomen. De door het schip LOUISA geleden schade was van dien aard, dat die niet uit eigen middelen te herstellen was, en de kapitein genoodzaakt zou wezen in averij te gaan.
1869-02-26: Sale/Verkoop
NRC 260269
Advertentie. Uit de hand te koop: het Nederlands gekoperd en kopervast Brikschip LOUISA, laatstelijk gevoerd door kapt. T.J. Mellema, gemeten 283 tonnen of 150 lasten (182 Java-lasten), lang 31 ellen 23 duimen, wijd 5 ellen 12 duimen, hol 3 ellen 99 duimen, voorzien van een goede inventaris, zoals hetzelve is liggende in de Leuvehaven te Rotterdam. Informatiën te bekomen bij de makelaars G.J. Boelen, A.J. Corver en C.S. Oolgaardt te Amsterdam, en bij de cargadoors P.A. van Es & Co. te Rotterdam.
1877-08-17: Final Fate: Stranded

Delfzijl, 17 augustus 1877. Het te Spijk te huis behorende brikschip TRIJNTJE GEZINA, kapt. E.T. Bos, van Riga herwaarts, is wegens dikte van mist op de Meeuwenstaart (Wester-Eems) aan de grond geraakt en zit zeer gevaarlijk. Lichterschepen gingen gisteren namiddag van hier ten einde zo veel mogelijk adsistentie te verlenen.

Gezagvoerders

Familiegegevens en opleiding

Jan Christiaan Siedenburg werd geboren te Koog aan de Zaan op 21 september 1821.

Hij was getrouwd met Henriette Wilhelmina Fischer, geboren te Amsterdam op 06 juli 1826 en overleden 12 mei 1901.

Jan overleed in 1863 en bij zijn overlijden werd Amsterdam als woonplaats vermeld.003 en 118

In het Bevolkingsregister 1851-1853 (-1864) van Amsterdam staat vermeld Jan Christiaan Siedenburg, geboren 21 september 1821 te Koog aan de Zaan, Evangelis Luthers, wonend in in 1854 in de Kalverstraat 41 te Amsterdam.

Jan Christiaan Siedenburg werd per 29 augustus 1835 als leerling “ingenomen” op de Amsterdamse Kweekschool voor de Zeevaart. Hij was evangelisch luthers. Hij werd geboren op 21 september 1821 te Koog aan de Zaan als zoon van Adam Siedenburg, koopman, maar ten tijde van de entree van zijn zoon op de Kweekschool overleden, en Anna Geertruida Richter, “meesteres in het Gasthuis”. Toeziend voogd was de kapitein-luitenant ter Zee G.van Lennip Coster Jr, wonende te Amsterdam in de Leidsestraat 12.

Van de vorderingen op school werden 3-maandelijkse rapporten bijgehouden in 4 vakken, te weten zeevaartkunde, schoolonderwijs (i.c. hollands, frans en engels), scheepswerk en tekenen in de periode januari 1836 - juli 1838. Voorts worden de volgende bijzonderheden vermeld:

05 augustus 1836     “bekomt den 3den of de laagsten Prijs voor het Schoolonderwijs, zijnde Moll vroegere Zeetogten der Nederlanders”;

04 augustus 1837     “bekomt den hoogsten Prijs in het Schoolonderwijs zijnde Southeys naval history of England 3 deelen”;

27 maart 1838           “aangenomen tot Lidmaat der Evang. Luth Gemeente door Do Loman”;

02 juni 1838              “geplaatst als ligtmatroos op het schip Castor Captn Gollards naar Batavia voor Amsterdam, Gagie ƒ8,-“;

09 april 1839             “terug van de reis met goed attest”;

08 mei 1839              “geplaatst als ligtmatroos op het schip Castor Captn T.Gollaards naar Batavia voor Amsterdam …”;

30 maart 1840           “is terug van de reis met goed attest”;

01 april 1840             “eervol ontslagen”004-532/1773.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

J.C.Siedenburg werd met vlagnummer 910 per 15 maart 1853 ingeschreven als effectief lid van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop op voordracht van kapitein J.A.de Haas. Als zijn schip wordt genoemd de “Anna Lena”. Toegevoegd is “vermist” 002.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd. 08/15 maart 1853 werd als effectief lid voorgedragen/benoemd Jan Christiaan Siedenburg, oud 31 jaar, zullende voeren de in aanbouw zijnde brik “Anna Lena”, adres bij de heer Ringeling te Nieuwendam, op voordracht van kapitein J.A. de Haas.023

Hij wer deelnemer van het Weldadig Zeemans Fonds van Zeemanshoop per 01 mei 1855. Toegevoegd is “vermist”.003.

 

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 26 februari 1863 vraagt de wed. J.C.Siedenburg geb. Fischer om de reglementaire uitkering welke haar in de vergadering van 26 maart 1863 wordt toegekend per 01 februari 1863 voor haar en 3 kinderen.042.

In de notulen van de Algemene Vergadering van Zeemanshoop dd. 31 maart 1863 staat vermeld dat per 01 februari 1863 een uitkering in de 1e klasse wordt toegekend aan de wed. J.C.Siedenburg geb Fischer voor haar en 3 kinderen.023.

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                 jaren          type                 scheepsnaam                                       naam reder/boekhouder

       910                         1853          brik                  Anna Lena                                           Th.Wehlburg

       516                      1854-1855    brik                  Louisa                                                   idem

                                     1856-1859    bark                Anna Justina                                        Groen & Bos

                                        1860          fregat              Hercules                                               F.Haverkamp

                                     1861-1862    bark                Everdina Elisabeth                             P.de Boer te Rotterdam

                                        1862          “vermist”

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093

Naam kapitein                             Naam schip                                  Vertrek                              Terugkomst

J.Siedenburg                                 Hercules                                        23 februari 1860              10 januari 1861

                                                        Everdine Elisabeth                      16 augustus 1861            niet vermeld

 

Bouma025 vermeldt J.C.Siedenburg als gezagvoerder gedurende:

  • * 1853 t/m 1855 van de brik “Anna Lena”, gebouwd in 1852 te Nieuwendam, 261 ton o.m., varend voor Th. Wehlburg te Amsterdam;
  • * 1855 t/m 1856 van de brik “Louisa”, gebouwd in 1855 te Amsterdam, 283 ton o.m., varend voor Th.Wehleburg te Amsterdam;
  • * 1857 t/m 1860 van de bark “Anna & Justina”, gebouwd in 1856 te Amsterdam, 460 ton o.m., varend voor Groen & Bos te Amsterdam. Het schip voer in 1861 voor de Gebr. Hartsen te Amsterdam en was herdoopt in “Batavia”;
  • * 1860 t/m 1861 van het fregat “Hercules”, gebouwd in 1859 te Amsterdam, 754 ton o.m., varend voor F.Haverkamp te Amsterdam. Het schip voer in 1862 voor Rutgers & Hissink te Amsterdam en was herdoopt in “Telenak”;
  • * 1862 van de bark “Everdina Elisabeth”, gebouwd in 1850 te Capelle aan de IJssel, varend voor P. de Boer te Rotterdam. Het schip werd in november 1862 vermist.

 

Overige bijzonderheden

Het barkschip “Everdina Elisabeth” onder kapitein J.C.Siedenburg vertrok c.11 augustus 1861 ven Rotterdam naar Melbourne en Sydney en vandaar naar New Castle (New South Wales). “Op de reis van New Castle, vanwaar vertrokken 18 april 1862, naar Hong Kong met een lading steenkolen, vermist geworden”.

Ontleend aan gegevens van Ch.van der Zweep, ‘t Schoman 22, 7478 RM Diepenheim (medio 1999). De heer van der Zweep bezit een Journaal van Scheepsrekeningn en Verantwoordingen van de barkschepen “Wilhelmina”, “Everdina Elisabeth” en “Joan Melchior Kemper” en de fregatten “Catharina Jacoba Henriëtte”, “Catharina Wilhelmina” en “Cornelia”, waaraan bovenstaande gegevens ontleend zijn. Dit journaal bevat tevens gegevens over aandeelhouders en de uitkeringen per reis.

 

De brik “Anna Lena” liep van stapel op 30 november 1852 te Amsterdam in opdracht van Th. Wehlburg. In de bouworder werd J.C.Siedenburg als kapitein genoemd, maar wellicht heeft deze toezicht bij de bouw gehouden, want de eerste kapitein was Willem Joseph Lourens. Genoemd in het archief van de Firma Meursing, Stadsarchief Amsterdam 648-28.

 

 

Datum vanaf: 1855
Kapitein: Siedenburg, Jan Christiaan

Familiegegevens en opleiding

Petrus Franciscus Anton Antusch werd geboren ’s middags 7 uur te Amsterdam op 28 januari 1826 als zoon van de muziekmeester (?) Ludewig Antusch en Constance Maria Elisabeth Brentano.

Hij trouwde  op 05 september 1861 te Amsterdam als scheepsgezagvoerder, 35 jaar met Lamberdina Brouwer, 24 jaar, geboren op de Haarlemerdijk 23 te Amsterdam op 11 maart 1837 ’s middags 4 uur als dochter van de boekhouder Harm Brouwer en Hendrina Anna Bosch. Zij overleed te Amsterdam op 21 mei 1915, namiddags 4.30 uur, 78 jaar, en toen wonende te Alkmaar.

Petrus F.A.Antusch overleed te Amsterdam op 02 februari 1903 namiddags half 10 in het Wilhelmina Gasthuis, net als woonadres Frederik Hendrik Plantsoen, 75 jaar. Als beroep is “makelaar” vermeld.

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.F.A.Antusch werd met nr. 579 effectief lid van Zeemanshoop op 11 juli 1854 op voordracht van J.C.Siedenburg. Zijn schip was de "Anna Lena"002.

In de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop van 04/11 juli 1854 werden als effectief lid voorgedragen benoemd Petrus Franciscus Anton Antusch, oud 28 jaar, voerend de brik “Anna Lena”, voor rekening en met als adres Th.Wehlburg te Amsterdam, op voordracht van kapitein J.C.Siedenburg.023.

In de notulen van de Algemene Vergadering dd 08 oktober 1861 wordt aan kapitein P.F.A.Antusch toegestaan zijn effectief lidmaatschap om te zetten in een honorair lidmaatschap.023.

 

P.F.A.Antusch was effectief lid van Zeemanshoop in de periode 1854 t/m 1861 met vlagnummer 579.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 17 september 1861 wordt kapitein Antusch toegestaan zijn effectieve in een honorair lidmaatschap om te zetten042.

 

De schepen van de kapitein

Vermelding in de Amsterdamsche Almanak voor Koophandel en Zeevaart001:

vlagnummer                    jaren           type                  scheepsnaam                         naam reder/boekhouder

         579                      1854-1855     brik                   Anna Lena                             Th.Wehlburg

                                           1856           brik                   Louise                                     idem

                                      1857-1860     brik                   Louise                                     W.Kaars Sijpestein te Krommenie

 

Bouma025 vermeldt F.P.A.Antusch als gezagvoerder gedurende:

*    1855 t/m 1857 van de brik “Anna Lena”, gebouwd in 1852 te Nieuwendam, 261 ton o.m., varend voor Th. Wehlburg te Amsterdam;

*    1857 t/m 1865 van de brik “Louisa”, gebouwd in 1855 te Amsterdam, 283 ton o.m., varend voor Kaars Sijpestein te Krommenie.

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093

P.F.A.Antusch             Louise                                       10 april 1860                                        31 juli 1861

 

Overige bijzonderheden

Geen

 

 

Datum vanaf: 1856
Kapitein: Antusch, Petrus Franciscus Anton

Familiegegevens en opleiding

Teunis Jacobus Mellema werd geboren te Schiermonnikoog op 02 oktober 1834 als zoon van Jacobus Teunis Mellema en Willempje Willems Stachouwer.

Hij trouwde op 26 augustus 1867 te Den Helder met Catharina Maria Jaski, geboren op 07 februari 1840 te Texel als dochter van Remt Christiaan Jaski en Aagje Hendriks Boermeester.

"Uit het Register der akten van Overlijden van de gemeente Helder van het jaar achttienhonderd zeventig blijkt, dat op den zesentwintigsten der maand Augustus des jaars achttienhonderd negenenzestig, aan boord van het Nederlandsch Schoenerschip Gouverneur Nagtglas, liggende ter reede van Stranghae, in den ouderdom van vierendertig jaren, is overleden, T.J.Mellema, echtgenoot van C.J.Jaski.” (Stranghae zou een verschrijving kunnen zijn van de havenplaatsen Strangnaes bij Stockholm).

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

T.J.Mellema was met vlagnummer 18 in de periode 1865 t/m 1869 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt T.J.Mellema als gezagvoerder gedurende:

*          1865 op de schoener “Nicolaas Heimburger”, gebouwd in 1863 op de werf “De Phoenix” te Delfzijl, 176 ton, varend voor B.W.Kaars Sijpesteyn te Krommenie;

            Bouma en van Sluijs vermelden T.J.Mellema NIET als gezagvoerder (en opvolger van J.T.Mellema) van de schoener “Nicolaas Heimburger”. In hun opgaven is J.T.Mellema de eerste gezagvoerder die in 1866 wordt opgevolgd door A.Koster. Het schip is dan overgegaan naar W.de Vlaming & Zn te Vlaardingen.

*          1866 t/m 1868 op de brik “Louisa”, op 11 april 1855 te Amsterdam op de werf “Vrede” voorheen “Hollandia” van Blok & Mathijsen te Amsterdam van stapel gelopen, 283 ton, varend voor Kaars Sijpesteyn (geen initialen genoemd) te Krommenie;

*          1869 op de brik “Gouverneur Nagtglas”, op 31 augustus 1861 op de werf “De Haan” van J.Boelen JRz te Amsterdam van stapel gelopen, 210 ton o.m., varend voor van Rijckevorsel & Co te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

De brik “Louisa” onder kapitein T.J.Mellema was te Texel op 18 september 1867 en arriveerde op 22 december 1867 te Valparaiso, dus via Kaap Hoorn. Het schip werd geregistreerd te Iquique op 22 januari 1868 en ging vandaar op avontuur met onbekende bestemming.121

 

NRC 06 februari 1869

Advertentie. G.J. Boelen, C.S. Oolgaardt en A.J. Corver, makelaars, presenteren als lasthebbenden van hun principaal op maandag de 15e februari 1869, des avonds ten 6 ure, in de Nieuwe Stads Herberg aan het IJ te Amsterdam, ten overstaan van de notaris C. van den Bergh, bij openbare opveiling aan de meestbiedende of hoogstmijnende te verkopen: het extra ordinair, welbezeild, gekoperd en kopervast Brikschip, varende onder Nederlandse vlag, genaamd LOUISA, laatst gevoerd door kapt. T.J. Mellema, volgens Nederlandse meetbrief lang 31 el 23 duim wijd 5 el 12 duim, hol 3 el 99 duim, en alzo gemeten op 283 tonnen of 150 lasten, en dat verder met al deszelfs rondhouten, opstaand en lopend want, ankers, touwen, zeilen en andere scheepsbehoeften, als breder bij de inventaris is vermeld. Het voornoemde brikschip ligt in de Leuvehaven te Rotterdam. Voor nadere informatiën adressere men zich bij bovengemelde makelaars.

 

 

MELLEMA, WILLEM JACOBUS

Familiegegevens en opleiding

Willem Mellema werd geboren te Schiermonnikoog op 26 maart 1770 als zoon van Jacobus Teunis Mellema en Neeltje Willems.

Hij trouwde te Schiermonnikoog op 10 december 1797 als kapitein met Catharina Maria Remts Coerkamp, geboren te Schiermonnikoog op 05 maart 1774 als dochter van Remt Feyes en Catharina Maria Coerkamp. Zij overleed in Hoogezand op 24 januari 1828.

Willem overleed te Schiermonnikoog op 13 september 1852.

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt W.J.Mellema als gezagvoerder gedurende:

*    1819 t/m 1827 van de smak “Jonge Remt”, geen gegevens over bouwjaar en -plaats, 71 ton o.m., varend voor Mellema te Groningen. Het schip werd 11 maal te Harlingen geregistreerd komend van Noorwegen en Danzig;

*    1825 van de smak “Vrouw Antje”, geen vermelding van bouwgegevens, thuishaven en eigenaar. Het schip werd 1 maal te Harlingen geregistreerd komend met hout van Danzig;

*    1828 t/m 1840 van de kof “Jonge Willem”, gebouwd in 1828, bouwlocatie niet vermeld, 120 ton o.m., varend voor W.Zelling te Schiermonnikoog.

 

Het Amsterdamse Archief van de Waterschout11a bevat monsterrollen op naam van kapitein Willem Jacobus Mellema op de:

“Jonge Remt”, dd 24 april 1822.

 

Overige bijzonderheden

Zeeprotest XIX

Niet alle zeeprotesten  geven een uitvoerig verslag van de afgelopen reis. Sommige schippers volstaan met het protesteren als zodanig.

 

Schipper Willem Mellema 1) van Schiermonnikoog, gezagvoerder van het smakschip de Jonge Remt, vaart op 16 oktober 1823  Harlingen binnen. Hij heeft tarwe geladen in Danzig met de bestemming Harlingen. Hij laat ook een zeeprotest opmaken 2) zonder verdere toelichting.

  1. Verm. is dit Willem Jacobus Mellema, geboren te Schiermonnikoog 26 maart 1770, die op 10 dec 1797 trouwde met Catharina Maria Coerkamp. Zie H.D. Teensma, pag. 212.

        Mellema is een zwager van Janneke Harmanus Visser, die met zijn zuster Lollina Mellema is getrouwd.

  1. Tresoar, toeg. 6, inventaris nr.049016, akte nr 274 d.d. 16 okt 1823

Kolham,

Pieter Fokkes Visser

 

 

Leeuwarder Courant 03 november 1818114

Nieuwe Zijlen (opm: bij Dokkum), 26 oktober. ….

Den 17 dito is alhier binnen gekomen het tjalkschip NOOITGEDACHT, kapt. Jan Geltes, ledig van Norden naar binnenlands, en het smakschip de JONGE RUURD (opm: JONGE REIND?), kapt. Willem Mellema, met balken van Stettin.   

  1. ….

Den 25 dito is van hier uitgezeild het smakschip de JONGE REIND, kapt. Willem Mellema, en het tjalkschip de VROUW CATHARINA, kapt. J.B. Mulder, beide naar Groningen vertrokken om te laden op Londen.

 

Leeuwarder Courant 29 december 1818114

Nieuwe Zijlen (opm: bij Dokkum), 16 december. …

Den 13 dito is alhier binnen gekomen het smakschip de JONGE REIND, kapt. Willem Mellema, met ballast van Londen, gaat opleggen.

 

Leeuwarder Courant 23 april 1819114

Nieuwezijlen (opm: bij Dokkum). Den 2 april binnen gekomen  ….

  Den 10 dito binnen gekomen het tjalkschip de VIER GEBROEDERS, kapt. L.G. Dubblinga, met potaarde van Altona, het smakschip de JONGE REIND, kapt. W.J. Mellema, met Noords hout van Arendal. …

 

Rotterdamsche Courant 19 april 1821114

Amsterdam, 17 april. Te Rendsburg zijn gearriveerd L.M. Hoekstra van Holtenau, W.J. Mellema van Kiel, H. Ebes van Sonderburg, T. Jans van Callundborg (opm: Kalundborg), J. Thormählen en W.J. Stuit van Eckernfort (opm: Eckernförde) en H.H. Brams van Kiel naar Amsterdam, S.L. Pinksterboer van Kiel naar Zaandam, H.S. Thijgesen van Assens naar Rotterdam, G.G. Smit, D. Bruntje en J.H. Einfeldt van Amsterdam naar Dantzig (opm: Gdansk), R.J. Nagel van Neustadt naar Schiedam, F.J. Deddes, H.G. Oortjes en H.G. Duken van Neustadt, J.G. Hoetjer van Lübeck en H.J. Oortjes van Bogensee, allen naar Antwerpen; te Libau (opm: Liepaja) H.J. Swart van Schiedam en J.J. Siedses van Harlingen.

Den 1 april zijn van Libau vertrokken B.J. Rass en J.H. Lohse naar Amsterdam.

 

 

MELLINK, P.W.B.

Familiegegevens en opleiding

Geen

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

P.W.B.Mellink werd met vlagnummer 862 ingeschreven als effectief lid van Zeemanshoop per 20 januari 1852 op voorspraak van H.Blokziel. Zijn schip was "De Stad Nijmegen". Toegevoegd is "bedankt"002.

In de notulen van de Algemene Vergaderingen van het Amsterdamse zeemanscollege Zeemanshoop dd 13/20 februari 1852 zijn als effectief lid voorgedragen/benoemd P.W.B.Mellink (alleen initialen), oud 30 jaar, voerend de bark “Stad Nijmegen”, gebouwd voor rekening van A.Graad van Roggern, op voordracht van kapitein H.Blokziel.023.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

In de notulen van de Bestuursvergadering van Zeemanshoop dd 27 december 1860 staat zijn bedanken voor het Weldadig Zeemans Fonds met tevens het verzoek lid voor de vlag te mogen blijven. Dit wordt afgewezen.042.

 

De schepen van de kapitein

lidmaatschap College Zeemanshoop te Amsterdam001

vlagnummer                   jaren           type                  scheepsnaam                                        naam reder/boekhouder

         862                      1852-1853     bark                 De Stad Nijmegen                                A.Graadt van Roggen

         468                          1854           geen vermelding van schip en boekhouder

                                      1855-1857     bark                 Waalstroom                                          A.Graadt van Roggen

                                      1858-1860     bark                 Waalstroom                                          Jerem.Meijjes & Zn

 

Volgens monsterrol nr. 1454 dd 20 juni 1850 in het Gemeentearchief van Dordrecht monsterde P.W.B. Mellink, oud 29 jaar uit Nijmegen, als 1e stuurman op het fregat “generaal Baron van Geen” onder kapitein Gerrit Rotgans voor een reis naar Batavia064.

 

Vertrek en terugkomst van schepen in Amsterdam093:

Kapitein                                                Schip                                          Vertrek                        Aankomst

P.W.B.Mellink                                      Waalstroom                              22 november 1860    05 december 1861

 

Bouma025 vermeldt P.W.B.Mellink als gezagvoerder gedurende:

*    1853 t/m 1854 van de bark “Stad Nijmegen”, gebouwd in 1852 te Amsterdam, 412 ton o.m., varend voor A. Graadt van Roggen te Amsterdam;

*    1857 t/m 1863 van de bark “Waalstroom”, gebouwd in 1853 op de werf Witte Kruis van Jerem. Meijjes te Amsterdam023, 412 ton o.m., varend voor Jeremias Meyjes & Zn te Amsterdam.

 

Overige bijzonderheden

In een adres dd 12 december 1855 aan de Tweede Kamer der Staten Generaal drongen 58 gezagvoerders aan op de invoering van een Tuchtwet. Zij meldden dat de uitvoering van hun beroep dagelijks meer en meer werd belemmerd door de onmogelijkheid om aan boord der schepen behoorlijke orde en tucht te bewaren. Een van de ondertekenaars was P.W.B.Mellink van dxe bark “Waalstroom”. 104.

 

 

Datum vanaf: 1866
Kapitein: Mellema, Teunis Jacobus

Familiegegevens en opleiding

Freerk Ekamp werd geboren op Schiermonnikoog op 26 mei 1830 als zoon van kapitein Albert Tjerk Ekamp en Aukje Freerks Koster.

Hij trouwde op 19 oktober 1853 te Schiermonnikoog als gezagvoerder met Elisabeth Melles Fenenga, geboren te Schiermonnikoog op 25 december 1834 als dochter van Melle Jans Fenenga en Johanna Edzerds Leensma. Het gezin zou ook in Den Helder hebben gewoond. Elisabeth overleed op 25 juni 1907 te Purmerend aan de Purmerweg, Wijk G, nr. 13.

Freerk Albert overleed op 13 juni 1914 te Purmerend aan de Gouw, Wijk C, nr.232 als weduwnaar van Elisabeth Feninga..

 

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

F.A.Ekamp was met vlagnummer 84 in de periode 1868 t/m 1917 lid van het Schiermonnikoger zeemanscollege “De Herkenning”.

Hij was met vlagnummer 7 in de periode 1877 t/m 1894  lid van het Helderse zeemanscollege “Goede Bedoeling”.

 

Opmerkingen in verband met lidmaatschap Zeemanscollege(s)

Geen

 

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt F.A.Ekamp als gezagvoerder gedurende:

*    1868 t/m 1869 van de brik “Martha Theresia”, gebouwd in 1860 te Risør, 270 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. Het schip werd in 1869 verkocht naar Noord-Duitsland (Bouma);

*    1870 t/m 1873 van de brik “Louisa”, van stapel gelopen op 11 april 1855 op de werf “De Vrede” voorheen “Hollandia”van Blok & Mathijsen te Amsterdam, 283 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. Het schip werd in 1874 verkocht aan kapitein E.T.Bos te Delfzijl en herdoopt in “Trijntje Geziena” (Bouma);

*    1876 t/m 1877 van de bark “A.R.Falck, gebouwd in 1846 bij C.Smit te Alblasserdam, 651 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend;

*    1877 t/m 1900 op de houten gekoperde bark “Koophandel”, ex Elisabeth Maria, ex Ida Elisabeth, gebouwd in 1856 te Kinderdijk, 724 ton, varend voor N.Brantjes te Purmerend. Het schip strandde op 31 oktober 1899 bij Reval en werd in 1900 afgekeurd (Sweys).

 

Een portret van de bark “Martha Theresia”, staat op p. 155 van het boek Het Schiermonnikoger Zeemanscollege en Pensioenfonds door Ron R. van Staveren c.s., Schiermonnikoog 2009, 444 pp. Het origineel is in bezit van Ch.F.Ellis.

 

Overige bijzonderheden

Mast097-p25 en volgende vermeldt

“Het schip (Koophandel) was begin 1857 al in de vaart gekomen bij rederij W.Ruys J Dzn in Rotterdam onder de naam “Ida Elisabeth”. De scheepsbouwers van J. & K.Smit te Kinderdijk hadden er bij de bouw in 1856 nog een hele kluif aan gehad, want het schip was bestemd voor de vaart op Indië. De zware ladingen uit de Oost, zoals koffie, suiker en tin maakten een romp met scherpe lijnen onmogelijk daar anders de stabiliteit te zeer negatief zou worden beïnvloed. Een extra complicatie was voor de scheepsbouwers de eis van de reder geweest voor grote luikhoofden, aangezien in Indië het gebruik van stoommachines ook toenam en op elke uitreis het grootste deel der lading uit machineriën bestond.”

“In 1870 werd de bark op een publieke verkoping voor f 27.700,- van de hand gedaan. Zij voer vervolgens tot 1877 onder de naam ‘Elisabeth Maria’ voor de partenrederij J.H. van Santen uit Krimpen aan de Lek. In dat laatste jaar werd … (het schip) aangekocht door de welbekende rederij N.Brantjes uit Purmerend en kreeg deze inmiddels wat bejaarde dame de naam ‘Koophandel’. … Zij sleet de daaropvolgende jaren haar leven overwegend in de houtvaart, waarvoor de bark door haar grote luikhoofden uitermate geschikt was. Kapitein F.A.Ekamp voerde het schip reeds vanaf 1877(!) wn zou ook op de voorgenomen reis in 1898 het gezag bekleden”

In dit hoofdstuk 5 komt een beschrijving voor van de reis door de matroos J.T.Bogeholt (grootvader van de echtgenoot van de heer Mast) op de “Koophandel” op 20 april 1898 van Amsterdam. Auteur Mast heeft aan de hand van berichten in “Zeetijdingen” uit de Eemsbode en het relaas van matroos Bogeholt het vaartraject in 1898 kunnen reconstrueren. Het schip vertrok met een volle lading cokes van Amsterdam naar Kroonstad, en vandaar met een lading hout via Wyborg, Gravesend naar Londen. Terug in Amsterdam op 24 augustus 1898 vertrok matroos Bogenholt naar Elsfleth.

In de Eembode staat onder de rubriek Zeetijdingen het volgende bericht ontleend aam Mast 097-p.27:

“Kroonstad 12 Mei (1898). Swart  IJmuiden, v Geestemunde, den 13den Steffens Jan & Carel, v. Amsterdam, den 14den Visser George Washington, v. Geestenmunde, Wielema Magdalena v. idem, Ekamp Koophandel, v.Amsterdam, alles wel.”

 

 

En in Concept Hoofdstuk 6 staat de volgende passage(zie inmiddels ook Mast097.

“Kapitein F.A.Ekamp strandde met de - reeds met gezaagd hout volbeladen - 3-mast bark “Koophandel” op 31 october 1899 tijdens een vliegende Westerstorm op de kust nabij Reval. Kortheidshalve wordt hier verwezen naar bijlage 2 in dit boek. Het schip werd in 1900 voor de assuradeuren uiteindelijk een “constructive total loss”.

 

“1899-1900: Schip met volle lading gezaagd hout, onder kapitein F.A.Ekamp, op 31 okt 1899 tijdens vliegend stormweer gestrand nabij Reval (Tallinn/Estland). De ongelijke strijd van de “Koophandel” is het beste af te leiden uit de onderstaande berichten in de Zeetijdingen-rubriek van het “Nieuwsblad van het Noorden”.

1899

Reval, 28 Nov. Door den westelijken storm die alhier woedt is zooveel zand aangespoeld, dat de negentien voet diep liggende Nederl. bark Koophandel nog slecht negen voet water om zich heeft. Men vreest dat het schip door den zwaren zeegang gebroken is. De equipage bestaat uit kapitein Ekamp en twaalf man. Wegens de hooge zee kon de reddingsboot het station brigitten niet verlaten. Kapt. Ekamp, die aan land wilde gaan, om het vereischte inzake de berging van het schip te bewerkstelligen, verliet het schip daarom in eigen boot; deze werd echter op het strand geworpen. Twee van de druipnat aangekomen matrozen worden te Brigitten verpleegd, terwijl de kapitein met den anderen matroos zich naar de stad begaven naar den Nederlandschen consul, die zich hun lot aantrok. Bij den aanhoudenden westelijken storm is het schip van landzijde onbereikbaar en kan ook de zich nog aan boord bevindenden equipage het schip niet verlaten.

Reval, 11 Dec. Met het bergen der lading van het Nederl. Schip Koophandel heeft men, nadat de storm is bedaard, een aanvang gemaakt. Gisteren werd de eerste schuit met lading hier aangebracht.

Reval, 23 Dec. Met de berging der lading van het Nederl. Schip Koophandel is men thans zoover gevorderd, dat nog slechts een klein gedeelte der lading planken aan boord is. Het schip zit thans 4 voet diep in het zand. Men zal met hoog water trachten het schip af te brengen.

1900

Amsterdam, 30 Aug. Volgens heden uit Reval ontvangen telegram is het Nederl. Barkschip Koophandel af- en te Reval binnengebracht.

Reval, 31 Aug. Het gister vlot- en hier in de haven gebrachte Nederl. Barkschip Koophandel is zoo zwaar beschadigd, dat het bijna waardeloos is. Ongetwijfeld zullen experts het schip afkeuren..

Amsterdam, 31 Oct. Het te reval binnengebrachte Nederl. Barkschip Koophandel is afgekeurd.”

Ongepubliceerde gegevens samengesteld in september 2000 door de heer R.K.Mast, Oud-Havenmeester Delfzijl/Eemshaven. Verkregen door bemiddeling van de heer K.Suyk te Heiloo. Zie ook Mast097-p.145.

 

In een artikeltje in het Noord-Hollands tijdschrift “De Speelwagen” uit 1951, 6de Jg. p.38-40 staat een herinnering van C.Oud uit Purmerend onder de titel “`Zeilschepen te Purmerend op het eind van de 19de eeuw”.

“De firma Brantjes (een houthandel in Purmerend) had zelf ook zeilschepen, waarvan ik mij nog de barken “Christoforos” en “Koophandel” en de brik “Marie” herinner. De “Koophandel” is in de Oostzee gestrand  en verlaten, en de “Marie” na aanvaring in de Oostzee voor sloop verkocht.

Gezagvoerder van de “Koophandel” was Kapitein Ekamp, een oude heer, die prachtige verhalen kon vertellen, o.a. over zijn eerste reis, toen hij jongen was op een zeilschip uit de Zaanstreek. (naam niet genoemd) In de Caraibische Zee was dit schip geënterd door zeerovers, die het geld en voorwerpen van waarde uit de kajuit en het koksgereedschap uit de kombuis hadden medegenomen, doch de bemanning ongemoeid gelaten. Het schip had gelukkig nog geen lading aan boord gehad, dus er was voor de rovers niets te verdienen geweest.”

“…De firma Brantjes had ook nog een mooi ijzeren zeilschip, de “Willem Eggerts”, een schip, dat nooit in Purmerend kwam, in tegenstelling met de “Koophandel” en de “Marie”, die als regel in Purmerend overwinterden.”

 

In een serie artikelen in het blad “Het Zeilend schoolschip” in de periode 1847-1862 beschrijft kapitein Piet van Os onder het pseudoniem Pietos zijn zeilvaartherinneringen. In nr.26 van december 1954 vertelt hij over zijn opleiding aan de Rotterdamse zeevaartschool, waarin de volgende opmerking:

“De reden waarom jongens uit een zeeplaats als Den Helder naar Rotterdam gingen, voor hun opleiding tot koopvaardij-zeeman was, dat op de steeds verminderde vloot van houtslepers ieder jaar slechts een beperkt aantal jongens voor hun eerste reis aan de slag konden komen. De houtsleper-kapiteins waren oorspronkelijk meest van de Noordzee eilanden afkomstig, waardoor de eilander-jongens de voorkeur hadden. Kapitein Ekamp van de bark “Koophandel” maakte hierop echter een gunstige uitzondering. Ieder reis nam hij 2 onbevaren Nieuwedieper-jongens mee naar zee. Een in de kajuit en een in het volkslogies.”

 

Informatie omtrent kapitein Ekamp en zijn belevenissen met de “Koophandel” is te vinden in Onder zeil en stoom. De zeemansjaren van de Delfzijlster kapitein J.T.Bogeholt door R.K.Mast, Uitg. Heveskes, Groningen, 2003.

Voorts zijn gegevens ontleend aan de Dorpsbode 43(4):1989. Bijdrage 67.

 

In 1898 en 1900 werden op de naam van Ekamp gestelde contributies bijgeboekt ad f 5,- in het kasboek van het Pensioenfonds “Goede Voorzorg”. Wellicht werden ook in latere jaren nog contributie bijgedragen, maar deze zijn dan opgenomen onder een verzamelpost.

 

Jacob Schol vertelt over de hinder van wandluizen aan boord van een zeilschip.

p.31“ Mijn vadr vertelde eens dat toen hij tweede stuurman op de bark Koophandel was, de matrozen de kapitein vroegen het logies een grondige schoonmaak te geven. Kapitein Ekampt weigerde daar tijd voor te geven en toen hebben die matrozen een lucifersdoosje vol wandluizen in z’n kooi gegooid. Een gemene streek maar wel te verwachten.”

Uit: “ Uit de Zeilvaarttijd. Herinneringen van kapitein Jacob Schol”. Uitgave van de Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders 2011. 68 pp

 

Scheepvaartberichten 1894

Binnengekomen:

Ljusne (Zweden), 30 April, Antelope, kapt. H.J. Hut; Koophandel, F.A. Ekamp; beide van Nieuwe Diep.

PS: Ljusne ligt iets ten Zuiden van Söderhamn

 

 

Datum vanaf: 1869
Kapitein: Ekamp, Freerk Albertz

Familiegegevens en opleiding

Eltje Bos werd geboren te Delfzijl op 01 september 1836 als zoon van de schuitenvaarder Teunis Eltjes Bos en Anna Walles Mulder.

Hij trouwde op 22 mei 1860 te Bierum als stuurman met Nikoleenna Sterenberg, geboren te Bierum 13 april 1828 als dochter van Renger Nikolaas Sterenberg en de landbouwerse Geertje Wierts Wiertsema. Zij overleed te Delfzijl op 16 maart 1909, 80 jaar

Lidmaatschap zeemanscollege(s)

E.T.Bos was effectief lid van het zeemanscollege “De Vereeniging” te Delfzijl met vlagnummer 40 in de periode 1863 t/m 1903.

Opmerkingen in verband met Zeemanscollege(s)

Geen

De schepen van de kapitein

Bouma025 vermeldt E.T.Bos als gezagvoerder gedurende:

  • 1862 t/m 1864 van de kof “Trijntje Geziena (1)” ex Arendina Roelfina, ex Avontuur, gebouwd in 1838 te Hoogezand, 90 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. Het schip is in 1864 verongelukt in de Oostzee;
  • 1866 t/m 1874 van de schoenerkof “Trijntje Geziena 3” ex Sirene, gebouwd in 1856 te Wildervank, 112 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. Het schip voer in 1875 voor U.Zuiderveen te Pekela en was herdoopt in “Albion”;
  • 1875 van de brik “Trijnte Geziena 2” ex Louise, gebouwd in 1855 te Amsterdam, 283 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl;
  • 1876 t/m 1877 van hetzelfde schip maar nu varend voor U.M.Ubbens te Spijk. Het schip is in 1877 op de Möwensteert in de Eems gestrand;
  • 1879 t/m 1880 van de kof “Elisabeth Lollina”, gebouwd in 1850 te Hoogezand, 112 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. Het schip is in 1880 in de Noordzee gezonken;
  • 1882 t/m 1890 van de 2-mastschoener “Zeemeeuw”, gebouwd in 1855 te Harlingen, 170 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. Het schip is in 1890 bij Lemvig gestrand en wrak geraakt;
  • 1892 van de bark “Vredenhoven 2” ex Europa, gebouwd in 1863 te Sunderland, 335 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. Hij herdoopt het schip in 1893 in “Europa”;
  • 1893 t/m 1898 van de 3-mastschoener “Europa” ex Vredenhoven, ex Europa, gebouwd in 1864 bij G.Bartram te Sunderland, 335 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl. In de Noordzee zinkend verlaten, Hull binnengesleept en verkocht;
  • 1900 t/m 1902 van de brik Albion” ex Backworth, gebouwd in 1866 te Blyth bij Floating Dock Cy, 298 ton o.m., varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl.

 

Monsterrrollen in het Gemeentearchief van Delfzijl:

Monsterrol 1854-25, 19 april 1854, kof “Alberdina”, kapitein Albert A.Wolkammer, leeftijd niet vermeld, uit Farmsum. Voorts stuurman Albert E. de Jonge, 30 jaar uit Farmsum, matroos en de kok Eltje T.Bos, 17 jaar uit Delfzijl;

Monsterrol 1855-9, 13 maart 1855, kof “Wiea Gezina”, kapitein Jurjen Roelof Bossinga, leeftijd niet vermeld uit Farmsum. Voorts stuurman A.E. de Jonge, 31 jaar uit Farmsum, kok, matroos, kajuitwachter en 2 lichtmatrozen waaronder E.T.Bos, 18 jaar uit Delfzijl;

Monsterrol 1856-A12b, 28 februari 1856, kof “Wiea Gezina”, kapitein Jurjen Roelofs Bossinga, leeftijd niet vermeld uit Farmsum. Voorts stuurman Kornelis Friedriks Tillema, 31 jaar uit Farmsum, kok, 2 matrozen, waaronder Eltje Bos, 19 jaar uit Delfzijl, en een kajuitwachter;

Monsterrol 1856-B7, 01 augustus 1856, kof “Wiea Gezina”, kapitein J.R.Bossinga, 27 jaar uit Farmsum. Voorts stuurman K.P.Oosterveld, 22 jaar uit Appingedam en 3 matrozen waaronde Eltje Bos, 19 jaar uit Delfzijl;

Monsterrol 1857-17, 26 februari 1857, kof “Jantina Henderika”, kapitein Cornelis IJ. van Wattum, 34 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman W.I.Dijk, 19 jaar uit Delfzijl, kok, matroos E.T.Bos, 20 jaar uit Delfzijl en een scheepsjongen;

Monsterrol 1859-4, 19 februari 1859, kof “Jonge Klaas”, kapitein Coenraad Mandema, 33 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Eltje T.Bos, 22 jaar uit Delfzijl, kok en matroos;

Mosterrol 1860-38, 15 maart 1860, kof “Juffer Grietje”, kapitein Cornelis van Wattum, 36 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman E.T.Bos, 23 jaar uit Delfzijl , kok en een matroos;

Monsterrol 1861-48, 10 juni 1861, kof “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje T.Bos, 24 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman J. de Boer, 31 jaar uit Delfzijl, matroos en kok;

Monsterrol 1862-12, 24 februari 1862, kof “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje T.Bos, 25 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman E.M.Borg, 21 jaar uit Weiwerd, kok, matroos en lichtmatroos;

Monsterrol 1862-41, 22 april 1862, kof “Trijntje Gesiena”, kapitein Eltje T.Bos, 25 jaar uit Delfzijl. Voorts een kok;

Monsterrol 1863-11, 24 februari 1863, kof “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Tonnis (sic) Bos, 27 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Hiddo Tonnis Bos, 22 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en een lichtmatroos;

Monsterrol 1864-7, 25 februari 1864, kof “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 28 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Hiddo T.Bos, 23 jaar uit Delfzijl, kok en een matroos;

Monsterrol 1864-84, 01 oktober  1864, kof “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 28 jaar uit Delfzijl. Voorts Hiddo Bos, 23 jaar uit Delfzijl, kok en een matroos;

Monsterrol 1865-95, 27 september 1865, galjoot “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 29 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Hiddo Teunis Bos, 24 jaar uit Delfzijl, kok en 2 matrozen;

Monsterrrol 1866-72, 28 juli 1865, galjoot “Trijntje Geziena, kapitein Eltje Teunis Bos, 29 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Hiddo Teunis Bos, 24 jaar uit Delfzijl en een matroos;

Monsterrol 1871-63, 08 september 1871, galjoot “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 37 jaar uit Delfzijl, Voorts stuurman Kornelis Rozema, 41 jaar uit Farmsum, kok en 2 matrozen;

Monsterrol 1874-92, 14 juli 1874, brik “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 38 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Christiaan Boelens, 36 jaar uit Termunten, kok, zeilmaker, 3 matrozen, lichtmatroos en een kajuitwachter;

Monsterrol 1874-148, 19 oktober 1874, brik “Trijntje Geziena”, kapitein Eltjo Teunis Bos, 38 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Jan Eltjes Visser, 43 jaar uit Schiermonnikoog, kok, bootsman, matroos en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1876-18, 04 maart 1876, brik “Trijntje Geziena” kapitein Eltje T.Bos, 40 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Jacob de Vries, 27 jaar uit Delfzijl, kok, bootsman, 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1876-70, 27 april 1876, brik “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 40 jaar uit Delfzijl. Voorts een kok en een matroos;

Monsterrol 1876-177, 09 september 1876, brik “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 40 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Harm Kuiper, 25 jaar uit Nieuwe Pekela en 3 matrozen;

Monsterrol 1877-35, 10 maart 1877, schoener “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Teunis Bos, 41 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Harmannus Wiarda Dijken, 42 jaar uit Farmsum, kok, 3 matrozen, 2 lichtmatrozen en een kajuitwachter;

Monsterrol 1877-96, 28 juni 1877, brik “Trijntje Geziena”, kapitein Eltje Bos, 41 jaar uit Delfzijl. Voorts kok en 4 matrozen;

Monsterrol 1878-88, 13 juni 1878, kof “Elisabeth Lollina”, kapitein Eltje T.Bos, 42 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Jacob Glas, 25 jaar uit Noordbroek, kok en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1879-17, 19 maart 1879, kof “Elisabeth Lollina”, kapitein Eltje Teunis Bos, 44 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Jan Alsema, 28 jaar uit Delfzijl, kok en een matroos;

Monsterrol 1880-9, 03 maart 1880, kof “Elisabeth Lollina”, kapitein Eltje Teunis Bos, 45 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Gervinus Joma, 35 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en een lichtmatroos;

Monsterrol 1880-134, 07 oktober 1880, kof “Elisbath Lollina”, kapitein Eltjo Bos, 46 jaar uit Delfzijl. Voorts een matroos;

Monsterrol 1881-112, 16 september 1881, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 45 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 matrozen;

Monsterrol 1882-38, 15 maart 1882, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo T.Bos, 46 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Hindrik Freese, 20 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1883-4, 19 februari 1883, schoenerbrik “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 48 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Remmelt van Linge, 39 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en lichtmatroos;

Monsterrol 1884-8, 22 februari 1884, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 49 jaar uit Delfzijl. Voorts kok, matroos en een lichtmatroos;

Monsterrol 1884-43, 07 april 1884, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 49 jaar uit Delfzijl. Voorts een matroos;

Monsterrol 1884-99, 20 september 1884, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 50 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 matrozen;

Monsterrol 1885-14, 13 maart 1885, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 49 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Renger Bos, 22 jaar uit Delfzijl, kok en 2 matrozen;

Monsterrol 1885-48, 04 juni 1886, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 49 jaar uit Delfzijl. Voorts een lichtmatroos;

Monsterrol 1886-29, 10 april 1886, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 50 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Renger Bos, 24 jaar uit Delfzijl, kok, matroos en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1886-81, 08 september 1886, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 50 jaar uit Delfzijl. Voorts kok en 2 matrozen;

Monsterrol 1886-94, 23 oktober 1886, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 50 jaar uit Delfzijl. Voorts kok, matroos en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1886-97, 14 december 1886, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 50 jaar uit Delfzijl. Voorts kok, matroos en lichtmatroos;

Monsterrol 1887-87, 08 september 1887, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, 51 jaar uit Delfzijl. Voorts matroos en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1888-34, 13 april 1888, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 52 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 24 jaar uit Delfzijl, kok 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1888-109, 16 oktober 1888, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 53 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1889-44, 03 april 1889, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 53 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 25 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1889-61, 31 mei 1889, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, leeftijd niet vermeld, uit Delfzijl. Geen andere bemanningsleden vermeld;

Monsterrol 1889-67, 26 juni 1889, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltje Bos, leeftijd niet vermeld, uit Delfzijl. Voorts een lichtmatroos;

Monsterrrol 1889-93, 02 augustus 1889, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 53 jaar uit Delfzijl. Voorts kok, 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1889-114, 122 september 1889, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 53 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 matrozen en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1890-23, 18 maart 1890, schoener “Zeemeeuw”, kapitein Eltjo Bos, 54 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 26 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1892-24, 19 maart 1892, schoener “Vredenhoven”, kapitein Eltje Bos, 56 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 38 jaar uit Delfzijl, kok , 2 matrozen en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1892-65, 11 juli 1892, schoener “Vredenhoven”, kapitein Eltje Bos, 56 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1892-93, 04 oktober 1892, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, 56 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 28 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;

Monsterrol 1893-19, 15 maart 1893, schoener “Vredenhoven”, kapitein Eltje Bos, leeftijd niet vermeld, uit Delfzijl. Voorts een niet met rang vermeld bemanningslid;

Monsterrol 1893-23, 17 maart 1893, schoener “Vredenhoven”,  kapitein Eltje Bos, 57 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 29 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1894-29, 21 maart 1894, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, 58 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 30 jaar uit Delfzijl, kok 2 matrozen en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1894-80, 03 augustus 1894, schoener “Europa”, kapitein Eltjo Bos, 58 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 30 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 3 lichtmatrozen ;

Monsterrol 1895-56, 18 mei 1895, schoener “Europa”, kapitein Eltjo Bos, 59 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 31 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1895-93, 07 september 1895, schoener “Europa”, kapitein Eltjo Bos, 59 jaar uit Delfzijl. Voorts Walle Bos, 31 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;

Monsterrol 1896-48, 08 april 1896, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, 59 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 32 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen en een dekjongen;

Monsterrol 1897-46, 24 april 1897, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, 61 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 33 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 3 lichtmatrozen;

Monsterrol 1897-92, 28 oktober 1897, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, leeftijd niet vermeld uit Delfzijl. Voorts een bemanningslid zonder rangaanduiding;

Monsterrol 1898-31, 22 maart 1898, schoener “Europa”, kapitein Eltje T.Bos, 62 jaar uit Delfzijl. Voorts kok, 2 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrol 1898-32, 24 maart 1898, schoener “Europa”, kapitein Eltje T.Bos, 62 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman Walle Bos, 34 jaar uit Delfzijl en een mattroos;

Monsterrol 1898-68, 28 juli 1898, schoener “Europa”, kapitein Eltje Bos, 62 jaar uit Delfzijl. Voorts 2 matrozen;

Monsterrol 1900-32, 31 maart 1900, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 64 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman P.Drewes, 31 jaar uit Delfzijl, kok, 3 matrozen, lichtmatroos en een dekjongen;

Monsterrol 1900-69, 10 augustus 1900, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 64 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman J.G.Homan, 41 jaar uit Delfzijl, kok, 2 matrozen en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1901-28, 12 april 1901, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 64 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman J. ten Have, 27 jaar uit Delfzijl, kok, 4 matrozen en een lichtmatroos;

Monsterrrol 1901-54, 01 augustus 1901, schoener ”Albion”, kapitein E.Bos, 64 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman J. ten Have, 27 jaar uit Delfzijl, kok, 3 matrozen en 2 lichtmatrozen;

Monsterrol 1902-22, 11 april 1902, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 66 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman H.Smid, 42 jaar uit Appingedam, kok, 2 matrozen, 2 lichtmatrozen, en een dekjongen;

Monsterrol 1902-45, 25 juli 1902, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 66 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman H.Smid, 42 jaar uit Appingedam, kok, 3 matrozen, lichtmatroos en een dekjongen;

Monsterrol 1903-17, 20 april 1903, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 66 jaar te Delfzijl. Voorts stuurman W.Bos, 39 jaar uit Delfzijl, kok en 4 matrozen;

Monsterrol 1903-36, 26 augustus 1903, schoener “Albion”, kapitein E.T.Bos, 67 jaar uit Delfzijl. Voorts stuurman W.Bos, 39 jaar uit Delfzijl, kok en 4 matrozen;

 

Samenvatting gegevens monsterrollen

1 Eltje Teunis wordt vermeld als E.T., Eltje, Eltjo, Eltje T., Eltjo T., Eltje Teunis, Eltje Tonnis en Eltjo Teunis. Uit de vermelding van de schepen en de leeftijd is te concluderen dat het steeds om dezefde persoon gaat.

2 Er zijn in totaal 71 monsterrollen vermeld op de website van het Noordelijk Scheepvaartmuseum. Alle rollen zijn afkomstig van het Gemeenterarchief van Delfzijl.

3 De monsterrollen zijn gedateerd van 1854 t/m 1903, met als leeftijden 17 resp. 67 jaar. Zijn zeemanscarriëre heeft dus (minstens) ca 50  jaar geduurd.

  1. Als woonplaats is steeds Delfzijl opgegeven.

5 Het overzicht van zijn monsterrollen luidt:

  • 1854 kok op de kof”Alberdina” onder kapt Albert A.Wolkammer 17 jaar
  • 1855 lichtmatroos op de kof “Wiea Gezina” onder kapt. J.R.Bossinga 18 jaar
  • 1856 matroos op de kof “Wiea Gezina” onder kapt. J.R.Bossinga 19 jaar
  • 1857 matroos op de kof “Jantina Henderika”, onder kapt. C.IJ van Wattum 20 jaar
  • 1859 stuurman op de kof “Jonge Klaas, onder kapt. C.Mandema 22 jaar
  • 1860 stuurman op de kof “Juffer Grietje” onder kapt. C. van Wattum 23 jaar
  • 1861-1864 kapitein op de kof “Trijntje Geziena”/Trijntje Gesiena”     24-28 jaar

maximaal 5 bemanningsleden

  • 1865-1871 kapitein op de galjoot “Trijntje Geziena”     29-37 jaar

maximaal 5 bemanningsleden

  • 1874-1877 kapitein op de brik “Trijntje Geziena” 38-41 jaar

maximaal 8 bemanningsleden

  • 1878-1880 kapitein op de kof “Elisabeth Lollina” 42-46 jaar

maximaal 5 bemanningsleden

  • 1881-1890 kapitein op de schoener/schoenerbrik “Zeemeeuw” 45-54 jaar

maximaal 6 bemanningsleden

  • 1892-1893 kapitein op de schoener “Vredenhoven” 56-57 jaar

maximaal 8 bemanningsleden

in 1892 ook een rol op naam van de schoener “Europa”

  • 1894-1898 kapitein op de schoener “Europa” 58-62 jaar

maximaal 8 bemanningsleden

  • 1900-1903 kapitein op de schoener “Albion” 64-67 jaar

maximaal 8 bemanningsleden

Overige bijzonderheden

In Mast097 is een tabel vermeld uit het Jaarverslag van de Kamer van Koophandel te Delfzijl uit 1891, waarin schepen met verdere bijzonderheden zijn vermeld.

“Vredenhoven   E.T.Bos   3/mschooner   335 brt   gebouwd in 1863   varend als kapitein/eigenaar vanuit Delfzijl.”

NRC 05 september 1893114

Rotterdam, 4 september. Volgens door ons uit Londen ontvangen telegram, is het schip (opm: schoener) EUROPA, kapt. E.T. Bos uit Delfzijl, van Riga naar Amsterdam, lek in Rönne (Bornholm) binnengelopen. Moet lossen om in het dok te kunnen repareren.

 

NRC 05 december 1895114

Delfzijl, 3 december. Het schip (opm: schoener) EUROPA, kapt. E.T. Bos, is gisteren gestrand op de z.g. Hond (opm: zandplaat) in de Eems. Lichters zijn uitgezonden om het vlot te krijgen.

 

Provinciale Groninger Courant 21 mei 1896114

Delfzijl, 18 mei. Het driemast schoenerschip EUROPA, kapt. E.T. Bos, van Burnt Island naar Helsingborg met steenkolen, arriveerde hier heden met verlies van tuig, gesleept door een Engelse stoomtrawler. (

 

Provinciale Groninger Courant 03 juli 1896114

Delfzijl, 29 juni. Het Nederlandse schip (opm: 3-mast schoener) EUROPA, kapitein E.T. Bos, dat hier op de reis van Burnt-Eiland naar Helsingborg met schade is binnengelopen, is afgekeurd.

 

Provinciale Groninger Courant 07 april 1897114

Delfzijl, 3 april. Het alhier afgekeurde Nederlandse schoenerschip EUROPA zal door dezelfde rederij weer in de vaart worden gebracht en gevoerd worden door kapitein Bos.

 

Provinciale Groninger Courant 24 oktober 1898114

Londen, 22 oktober. De schoener EUROPA, kapitein E.T. Bos, van Sundsvall naar Delfzijl, is in de Noordzee in zinkenden staat verlaten. De bemanning is gered en te Grimsby geland.

 

Provinciale Groninger Courant 25 oktober 1898114

Londen, 24 oktober. De Nederlandse schoener EUROPA, die in de Noordzee werd verlaten is opgepikt en te Hull binnengesleept

 

NRC 25 oktober 1898114

Rotterdam, 24 oktober. Volgens Lloyd’s is de op zee verlaten driemast schoener EUROPA te Hull binnengesleept.

 

NRC 26 oktober 1898114

Hull, 23 oktober. De in de Noordzee verlaten driemast-schoener EUROPA werd hier vol water door de stoomtrawler DUCHESS OF YORK binnengesleept. Het schip is beladen met delen, de deklast is verloren en het achterschip zwaar beschadigd.

 

NRC 10 oktober 1903114

Londen, 9 oktober. De Nederlandse schoenerbrik ALBION, kapt. Bos, van Helsingfors (opm: Helsinki) naar Hernösand beladen met kolen (opm: correctie, in ballast, zie EB 101003), is op 4 oktober bij Fagerviken gestrand. De gezagvoerder, diens zoon, die stuurman was aan boord, benevens twee matrozen zijn verdronken en zijn hunne lijken nog niet gevonden. Drie man zijn gered. De ALBION, ex BACKWORTH, groot 298 ton, werd in 1866 te Blyth van hout gebouwd.

(opm: PGC 091003 haalt een bericht aan van Gefle van 9 oktober, waarin men spreekt van een schoener; PGC vermoedt als eigenaar kapt. E.T. Bos, thuisbehorend te Delfzijl)

 

EeemsBode 10 oktober 1903114

Delfzijl (geen datum). Het Nederlandse schoenerschip ALBION, kapt. Bos, in ballast van Helsingfors (opm: Helsinki) naar Hernösand, is bij Gefle gestrand en wrak gestoten. De bemanning bestond uit kapt. E. Bos, zijn zoon stuurman W. Bos, de matrozen J. Ridderbos, R. Meijering, A. de Raad en Harm Bakker en de kok G. Lukje. Drie opvarenden zijn gered. Nadere bijzonderheden niet bekend.

 

Provinciale Groninger Courant 10 oktober 1903114

Delfzijl (geen datum). Een alhier ontvangen telegram vermeldt de namen van de geredde personen van het bij Fagerik verongelukte schoenerbrikschip ALBION. Het zijn Ridderbos van Delfzijl, De Raad van Rotterdam en G. Lukje van Groningen. Deze personen vertrekken morgen met het s.s. VULCAIN van Gefle naar Delfzijl.

 

 

 

Datum vanaf: 1874
Kapitein: Bos, Eltje Teunis

Kroniekberichten

Toon kroniekberichten
Akten

Noord-Hollands Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3181-1855.17

DVD XII – 6638, 6639
BIJLBRIEF
Naam schip LOUISA

plaats en datum acte bijlbrief, Amsterdam, 12 april 1855

type schip brik

bouwwerf/verkoper Blok & Matthijsen, scheepsbouwmeesters te Amsterdam, werf De Vrede, in de Groote Wittenburgerstraat.

gevoerd door kapt.

eigenaar/aankoper Th. Wehlburg, Amsterdam

te voeren door kapt.

grootte in tonnen 283 tonnen

tuigage / aantal dekken een dek

afmetingen 31,23 x 5,12 x 3,99 meter

kiellegging oktober 1854

tewaterlating 4 april 1855

plaats / datum registratie Amsterdam, 12 april 1855

nummer van registratie deel 68, folio 22, recto, vak 8.

notaris J. de Neufville Az, hoofdcommies ter thesaurie te Amsterdam

prijs NLG

bijzonderheden






researcher/datum research: ML / 040608

Naam LOUISA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1855
Toegang 198
Inventaris 3181

Noord-Holl.Archief, Haarlem Archiefnummer Amst.198.3172.1855.17

DVD XLIV – 2627-2630
CEDULE

Naam schip LOUISA

plaats en datum acte eigendomsbewijs, Amsterdam, 24 april 1855

type schip brik

bouwwerf/verkoper

gevoerd door kapt.

eigenaar Th. Wehlburg, Amsterdam, boekhouder en mede-eigenaar (zie bijlage)

te voeren door kapt. J.C. Siedenburg

grootte in tonnen 150 lasten of 283 tonnen

tuigage / aantal dekken twee masten, een dek

afmetingen

kiellegging

tewaterlating gebouwd te Amsterdam

plaats / datum registratie Amsterdam, 24 april 1855

nummer van registratie deel 68, folio 40, recto, vak 2.

datum eedsaflegging voor verkrijging zeebrief: 27 april 1855

prijs NLG.

Bijzonderheden: Het schip had niet eerder een zeebrief. De bijlbrief en bevestigende verklaring stedelijk bestuur van Amsterdam worden overlegd. Het schip is gebouwd voor rekening van de in de bijlage genoemde reders.








researcher/datum research: ML / 030610






Bijlage bij cedule 17 van 24 april1855, brik LOUISA



Eigenaren:

Th. Wehlburg, Amsterdam (boekhouder en 7/32e part)
R. Daniel Wolterbeek, Amsterdam (2/32e part)
J.A. Voortman, Amsterdam (2/32e part)
J.S. Brak, Amsterdam (2/32e part)
H.F. Smith, Amsterdam (2/32e part)
J.A. de Jongh van Arkel, Amsterdam (1/32e part)
Firma Blok & Matthijsen, Amsterdam (4/32e part)
H.T.C. Hellings, Amsterdam (1/32e part)
J.H.W. Lindeman, Harlingen (4/32e part)
J.A. Kramer, ’s-Gravenhage (2/32e part)
J.J. Scheepers, Groningen (2/32e part)
W. Kaars Sypestein, Krommenie (2/32e part)
C. Roelants, Haarlem (1/32e part)


ML / 030610

Naam LOUISA
Archiefinstelling Noord-Hollands Archief, Haarlem
Jaar 1855
Toegang 198
Inventaris 3172

Bronnen

Jaar: 1855
Bron: Noord-Hollands Archief/Haarlem
Omschrijving: BIJLBRIEF Archiefnummer Amst.198.3181-1855.17

Jaar: 1855
Bron: Noord-Hollands Archief/Haarlem
Omschrijving: CEDULE Archiefnummer Amst. 198.3172.1855.17
Documentatie Stichting Nederlandse Kaap Hoorn-vaarders (SKHV), w.o. collectie Hoedemaker/Smit/Suyk